Installation Instructions

Installatie 5
0020200498_01 ThermoElegance Installatie- en onderhoudshandleiding 11
4.6 Voormantel demonteren en monteren
Demontage van de mantel
2
4
V
2
3
0
V
T20
2
C
1
A
A
B
1. Volg de aanwijzingen in de opgegeven volgorde.
Montage van de mantel
2. Bouw de componenten in omgekeerde volgorde op-
nieuw in.
5 Installatie
Gevaar!
Explosie- of verbrandingsgevaar door
ondeskundige installatie!
Spanningen in de aansluitingsleiding kunnen
tot ondichtheden leiden.
Let erop dat de aansluitleidingen zonder
mechanische spanningen worden gemon-
teerd.
Opgelet!
Beschadigingsgevaar door vervuilde lei-
dingen!
Vreemde voorwerpen, zoals lasresten, af-
dichtingsresten of vuil in de waterleidingen
kunnen schade aan de CV-ketel veroorza-
ken.
Spoel de CV-installatie voor de installatie
grondig uit.
5.1 Gas- en waterleidingen aansluiten
Opgelet!
Gevaar voor beschadiging door ondes-
kundige installatie van de gasaansluiting!
Het overschrijden van de testdruk of de be-
drijfsdruk kan tot schade aan het gasblok lei-
den!
Controleer de gasaansluiting op dichtheid.
Opgelet!
Beschadigingsgevaar door corrosie!
Niet diffusiedichte kunststof buizen in de CV-
installatie veroorzaken lucht in het verwar-
mingswater en corrosie in het warmtebroncir-
cuit en de CV-ketel.
Voer bij het gebruik van niet diffusiedichte
kunststof buizen in de CV-installatie een
systeemscheiding uit door een externe
warmtewisselaar tussen CV-ketel en CV-
installatie in te bouwen.
Opgelet!
Kans op materiële schade door warmte-
overdracht bij het solderen!
Als de aansluitstukken aan de onder-
houdskranen geschroefd zijn, soldeer dan
niet aan de aansluitstukken.
Aanwijzing
Bij installatie in een onverwarmd gedeelte raden
we u aan om de waterbuisaansluitingen aan de
uitloop van het CV-toestel en aan het systeem
van een warmte-isolatie te voorzien.
Voorafgaande werkzaamheden
1. Controleer afhankelijk van het aansluittoebehoren of de
volgende componenten geïnstalleerd zijn:
een koudwaterstopkraan van het toestel
een afsluitkraan aan de gasleiding
2. Monteer een expansievat met voldoende volume voor
de installatie.
3. Blaas of spoel de aansluitleidingen voor de installatie
grondig uit.