Operating instructions

Nederlands91 609 929 F69 (04.10) PS
52 Spanflens
53 Uitgaande as
54 Haakse adapter voor stofzak
55 Spaanafvoer
56 Spanhendel van de snelspanklem
57 Draadeind van de snelspanklem
58 Boorgaten voor snelspanklem
59 Knop voor de snelverstelling van de fijninstel#
schroef van de diepteaanslag
60 Diepteaanslag
61 Schroef voor aanslag 35
62 Schroeven voor antisplinterplaatje
6366
Stelschroeven voor de basisinstelling 0° (verticale
verstekhoek)
67 Stelschroeven voor de basisinstelling 45° (vertica#
le verstekhoek)
68 Stelschroef voor de basisinstelling 45° (rechter
verticale verstekhoek)
69 Stelschroef voor de klemkracht van de spangreep
14
70 Stelschroeven voor de klemkracht van de klem 3
71 Hoekaanduiding (horizontaal)
72 Fijninstelschroef van aanslagrailverlenging
73 Zeskantbouten (SW 14) van de aanslagrail
Afgebeeld en beschreven toebehoren wordt niet altijd
standaard meegeleverd.
4 MONTAGE
Voorkom per ongeluk starten van het
elektrische gereedschap. Tijdens de mon
tage en bij alle werkzaamheden aan het
elektrische gereedschap mag de stekker
niet zijn aangesloten op de stroomvoor
ziening.
Meegeleverd
Controleer voor de eerste ingebruikneming van het
elektrische gereedschap of alle onderstaande onder#
delen zijn meegeleverd:
Radiaalzaag met vooraf gemonteerd zaagblad
–Stofzak 1
Haakse adapter 54 voor stofzakr
Vastzetknop 12
Gereedschaphouder 42 met steeksleutel 45 en
twee buitenzeskantsleutels 46, 47
Speciaal gereedschap 33 met inbussleutel (SW 14)
en bit (buitenzeskant SW 4 en kruiskop)
–Snelspanklem 21
Controleer het elektrische gereedschap op even
tuele beschadigingen.
Voordat het elektrische gereedschap verder wordt ge#
bruikt, dient u veiligheidsvoorzieningen of licht bescha#
digde onderdelen zorgvuldig te controleren op hun
juiste werking volgens bestemming. Controleer of de
bewegende delen goed werken en niet vastklemmen
en of er onderdelen beschadigd zijn. Alle onderdelen
moeten juist zijn gemonteerd en voldoen aan alle voor#
waarden om de juiste werking te waarborgen.
Laat beschadigde beschermingsvoorzieningen en on#
derdelen door een erkend en gespecialiseerd bedrijf
op deskundige wijze repareren of vervangen.
Eerste ingebruikneming
Neem alle meegeleverde delen voorzichtig uit de ver#
pakking.
Verwijder al het verpakkingsmateriaal van het elektri#
sche gereedschap en het meegeleverde toebehoren.
Stationaire of flexibele montage
Om een veilig gebruik te waarborgen,
dient u het elektrische gereedschap voor
het gebruik op een egaal en stabiel werk
oppervlak (bijv. een werkbank) te monte
ren.
Als u deze montage niet uitvoert, kan het
elektrische gereedschap naar voren kan
telen.
Stationaire montage
(zie afbeelding )
Bevestig het elektrische gereedschap met een ge#
schikte schroefverbinding op het werkoppervlak.
Daarvoor dienen de boorgaten 17.
Flexibele montage
(zie afbeelding
)
Span het elektrische gereedschap aan de machine#
voeten op het werkoppervlak vast met in de handel
verkrijgbare lijmklemmen.
Vastzetknop monteren
(zie afbeelding
)
Schroef de vastzetknop 12 in het bijbehorende boor#
gat boven de hendel 13.
Draai de vastzetknop niet te stevig vast.
A1
A2
B