Data Sheet

het opladen voltooid is schakelt u eerst de lader uit.
q Er wordt een laadstroom aangeraden van ten minste een tiende
van de capaciteit (bijv. 44 Ah: 10 = laadstroom 4,4 A).
q De temperatuur van het zuur mag tijdens het laden niet hoger
zijn dan 55°C. Als de temperatuur deze grens overstijgt, moet het
laadproces worden gestaakt.
q Het opladen is voltooid wanneer de stroom zakt naar 0 A, stopt
met zakken, of als de automatische lader uitschakelt.
q Het opladen moet plaatsvinden in een goed geventileerde ruimte.
q De accudoppen mogen niet worden geopend.
q Zorg ervoor dat er wordt geladen tot 1,2 keer de verbruikte ca-
paciteit (bijv. bij een verbruikte capaciteit van 30 Ah dient u op te
laden tot 36 Ah).
Waarschuwing! Er wordt tijdens het laden zeer explosief knalgas
gevormd! Vuur, vonken, open vlammen en roken zijn strikt verboden!
Accu's in het voertuig opladen.
Als regel zijn volautomatische laders (max. laadspanning 14,8 V) zeer
geschikt voor het opladen van accu's die in het voertuig geïnstal-
leerd zijn. Indien de lader een automatische modus heeft met een
spanning van > 15,9 V, moet de accu gescheiden worden van het
elektrisch systeem van het voertuig of uit het voertuig verwijderd
worden. Anders kunnen in het ergste geval elektronische compo-
nenten beschadigd worden door overspanning, met enorme schade
als gevolg. Let a.u.b. goed op het type acculader. Handige tips
over opladen in het voertuig vindt u meestal in de bedieningshand-
leiding van de voertuig- of laderfabrikant.
Banner_Technischer_Ratgeber_NL.indd 47 27.07.15 14:04