Operation Manual

30
o Als de kleuren van de draden in het netsnoer van het apparaat
niet overeenkomen met de gekleurde markeringen op de
klemmen in uw aftakdoos, gaat u als volgt te werk:
De bruine draad moet worden aangesloten op de klem met "L"
(Live, oftewel onder spanning), of de roodgekleurde klem.
De blauwe draad moet worden aangesloten op de klem met
"N" (neutraal), of de zwartgekleurde klem.
De groene en gele draad moeten worden aangesloten op de
klem met ā€œEā€ (Earth, oftewel aarde) of het aardesymbool, of de
groen- en geelgekleurde klem.
o Wanneer de aansluiting is voltooid, mogen er geen losse of
gesneden draden aanwezig zijn. De snoerklem moet zijn
vastgemaakt aan de buitenkabelmantel.
o Gebroken of beschadigde stroomkabels mogen alleen vervangen
worden door een voldoende gekwalificeerde persoon. Een snoer
van een vergelijkbaar type moet worden gebruikt ter
vervanging.
Oplossen van problemen
o De magnetron kan niet ingeschakeld worden.
* Controleer of het apparaat correct is aangesloten op de
netvoeding.
* Controleer of de zekering in de gegoten stekker niet is
doorgebrand.
* Controleer of de zekeringen in uw zekeringenkast niet zijn
doorgebrand.
* Als zekeringen regelmatig doorbranden, raden we u aan om
contact op te nemen met een erkende elektricien.
* Controleer of er geen sprake is een stroomstoring.
o De magnetron start niet met koken.
* Controleer of de deur goed gesloten is.
* Controleer of de deurvergrendeling en de aangrenzende
onderdelen schoon zijn.
o Het draaiplateau draait niet.
* Controleer of het draaiplateau correct is aangesloten op de
aandrijfmotor.
* Controleer of het servies niet groter is dan het draaiplateauglas.
* Controleer of het eten dat u kookt niet verder uitsteekt dan het
draaiplateauglas.