Operation Manual

15
Gebruiksmodus Navigatie
Navigatie kiezen
X Druk op de knop .
Hierna verschijnt het basismenu van het
navigatiesysteem.
Basismenu van het navigatie-
systeem
U maakt uw keuze
BESTEMMING,
BEST. GEHEUGEN,
BIJZONDERE BEST.,
VORIGE BEST.,
door te draaien aan de rechter draaiknop;
druk deze in om uw keuze te
bevestigen .
BESTEMMING
Brengt u naar het invoermenu voor het
bestemmingsadres.
Zie 'Bestemming' op pagina 16.
BEST. GEHEUGEN
Bevat bestemmingen die vooraf wer-
den opgeslagen.
Zie ’Bestemmingsgeheugen’ op pagina 35.
BIJZONDERE BEST.
Menu voor het selecteren van plaatselij-
ke of landelijke bijzondere bestemmin-
gen en van bijzondere bestemmingen in
de omgeving. Bijzondere bestemmingen
zijn bijv. tankstations, vliegvelden of
ziekenhuizen. Zie ’Bijzondere bestem-
mingen’ op pagina 35.
Aanwijzing:
Als het navigatiesysteem voor het eerst
wordt opgestart, moet de navigatie-cd
worden geladen.
Wanneer de kalibrering van het naviga-
tiesysteem nog niet is voltooid, vraagt
het systeem om een kalibreringsrit. Zie
'Kalibrering' op pagina 99.
Om het navigatiesysteem in gebruik te
nemen, hebt u een navigatie-cd met de
gegevens van het bestemmingsland no-
dig.
Voor het starten van een routebereke-
ning, plaatst u de navigatie-cd in het sy-
steem. Tijdens de berekening knippert
op het display de melding
CD. Als de
berekening afgerond is, verdwijnt de
melding
CD, u kunt de navigatie-cd ver-
wijderen en vervolgens een audio-cd in
het systeem plaatsen.
Bij het invoeren van verre bestemmin-
gen is het zinvol pas weg te rijden wan-
neer de melding
CD is verdwenen.