Bedieningshandleiding
Inhoudsopgave >>> INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave 2 >D Veiligheidsvoorschriften 5 > GB De Traffic Assist Gebruik 7 7 >F Navigatie De Traffic Assist uitpakken >I Levering controleren Levering Bij reclamaties Behandeling van de verpakking >E >P Beschrijving van het apparaat > NL Traffic Assist - basisapparaat Kabel voor voedingsspanning via sigarettenaansteker Accu USB-verbindingskabel Apparaathouder Accessoires Voeding stopcontact Externe GPS-antenne Hoofdtelefoon > DK >S >N > FIN > TR Aanwij
INHOUDSOPGAVE Gebruiksmodus Navigatie Wat is navigatie? Navigatie kiezen De snelkoppeling Snelkoppeling opvragen Het overzicht bestemmingen Gebruikte pictogrammen Snelkoppeling bedienen Met aanwezige bestemming starten In het bestemmingsgeheugen bladeren Bestemming weergeven of bewerken Huisadres Menu Bestemming invoeren oproepen Het menu Bestemmingen invoeren Structuur van het menu Bestemming invoeren Adres invoeren POI selecteren Op kaart selecteren Geo-coördinaten invoeren Route plannen Bestemming invoe
>>> INHOUDSOPGAVE >D Instellingen Systeeminstellingen selecteren 74 74 Het menu Systeeminstellingen Bediening Keuzemogelijkheden Menu instellingen sluiten De afzonderlijke menuopties Accu Dag-/nachtmodus Kalibrering Helderheid Taal Automatisch aan/uit Tonen Fabrieksinstellingen Informatie 74 74 74 74 75 75 75 76 76 76 77 77 78 78 > GB >F >I >E >P > NL > DK >S >N > FIN > TR > GR Terminologie 79 Trefworden 80 Technische specificaties 82 NORMEN EN RICHTLIJNEN EG-conformiteitsverklaring Afvoer van
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN >>> Veiligheidsvoorschriften >D !Veiligheidsvoorschriften > GB • Het apparaat mag alleen dan worden bediend wanneer de verkeerssituatie dat toelaat en u er absoluut zeker van bent, dat u uwzelf, uw medeweggebruikers of andere verkeersdeelnemers niet in gevaar kunt brengen, kunt hinderen of tot last zult zijn. >F >I • In ieder geval gelden de voorschriften van de wegenverkeerswet. Alleen wanneer de auto stilstaat mag een bestemming worden ingevoerd.
>>> VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN • De spanningswaarden (volt) op de voeding, de voertuiglaadadapter en het toestel mogen niet worden overschreden. Als u dat toch doet, kunnen het toestel en het laadapparaat onherstelbaar worden beschadigd en kan de accu exploderen. >D > GB • Open het toestel en de accu onder geen beding. Elke andere wijziging aan het toestel is niet toegestaan en leidt tot verlies van de vergunning. >F >I • Gebruik uitsluitend originele accessoires van BECKER.
DE TRAFFIC ASSIST Gebruik De Traffic Assist Met de Traffic Assist beschikt u over een krachtige PND (Personal Navigation Device) voor het gebruik in voertuigen en binnenshuis. Het apparaat en de accessoires beschermen tegen vocht en vuil. Navigatie Door het GPS = Global Positioning System vervalt het moeizame zoeken in wegenkaarten. Door de in het apparaat geïntegreerde ontvangstantenne heeft u buiten gebouwen een permanente toegang tot de navigatiemogelijkheden.
>>> DE TRAFFIC ASSIST Bij reclamaties Levering >D 1 > GB >F 2 >I Neem in geval van reclamaties contact op met uw leverancier. Het apparaat kan ook in de originale verpakking rechtstreeks aan Harman/Becker worden gestuurd. Behandeling van de verpakking >E >P 4 3 > NL > DK 1 Traffic >S 2 3 4 >N > FIN > TR 5 > GR > PL > CZ >H > SK 8 Assist, het mobiele navigatiesysteem Apparaathouder USB-kabel Autoadapter 12/24 V voor sigarettenaansteker met ingebouwde TMC-antenne.
DE TRAFFIC ASSIST Traffic Assist - basisapparaat Het basisapparaat is uitgerust met de complete electronica: • een geïntegreerde antenne, • een TMC-ontvanger voor de ontvangst van verkeersberichten, • een aanraakscherm, • een geïntegreerde luidspreker voor navigatieaanwijzingen. Bovendien bevinden zich aan de zijkant van het apparaat diverse aansluitingen en interfaces.
>>> DE TRAFFIC ASSIST Accessoires >D Voeding stopcontact Met deze voeding kunt u de Traffic Assist op een stopcontact aansluiten. De eisen m.b.t. de voeding zijn: • Wisselstroom 100-240 volt 0,2 ampère 50-60 hertz > GB >F >I >E >P Externe GPS-antenne Met behulp van een externe antenne kunt u in voertuigen, waar slechts een beperkte GPS-ontvangst mogelijk is, een verbetering in de ontvangst realiseren (wordt niet meegeleverd).Vraag hiertoe informatie bij uw leverancier.
DE TRAFFIC ASSIST >>> Registratie >D U kunt zich laten registreren bij onze software-service. U krijgt dan informatie over updates en ander nieuws. > GB >F >I U kunt zich laten registreren op de Becker-homepage www.mybecker.com. >E „Software update“ vindt u op de pagina „SERVICE/SUPPORT“. >P Reparatie > DK In geval van storingen mag het apparaat niet worden geopend. Neem contact op met uw leverancier.
>>> OVERZICHT TRAFFIC ASSIST >D 1 > GB >F >I >E 2 >P > NL > DK 4 >S >N Omvang levering 1 Traffic Assist - PND (Personal Navigation Device) 2 USB-verbindingskabel 3 Apparaathouder 4 Kabel voor voeding via de sigarettenaansteker (12/24 volt) met ingebouwde TMC-antenne Overzicht Traffic Assist > FIN > TR > GR > PL > CZ >H > SK 12 3
OVERZICHT TRAFFIC ASSIST >>> >D > GB 1 >F >I >E 2 >P > NL 3 > DK 4 >S >N Apparaatfront met bedienings- en weergave-elementen 1 Touchscreen met gekozen hoofdmenu 2 Touchscreen-toets indrukken = activeren van het desbetreffende toetscommando 3 Becker-toets ( ) Drukken = in de meeste toepassingen de functie Terug Lang indrukken = in- en uitschakelen van de Traffic Assist > FIN Achterkant apparaat 4 Aansluitmogelijkheid voor externe antenne (externe antenne wordt niet meegeleverd) > TR > GR > PL >
>>> OVERZICHT TRAFFIC ASSIST >D > GB >F 1 >I 2 >E 3 4 >P > NL > DK 5 >S >N > FIN Apparaat links 1 Sleuf voor SD-kaart 2 3,5 mm-aansluiting voor hoofdtelefoon (hoofdtelefoon niet meegeleverd) 3 Mini-USB-aansluiting > TR > GR > PL > CZ >H > SK 14 Bovenkant van het apparaat 4 Reset-toets Onderkant van het apparaat 5 Contacten voor de verbinding met de draagplaat
ALGEMENE BEDIENING Onderhoud en verzorging Algemene bediening Het toestel is onderhoudsvrij. Ter verzorging kan een standaard reinigingsmiddel voor elektronische apparatuur met een vochtige, zachte doek worden aangebracht. !Gevaar! Levensgevaar door elektrische schokken. Schakel het toestel vóór het verzorgen van het toestel, de meegeleverde onderdelen en de accessoires altijd uit en verwijder de voeding. Opmerkingen: gebruik geen agressieve of schurende middelen of wislappen die het oppervlak bekrassen.
>>> >D > GB >F >I >E >P > NL > DK >S >N > FIN > TR > GR > PL > CZ >H > SK 16 ALGEMENE BEDIENING Accukwaliteit Displaykwaliteit De capaciteit van de accu van uw mobiele navigatietoestel neemt bij elke laad-/ontlaadcyclus af. Ook kan de capaciteit als gevolg van ondeskundige opslag bij een te hoge of lage temperatuur langzamerhand afnemen. Op deze wijze kan de bedrijfstijd ook bij een volle accu aanzienlijk worden verkort.
ALGEMENE BEDIENING Voeding via accu's De interne voeding wordt verzorgd via een ingebouwde accu. De accu is onderhoudsvrij en behoeft geen bijzondere verzorging. Opmerking: Bij een volledig ontladen accu kan het tot een minuut duren voordat het toestel weer kan worden ingeschakeld. Opmerking: Neem bij een defecte accu contact op met de dealer. Probeer de accu niet zelf uit te bouwen.
>>> >D > GB ALGEMENE BEDIENING Aansluiten op het stopcontact TMC-antenne !Levensgevaar! De meegeleverde TMC-antenne is in de voedingskabel geïntegreerd. De TMC-antenne loopt bij levering parallel met de kabel voor de sigarettenaansteker. Als het TMC-ontvangst niet voldoet, dient u de kabel van de TMC-antenne van de kabel voor de sigarettenaansteker te verwijderen. Met de meegeleverde zuignap kunt u de TMC-antenne dan aan de voorruit bevestigen.
ALGEMENE BEDIENING Externe antenne aansluiten Voor ontvangst onder slechte omstandigheden kan een externe GPS-antenne worden aangesloten (niet meegeleverd). Hiervoor bevindt er zich op de achterkant van de behuizing een afsluitbare aansluitbus. Sluit deze aansluiting altijd af als er geen externe antenne wordt aangesloten. Geheugenkaart Uw Traffic Assist beschikt over een sleuf voor een micro-SD-geheugenkaart.
>>> ALGEMENE BEDIENING Apparaathouder >D 1 De Traffic Assist kan met de apparaathouder rechtstreeks op de voorruit worden bevestigd. > GB >F De apparaathouder aanbrengen 6 Opmerking: De Traffic Assist en de apparaathouder mogen niet gedurende langere tijd worden blootgesteld aan de rechtstreekse inwerking van zonnestralen. Binnentemperaturen van +70 C en hoger kunnen de onderdelen van de houder beschadigen.
ALGEMENE BEDIENING Op de voorruit Met de zuignap kan de apparaathouder direct op de voorruit worden gemonteerd. > Zoek een geschikte plaats. > Druk de voet 3 met de zuignap 1 tegen de voorruit. Draai de apparaathouder zodanig dat de draagplaat ongeveer in de gewenste kijkrichting staat. > Druk de hendel 2 naar onderen. De houder heeft zich aan de voorruit vastgezogen. U kunt deze vervolgens precies afstellen.
>>> ALGEMENE BEDIENING >D Als u de Traffic Assist voor de eerste keer start, wordt automatisch de taalkeuze weergeven. > GB >F Opmerking: De Traffic Assist mag uitsluitend volgens de desbetreffende nationale verkeerswetgeving worden gebruikt! >I Uitschakelen >E U kunt het apparaat op elk gewenst moment uitschakelen. > Druk enkele seconden op de toets . >P Met de toetsen kunt u in de desbetreffende pijlrichting in de lijstweergave bladeren. > Druk op het keuzeveld van de gewenste taal.
ALGEMENE BEDIENING Het touchscreen De Traffic Assist is voorzien van een touchscreen. Bediening Als u een keuzeveld van het touchscreen aanraakt, verschijnt ter bevestiging van uw keuze kort een rood kader om dit keuzeveld. Als een keuzeveld aanraakt dat momenteel niet actief is, klinkt een kort signaal. Kalibrering Opmerking: Om het oppervlak van het display niet te beschadigen, mag dit alleen met de vingers of een stomp, niet smerend voorwerp worden aangeraakt.
>>> ALGEMENE BEDIENING >D Links op de knop Bestemming selecteren geeft een satellietsymbool aan of er Invoeren met behulp van het invoermenu momenteel GPS-ontvangst is. In enkele toepassingen is het invoeren met behulp van het invoermenu noodzakelijk. Het invoermenu wordt net als een toetsenbord bediend.
ALGEMENE BEDIENING Voorstellen overnemen Bij de invoer worden door de Traffic Assist in de bovenste regel voorstellen gedaan. Bij de voorstellen wordt rekening gehouden met uw gebruiksgewoonten. Als u bijvoorbeeld vaker de stad Hamburg invoert, verschijnt na invoer van de letter 'H' automatisch het voorstel 'Hamburg'. Als u niet eerder een stad met de ingevoerde letter hebt gebruikt, worden steden/plaatsen die overeenkomen met de invoer als voorstel weergegeven.
>>> ALGEMENE BEDIENING Andere tekensets Voor het toetsenbord van de Traffic Assist kunnen diverse tekensets worden ingesteld. >D > GB >F >I > Druk op de knop met het pijltje om naar het toetsenbord voor speciale tekens te gaan. Het toetsenbord voor speciale tekens verschijnt. >E >P > NL > DK >S >N > FIN > Voer het gewenste speciale teken in. Na het invoeren van een teken verschijnt automatisch het normale invoermenu op de Traffic Assist.
ALGEMENE BEDIENING Omschakeling hoofdletters/kleine letters Bij het invoeren van vrije tekst kan tussen hoofdletters, kleine letters en de automatische functie worden geschakeld. Tekens wissen Om het laatst ingevoerde teken te kunnen wissen moet de backspace-toets worden ingedrukt. >>> De Becker-toets De toets is in de hoek linksonder van de behuizing geïntegreerd. >D > GB >F >I >E >P > Druk steeds rechtsboven op het display totdat de gewenste invoerwijze geactiveerd is.
>>> ALGEMENE BEDIENING Content Manager >D De Content Manager is een pc-toepassing die een aantal belangrijke functies biedt om de content te beheren op uw Traffic Assist. Met de Content Manager kunt u: • Op de Traffic Assist opgeslagen content back-uppen op uw pc en later op uw Traffic Assist herstellen, • Content die op de DVD is opgeslagen, installeren, • Actuele content van het internet downloaden en op de Traffic Assist installeren.
ALGEMENE BEDIENING Content Manager starten Voer deze stappen uit om de Content Manager te starten: > Sluit de bijgeleverde USB-kabel aan op de USB-poort van de Traffic Assist en op een USB-aansluiting van de computer. > Zet de Traffic Assist aan met de toets . Opmerking: Wanneer u de Becker Traffic Assist de eerste keer aansluit op de pc, worden de nodige stuurprogramma's geïnstalleerd. Daarna verschijnt het bericht dat uw apparaat gebruiksklaar is. > Klik op de computer op Start > Alle programma‘s.
>>> ALGEMENE BEDIENING Bij storingen >D Storingen in het besturingssysteem of in het apparaat worden overeenkomstig weergegeven. Als de gewenste functie vervolgens niet kan worden uitgevoerd, moet u de Traffic Assist met de reset-toets opnieuw starten. Indien de meldingen terugkeren of het apparaat door andere oorzaken niet goed werkt, verzoeken wij u om contact op te nemen met uw leverancier. U kunt ook op de homepage van Becker op www.mybecker.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Wat is navigatie? Gebruiksmodus Navigatie Onder navigatie (lat. navigare = op zee varen) verstaat men in het algemeen de plaatsbepaling van een voer- of vaartuig, de bepaling van richting en afstand ten opzichte van de gewenste bestemming, en het vaststellen van de route en het begeleiden naar de bestemming. Als navigatiehulpmiddelen worden o. a. sterren, markante punten, kompas en satellieten gebruikt. Bij de Traffic Assist zorgt de GPS-ontvanger voor de plaatsbepaling.
>>> >D > GB GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Navigatie kiezen De snelkoppeling De navigatiemodus wordt uit het hoofdmenu opgeroepen. In de snelkoppeling worden de laatste bestemmingen en de opgeslagen bestemmingen weergegeven en kunt u deze rechtstreeks kiezen. Ook vraagt u via de snelkoppeling het menu Bestemmingen invoeren op. >F >I >E >P > Druk > NL in het hoofdmenu op Bestemming selecteren. > DK De snelkoppeling Telefoon verschijnt.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Gebruikte pictogrammen In het overzicht bestemmingen worden de volgende pictogrammen gebruikt. Pictogram Betekenis Deze bestemming is een standaardbestemming zonder bijzonderheden. Deze bestemming is beveiligd. Als het bestemmingengeheugen vol is, wordt deze bestemming niet automatisch gewist. U kunt dit indien gewenst handmatig doen. Bij een beveiligde vermelding kunt u de positie ook in de snelkoppeling vastleggen. Deze bestemming is het huidige thuisadres.
>>> >D > GB GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Keuze Betekenis Beveil. opheffen De beveiliging van de bestemming wordt ongedaan gemaakt. Deze functie is alleen bij beveiligde bestemmingen beschikbaar. De bestemming wordt een positie naar voren verschoven. De bestemming wordt automatisch beveiligd als deze wordt verplaatst. De bestemming wordt een positie naar achteren verschoven. De bestemming wordt automatisch beveiligd als deze wordt verplaatst.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Structuur van het menu Bestemming invoeren Adres invoeren Met de toets Adres invoeren worden de verschillende stappen van het kiezen van een adres tot aan het starten van de navigatie mogelijk gemaakt. • Zie 'Bestemming invoeren' op pagina 35. POI selecteren Met de toets POI selecteren kunt u een bijzondere bestemming als b. v. vliegvelden en veerhavens, restaurants, hotels, tankstations of openbare instellingen selecteren en een navigatie erheen starten.
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Land kiezen Met het veld voor het land van bestemming kunt u de beschikbare landen kiezen. Na het kiezen van een land wordt dit automatisch in het menu voor het invoeren van adressen overgenomen. Als er al een land van bestemming is opgegeven, blijft dit behouden totdat u een ander land kiest. >D > GB >F >I >E Opmerking: Door indrukken van de toets naast het land kunt u landspecifieke informatie, zoals bijv. de toegestane maximumsnelheid, voor het ingestelde land weergeven.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Plaats selecteren De opgave van de plaats van bestemming kan plaatsvinden via de naam of via de postcode. Tijdens het invoeren van de letters van een plaats geeft de Traffic Assist voorstellen weer (zie 'Voorstellen overnemen' op pagina 25). Als u het voorstel niet wilt overnemen, voert u simpelweg de andere letters van de gewenste plaatsnaam in. De Traffic Assist verbiedt alle onmogelijke lettercombinaties en postcodes en activeert alleen letters resp.
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Straat selecteren In de menuoptie Straat kunnen, via een letter- en cijferveld, de straatnaam en het huisnummer afzonderlijk worden ingevoerd. De Traffic Assist verbiedt alle onmogelijke lettercombinaties en activeert alleen nog lettervelden die behoren bij een bestaande straatnaam. Een huisnummer kunt u pas na het kiezen van de straatnaam selecteren en als de gegevens huisnummers bevatten.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Het huisnummer kiezen Nadat u de plaats en straatnaam van bestemming hebt ingevoerd, kunt u ter verdere aanvulling een huisnummer invoeren. Opmerking: In plaats van het huisnummer kunt u ook een dwarsstraat invoeren, maar beide tegelijkertijd is niet mogelijk. > Druk op de toets Nr. Het invoermenu voor het huisnummer verschijnt. > Voer het huisnummer in en druk vervolgens op .
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Als er al een navigatie wordt uitgevoerd wordt u gevraagd of de nieuwe bestemming de oude bestemming moet vervangen of dat de nieuwe bestemming als tussenstop moet worden gebruikt. >D > GB >F Opmerking: Als er ten tijde van de routeberekening geen GPS-signaal beschikbaar is, verschijnt de volgende melding. >I >E >P > NL > Kies tussen Toev. als tus.stop of Oude best. verv..
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE > Kies een van de beschikbare categorëeen. U kunt kiezen tussen: • een bijzondere bestemming in de omgeving,: • een bijzondere bestemming bij een adres, • een bijzondere bestemming bij de bestemming en • rechtstreeks een bijzondere bestemming invoeren. Bijzondere bestemming in de omgeving > Druk op POI nabij. >>> > Selecteer de gewenste bijzondere bestemming. >D Opmerking: U kunt ook op Alle categ. drukken.
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >D Bijzondere bestemming bij een adres > Druk op POI‘s bij locatie. > GB >F >I De beschikbare categorieën bijzondere bestemmingen voor de ingevoerde plaatsnaam verschijnen. > Kies zoals onder 'Bijzondere bestemming in de omgeving' op pagina 41 beschreven de gewenste bijzondere bestemming. Bijzondere bestemming in de omgeving van de bestemming > Druk op POI nabij. >E > Selecteer het gewenste land.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Bestemming vanuit de kaart selecteren Bijzondere bestemming rechtstreeks invoeren > Druk op POI‘s op naam zoeken. > Voer de gewenste bijzondere bestemming of een deel van de naam in. > Druk op de toets . De Traffic Assist toont in een lijst alle bijzondere bestemmingen die met de ingevoerde naam overeenkomen in een lijst. Opmerking: De zoekradius is beperkt tot 200 kilometer rondom de huidige positie. > Selecteer de gewenste bestemming in de lijst.
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >D > GB >F >I > Druk op het scherm licht op het gewenste punt. Op deze plek verschijnt een pulserende rode cirkel. >E >P > NL >S Opmerking: Door indrukken van de toets Terug n GPS kunt u weer uw huidige positie laten verschijnen. >N > Druk op de toets Details. > DK > FIN U kunt ook in de omgeving van het gekozen punt met de toets POI’s nabij naar bijzondere bestemmingen zoeken.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE > Voer daarna de gewenste waarden met de toets en tot en met in. U kunt coördinaten op drie verschillende schrijfwijzen invoeren. De volgende schrijfwijzen zijn mogelijk: • Graad Minuut Seconde Decimaalseconde, bijv. 42°52’46.801“ • Graad Minuut.Decimaalminuut, bijv. 48° 53.56667' • Graad Decimaal, bijv. 48,89277778 Aanwijzingen: • De ingevoerde coördinaten moeten overeenkomen met WGS84 (World Geodetic System 1984 ).
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE U kunt nu door te drukken op Plaats toevoegen een etappe aan de route toevoegen. Na het indrukken van Route hernoemen kunt u een nieuwe naam aan de route toekennen. Door te drukken op Route wissen kunt u de route uit de opgeslagen routes wissen. >D > GB >F >I >E Route selecteren en starten > Door op het desbetreffende keuzevlak te drukken kiest u een route. De route wordt geladen en in het etappemenu weergegeven.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Nieuwe route aanmaken > Druk in het routemenu op Nieuwe route maken. U kunt dan, zoals onder 'Het menu Bestemmingen invoeren' op pagina 34 beinvoeren, POI schreven (Adres selecteren, Op kaart selecteren of Geocoördinaten invoeren), beschreven een tussenstop invoeren. Ook kunt u met de toets Uit laatste best. selecteren een bestemming in de snelkoppeling kiezen. > Druk in de invoermenu’s op de toets Toevoegen om de desbetreffende etappe over te nemen.
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Route optimaliseren Na het invoeren van meerdere bestemmingen van een route kunt u de Traffic Assist opdracht geven de bestemmingen op het traject te optimaliseren. De opgeslagen route blijft echter ook na het optimaliseren behouden. Roep de kaartweergave van de etappes op. >D > GB >F >I >E >P Navigatie-instellingen In de navigatie-instellingen bevinden zich alle voor de navigatiefuncties relevante instellingen.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE De toets Reisinfo In het venster Reisinfo kunt u instellen, welke extra informatie tijdens de navigatie wordt weergegeven. > Druk in het instellingenmenu op de toets Reisinfo. Het venster Reisinfo wordt weergegeven. • Info volgende bestemming Tonen van de vermoedelijke aankomsttijd (ETA) de resterende afstand en tijdsduur tot aan de aankomst op de tussenstop.
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >D > Kies na het drukken op het veld naast Soort route één van de volgende opties: > GB Optie Betekenis Optimale Bij deze optie wordt de route met het oog op de benodigde tijd en de af te leggen afstandoptimale route berekend. Snelste route Bij deze optie wordt de, met het oog op de benodigde tijd, snelste route berekend. Kortste route Bij deze optie wordt de, met het oog op de benodigde tijd en de af te leggen afstand, kortste route berekend.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Optie Verboden Betekenis Bij deze optie wordt het desbetreffende type weg niet in de berekening van de route opgenomen. > Bevestig uw keuze door het indrukken van de toets OK. De toets Afslaginfo In het instellingenvenster Afslaginfo kunt u de beschikbare hulpmiddelen voor complexe richtingswijzigingen in- of uitschakelen, zoals bij snelwegverkeerspleinen of bepaalde wegen met meer dan een rijbaan. > Druk in het instellingenmenu op de toets Afslaginfo.
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE De toets TMC In het instellingenvenster TMC kunt u de ontvangst van de verkeersmeldingen instellen. > Druk in het instellingenmenu op de toets TMC. >D > GB >F Instelling >I >E Het venster TMC wordt weergegeven. >P > NL Herberek. > DK >S >N Instelling > FIN Zender autom. inst. > TR > GR > PL > CZ Betekenis Geef aan of automatisch de zender met de beste ontvangst moet worden gezocht (functie ingeschakeld ).
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Betekenis Straatnamen Bij het inschakelen van 2D de vermelding verschijnen op de kaart alle straatnamen in de tweedimensionale modus. Straatnamen Na het inschakelen van 3D de vermelding verschijnen op de kaart alle straatnamen in de driedimensionale modus. Infobox Na het inschakelen van (hoogte, de vermelding snelh.) verschijnen op de kaart de snelheid, een kompas en de hoogte boven zeeniveau.
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >D > GB Instelling Betekenis Borden weerg. Geef aan of snelheidsbeperkingen nooit, altijd of alleen bij een snelheidsoverschrijding moeten worden weergegeven. Kies vanaf welke snelheidsoverschrijding u binnen de bebouwde kom akoestisch wilt worden gewaarschuwd. Kies vanaf welke snelheidsoverschrijding u buiten de bebouwde kom akoestisch wilt worden gewaarschuwd. >F >I De volgende instellingen zijn mogelijk. >E In beb.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE De toets Volume Met het instellingenvenster Volume kunt u het volume van de verbale aanwijzingen standaard voor elke start van Traffic Assist instellen of de verbale aanwijzingen helemaal uitschakelen. Afhankelijk van de situatie kunt u deze instelling in de kaartweergave aanpassen. > Druk in het instellingenmenu op de toets Volume.
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Na het uitschakelen van de automatische functie kunt u door te drukken op de toets onder Tijdzone de gewenste tijdzone kiezen. Door te drukken op de knop onder Zomertijd kunt u aangeven of de zomertijd automatisch door de Traffic Assist moet worden ingesteld of dat u de zomertijd zelf in- of uitschakelt. >D > GB >F >I >E >P De toets Resetten U kunt alle navigatie-instellingen op de fabrieksinstellingen terugzetten. Hierbij worden de instellingen teruggezet.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Opmerking: Omdat de verkeersinformatie door radiozenders wordt uitgezonden, kunnen wij de volledigheid en juistheid van deze berichten niet garanderen. Oostenrijk: De locatie- en eventcode wordt door de ASFINAG en de BMVIT ter beschikking gesteld. Door Traffic Assist wordt voortdurend gecontroleerd of er relevante verkeersberichten voor de ingestelde route zijn. Op de kaartweergave worden alle ontvangen verkeersopstoppingen weergegeven.
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >D Met de pijltjestoets en aan de rechterkant van het beeldscherm kunt u door de lijst bladeren. > GB Bij ieder verkeersbericht wordt het wegnummer (snelweg, autoweg of lokale weg), de afstand hemelsbreed van de huidige positie berekend, eventueel het weggedeelte met de rijrichting alsmede de aard van de belemmering aangegeven. Bij een TMC-melding op uw route wordt de melding door het teken aangegeven.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Rekening houden met berichten voor de routeberekening Uw Traffic Assist kan bij het berekenen van een route rekening houden met verkeersmeldingen. Of dat automatisch, handmatig of nooit gebeurt, kunt u met 'De toets TMC' op pagina 52 instellen. Automatisch een nieuwe route berekenen Als er een verkeersopstopping op uw route is, wordt door de Traffic Assist gecontroleerd of de opstopping via een zinvolle omleiding kan worden omzeild.
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE De kaartweergave >D De kaartweergave wordt op de eerste plaats voor de navigatie gebruikt. U kunt via de kaartweergave echter ook zonder navigatie altijd uw huidige positie nagaan en bijv. bij snelheidsovertredingen een waarschuwing doen uitgaan. > GB >F >I >E Kaartweergave oproepen >P Bij het starten van een navigatie wordt de kaartweergave automatisch opgeroepen. Zonder navigatie kunt u de kaartweergave via het hoofdmenu oproepen.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE 6 Rijstrookadvies (alleen bij bepaalde wegen met meerdere rijstroken te zien, zwarte pijlen = aanbevolen rijstroken) Opmerking: Als u het rijstrookadvies opvolgt, kunt u de volgende rijmanoeuvre uitvoeren zonder van rijstrook te hoeven wisselen.
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >D Als een TMC-melding zich op uw route bevindt, wordt in het vooraankondigingsgedeelte aan de linkerrand het volgende symbool weergegeven.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Navigatie met pijlen Vanuit de navigatie met kaartweergave kunt u de navigatie met pijlen starten. Opmerking: De navigatie met pijlen kan ook worden ingeschakeld zoals onder 'Weergave omschakelen' op pagina 69 wordt beschreven. 13 12 7 2 9 Huidige straat of straat waar de 3 10 Maximumsnelheid voor de straat 5 1 Huidige tijd 2 Indicator TMC-status 3 Verwachte aankomsttijd, resterende > Druk op de previewoptie. 4 5 6 7 > Druk op de toets met het pijltje erop.
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Kaartweergave bedienen >D Kaart in-/uitzoomen Met de zoomtoets en kunt u stapsgewijs op de kaart in- of uitzoomen. Laatste aankondiging herhalen Tijdens de navigatie ontvangt u belangrijke informatie, b. v.de volgende afslag. De laatste aankondiging kan met geactualiseerde gegevens worden herhaald. > GB >F >I >E >P > Druk tijdens actieve navigatie op het veld met de vooraankondiging. De laatste aankondiging wordt herhaald met geactualiseerde gegevens.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Kaart verschuiven U kunt de kaart op een willekeurig punt verschuiven. > Druk hiervoor kort op de kaart. Opties voor de kaartweergave > Druk op een willekeurig punt op de kaart en verschuif deze onmiddellijk in de gewenste richting. De kaart wordt nu ook in dezelfde richting verschoven. U kunt ook zoals onder 'Bestemming vanuit de kaart selecteren' op pagina 43 beschreven een punt als bestemming kiezen.
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE • Oriëntatie van de kaart en de zoompercentages in de 2D-modus wijzigen. • De huidige positie weergeven. >D > GB >F toets Route: >I >E >P > NL U kunt kiezen uit de volgende mogelijkheden: • Een bijzondere bestemming op de route kiezen. • TMC-meldingen op de route weergeven. • Een vóór u liggend deel van het traject blokkeren. • De routeopties wijzigen. > DK >S >N > FIN > TR > GR > PL > CZ >H > SK 66 Navigatie afbreken U kunt een actieve navigatie afbreken.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE > Druk op de toets Ja. De tussenstop wordt gewist. Gehele route weergeven U kunt de gehele route naar de bestemming op de kaart laten weergeven. Ook kunt u een complete routebeschrijving bekijken. > Roep het optiemenu voor de kaartweergave op. > Druk op de toets Geleiding. > Druk op de toets Route wrg.. Door indrukken van de toets Opties kunt u de routeopties instellen. Met de toets of kunt u de gehele route langzamer of sneller simuleren.
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Overzicht bestemmingen weergeven Als er een geplande route met meerdere bestemmingen actief is, kunt u het gehele traject met alle bestemmingen op de kaart als een lijst laten verschijnen. > Roep het optiemenu voor de kaartweergave op. > Druk op de toets Geleiding. > Druk op de toets . >D > GB >F >I >E >P Op de onderste regel kunt u met de toets en en de afzonderlijke etappes van de route doorbladeren. Bij het bladeren verschijnt dan de desbetreffende etappe.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Weergave omschakelen U kunt de kaartweergave tussen 3D- of 2D-weergave, een gedeeld beeldscherm met 3D- of 2D-weergave of de pijlweergave omschakelen. > Roep het optiemenu voor de kaartweergave op. > Druk op de toets Kaart. > Druk op de toets Kaartvenster. 1 3 2 4 5 >>> >D 1 > GB 5 >F >I >E 2 >P > NL > Selecteer de gewenste weergave. De volgende afbeeldingen tonen voor elke keuze het bijbehorende resultaat.
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Zoompercentages en kaarthoek wijzigen U kunt instellen op welke zoompercentages de kaart bij het naderen van een manoeuvre moet overgaan. Ook kunt u de kaarthoek bij 3D-weergave instellen. > Roep het optiemenu voor de kaartweergave op. > Druk op de toets Kaart. > Druk op de toets Oriëntatie. >D > GB >F >I >E >P > NL > DK 1 >S >N > FIN 2 > TR > GR > PL Afhankelijk van de huidige weergave (3D 1 of 2D 2 ) zijn er verschillende instelopties.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Oriëntatie van de kaart (2D) wijzigen U kunt kiezen of de kaart altijd in de rijrichting moet wijzen of op het noorden moet worden weergegeven. Opmerking: Deze instelling is alleen bij 2D-weergave beschikbaar. > Roep het optiemenu voor de kaartweergave op. > Druk op de toets Kaart. > Druk op de toets Noorden boven of op Rijricht. boven. De kaart verandert navenant aan de gekozen instelling. Actuele positie weergeven U kunt uw huidige positie laten weergeven en deze positie opslaan.
>>> GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE Bijzondere bestemming op de route Tijdens de navigatie kunt u bijzondere bestemmingen die op de route liggen laten weergeven. U kunt hierbij de categorieën bijzondere bestemmingen vastleggen. Ook kunt u kiezen of u alleen de onmiddellijk volgende bijzondere bestemmingen, de bijzondere bestemmingen van de gehele route of alleen bijzondere bestemmingen in de buurt van de bestemming wilt bekijken. > Roep het optiemenu voor de kaartweergave op. > Druk op de toets Route.
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE TMC op de route U kunt TMC-meldingen die op uw route liggen bekijken en bewerken. Opmerking: Ook de TMC-meldingen die tot een wijziging van de route hebben geleid worden weergegeven. > Roep het optiemenu voor de kaartweergave op. > Druk op de toets Route. > Druk op de toets TMC op route. Traject blokkeren U kunt een vóór u liggend deel van het traject blokkeren. U legt hierbij een bepaald traject vast waar u niet wilt rijden.
>>> INSTELLINGEN Systeeminstellingen selecteren Instellingen >D > GB U kunt verschillende elementaire instellingen voor alle toepassingen van de Traffic Assist configureren. >F >I >E >P > NL > DK > Druk in het hoofdmenu op Instell.. >S >N > FIN > TR > Druk op de toets Systeeminst.. Het menu van de systeeminstellingen wordt opgeroepen. > GR > PL > CZ >H > SK 74 Het menu Systeeminstellingen Het menu Systeeminstellingen biedt de keuze uit de verschillende instelopties.
INSTELLINGEN De afzonderlijke menuopties Accu Uw Traffic Assist kan met een externe stroomvoorziening of met de ingebouwde accu werken. Opmerking: Bij het werken met accu is de actuele ladingstoestand belangrijk. Als er nog maar weinig energie ter beschikking staat, kan. B. de navigatie niet meer tot aan de bestemming worden volgehouden. Het laadniveau verschijnt op basis van de peilindicator. In dit voorbeeld is de accu nog voor ca. twee derde geladen.
>>> INSTELLINGEN >D Kalibrering Als het touchscreen niet goed op het aantippen van velden reageert, moet u het systeem kalibreren. > GB >F Kalibreren starten Met de volgende toets kunt u het kalibreren starten: >I >E Helderheid U kunt de helderheid van het display voor de dag- en nachtweergave apart instellen. Met de volgende toets kunt u de instelling opvragen: > Druk op de toets Taal. Op het display verschijnt de taalkeuze. > Druk op de toets IJken. Het kalibreren wordt gestart.
INSTELLINGEN Bladeren Met de toets en kunt u in de desbetreffende pijlrichting in de lijstweergave bladeren. Taal selecteren > Druk op het keuzeveld van de gewenste taal. > Bevestig uw keuze door de knop OK in te drukken. Er verschijnt een melding dat de software opnieuw wordt gestart en de vraag of u de taal inderdaad wenst te wijzigen. > Bevestig de boodschap met Ja. Taalkeuze afbreken Door indrukken van de toets wordt de taalkeuze afgebroken en verschijnt het menu Instellingen.
>>> INSTELLINGEN Fabrieksinstellingen U kunt de fabrieksinstellingen voor de Traffic Assist herstellen. Hierbij worden de volgende gewijzigde gegevens gewist: opgeslagen bestemmingen, opgeslagen routes en het thuisadres. >D > GB >F >I >E Informatie Via de volgende knop kunt u informatie over de Traffic Assist bekijken. > Druk op de toets Informatie. Op het display verschijnt het informatiescherm. > Druk op de toets Reset fabr.inst.. >P > NL > DK >S >N > Druk op de toets Ja.
TERMINOLOGIE GMT (Greenwich Mean Time) Midden-Europese tijd De tijd op de lengtegraad 0 (de lengtegraad die over Greenwich, Groot-Brittannië loopt). Deze tijd wordt wereldwijd als standaardtijd voor de synchronisatie van dataregistratie gebruikt. Terminologie GPS (Global Positioning System) GPS bepaalt m.b.v. van satellieten uw actuele geografische positie. Dit wordt gedaan d.m.v. 24 satellieten, die rond de aarde cirkelen en daarbij een signaal uitzenden.
Trefworden >>> >D > GB TREFWORDEN A C Aankomsttijd . . . . . . . . . . . . . . . . . . 61 Adres invoeren . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 Content Manager . . . . . . . . . . . . . . . Installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . Starten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Coördinaten invoeren . . . . . . . . . . . . B >F Beperkingen Snelwegen . . . . . . . . . . . . . . . . . Tolwegen . . . . . . . . . . . . . . . . . Veerboten . . . . . . . . . . . . . . . . . Bestemming invoeren . . . . . .
TREFWORDEN N S Navigatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31 afbreken . . . . . . . . . . . . . . . .24, 66 starten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39 Nieuwe bestemming . . . . . . . . . . . . . 34 Satellieten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 71 SD-kaart . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19 Snelheidsbeperking . . . . . . . . . . . . . . 53 Snelheidslimiet . . . . . . . . . . . . . . . . . 53 Snelkoppeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33 Pictogrammen . . . . .
>>> TECHNISCHE SPECIFICATIES Technische specificaties • Afmetingen: (b x h x d) in mm 125 x 82,5 x 17,7 • Gewicht: 190 gram • Processor: 400 MHz-processor CISC-architectuur • Beeldscherm: 10,92 Centimeter 16:9 touchscreen met 24 bit kleuren 16,7 Mio Kleuren Reflectie-arm • Geheugen: 2 GB Flash-geheugen 64 MB SD-RAM • Micro SD-kaartlezer: Ondersteuning tot 4 GB FAT 32 formatteerd • USB-interface: USB Client 2.
NORMEN EN RICHTLIJNEN Geachte klant, Dit apparaat mag volgens de geldende EG-richtlijn door iedereen worden gebruikt. Dit toestel voldoet aan de op dit moment geldende Europese en geharmoniseerde nationale richtlijnen. Het kenmerk biedt u de garantie, dat aan de voor het apparaat geldende specificaties m.b.t. elektromagnetische compatibiliteit is voldaan.
>>> NORMEN EN RICHTLIJNEN Afvoer van het apparaat >D Informatie voor de klant m.b.t. de afvoer van elektrische en elektronische apparatuur (privéhuishoudens) Overeenkomstig de zelf voorgeschreven bedrijfsprincipes van Harman/Becker Automotive Systems GmbH werd dit product uit hoogwaardige en recyclebare materialen en componenten ontwikkeld en vervaardigd.
NORMEN EN RICHTLIJNEN >>> Afvoer van de accu >D Informatieplicht conform het Besluit verwijdering batterijen > GB Batterijen en accu's horen niet in de vuilnisbak. De consument is wettelijk verplicht afgedankte batterijen en accu's in te leveren. U kunt deze op alle plaatsen waar batterijen worden verkocht en bij de verzamelpunten van uw gemeente inleveren. Hiermee levert u een concrete bijdrage aan de bescherming van het milieu.
>>> NORMEN EN RICHTLIJNEN >D 2 > GB >F 1 >I 3 >E >P > NL > DK >S >N > Zorg ervoor dat de accu helemaal ontladen is (apparaat zonder externe voeding ingeschakeld laten tot het vanzelf uitschakelt). > Draai de 4 schroeven 1 met een kleine kruiskopschroevendraaier uit de behuizing. > Wip met een sleufschroevendraaier (bij de sleuven aan de zijkanten van de behuizing ) de achterkant van de behuizing 2 eraf. > Wip met een sleufschroevendraaier de op de printplaat gelijmde accu 3 eraf.