Manual

3 STUDIO CONDENSER MICROPHONE C-3 Gebruiksaanwijzing
1. Voeding
Voor het bedrijf van de condensatormicrofoon is een fantoomvoeding vereist (+48 V).
Wanneer de microfoon op een microfooningang met geactiveerde fantoomvoeding
is aangesloten dan wordt dit door het oplichten van de controle-LED aangegeven.
Voor schade aan uw C-3, die op een defecte fantoomvoeding is terug te voeren,
zijn wij niet aansprakelijk. Schakel uw weergavesysteem stom, voordat u de
fantoomvoeding activeert.
2. Richtkarakteristiek
Uw C-3 microfoon is een grootmembraammicrofoon met een dubbel membraam. U kunt
met deze microfoon kiezen uit drie verschillende richtkarakteristieken: een niervormige,
een bolvormige en een tweezijdige. U selecteert de gewenste richtkarakteristiek met de
schakelaar op de achterzijde van de microfoon.
2.1 Niervormig (Eenrichtinggevoelig)
Microfoons met deze richtkarakteristiek (schakelaarpositie: midden, ) zijn met name
gevoelig voor geluid dat recht van voren en minder gevoelig voor geluiden die van
opzij komen. Het geluid dat de microfoon vanaf de achterzijde bereikt wordt nagenoeg
geheel genegeerd. De nierkarakteristiek is met name geschikt voor gebruik bij gerichte
instrumenten of solozang.
2.2 Tweezijdig gevoelig
Tweezijdig gevoelige microfoons (schakelaarpositie: links, ) zijn gevoelig voor alle
geluiden die afkomstig zijn van de voor- of achterzijde van de microfoon. Geluiden die
afkomstig zijn van de zijkanten van de microfoon worden niet waargenomen. Dat is
bijvoorbeeld handig wanneer u de microfoon als presentatiemicrofoon voor twee sprekers
wilt gebruiken. Indien gewenst is het ook mogelijk om een Hall-of echoeect te
realiseren. Plaats in dat geval de microfoon tussen de geluidsbron en een wand.
Het directe geluid treft dan het membraam vanaf de voorzijde. Het door de wand
gereecteerde geluid bereikt met een vertraging het andere membraam aan
de achterzijde van de microfoon. Daardoor ontstaat een Halleect of zelfs een
echo. Door de microfoon verder van of dichter bij de wand te plaatsen, kunt u de
vertragingstijd veranderen.
2.3 Bolvormig (Omnidirectioneel)
Wanneer u de C-3 met de bolkarakteristiek gebruikt (schakelaarpositie: rechts, ),
neemt de microfoon geluiden uit alle richtingen waar. Daarom worden microfoons met
een bolkarakteristiek ook wel ‘ongerichte’ microfoons genoemd. Deze karakteristiek
levert uitstekende resultaten bij opnamen waarbij een natuurlijk ruimtelijk geluid
gewenst is of wanneer er meerdere geluidsbronnen om de C-3 aanwezig zijn.