Manual

4 ULTRA-DI DI100 Gebruiksaanwijzing
8. Het apparaat mag niet worden geplaatst
in de buurt van radiatoren, warmte-uitlaten,
kachels of andere zaken (ook versterkers) die
warmte afgeven.
9. Maak de veiligheid waarin door de
polarisatie- of aardingsstekker wordt voorzien,
niet ongedaan. Eenpolarisatiestekker heeft
twee bladen, waarvaner een breder is dan het
andere. Een aardingsstekker heeft twee bladen
en een derde uitsteeksel voor de aarding. Het
bredere blad of het derde uitsteeksel zijn er
voor uw veiligheid. Mocht de geleverde stekker
niet in uw stopcontact passen, laat het contact
dan door een elektricien vervangen.
10. Om beschadiging te voorkomen, moet
de stroomleiding zo gelegd worden dat er niet
kan worden over gelopen en dat ze beschermd
is tegen scherpe kanten. Zorg zeker voor
voldoende bescherming aan de stekkers, de
verlengkabels en het punt waar het netsnoer
het apparaat verlaat.
11. Het toestel met altijd met een intacte
aarddraad aan het stroomnet aangesloten zijn.
12. Wanneer de stekker van het
hoofdnetwerk of een apparaatstopcontact de
functionele eenheid voor het uitschakelen is,
dient deze altijd toegankelijk te zijn.
13. Gebruik uitsluitend door de producent
gespeci- ceerd toebehoren c.q. onderdelen.
14. Gebruik het
apparaat uitsluitend
in combinatie met de
wagen, hetstatief, de
driepoot, de beugel of
tafel die door de producent is aangegeven,
of die in combinatie met het apparaat wordt
verkocht. Bij gebruik van een wagen dient
men voorzichtig te zijn bij het verrijden van
de combinatie wagen/apparaat en letsel door
vallen te voorkomen.
15. Bij onweer en als u het apparaat langere
tijd niet gebruikt, haalt u de stekker uit het
stopcontact.
16. Laat alle voorkomende reparaties door
vakkundig en bevoegd personeel uitvoeren.
Reparatiewerk-zaamheden zijn nodig als het
toestel op enige wijze beschadigd is geraakt,
bijvoorbeeld als de hoofd-stroomkabel of
-stekker is beschadigd, als er vloeistof of
voorwerpen in terecht zijn gekomen, als het
aan regen of vochtigheid heeft bloot-gestaan,
niet normaal functioneert of wanneer het is
gevallen.
17. Correcte afvoer van dit
product: dit symbool geeft
aan dat u dit product op
grond van de AEEA-richtlijn
(2002/96/ EG) en de nationale
wetgeving van uw land
niet met het gewone huishoudelijke afval
mag weggooien. Dit product moet na aoop
van de nuttige levensduur naar een ociële
inzamelpost voor afgedankte elektrische
en elektronische apparatuur (AEEA) worden
gebracht, zodat het kan worden gerecycleerd.
Vanwege de potentieel gevaarlijke stoen
die in elektrische en elektronische apparatuur
kunnen voorkomen, kan een onjuiste
afvoer van afval van het onderhavige type