Operation Manual

14
Basisinstelling
Basisinstelling
Als u een overzicht wilt behouden van de fa-
brieksinstellingen van uw faxtoestel, raden wij
u aan een functielijst af te drukken alvorens de
instellingen te wijzigen. Druk eenmaal op M en
vervolgens tweemaal op OK.
Als u per ongeluk een verkeerde toets indrukt,
druk dan zo vaak als nodig op STOP om weer
naar de oorspronkelijke positie terug te keren.
Heeft u een verkeerde letter of cijfer ingevoerd,
dan kunt u de fout met u en C corrigeren.
Als u uw persoonlijke instellingen wilt wissen,
kunt u dit doen aan de hand van functie 45 Ser-
vice code (zie hoofdstuk Tips en trucs / Ser-
vice code).
. Taal in de display
voor de fax
1 Druk op M, 11 en vervolgens OK.
2 Maak met behulp van u een keuze uit de
mogelijke talen.
3 Druk ter bevestiging op OK.
voor de draadloze telefoon
De draadloze telefoon neemt automatisch de in-
stelling over die u op de fax heeft ingesteld.
HELP-functie
Druk tweemaal op w. U krijgt een afdruk met
uitleg over het gebruik van de belangrijkste func-
ties. Op deze HULP-pagina kunt u ook lezen hoe
u nog meer HULP-pagina’s voor bepaalde func-
ties van het toestel kunt krijgen.
Tijd en datum
1 Kies functie 12, door op M, 12 en OK te
drukken.
2 Voer nu via het toetsenbord de juiste tijd in
(bijvoorbeeld: 09 15 voor 9:15 uur).
Het toestel vraagt u dan automatisch de hui-
dige datum in te voeren (bijvoorbeeld: 15
05 04 voor 15 mei 2004).
3 Druk op OK.
v De tijdsaanduiding op het apparaat wordt
via de CLIP-functie enkel gesynchroni-
seerd als de afwijking minder dan 90 minu-
ten bedraagt.
Nummer invoeren
1 Kies functie 13, door op M, 13 en OK te
drukken.
2 Voer uw telefoonnummer in met be-
hulp van de cijfertoetsen (bijvoorbeeld:
#31>6151... voor +31 6151... –
gebruik # of * om de “+” te typen, met >
typt u een spatie; max. 20 tekens).
3 Bevestig met OK.
Naam invoeren
1 Kies functie 14 door op M, 14 en OK te
drukken.
2 Voer uw naam in met het alfanumerieke kla-
vier.
v Bij het invoeren van een naam kunt u +
gebruiken om een hoofdletter te maken.
(Houd de toets ingedrukt en typ vervol-
gens de letter van uw keuze.)
3 Druk ter bevestiging op OK.
Uw naam en uw telefoonnummer worden bo-
venaan op elke pagina afgedrukt samen met
de datum, de tijd en het paginanummer, wan-
neer u dit ingeeft in functie 13 en 14.
Correctie
Heeft u in functie 13 of 14 een verkeerde letter
of cijfer ingevoerd, dan kunt u de fout zowel di-
rect corrigeren als ook later. Indien u later cor-
recties wilt aanbrengen, dient u de functie voor
het intoetsen van nummers of namen opnieuw
te kiezen.
Plaats de cursor met u onder het teken dat u
wilt wissen. Druk op C. Het teken wordt gewist.
Als u lang op C drukt (twee seconden), worden
alle tekens gewist. Druk ter bevestiging op OK.