Operation Manual

65
64
65
64
Gebruik van de web-based Advanced User Interface
Gebruik van de Access Point Mode
Opmerking: Deze geavanceerde functie mag uitsluitend door
ervaren gebruikers worden toegepast. De router kan ook zodanig
worden geconfigureerd dat hij als draadloos accesspoint fungeert.
In deze modus is het gebruik van de functie NAT IP-sharing en
van de DHCP-server niet mogelijk. In Access Point Mode moet de
router worden geconfigureerd met een IP-adres dat zich in hetzelfde
subnet bevindt als het overige netwerk waarmee u een koppeling tot
stand wilt brengen. Het standaard IP-adres is 192.168.2.254 en het
subnetmasker is 255.255.255.0. Deze kunnen naar behoefte worden
aangepast.
1. Zet de AP-modus aan door het selecteren van Enable
(Aanzetten) op de pagina Use as Access Point only (Alleen
gebruiken als accesspoint). Door de keus van deze optie bent u
in staat de IP-instellingen te veranderen.
2. Stel uw IP-instellingen in overeenstemming met uw netwerk in.
Klik op Apply Changes (Wijzigingen toepassen).
3. Sluit een kabel aan vanaf de WAN-poort op de router naar uw
bestaande netwerk.
De router fungeert nu als accesspoint. Om de geavanceerde
gebruikersinterface van de router opnieuw te openen, typt u het door
u gespecificeerde IP-adres in de navigatiebalk van uw browser. De
encryptie-instellingen, MAC-adresfiltering, SSID en het kanaal kunt u
normaal instellen.