Operation Manual

Probleemoplossing 23
Nederlands
De camera neemt niet
op, zelfs wanneer de
ontspanknop wordt
ingedrukt.
Het batterijvermogen is laag. Laad uw batterijen op of vervang ze
door nieuwe batterijen.
De camera is niet ingesteld op de
Fotostand.
Schakel naar de fotostand.
De ontspanknop is niet volledig
ingedrukt.
Druk de ontspanknop volledig in.
Het intern geheugen of de geheu-
genkaart heeft geen vrije ruimte
meer.
Plaats een nieuwe kaart of verwijder
ongewenste bestanden.
De flitser is bezig met opladen. Wacht tot het pictogram van de flit-
serstand op het scherm stopt met
knipperen.
De camera herkent de geheugen-
kaart niet.
Formatteer de geheugenkaart voor-
dat u deze voor de eerste maal
gebruikt of voordat u deze met een
andere camera gebruikt.
De kleuren van de
opnamen worden niet
juist weergegeven.
De witbalans werd niet juist ingest-
eld wanneer de opnamen werden
gemaakt.
Selecteer een geschikte instelling
voor de witbalans voordat u een foto
maakt.
Nadat de camera is
aangesloten op een
computer, verschijnt
een foutbericht
“Device not ready”
(Apparaat niet
gereed) of “Camera
not ready” (Camera
niet gereed).
De computer werkt met Windows
98 of eerder.
Wanneer de camera
op een computer
wordt aangesloten,
loopt de computer
vast.
De geheugenkaart in de camera is
mogelijk niet geformatteerd.
Formatteer de geheugenkaart in
Windows in het FAT16-formaat met
behulp van een kaartlezer.
Er is een geheugen-
fout opgetreden.
De geheugenkaart is mogelijk niet
correct geformatteerd.
Formatteer de geheugenkaart
opnieuw in Windows in het FAT16-
formaat met behulp van een
kaartlezer.
Symptoom Oorzaak Oplossing