Operation Manual

De camera gebruiken12
Nederlands
De witbalans instellen
Het menselijk oog past zich aan wijzigingen in het licht aan, zodat witte objecten er, zelfs
wanneer het licht wijzigt, nog steeds wit uitzien. Bij een digitale camera wordt de kleur
van het onderwerp echter beïnvloed door de kleur van het licht in de omgeving van het
onderwerp. Deze kleuraanpassing wordt “aanpassing witbalans” genoemd. Met deze
instellingen kunt u de witbalans instellen wanneer u foto’s maakt bij specifieke belich-
tingsomstandigheden.
3.1.12.2 De intervalopname gebruiken
De camera biedt u de mogelijkheid beelden op te nemen met
een interval die op de instelling is gebaseerd. Deze stand is
beschikbaar wanneer u de zelfontspanner gebruikt. U kunt het
interval en het aantal gemaakte fotos opgeven.
De instellingen voor de intervalopname aanpassen:
1. Selecteer het menu Interval Shoot (Intervalopname) in de
fotomodus.
2. Gebruik de knoppen [ ]/[ ] om te schakelen tussen
het interval en de telling en druk vervolgens op de knop OK.
[]
Lichtmeting
(Alleen
beschikbaar
in Hand-
matige
stand)
[]
Centraal gem.
[] Punt
[] Matrix
Past het gedeelte van het onderwerp of het beeld aan, dat
door de camera wordt gebruikt om het licht te meten.
Centraal gem.: De lichtmeting van de camera is
ingesteld voor de gemiddelde helderheid van
onderwerpen in het centrale gebied van het
kader.
Punt: De lichtmeting van de camera is ingesteld
voor de helderheid van het onderwerp in het
midden van het beeld.
Matrix: de camera bepaalt de belichting door
alleen de objecten in het centrale punt te meten.
Gebruik deze optie om de correcte belichting op
een klein gedeelte van de opname te verkrijgen.
[]
Effect
[ ] Normaal
[ ] Z & W
[ ] Sepia
[] Levendig
Past een tint of kleur toe op uw fotos om een artistiek
effect te creëren.
Normaal: Standaard RGB-kleurinstellingen,
geschikt voor algemene fotografie.
Z & W Zwart-wit foto’s met grijswaarden.
Sepia: Zorgt voor een foto met een warme,
ouderwetse stijl waarbij de kleuren meer bruin en
oranje zijn.
Helder: Zorgt voor scherpere en levendigere kleuren.
[]
ISO
(Alleen
beschikbaar
in Hand-
matige
stand)
[] ISO Auto
[ ] ISO 80
[ ] ISO 160
[ ] ISO 320
[ ] ISO 400
[ ] ISO 800
Configureert de gevoeligheid van de camera voor het licht.
ISO Auto: Stelt de ISO-waarde automatisch.
(Maximum 400)
ISO 80/160: Equivalent met kleurenfilm ISO
80/160. Wordt gebruikt voor fotografie
buitenshuis bij helder zonlicht.
ISO 320 / 400 /800: equivalent met kleurenfilm
ISO 320/400/800. Gebruik deze optie in een
omgeving met een lage belichting of waar het
gebruik van de flitser niet is toegelaten.
Hoe hoger de ISO-waarde, hoe meer ruis
er in de opname kan zichtbaar zijn.
Picto-
gram
Item Optie Functionele beschrijving