Operation Manual

18 Weergavestand
Nederlands
Een beeld draaien:
1. Druk op > of om naar het beeld te gaan dat u wilt draaien.
2. Druk op .
3. Druk op of om het beeld in een andere stand te plaatsen.
4. Druk op om de wijziging te bevestigen en het beeldbestand op te slaan.
U kunt ook op > > Rotate (Draaien) > of drukken om een beeld te
draaien.
Slideshow (Diavoorstelling)
Stelt het tijdinterval in voor het weergeven van een reeks foto's en videobestanden (alleen
eerste beeld).
Een diavoorstelling afspelen:
1. Druk op > > > Slideshow (Diavoorstelling) > of .
2. Druk op of om een tijdinterval te selecteren en druk vervolgens op .
3. De diavoorstelling zal automatisch starten. Druk op om de diavoorstelling op elk
ogenblik te pauzeren. Druk opnieuw op om de weergave te hervatten. Druk op
om de diavoorstelling te stoppen.
Z-Lighting
Verbetert de helderheid en het contrast in de donkere
gebieden van een opname om de algemene
belichtingskwaliteit te verbeteren.
Z-Lighting toepassen op een opname.
1. Druk op > of om naar de opname te gaan
waarop u de Z-Lighting wilt toepassen.
2. Druk op > > Z-Lighting > of .
3. Druk op of om de Z-Lighting swaarde aan te passen.
4. Druk op om de wijziging en de manier waarop het bestand moet worden opgeslagen,
te bevestigen.
Trimming (Bijsnijden)
Snijdt een deel van een beeldbestand, verkleint het beeldformaat en overschrijft het
beeldbestand of slaat het op als een ander nieuw bestand.
Een beeld bijsnijden:
1. Druk op > of om naar de opname te gaan die u wilt bijsnijden.
2. Druk op > > Trim (Bijsnijden) > of .
3. Druk op of om het formaat te selecteren waarnaar u de opname wilt verkleinen.
4. Druk op , , of om het bij te snijden gebied te zoeken.
5. Druk op om de wijziging te bevestigen en op te geven hoe het beeldbestand moet
worden opgeslagen.
Als een opname eerder werd gedraaid, keert deze terug naar de originele stand voordat u
het beeld kunt bijsnijden.