MP511 Digitale projector Mainstream Series Gebruikershandleiding Welkom
Inhoud Inhoud ........................................................................ 2 Belangrijke veiligheidsinstructies .............................. 5 Inleiding...................................................................... 9 Kenmerken van de projector ...............................................9 Inhoud van de verpakking..................................................10 Standaardaccessoires ....................................................................................
Het beeld automatisch aanpassen ............................................................... 30 Het beeldformaat en de helderheid fijn afstellen ....................................... 30 Keystone corrigeren...................................................................................... 31 Vergroten en details zoeken in het geprojecteerde beeld ................................................................................... 31 De beeldverhouding selecteren ......................................
Specificaties............................................................... 59 Projectorspecificaties .........................................................59 Timing-diagram ..................................................................60 Informatie over garantie en auteursrechten ........... 61 Verklaringen van regelgevende instanties...............
Belangrijke veiligheidsinstructies De BenQ-projector is ontwikkeld en getest volgens de nieuwste veiligheidsstandaards voor IT-apparatuur. Voor een veilig gebruik van dit product dient u echter de instructies in deze handleiding en op de verpakking van het product nauwkeurig op te volgen. Veiligheidsinstructies 1. Lees deze handleiding aandachtig door voordat u de projector gaat gebruiken. Bewaar de handleiding voor toekomstig gebruik. 2.
Veiligheidsinstructies (vervolg) 6 7. De lamp wordt erg heet tijdens het gebruik. Laat de projector ongeveer 45 minuten afkoelen voordat u de lamp vervangt. 8. Gebruik de lamp niet langer dan de voorgeschreven levensduur. Als u de lamp toch langer gebruikt, kan deze in zeldzame gevallen breken. 9. Zorg dat de stekker van de projector uit het stopcontact is verwijderd voordat u de lamp of elektronische onderdelen vervangt. Belangrijke veiligheidsinstructies 10.
Veiligheidsinstructies (vervolg) 12. Plaats de projector niet in de volgende 13. Blokkeer het ventilatierooster niet. - Plaats deze projector niet op een deken, ruimtes. beddengoed of op een ander zacht oppervlak. - Bedek deze projector niet met een doek of met andere voorwerpen. - Plaats geen ontvlambare stoffen in de buurt van de projector. - Slecht geventileerde of gesloten ruimtes. Zorg dat de projector ten minste 50 cm van de muur staat en laat voldoende ruimte vrij rondom de projector.
Veiligheidsinstructies (vervolg) 16. Trap niet op de projector of leg er geen voorwerpen op. Dit kan niet alleen schade aan de projector veroorzaken, maar kan ook leiden tot ongevallen en mogelijk letsel. 17. Plaats geen vloeistoffen in de buurt van of op de projector. Als er vloeistof in de projector wordt gemorst, werkt deze mogelijk niet meer. Haal in dit geval de stekker uit het stopcontact en laat een BenQ-onderhoudstechnicus de projector controleren. 18.
Inleiding Kenmerken van de projector De projector combineert krachtige optische projectiemogelijkheden met een gebruikersvriendelijk ontwerp dat betrouwbaarheid en gebruiksgemak garandeert. De projector heeft de volgende kenmerken.
Inhoud van de verpakking Bij de projector worden de kabels geleverd die nodig zijn om het apparaat op een pc of op videoapparatuur aan te sluiten. Pak alles voorzichtig uit en controleer of u alle onderstaande items hebt. Wanneer één of meerdere van deze items ontbreken, dient u contact op te nemen met de leverancier. Standaardaccessoires De meegeleverde accessoires zijn geschikt voor uw regio, maar verschillen mogelijk van die in de afbeeldingen.
Buitenkant van de projector Voorkant/bovenkant 1. 1 2 6 7 3 8 4 9 5 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. Extern besturingspaneel (Zie "Projector" op pagina 12 voor meer informatie.) Ventilatie (warme lucht uit) Projectielens Snelverstellerknop Lensdop Focusring Sleuf voor Kensingtonvergrendeling Ventilatie (koele lucht in) IR-sensor afstandsbediening voorkant Achterkant Zie "Aansluitingen" op pagina 21 voor details. 12 13 14 15 16 17 11 10 10. 11. 12. 13. 14.
Bedieningselementen en functies Projector 1 1. 2. 3. 4. 5. 12 2 3 8 9 4 5 6 7 10 11 12 8 6. Focusring Hiermee past u de scherpstelling van het geprojecteerde beeld aan. Zie "Het beeldformaat en de helderheid fijn afstellen" op pagina 30 voor details. TEMP (Waarschuwingslampje temperatuur) Licht rood op als de temperatuur van de projector te hoog wordt. Zie "Indicatoren" 7. op pagina 56 voor details. POWER (Power-lampje) Brandt of knippert als de projector wordt gebruikt.
10. 11. 12. AUTO Hiermee worden automatisch de beste beeldtiminginstellingen bepaald voor het weergegeven beeld. Zie "Het beeld automatisch aanpassen" op pagina 30 voor details. Rechts/Panel Key Lock Activeert de paneeltoetsblokkering. Zie "Besturingstoetsen blokkeren" op pagina 38 voor details. Als het schermmenu is geactiveerd, functioneren de knoppen #5, #8 en #11 als richtingspijlen om de gewenste menuopties te selecteren en de instellingen te wijzigen.
Afstandsbediening 6. 6 1 7 2 8 3 9 4 10 11 7 7. 12 5 13 8. 1. I I Stroom De projector in- of uitschakelen. Zie "Opstarten" op pagina 25 en "De projector uitschakelen" op pagina 40 voor details. 2. Stilstaand beeld Hiermee zet u het geprojecteerde beeld stil. Zie "Het beeld stilzetten" op pagina 39 voor details. 3. Links/ Start de FAQ-functie. Zie "De FAQ-functie gebruiken" op pagina 39 voor details. Blank Hiermee kunt u de schermafbeelding verbergen. Druk op een willekeurige knop 10.
11. 12. 13. Mode/enter Afhankelijk van het geselecteerde ingangssignaal wordt er een beschikbare beeldinstellingsstand geselecteerd. Zie "Een beeldmodus selecteren" op pagina 33 voor details. Hiermee opent u het geselecteerde menu-item in het schermmenu. Zie "De menu's gebruiken" op pagina 44 voor details. Timer On Hiermee kunt u een timer op het scherm activeren of weergeven op basis van uw eigen timerinstelling. Zie "De presentatietimer instellen" op pagina 36 voor details.
Bereik van de afstandsbediening De IR-sensoren (infrarood) van de afstandsbediening bevinden zich op de voor- en achterkant van de projector. Houd de afstandsbediening onder een hoek van maximaal 30 graden ten opzichte van de IR-sensoren van de afstandsbediening op de projector. De afstand tussen afstandsbediening en sensoren moet tussen 1 en 8 meter zijn. Zorg dat niets de infraroodstraal tussen de afstandsbediening en de IR-sensoren op de projector blokkeert.
De projector positioneren Het kiezen van een plek De projector kan op de volgende vier manieren worden geÔnstalleerd: 1. 2. 3. 4. Op een tafel en voor het scherm; Op het plafond en voor het scherm; Op een tafel en achter het scherm; Op het plafond en achter het scherm. 1. Tafel voor Selecteer deze instelling als u de projector op de vloer en voor het scherm installeert. Als u een snelle opstelling en draagbaarheid wenst, is dit de meest gebruikte opstelling. 2.
De gewenste beeldgrootte van de projectie instellen De afstand van de lens van de projector tot het scherm, de zoominstellingen en het videoformaat zijn allemaal factoren die de grootte van het geprojecteerde beeld bepalen. De eigen (native) resolutie van de projector is 800 x 600 pixels, wat overeenkomt met een 4:3-beeldverhouding.
De positie van de projector bij een bepaalde schermgrootte bepalen 1. 2. Selecteer de schermgrootte. Zie de tabel en zoek de de schermgrootte die het dichtst de grootte van uw scherm benadert in de linkerkolommen met de naam "4:3 schermdiagonaal". In de tweede kolom vindt u in dezelfde rij de overeenkomstige gemiddelde afstand tot het scherm onder "Aanbevolen projectieafstand tot het scherm in mm". Dit is de projectieafstand. 3. In de rechterkolom vindt u in dezelfde rij de verticale hoek.
4:3 schermdiagonaal Scherm Midden van de lens Hoek Projectieafstand 4:3 schermdiagonaal voet inch mm 2,5 3 30 36 4 48 5 6 60 72 7 8 84 96 9 108 10 120 12 144 15 180 16,7 200 762 914 1000 1219 1500 1524 1829 2000 2134 2438 2500 2743 3000 3048 3500 3658 4000 4572 5000 5080 Aanbevolen projectieafstand tot het Verticale hoek in mm scherm in mm 1200 1440 1575 1920 2362 2400 2880 3149 3360 3840 3937 4320 4724 4800 5512 5760 6299 7200 7874 8000 46 55 60 73 88 91 110 120 128 146 150 165 180 18
Aansluitingen Als u een signaalbron aansluit op de projector, volg dan deze instructies: 1. 2. 3. Schakel alle apparatuur uit voordat u verbindingen maakt. Gebruik de juiste signaalkabels voor elke bron. Zorg dat de kabels goed zijn geplaatst. Niet alle kabels die in de onderstaande verbindingen zijn weergegeven, worden meegeleverd met de projector (zie "Inhoud van de verpakking" op pagina 10). Deze kabels zijn verkrijgbaar bij elektronicawinkels.
Videoapparaten aansluiten U kunt de projector aansluiten op diverse videoapparaten met een van de volgende uitgangen: • Component video • S-Video • Video (composiet) U dient de projector slechts op een van deze uitgangen aan te sluiten. Elke uitgang levert een andere videokwaliteit. De gekozen uitgang is wellicht afhankelijk van de beschikbare overeenkomende aansluitingen op de projector en het gewenste videoapparaat.
Een component videoapparaat aansluiten Controleer op het videoapparaat of er ongebruikte component video-uitgangen beschikbaar zijn: • • Zo ja, ga door met deze procedure. Anders dient u een andere uitgang te selecteren om het apparaat op aan te sluiten. De projector aansluiten op een component videoapparaat aansluiten: 1. Sluit het uiteinde van de component video-naar-VGA-adapterkabel (D-Sub) met de 3 RCA-connectoren op de component video-uitgangen van het videoapparaat aan.
Een S-video- of composiet videoapparaat aansluiten Controleer of er op het videoapparaat een ongebruikte S-Video-uitgang beschikbaar is: • • Zo ja, ga door met deze procedure. Anders dient u een andere uitgang te selecteren om het apparaat op aan te sluiten. Als u al een component videoverbinding tussen projector en videoapparaat heeft gemaakt, hoeft u dit apparaat niet nogmaals via een S-video- of composiet videoverbinding aan te sluiten.
Bediening Opstarten 1. Sluit het netsnoer aan op de projector en stop de stekker in een stopcontact. Schakel het stopcontact in (indien nodig). Controleer of het POWER (Power-lampje) op de projector oranje oplicht nadat de stroom is ingeschakeld. De stroomkabel in de afbeelding kan verschillen van de stroomkabel die in uw regio wordt gebruikt. Gebruik alleen de stroomkabel die bij de projector wordt geleverd, en die geschikt is voor uw regio. 2. Verwijder de lensklep.
De Inschakelingsblokkering gebruiken Met het oog op beveiliging en het voorkomen van ongeoorloofd gebruik is de projector voorzien van een optie voor wachtwoordbeveiliging. U kunt het wachtwoord instellen via het schermmenu (OSD). Voor meer informatie over het gebruik van de OSD, zie "De menu's gebruiken" op pagina 44. WAARSCHUWING: Het is buitengewoon vervelend als u de inschakelingsblokkering inschakelt en vervolgens het wachtwoord vergeet. Druk de handleiding zo nodig af en noteer er uw wachtwoord in.
De procedure voor het oproepen van het wachtwoord starten Druk op AUTO op de projector of op de afstandsbediening en houd de knop 3 seconden ingedrukt. De projector geeft een gecodeerd nummer weer op het scherm. Schrijf het nummer op en schakel de projector uit. Raadpleeg het service center van BenQ in uw land om het nummer te decoderen. Mogelijk wordt u gevraagd om een bewijs van aankoop te overleggen om te controleren of u bevoegd bent de projector te gebruiken.
De inschakelingsblokkering uitschakelen Schakel de wachtwoordbeveiliging uit door naar het menu SYSTEEMINSTLL: Geavanceerd > Beveiligingsinstellingen > Inschakelingsblokkering te gaan nadat het OSD-menu is geopend. Kies Uit door op Links of Rechts te drukken. Het bericht 'WACHTWOORD INVOEREN' verschijnt. Voer het huidige wachtwoord in. i. Wanneer het wachtwoord juist is, verschijnt de pagina Beveiligingsinstellingen weer en staat in de rij van het wachtwoord de tekst 'Uit'.
• • Als u Snel automatisch zoeken uitschakelt, kunt u handmatig door de beschikbare ingangssignalen bladeren via onderstaande stappen. i. Druk op SOURCE op de projector of afstandsbediening. Er verschijnt een bronselectiebalk. ii. Druk op Omhoog of op Omlaag totdat het gewenste signaal is geselecteerd en druk op MODE/Enter. iii. Wanneer het signaal is gevonden, wordt de informatie over de geselecteerde bron 2 seconden in de linkerbovenhoek van het scherm weergegeven.
Het geprojecteerde beeld aanpassen De projectiehoek aanpassen De projector heeft vooraan een handige snelversteller en achteraan een verstelvoetje. Met deze verstelvoetjes kunt u de hoogte van het beeld en de projectiehoek wijzigen. De projectorhoogte aanpassen: 1. Druk op de verstellerknop en til de projector aan de voorkant op. Zodra het beeld op de gewenste positie staat, laat u de verstellerknop los om het verstelvoetje in deze positie te vergrendelen.
Keystone corrigeren Keystone verwijst naar het effect waarbij het geprojecteerde beeld merkbaar groter is aan bovenkant of onderkant. Dit doet zich voor als de projector niet loodrecht op het scherm staat. U dient dit te corrigeren door niet alleen de hoogte van de projector aan te passen, maar ook door handmatig EEN van de volgende stappen uit te voeren. 1. Druk op of op bedieningspaneel van de projector of afstandsbediening om de statusbalk Keystone te openen.
• Via het OSD-menu 1. Druk op MENU/Exit en vervolgens op Links of Rechts totdat het menu Weergave is gemarkeerd. 2. 3. 4. 5. 6. Druk op Omlaag om Digitale zoom te selecteren. Druk op MODE/Enter en dan op Omhoog om het beeld naar wens te vergroten. Druk op MODE/Enter om Pannen te activeren. Gebruik de richtingstoetsen ( , , , ) op de projector of afstandsbediening om het beeld te verschuiven.
Het beeld optimaliseren Een beeldmodus selecteren De projector beschikt over verschillende beeldmodi waaruit u de modus kunt kiezen die het beste past bij uw gebruiksomgeving en het beeldtype van het ingangssignaal. Volg één van de volgende stappen om een geschikte gebruiksmodus te kiezen: • • Druk herhaaldelijk op MODE/Enter op de afstandsbediening of projector totdat de gewenste modus is geselecteerd. Ga naar het menu Beeld > Beeldmodus en druk op modus te kiezen.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Druk op MENU/Exit om het OSD-menu te openen. Ga naar het menu BEELD > Beeldmodus. Druk op Links/ Rechts om Gebruikersmodus 1 of Gebruikersmodus 2 te kiezen. Druk op Omlaag om Referentiemodus te selecteren. Druk op Links/ Rechts om een beeldmodus te kiezen die uw eisen het dichtst benadert. Druk op Omlaag om een menuoptie te kiezen die u wilt wijzigen, en pas vervolgens de waarda aan met Links/ Rechts. Zie "De beeldkwaliteit verfijnen in de gebruikersmodi" hieronder voor details.
3. Een kleurtemperatuur selecteren Wijzig de waarden met de knoppen afstandsbediening. Links/ Rechts op de projector of Er zijn vier instellingen voor kleurtemperatuur* beschikbaar. 1. 2. 3. 4. T1: Met de hoogste kleurtemperatuur, T1, krijgen beelden meer een blauwe schijn dan bij andere instellingen. T2: Maakt het beeld blauwachtig wit. T3: De witte kleur behoudt de normale schakering. T4: Maakt het beeld roodachtig wit.
4. 5. 6. 7. 8. 9. Druk op om Tint te kiezen en druk op Links of Rechts om het bereik te kiezen. Het verhogen van het bereik betekent dat meer delen van de twee omliggende kleuren erbij horen. Zie de afbeelding rechts om te zien hoe de kleuren samenhangen. Geel Als u bijvoorbeeld Rood kies en het bereik instelt Groen ROOD op 0, wordt alleen puur rood in het geprojecteerde beeld geselecteerd. Het verhogen van het bereik neemt ook rood op dat dicht bij geel en dicht bij Cyaan Magenta magenta ligt.
3. Druk op Omlaag om Timerweergave te selecteren en kies of de timer op het scherm wordt getoond door op Links/ Rechts te drukken. Selectie Beschrijving Altijd Hiermee wordt de timer gedurende de gehele presentatietijd op het scherm weergegeven. 1 min/2 min/3 min Geeft de timer op het scherm weer in de laatste 1/2/3 minute(n). Nooit Hiermee wordt de timer gedurende de gehele presentatietijd verborgen. 4. 5.
Het beeld verbergen Wanneer u wilt dat de aandacht van het publiek volledig op de presentator is gevestigd, kiest u BLANK op de projector of de afstandbediening om het beeld op het scherm te verbergen. Druk op een willekeurige knop op de projector of afstandsbediening om het beeld te herstellen. Het woord 'Onderdrukken' verschijnt rechtsonder in het scherm als het beeld is verborgen.
Het beeld stilzetten Druk op de afstandsbediening op de knop FREEZE om het beeld op het scherm te 'bevriezen'. Het woord 'FREEZE' wordt linksboven in de hoek weergegeven. Druk op een willekeurige knop op de projector of afstandsbediening om verder te gaan met afspelen. Hoewel het beeld op het scherm wordt gepauzeerd, blijven de beelden op de video of een ander apparaat doorlopen. Als de aangesloten apparaten geluid weergeven, blijft u het geluid horen hoewel het beeld niet meer beweegt.
Het weergavemenu van de projector personaliseren U kunt de schermmenu's volgens uw voorkeur instellen. De volgende instellingen hebben geen invloed op de projectie-instellingen, de bediening of de prestaties van de projector. • • • • Weergaveduur menu in het menu SYSTEEMINSTLL: Geavanceerd > Menu-instellingen telt de tijd in hoelang het OSD-menu geactiveerd blijft na de laatste ingedrukte toets. U kunt een tijdsduur tussen 5 en 30 seconden kiezen, in stappen van 5 seconden.
Menubewerkingen Menusysteem De schermmenu's verschillen afhankelijk van het geselecteerde signaaltype.
Timerinterval Presentatietimer 1~240 minuten Timerweergave Altijd/1 min/2 min/3 min/Nooit Timerpositie Rechts onderaan/Rechts bovenaan/Links onderaan/ Links bovenaan Berekeningsmetho Terug/Doorsturen de van timer Aan/uit Taal SYSTEEMINSTLL: Basis Projectorpositie Tafel voor/Tafel achter/Plafond achter/Plafond voor Automatisch uitschakelen Uitschakelen/5 min./10 min./ 15 min./20 min./25 min./30 min. Inactief-timer Uitschakelen/5 min./10 min./ 15 min./20 min./25 min./30 min.
FAQ-Beeld en Installatie FAQ-Functies en Diensten Huidige systeemstatus Informatie • Bron • Beeldmodus • Resolutie • Kleurensysteem • Equivalent Lampuren De menuopties zijn beschikbaar wanneer de projector minstens één goed signaal ontvangt. Wanneer er geen apparatuur op de projector is aangesloten of er geen signaal wordt waargenomen, zijn er beperkte menuopties beschikbaar.
De menu's gebruiken De projector beschikt over schermmenu's (OSD) waarin u de instellingen kunt aanpassen. Er zijn 17 verschillende menutalen. Zie "Systeeminstellingen Basismenu" op pagina 47 voor details. Hieronder ziet u een overzicht van het schermmenu.
Menu Weergave FUNCTIE (standaardinstelling BESCHRIJVING (standaardinstelling/waarde) /waarde) (Uit) Corrigeer de kleur van het geprojecteerde beeld als het projectieoppervlak niet wit is. Aspect Ratio Er zijn vier opties voor instelling van de beeldverhouding, afhankelijk van het apparaat waarvan het signaal afkomstig is. Wandkleur (Auto) Keystone (0) Positie (0) Fase (afhankelijk van de geselecteerde invoerbron) Horizontale afmeting Zie "De beeldverhouding selecteren" op pagina 32 voor details.
Beeldmenu Sommige beeldaanpassingen zijn alleen mogelijk wanneer bepaalde ingangen in gebruik zijn. Aanpassingen die niet beschikbaar zijn, worden niet weergegeven op het scherm. FUNCTIE (standaardinstelling/ waarde) BESCHRIJVING Beeldmodus Met de vooraf ingestelde beeldmodi kunt u de instellingen van het projectorbeeld aanpassen aan het type programma. Zie "Een beeldmodus selecteren" op pagina 33 voor details.
Bronmenu FUNCTIE (standaardinstelling/ waarde) BESCHRIJVING Snel automatisch zoeken Zie "Schakelen tussen ingangssignalen" op pagina 28 voor details. (Aan) Systeeminstellingen Basismenu FUNCTIE (standaardinstelling/waarde) BESCHRIJVING Herinnert de spreker de presentatie binnen een bepaalde tijd af te ronden. Zie "De presentatietimer instellen" op pagina 36 voor details. Timerinterval (15 min.) Stelt de voorkeurstijd in voor presentaties.
Automatisch uitschakelen (Uitschakelen) Inactief-timer (Uitschakelen) Timerbesturing (Uitschakelen) Via deze functie wordt de projector automatisch uitgeschakeld als er na een ingestelde periode geen ingangssignaal is gedetecteerd. Stel deze periode in voordat de projector is uitgeschakeld, met de knoppen Links/ Rechts op de projector of de afstandsbediening. De tijdsduur kan worden ingesteld van 5 t/m 30 minuten, in stappen van 5 minuten.
Lampmodus (Normaal) Hier kiest u de stand Normaal of Economisch voor de lamp van de projector. Wanneer u de stand Economisch gebruikt, worden het geluid en het stroomverbruik van het systeem met 20% verlaagd. Wanneer u de stand Economisch selecteert, wordt het licht verminderd en worden de geprojecteerde beelden donkerder. Lampinstellingen Als u de projector gebruikt in de stand Economisch, duurt het langer voordat de lamp automatisch wordt uitgeschakeld.
Informatiemenu Dit menu geeft de huidige status van de projector aan. Sommige beeldaanpassingen zijn alleen mogelijk wanneer bepaalde ingangen in gebruik zijn. Aanpassingen die niet beschikbaar zijn, worden niet weergegeven op het scherm. FUNCTIE FAQ-Beeld en Installatie FAQ-Functies en Diensten BESCHRIJVING Geeft mogelijke oplossingen weer voor problemen die u misschien tegenkomt. Bron Geeft de huidige signaalbron weer. Beeldmodus Geeft de geselecteerde modus in het menu BEELD weer.
Onderhoud Onderhoud van de projector De projector heeft maar weinig onderhoud nodig. Het enige dat u regelmatig dient te doen, is de lens schoonhouden. Verwijder nooit onderdelen van de projector, met uitzondering van de lamp. Neem contact op met uw leverancier als er andere onderdelen vervangen dienen te worden. De lens reinigen Reinig de lens als u vuil of stof op het oppervlak ziet. • • Verwijder stof met een fles met gecomprimeerde lucht.
Informatie over de lamp De gebruiksduur van de lamp berekenen De gebruiksduur van de lamp (lampuren) wordt automatisch berekend door de ingebouwde timer als de projector wordt gebruikt. De equivalente gebruiksduur wordt als volgt berekend: Totale (equivalente) gebruiksduur lamp = 1 uur (gebruiksduur in de Economische modus) + 3/2 uur (gebruiksduur in de normale modus) Zie "Lampmodus (Normaal)" op pagina 49 voor meer informatie over de Economische modus.
Melding Lamp nu vervangen Lamp > 3000 uur Gebruiksduur lamp overschreden OK Melding Gebruiksduur lamp overschreden De totale gebruiksduur van de lamp bedraagt meer dan 3000 uur. Het wordt ten zeerste aanbevolen dat u de lamp vervangt. De lamp is een verbruiksartikel. De helderheid van de lamp vermindert na verloop van tijd. Dit is normaal. U kunt de lamp vervangen als de helderheid aanzienlijk is afgenomen. Als dit nog niet is gebeurd, moet u de lamp vervangen als deze 3000 uur in gebruik is geweest.
3. Verwijder het deksel. Schakel de stroom nooit in wanneer het deksel van de lamp is verwijderd. 54 4. Verwijder de lampsnoeren uit de sleuven. 5. Koppel de lampaansluiting los door het tegen de projector aan te duwen en het omhoog te tillen. 6. Draai de schroeven van de lamp los. 7. Trek aan de handgreep zodat deze rechtop staat. Trek met de handgreep de lamp langzaam uit de projector. • Als u te snel trekt, kan de lamp breken waardoor glasscherven in de projector terecht kunnen komen.
8. 9. Net als in de afbeelding, houdt u eerst de lamp boven de opening en richt deze op de nis in de projector. Plaats vervolgens de lamp helemaal in de projector. Draai de schroeven van de lamp weer vast. • Een losse schroef kan tot een slechte verbinding leiden, met storingen tot gevolg. • Draai de schroef niet te vast. 10. 11. Sluit de lampconnector aan op de projector. Steek de lampsnoeren terug in de sleuven. 12. Plaats het lampdeksel terug. 13.
Informatie over de temperatuur Als het waarschuwingslampje voor de temperatuur aan is, wordt u gewaarschuwd voor een van de volgende mogelijke problemen: 1. De binnentemperatuur is te hoog opgelopen. 2. De ventilatoren werken niet. Zet de projector uit en neem contact op met een bevoegd technicus voor verdere hulp. Voor meer informatie zie "Indicatoren" op pagina 56.
Lampje Status & beschrijving Stroom Temp Lamp Situaties gerelateerd aan de temperatuur - R - - R R - R G - R O R R R R R G R R O G R R G R G G R O O R R O R G O R O - G R - G G De projector is automatisch afgesloten. Als u de projector opnieuw probeert te starten, wordt deze opnieuw afgesloten. Neem contact op met uw leverancier voor hulp.
Problemen oplossen U kunt de projector niet inschakelen. Oorzaak Oplossing Het netsnoer levert geen stroom. Stop het ene uiteinde van het netsnoer in de netsnoeraansluiting op de projector en het andere uiteinde in het stopcontact. Zorg dat het stopcontact is ingeschakeld (indien van toepassing). De projector werd aangezet tijdens het afkoelen. Wacht tot de projector volledig is afgekoeld. Geen beeld Oorzaak Oplossing De videobron is niet ingeschakeld of niet correct aangesloten.
Specificaties Projectorspecificaties Alle specificaties kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Timing-diagram Ondersteunde timing voor PC-signaal Resolutie Horizontale frequentie (kHz) Verticale frequentie (Hz) Pixelfrequ entie (MHz) 31,469 37,861 37,500 43,269 31,469 37,879 48,077 46,875 53,674 48,363 56,476 60,023 68,667 47,77 49,65 63,981 59,940 72,809 75,000 85,008 70,087 60,317 72,188 75,000 85,061 60,004 70,069 75,029 84,997 60,09 59,96 60,020 25,175 31,500 31,500 36,000 28,3221 40,000 50,000 49,500 56,250 65,000 75,000 78,750 94,500 80,768 83,458 108,000 640 x 480 720 x 400 800 x 600 1
Informatie over garantie en auteursrechten Beperkte garantie De garantie van BenQ voor dit product heeft betrekking op productie- en materiaalfouten die zich bij normaal gebruik van het apparaat manifesteren. Wanneer u een beroep wilt doen op de garantie, dient u een geldig aankoopbewijs te kunnen overleggen. Wanneer dit product tijdens de garantieperiode defect raakt, is BenQ alleen verplicht de defecte onderdelen te vervangen (inclusief arbeidsloon).
Verklaringen van regelgevende instanties FCC-verklaring KLASSE B: Deze apparatuur genereert en gebruikt radiofrequentie-energie en kan deze uitstralen en kan, indien niet geÔnstalleerd en gebruikt volgens de instructies, schadelijke interferentie van radiocommunicatie veroorzaken. Er is echter geen garantie dat er geen interferentie zal optreden in specifieke installaties.