Operation Manual

Kenmerken van de projector12
Afstandsbediening
1. ON, OFF
Schakelt de projector in of uit.
2. 3D, INVERT
Start het menu 3D en schakelt de
omkeerfunctie in of uit.
3. Pijltoetsen ( Omhoog/ Omlaag/
Links/ Rechts)
Indien het On-Screen Display (OSD)
menu is geactiveerd, worden deze
toetsen gebruikt als richtingspijlen om de
gewenste menu-items te selecteren en
aanpassen aan te brengen.
Wanneer het OSD-menu uit is en u
onder de MHL-aansluitmodus bent, zijn
deze pijltoetsen beschikbaar voor het
bedienen van uw smart-apparaat.
4. OK
Bevestigt het geselecteerde OSD-menu-
item.
Wanneer het OSD-menu uit is en u zich
in de MHL-aansluitmodus bevindt,
gebruikt u de toets om de selectie op het
OSD van uw smart-apparaat te
bevestigen.
5. BACK
Hiermee gaat u terug naar het vorige
OSD-menu en slaat u de menu-
instellingen op.
Wanneer het OSD-menu uit is en u zich
in de MHL-aansluitmodus bevindt,
gebruikt u de toets om terug te keren
naar het OSD-menu van uw smart-
apparaat of om het af te sluiten.
6. , ,
Geluid uit: schakelt de audio van de
projector in en uit.
Volume lager: Verlaagt het volume
van de projector.
Volu me h oge r : Verhoogt het
volume van de projector.
7. MHL-bedieningsknoppen
( Achteruit, Afspelen/
Pauzeren, Vooruit,
Achteruit, Stop, Snel
vooruitspoelen)
Gaat naar het vorige bestand/Afspelen/
Onderbreken/Gaat naar het volgende
bestand/Terugspoelen/Stoppen/Snel
vooruitspoelen tijdens afspelen van
media. Alleen beschikbaar bij het
bedienen van uw smart-apparaat in de
modus MHL.
Wanneer u onder de MHL-aansluitmodus
bent en het OSD uit is, zijn deze
pijltoetsen beschikbaar voor het bedienen
van uw smart-apparaat: pijltoetsen, OK,
BACK en MHL-bedieningsknoppen.
8. KEYSTONE
Start het venster 2D-keystone. Gebruik
de pijltoetsen om vervormde beelden
die zijn veroorzaakt door een
hoekprojectie, handmatig te corrigeren.
9. Toetsen voor aanpassing
beeldkwaliteit
Deze functietoetsen verrichten dezelfde
taken als opgegeven in het OSD-menu.
1
2
4
6
5
7
8
9
3
10
11
12
13
14
15
16