Operation Manual

8 9
4
1
2
3
(9)
Positioneer de 3-punts autogordel. Plaats de heupgordel over
de basis van het zitje achter de hoorns aan beide zijdes (zie
groene pijlen 1 en 2). Klik de gordel vast.
Trek de heupgordel voorwaarts en plaats deze over de
gordelgeleidingshaak (zie groene pijl 3)
12-
13-
Nu de verankeringsgordels geplaatst zijn kan de installatie
verder gaan.
Plaats het zitje in de auto met de stoelbeugel eerst.
Schuif de vloersteun naar beneden op de vloer van de auto.
De vloersteun moet door de gordellus gevoerd worden. De
gordellus moet onder de haak van de vloersteun lopen.
Draai het zitje met de stoelbeugel tegen het rugdeel van de
autostoel.
De vloersteun moet in contact zijn met de vloer van de auto.
Om de ruimte voor de benen van het kind te vergroten,
kan de stoelbeugel verder uitgedraaid worden. Houd deze
ruimte zo klein mogelijk.
7-
8-
9-
10-
11-
Achterwaarts gericht installeren op de
achterstoel
Verbind de 2 verankeringsgordels met
elkaar tot 1 lange gordel. Haal de koppeling
van gordel 1 door de gordellus van gordel
2 en daarna door de gordellus van gordel
1. Trek de gordel goed vast (7).
Plaats het midden van de lange
gordel aan de binnenzijde van de
autostoel. Haal de uiteinden van de
gordel achterlangs de autostoel en
kruis ze onderlangs de autostoel
naar de voorzijde van de autostoel
(8).
Vierde alternatief: gebruik de voorstoel
van de auto
(7)
(8)
a-
b-
Trek de schouder gordel van de auto rond de hoorn (zie
groene pijl 1).
14-
!
Om verder te gaan met achterwaarts installeren op de
achterstoel, ga naar pagina 9.
Om verder te gaan met achterwaarts installeren op de
voorstoel, ga naar pagina 12.