BM 95 O Bloeddrukmeter met ECG-functie Gebruiksaanwijzing BEURER GmbH • Söflinger Str. 218 www.beurer.
NEDERLANDS Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door, bewaar deze voor later gebruik, laat deze ook door andere gebruikers lezen en neem alle aanwijzingen in acht. Inhoudsopgave 1. Kennismaking..................................................3 2. Belangrijke aanwijzingen................................4 3. Beschrijving van het apparaat........................9 3.1 Hoofdapparaat............................................9 3.2 ECG-stick..................................................10 3.
Geachte klant, Hartelijk dank dat u voor een van onze producten hebt gekozen. Beurer staat voor hoogwaardige en grondig gecontroleerde kwaliteitsproducten op het gebied van warmte, zachte therapie, bloeddrukmeting, gewicht, massage, beauty, lucht en baby. Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door, bewaar deze voor later gebruik, laat deze ook door andere gebruikers lezen en neem alle aanwijzingen in acht. Met vriendelijke groet, Uw Beurer-team 1.
2.
Aanwijzingen voor het gebruik van de bloeddrukmeter • Meet uw bloeddruk altijd op hetzelfde tijdstip, zodat de gemeten waarden met elkaar vergeleken kunnen worden. • Rust voorafgaand aan iedere meting ongeveer 5 minuten uit. • Als u meerdere metingen bij dezelfde persoon wilt uitvoeren, moet tussen de afzonderlijke metingen telkens 5 minuten rust worden gehouden. • Ten minste 30 minuten voor de meting mag u niet eten, drinken of roken, en geen lichamelijke inspanningen verrichten.
• De bloeddrukmeter werkt uitsluitend op batterijen. Houd er rekening mee dat u alleen gegevens kunt overdragen en opslaan als uw bloeddrukmeter wordt voorzien van stroom. Zodra de batterijen leeg zijn, verliest de bloeddrukmeter datum en tijd. • Om de batterijen te sparen, wordt de bloeddrukmeter automatisch uitgeschakeld als er twee minuten lang geen toets ingedrukt wordt. • Het apparaat is alleen bedoeld voor het in deze gebruiksaanwijzing beschreven gebruik.
• Stel naar aanleiding van het meetresultaat niet zelf een diagnose en voer geen zelfbehandeling uit zonder uw behandelend arts te raadplegen. Begin vooral niet op eigen initiatief aan nieuwe medicatie en wijzig de soort en/of dosering van bestaande medicatie niet. • De ECG-meter kan niet worden gebruikt ter vervanging van een medisch onderzoek van uw hartfunctie of van het maken van een medisch elektrocardiogram. Hieraan worden namelijk strengere eisen gesteld bij de metingen.
• Dit apparaat is niet toegelaten voor gebruik bij kinderen met een gewicht van minder dan 10 kg. • De elektroden van het apparaat mogen niet in contact komen met andere elektrisch geleidende onderdelen (inclusief aarde). • Bewaar het apparaat niet in de volgende omgevingen: plekken die zijn blootgesteld aan direct zonlicht, hoge temperaturen, vocht of sterke vervuiling, plekken in de buurt van water of vuur en plekken die zijn blootgesteld aan hoge elektromagnetische stralingen.
• • • • • • • Explosiegevaar! Werp batterijen niet in vuur. Batterijen mogen niet worden opgeladen en niet worden kortgesloten. Haal de batterijen uit het batterijvak als u het apparaat langere tijd niet gebruikt. Gebruik alleen hetzelfde of een gelijkwaardig type batterij. Vervang altijd alle batterijen tegelijk. Gebruik geen oplaadbare batterijen! Haal batterijen niet uit elkaar, open ze niet en hak ze niet in kleine stukken. 3. Beschrijving van het apparaat 3.1 Hoofdapparaat 1 5 2 4 3 1.
3.2 ECG-stick 1. Bovenste elektrode 2. Onderste elektrode 3. Activeringsschakelaar 6 7 8 3.3 Beschrijving van het display 1 4 2 5 6 3 7 8 9 10 11 12 13 1. Hartslagindicator: knippert tijdens de meting synchroon met de hartslag. 2. Hartslagfrequentie: geeft de gemiddelde hartslagfrequentie tijdens de registratie weer. 3. Weergave ECG-resultaat 4. Weergave systolische bloeddruk 5. Weergave diastolische bloeddruk 6. Classificatie van de meetwaarden 7.
4. Ingebruikname 4.1 Batterijen plaatsen 1. Schuif het deksel van het batterijvak aan de achterzijde van het hoofdapparaat open. 2. Plaats vier AAA-batterijen (LR03) in het batterijvak. Let goed op dat de batterijen met de juiste polariteit worden geplaatst, zoals aangeduid. 3. Sluit het deksel van het batterijvak weer tot deze hoor- en merkbaar vastklikt. Zodra op het display wordt weergegeven, moet u de batterijen vervangen. 4.
3. Op het display begint nu de maand te knipperen. Stel met de toetsen +/- de maand in. Druk op de geheugentoets M om de ingestelde maand te bevestigen. 4. Op het display begint nu de dag te knipperen. Stel met de toetsen +/- de dag in. Druk op de geheugentoets M om de ingestelde dag te bevestigen. 5. Op het display begint nu het uur te knipperen. Stel met de toetsen +/- het huidige uur in. Druk op de geheugentoets M om het ingestelde uur te bevestigen. 6. Op het display beginnen nu de minuten te knipperen.
4.4 Gebruikersgeheugen selecteren Het apparaat beschikt over twee gebruikersgeheugens. In elk gebruikersgeheugen kunnen maximaal 60 meetwaarden worden opgeslagen. Zodra alle geheugenplaatsen van een gebruikersgeheugen bezet zijn, worden de oudste meetwaarden overschreven door de nieuwste. • Druk kort op de geheugentoets M. De laatst ingestelde gebruiker wordt weergegeven. Houd vervolgens de geheugentoets M vijf seconden ingedrukt om tussen de gebruikersgeheugens te wisselen. 5.
Steek nu de manchetslang in de aansluiting voor de manchetstekker. De bloeddruk van de rechter- en de linkerarm kan verschillen en daardoor kunnen de gemeten bloeddrukwaarden ook verschillen. Voer de meting altijd op dezelfde arm uit. Als het verschil tussen de waarden van beide armen zeer groot is, dient u met uw arts te overleggen welke arm u voor de meting moet gebruiken. Let op Het apparaat mag alleen met de originele manchet gebruikt worden. De manchet is geschikt voor een armomvang van 22 tot 42 cm.
5.3 Bloeddrukmeting starten 1. Breng de manchet zoals hiervoor beschreven aan en neem een correcte lichaamshouding aan. 2. Druk op de START/STOP-toets om de bloeddrukmeting te starten. Het bloeddruksymbool verschijnt op het display en de manchet wordt opgepompt. Zodra het apparaat een hartslag heeft geregistreerd, knippert synchroon met de hartslag een hartsymbool op het display. U kunt de bloeddrukmeting op elk moment afbreken door nogmaals op de START/STOPtoets te drukken.
Bereik van de bloeddrukwaarden Systolisch (in mmHg) Niveau 3: sterke hypertonie ≥180 Niveau 2: gemiddelde hypertonie 160 – 179 Niveau 1: lichte hypertonie 140 – 159 Hoog normaal 130 – 139 Normaal 120 – 129 Optimaal <120 Bron: WHO, 1999 (World Health Organization) Diastolisch (in mmHg) ≥110 100 – 109 90 – 99 85 – 89 80 – 84 <80 Maatregel Raadpleeg een arts Raadpleeg een arts Regelmatige controle door een arts Regelmatige controle door een arts Zelfcontrole Zelfcontrole 5.
6. ECG meten 6.1 ECG-meting voorbereiden Neem de volgende aanwijzingen in acht voordat u met de ECG-meting start: • Gebruik de ECG-stick niet over uw kleding. • Reinig de oppervlakken van de elektroden van de ECG-stick met een wattenstaafje met schoonmaakalcohol als deze vuil zijn. • Maak uw handen vochtig met een vochtige doek als uw huid en uw handen voor de meting droog zijn.
Meetmethode A “rechter wijsvinger - borst” (komt ongeveer overeen met “afleiding 2”) Plaats uw rechter wijsvinger op de bovenste elektrode van het apparaat en houd het apparaat naar boven gericht in uw hand. Top Electrodes 5 cm De juiste positie voor het plaatsen van de onderste elektrode van het apparaat op uw borst kan worden bepaald aan de hand van de volgende methodes: • Ga vanuit uw voorste okselholte naar beneden. Tegelijkertijd gaat u vanaf uw onderste linkerrib 10 cm naar boven.
Meetmethode B Top Electrodes 5 cm “linker wijsvinger - borst” (komt ongeveer overeen met “afleiding 3”) Plaats uw linker wijsvinger op de bovenste elektrode van het apparaat en houd het apparaat naar boven gericht in uw hand. De juiste positie voor het plaatsen van de onderste elektrode van het apparaat op uw borst kan worden bepaald aan de hand van de volgende methodes: • Ga vanuit uw voorste okselholte naar beneden. Tegelijkertijd gaat u vanaf uw onderste linkerrib 10 cm naar boven.
Meetmethode C “linkerhand - rechterhand” (komt ongeveer overeen met “afleiding 1”) Plaats uw rechter wijsvinger op de bovenste elektrode van het apparaat. Plaats een vinger van uw linkerhand op de onderste elektrode. Druk op de onderste elektrode totdat u een klikkend geluid hoort of voelt. Let op: druk het apparaat niet te hard tegen uw huid. Zorg ervoor dat uw rechter- en linkerhand (meetmethode C) of uw hand en borst (meetmethode A/B) niet met elkaar in aanraking komen.
6.3 Onjuiste ECG-meetmethodes Voer de ECG-meting NOOIT zo uit: De rechter wijsvinger raakt de bovenste elektrode niet voldoende. De meting wordt door de kleding heen uitgevoerd. De ECG-stick wordt verkeerd om vastgehouden. De ECG-stick wordt in de linkerhand vastgehouden. 6.4 ECG-meetwaarden beoordelen Na de meting kunnen op het LCD-scherm de volgende resultaten worden weergegeven. Resultaat van een onopvallende ECG-registratie.
Achtergrondinformatie en medische parameters die u aan uw arts kunt voorleggen, vindt u in de “Bijlage voor de behandelend arts” die met het apparaat wordt meegeleverd. 6.5 ECG-meetwaarden opvragen Het apparaat beschikt over twee gebruikersgeheugens. In elk gebruikersgeheugen kunnen maximaal 60 meetwaarden worden opgeslagen. Zodra alle geheugenplaatsen van een gebruikersgeheugen bezet zijn, worden de oudste meetwaarden overschreven door de nieuwste.
App • Bluetooth® 4.0, iOS vanaf versie 7.0, • Android™-apparaten vanaf versie 4.3 met Bluetooth® Smart Ready 8. Wat te doen bij problemen? Probleem Mogelijke oorzaak Het meetresultaat van de ECG-meting knippert op het display. Het ECG-signaal is instabiel of Herhaal de meting volgens de te zwak. aanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing. Het meetresultaat van de ECG-meting geeft “EE” aan. • Te weinig druk op de huid.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Het apparaat kan niet worden ingeschakeld. De batterijen zijn leeg. Vervang de batterijen. De batterijen zijn verkeerd geplaatst. Plaats de batterijen opnieuw met de juiste polariteit (+/-) in het apparaat. De manchet wordt niet opgepompt. De slang van de manchet is niet correct op het apparaat aangesloten. Zorg ervoor dat de slang correct op het apparaat is aangesloten. De manchet bevat een scheur. De resultaten van de bloeddrukmeting zijn zeer hoog/ laag.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Bluetooth®-verbinding mislukt. Verbindingsprobleem tussen smartphone/tablet en app. De apparaat-ID wordt niet meer weergegeven onder “Setting” in de app “CardioExpert”. Overdrachtsprobleem van de gegevens bij de eerste verbinding. Schakel het hoofdapparaat uit, sluit de app en deactiveer Bluetooth® op uw smartphone/tablet. Probeer de verbinding opnieuw tot stand te brengen.
10. Verwijdering Deponeer de gebruikte, volledig ontladen batterijen in de daarvoor specifiek bestemde afvalbakken of bied ze bij het afvalverwerkingsstation of de elektriciteitszaak aan als chemisch afval. U bent wettelijk verplicht de batterijen correct te verwijderen.
11. Technische gegevens Modelnr. Meetmethode Meetbereik Bandbreedte / bemonsterings frequentie ECG Nauwkeurigheid van de weergave Meetafwijking Geheugen Afmetingen Gewicht Manchetgrootte Toegestane gebruiksomstandigheden Toegestane omstandigheden voor bewaring Voeding Levensduur batterij Toebehoren BM 95 Oscillometrische non-invasieve bloeddrukmeting op de bovenarm.
Classificatie Patent Interne voeding, IPX0, geen AP of APG, ononderbroken werking Bloeddruk: Toegepast deel type BF ECG-stick: Toegepast deel type CF TWM474484, TW201233370 / CN102631193A, CN203539335U / US20130345575 / EP2676599 / JP2014039800 • Deze bloeddrukmeter voldoet aan de Europese norm EN60601-1-2 en is onderworpen aan bijzondere veiligheidsmaatregelen op het gebied van elektromagnetische verdraagzaamheid.