Operation Manual

Als compressie en codering zijn ingeschakeld, comprimeert uw smartphone de smartphone-gegevens voordat deze
worden gecodeerd.
Informatie over het coderen van bestanden
Bestandscodering is bedoeld om bestanden te beschermen die u hebt opgeslagen op uw BlackBerry-smartphone of op
een mediakaart die u in uw smartphone kunt plaatsen. U kunt de bestanden op uw smartphone of mediakaart coderen met
behulp van een coderingssleutel die uw smartphone genereert en/of het wachtwoord van uw smartphone.
Wanneer u de bestanden codeert met behulp van een coderingssleutel die uw smartphone genereert, hebt u alleen
toegang tot de bestanden op uw mediakaart wanneer de mediakaart in uw smartphone is geplaatst. Wanneer u de
bestanden codeert met behulp van uw smartphonewachtwoord, hebt u toegang tot de bestanden op uw mediakaart in
iedere smartphone waarin u uw mediakaart plaatst, zolang u het wachtwoord van de smartphone weet.
Verwante informatie
Codering inschakelen,364
Codering inschakelen
Voor u begint: Om gegevens op uw BlackBerry-smartphone te kunnen coderen, moet u een wachtwoord voor uw
smartphone hebben ingesteld.
Afhankelijk van de hoeveelheid opslagruimte die beschikbaar is, is het mogelijk dat u bestanden op uw smartphone of
mediakaart niet kunt coderen.
U kunt de codering zo instellen dat ze in- of exclusief contactpersonen is. Als u codering voor contactpersonen inschakelt
en u ontvangt een oproep wanneer uw smartphone is vergrendeld, wordt de gecodeerde naam van de beller niet op het
scherm weergegeven.
1. Klik in het beginscherm of in een map op het pictogram Opties.
2. Klik op Beveiliging > Codering.
3. Om gegevens en bestanden op uw smartphone te coderen, schakelt u in de sectie Toestelgeheugen het selectievakje
Coderen in.
4. Als u bestanden wilt coderen die zijn opgeslagen op een mediakaart, schakelt u in de sectie Mediakaart het
selectievakje
Coderen in en gaat u als volgt te werk:
Als u bestanden wilt coderen met een coderingssleutel die uw smartphone genereert, wijzigt u het veld Modus in
Toestelsleutel.
Als u bestanden wilt coderen met uw smartphonewachtwoord, wijzigt u het veld Modus in Toestelwachtwoord.
Als u bestanden wilt coderen met behulp van een coderingssleutel en uw smartphonewachtwoord, wijzigt u het
veld
Modus in Toestelwachtwoord en -sleutel.
5.
Druk op de toets > Opslaan.
Als u het coderen van gegevens en bestanden op uw smartphone wilt beëindigen, schakelt u in de sectie Toestelgeheugen
het selectievakje Coderen uit. Als u het coderen van bestanden op uw mediakaart wilt beëindigen, schakelt u in de sectie
Mediakaart het selectievakje Coderen uit.
Gebruikershandleiding Opslagruimte en mediakaarten
364