Operation Manual

32
Routegeleiding
1. Open het uitklapmenu met de
OK
-toets.
Kies “Instelling”. Druk op de
OK
-toets.
Het menu “Instelling” wordt geopend.
2. Kies “Kaart positie”. Druk op toets .
Er wordt een keuzemenu voor de soort positiekaart weergegeven.
3. Markeer de gewenste weergavesoort. Druk op de
OK
-toets.
De routegeleiding wordt voortgezet met de gekozen kaart.
Kaartweergave van het gebied van bestemming of overzichtskaart kiezen
1. Open het uitklapmenu met de
OK
-toets.
Kies “Instelling”. Druk op de
OK
-toets.
Het menu “Instelling” wordt geopend.
2. Kies de kaartweergave “Omgeving reisdoel” of “Overzichtskaart” door op de
- of -toets te drukken. Druk op de
OK
-toets.
De kaart wordt weergegeven in de gekozen weergavesoort.
Schaal van de kaart wijzigen
De schaal waarmee elke kaart wordt weergegeven, kan vrij worden gekozen. De schaal
ken worden ingesteld tussen 50 m en 500 km. Dit betekent dat een cm op de kaart
kan overeenstemmen met 50 m tot 500 km.
1. Open het uitvouwmenu met de
OK
-toets.
Kies “Schaal”. Druk op de
OK
-toets.
Het menu “Schaal wijzigen” wordt geopend.
2. Kies met de
-toetsen de gewenste schaal. Druk op de
OK
-toets.
De kaart wordt weergegeven met de nieuwe schaal.
Pluspunt: u kunt de schaal in de kaartweergave ook direct met de
-toetsen wijzigen.