Operation Manual

66
Pluspunt: de positie wordt ingevoerd zoals u gewend bent van het invoeren
van reisdoelen.
3. Nadat u de stad, de straat en het kruispunt hebt bepaald, moet u de richting
en de afstand van het kruispunt tot de positie van de auto instellen. Kies de
desbetreffende menuoptie en voer de instellingen uit met de -toetsen.
Markeer ten slotte “OK” en druk op de
OK
-toets.
Demomodus oproepen
U kunt met de TravelPilot DX-V de routegeleiding simuleren.
1. Wanneer u de demomodus wilt activeren, kiest u de menuoptie “Demo”.
Druk op de
OK
-toets.
Er verschijnt een keuzemenu.
2. Kies kussen de enkelvoudige demomodus (“Normaal”) of de continu herhaal-
de routegeleiding (“Auto repeat”). Druk op de
OK
-toets.
De navigatie wordt opnieuw geladen.
Let op:
Reisdoelen en trajecten die in de demomodus worden geprogrammeerd,
blijven na het beëindigen van de demomodus niet bewaard in het geheu-
gen.
De demomodus blijft actief totdat de TravelPilot DX-V opnieuw wordt
opgestart of deze wordt gedeactiveerd.
Demomodus deactiveren
1. Wanneer u de demomodus wilt deactiveren kiest u in het menu “Instelling”
het
-symbool. Druk op de
OK
-toets.
Het submenu voor de overige instellingen verschijnt.
2. Kies de menuoptie “Navigatie”. Druk op de
OK
-toets.
De navigatie wordt opnieuw geladen.
Systeeminstellingen