Operation Manual

nl De magnetron
20
CombiSpeed instellen
Bij enkele verwarmingsmethoden kunt u de magnetron
erbij inschakelen.
Geschikte verwarmingsmethoden zijn:
< 4D hetelucht
% Boven- en onderwarmte
7 Circulatiegrillen
( Grill, groot
* Grill, klein
Bij CombiSpeed zijn de magnetron-vermogens 90 watt,
180 watt en 360 watt beschikbaar.
Lees voordat u CombiSpeed instelt de informatie over
de juiste vormen.
1. Tip op het veld menu.
De keuzelijst met de functies verschijnt.
2. Tip op het tekstveld “CombiSpeed”.
3. Tip op het tekstveld met de gewenste
verwarmingsmethode.
4. Tip op het tekstveld met het gewenste
magnetronvermogen.
Op het display staat de temperatuur of de stand wit
in de focus.
5. Met de bedieningsring de temperatuur of stand
instellen.
6. Tip op het tekstveld “Tijdsduur”.
Op het display staat de tijdsduur wit in de focus.
7. Met de bedieningsring de tijdsduur instellen.
8. Starten met de toets start/stop l.
De tijdsduur loopt af op het display.
Het apparaat start.
Wanneer de tijdsduur beëindigd is, klinkt er een
signaal.De actuele functie van het apparaat wordt
beëindigd. Op het display staat de tijdsduur 00m 00s.
Wanneer het gerecht klaar is, schakelt u het apparaat
met de toets on/off ÿ uit.
Wijzigen en afbreken
Na de start blijft de temperatuur in de focus. Wanneer u
de bedieningsring beweegt, wordt de temperatuur of de
stand veranderd en overgenomen.
Om de tijdsduur te veranderen op het tekstveld
“Tijdsduur” tippen en de wijziging doorvoeren met de
bedieningsring. De wijziging wordt direct overgenomen.
Om de verwarmingstijd of het magnetronvermogen te
veranderen dient u de werking eerst met de toets start/
stop l te onderbreken. Op het tekstveld met de
verwarmingsmethode of het gewenste
magnetronvermogen tippen en de wijziging doorvoeren.
Aanwijzing: Verandert u de verwarmingsmethode of
het magnetronvermogen, dan worden ook de andere
instellingen teruggezet.
Wilt u CombiSpeed afbreken, onderbreek de werking
dan met de toets start/stop l en kies een andere
functie.
Drogen
U dient de binnenruimte na afloop van het programma
droog te maken, zodat er geen vocht achterblijft.
Drogen starten
Tijdens het drogen wordt de binnenruimte verwarmd,
zodat er vocht in de binnenruimte verdampt. Open
vervolgens de apparaatdeur, zodat de waterdamp uit
de binnenruimte verdwijnt.
1. Het apparaat af laten koelen.
2. Grove verontreiniging in de binnenruimte direct
verwijderen en het vocht van de bodem afnemen.
3. Zo nodig met de toets on/off # het apparaat
inschakelen.
4. Tip op het veld menu.
De keuzelijst met de functies verschijnt.
5. Tip op het tekstveld “Drogen”.
De tijdsduur wordt weergegeven. Deze kan niet
worden veranderd.
6. Starten met de toets start/stop l.
Het drogen wordt gestart en na 10 minuten
automatisch beëindigd.
7. Apparaatdeur openen en 1 tot 2 minuten open laten,
zodat het vocht uit de binnenruimte kan ontsnappen.
De binnenruimte handmatig schoonmaken
1. Het apparaat af laten koelen.
2. Vervuiling uit de binnenruimte verwijderen.
3. Binnenruimte drogen met een zachte doek.
4. Apparaatdeur 1 uur open laten, zodat de
binnenruimte helemaal droog wordt.