Operation Manual

nl
23
... bij het inschakelen
Het apparaat start niet.
Zekering van de huisinstallatie niet
in orde.
De stekker zit niet in het stopcontact.
De deur van het apparaat is niet goed
dicht.
... bij het instellen
De instelling kan niet gewijzigd worden,
een programma start.
Verkeerde programmatoets ingedrukt.
Het programma afbreken
(zie hoofdstuk „Programma afbreken
(Reset)”) en van voren af aan
beginnen.
Einde van het programma niet
afgewacht.
... aan het apparaat
De onderste sproeiarm draait moeilijk.
Sproeiarm geblokkeerd.
De deur kan niet alleen moeilijk geopend
worden. *
Kinderbeveiliging is geactiveerd.
De gebruiksaanwijzing voor
de deactivering bevindt zich
achterin in de omslag.
* Afhankelijk van het model
De deur kan niet sluiten.
–Het deurslot is omgesprongen. Om het
slot terug te zetten de deur met grote
kracht sluiten.
Deksel van het afwasmiddelbakje kan
niet gesloten worden.
Afwasmiddelbakje te vol
of mechanisme door vastgeplakte
afwasmiddelresten geblokkeerd.
Afwasmiddelresten
in het afwasmiddelbakje.
Afwasmiddelbakje was tijdens het
vullen vochtig.
Indicatie „Watertoevoer controleren” 8
brandt.
Kraan dicht.
Watertoevoer onderbroken.
Watertoevoerslang geknikt.
Zeef aan de kraan verstopt.
Apparaat uitschakelen
en de stekker uit het stopcontact
trekken.
Kraan dichtdraaien.
Zeef in de toevoerslang
schoonmaken.
Stroom weer inschakelen.
Kraan opendraaien.
Apparaat inschakelen.
Na afloop van het programma blijft er
water in het apparaat staan.
(:ƒ…) Waterafvoerslang verstopt
of geknikt.
Zeven verstopt.
(:Ġ) Waterafvoerpomp
geblokkeerd, afdekking
van de waterafvoerpomp niet
vastgeklikt
(zie Schoonmaken en onderhoud).
Zeven verstopt.
Programma nog niet beëindigd.
Wachten op het einde van het
programma (de cijferindicatie
geeft :‹‹ aan) of functie „Reset”
uitvoeren.