Installation Instructions
Brink Climate Systems BV  25 
5.7.3  Dakuitmonding combidoorvoer-verticaal en 
dubbelpijpsdoorvoer-verticaal 
Toestelcategorie: C33 
VOORZICHTIG 
Als  de  combidoorvoer-verticaal  niet  toegepast kan  worden, 
moeten  de  luchttoevoer  en verbrandingsgasafvoer separaat 
uitgevoerd worden. 
  Combidoorvoer-verticaal. 
Toegestane leidinglengte 
Tweepijps 
Luchttoevoer-  en  verbrandingsgasafvoerleiding:  samen  85  m,  exclusief  de  lengte 
van de combidoorvoer of de dubbelpijpsdoorvoer. 
Concentrisch 
Luchttoevoer-  en  verbrandingsgasafvoerleiding  exclusief  de  lengte  van  de 
combidoorvoer. 
bij concentrische pijp 80/125 mm bedraagt 29 meter 
bij concentrische pijp 60/100 mm bedraagt 11 meter 
Verbrandingsgasafvoer- en luchttoevoerleiding 
Voor de montage, zie § 5.7 Montage algemeen 
Montage combidoorvoer-verticaal 
1.  Monteer  een  verticale  doorvoerpan  met  schaal  op  de  plaats  van 
uitmonding op een schuin dak. 
   Op  een  plat  dak  moet  een  plakplaat  voor  een  pijp  ø  126  mm  aangebracht 
worden. 
2.  Demonteer het spruitstuk van de combidoorvoer (C). 
3.  Schuif de combidoorvoer (C) van buiten naar binnen: 
   Bij een schuin dak door de verticale doorvoerpan met schaal.  
   Bij een plat dak door de plakplaat. 
4.  Monteer het  spruitstuk van de  combidoorvoer (C)  en borg  deze met  een 
plaatschroef of popnagel. 










