Installation Instructions
14
Art.-Nr.: 30 62 304_0408
Opstand op schuin dak
Optimale hellingshoek Voor de instelling van de hellingshoek naargelang het soort gebruik kunnen de
exibele opsteldriehoeken telkens aan de optimale hoek aangepast worden.
De opsteldriehoeken bezitten boringen op 20°, 30° en 45° en kunnen naarge-
lang de dakhelling pas gezaagd worden.
Aanwijzingen voor de beve-
stiging
Bij opstand op een schuin dak is een spantmontage van de dakhaken absoluut
noodzakelijk. De geschiktheid van de dakconstructie (m.b.t. draagkracht) en
de toegelaten oppervlaktebelasting voor het dak moet op voorhand nagegaan
worden (dit eventueel aan een constructeur vragen). Er moet rekening worden
gehouden met de hoogte van het gebouw.
De afstand van de collectoren tot de dakrand zou groter dan 1 m moeten zijn
om de montage te vergemakkelijken en omwille van de grotere windkrachten
aan de randen van het dak.
Wind
Windkracht Fw
Aanwijzing voor de optimale
hellingshoek van de collector
Keuze van boring
2,06 m bij montage op de
smalle kant
1,06 m bij dwarsmontage
45°
30°
20°
Diagonaal been naargelang de gewenste hoek in de overeenkomstige boring op het
verticale been monteren.
Verticaal been boven het diagonale been markeren en pas zagen (zie afbeelding).
voor buiscollector TRK
Bereiding van warm water op basis van zonne-
energie
30° + 5°
Combi-installaties voor de bereiding van warm
water op basis van zonne-energie en verwar-
mings ondersteuning op basis van zonne-energie
45° ± 5°
Verwarmingsondersteuning op basis van zonne-
energie
55° ± 5°
Hoogte
van het
gebouw
Oppervlakte
voor Wind-
last
Windkracht
Fw
0 – 8 m 2,30 m
2
2030 N
8 – 20 m 2,30 m
2
2800 N
>20 m 2,30 m
2
Afzonderlijke berekening overeenkomstig DIN
1055-4 noodzakelijk
Naargelang het soort gebruik wordt de volgende optimale hellingshoek van de
collector aanbevolen.