Installation Instructions

6
Art.-Nr.: 30 62 304_0408
Deze werkzaamheden moeten uitgevoerd worden, voordat de collectoren naar
het dak getransporteerd worden (uitzondering montage op een plat dak).
Opgelet: Compensators alleen aan het korte aansluitstuk monteren!
In geval van aansluiting eenzijdig links (zoals afgebeeld) zitten de korte aans-
luitstukken rechts.
Voor de aansluiting eenzijdig rechts moet de collector 180° gedraaid worden.
Voor het aaneenschroeven van de aansluitingen de aanwezigheid van de
collectordichtingen controleren.
Tijdens de montage van de aansluitstukken, compensators en afsluitstoppen
moet telkens de wartelmoer aan de collector tegengehouden worden. Het
aandraaimoment mag maximaal 20 Nm bedragen!
De dompelhuls uit het karton van de regeling nemen en in het aansluitstuk van
de voeding draaien.
Telkens 2 schroefdraadpennen M8x30 aan de onderste rand van de omkasting
volledig inschroeven.
Voorbereidende werkzaamheden
vóór de montage
Algemene voorbereidende werkzaamheden
- De collectorenstapel alleen met de verpakkingslijsten en paletten transpor-
teren en opslaan.
- Niet meer dan 16 collectoren op elkaar transporteren en niet meer dan 24
collectoren op elkaar opslaan.
- Collectoren niet met het glas naar onder transporteren.
- Om beschadiging te vermijden: collectoren tijdens het transporteren niet bij
de aansluitstukken dragen of op de aansluitstukken neerzetten.
- De rugzijde van de collector niet op een oneffen ondergrond neerleggen.
- Collectoren op stofvrije en droge plaatsen opslaan.
- Het glas van de collectoren afdekken tot aan de ingebruikneming.
- Wij raden het gebruik van handvaten aan (verkrijgbaar als toebehoren).
Transport en opslag
Compen-
sators
Schroef
draadpennen
M8x30
Aansluitstuk
toevoer
Aansluitstuk retour (bij
montage in het dak
absoluut noodzakelijk)
Collector-
dichtingen
Opgelet
Dompelhuls
Voor de eenvoudige en veilige montage van de collectoren worden het vol-
gende gereedschap en de volgende hulpmiddelen gebruikt:
1 hamer
1 rolmeter
1 stift / krijt
2 schroefsleutel SW 13
1 houtboor ca. 5 mm (alleen bij montage in het dak)
1 haakse slijper met slijpschijf voor steen
2 gaffelsleutels SW 30
1 polygriptang
1 decoupeerzaag (bij aanwezige dakbeplating)
Dakdoorvoer voor de zonneleidingen (vb. beluchtingspannen met de haakse
slijper passend slijpen)
Wachtbuizen (voelerleiding, leidingsnet)
Valbeveiliging(en)
Kruiskopbit
Nodige gereedschap
Montage De montage en eerste inbedrijfstelling mag enkel door een erkende vakman
uitgevoerd worden. Deze neemt de verantwoordelijkheid voor de reglementaire
installatie en de eerste ingebruikneming op zich.
De collectoraansluitingen, ook van lege collectoren, kunnen reeds bij de mon-
tage heel heet worden. Veiligheidshandschoenen dragen, er bestaat gevaar
voor brandwonden.