GEBRUIKERSHANDLEIDING DCP-8085DN Versie B DUT/BEL-DUT
Wanneer u de klantenservice moet bellen Vul de volgende gegevens in voor toekomstige referentie: Modelnummer: DCP-8085DN Serienummer: 1 Aankoopdatum: Aankoopplaats: 1 Het serienummer staat op de achterkant van het toestel. Bewaar deze gebruikershandleiding samen met uw kassabon als bewijs van uw aankoop, in geval van diefstal, brand of service in geval van garantie. Registreer uw product online op http://www.brother.
Samenstelling en publicatie Deze handleiding is samengesteld en gepubliceerd onder supervisie van Brother Industries, Ltd. De nieuwste productgegevens en -specificaties zijn in deze handleiding verwerkt. De inhoud van deze handleiding en de specificaties van dit product kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Brother behoudt zich het recht voor om de specificaties en de inhoud van deze handleiding zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen.
Inhoudsopgave Paragraaf I 1 Algemeen Algemene informatie 2 Gebruik van de documentatie................................................................................2 Symbolen en conventies die in de documentatie gebruikt worden..................2 De softwarehandleiding en de netwerkhandleiding raadplegen ............................3 Documentatie bekijken ....................................................................................3 Brother-support oproepen (voor Windows®) .....................
4 Beveiligingsfuncties 28 Beveiligd functieslot 2.0 ....................................................................................... 28 Het beheerderswachtwoord instellen ........................................................... 29 Het beheerderswachtwoord veranderen ....................................................... 29 De functie Openbare gebruiker instellen ....................................................... 30 Beperkte gebruikers instellen ............................................
Paragraaf IV Software 7 Software- en netwerkfuncties 50 Gebruik van de HTML-gebruikershandleiding .....................................................50 Windows® ......................................................................................................50 Macintosh® ....................................................................................................51 Paragraaf V A Bijlagen Veiligheid en wetgeving 54 Een geschikte plaats kiezen ............................................
D Menu en functies 107 Programmeren op het scherm ........................................................................... 107 Menutabel.................................................................................................... 107 Opslag in het geheugen .............................................................................. 107 Menutoetsen ...................................................................................................... 107 Het menu openen ........................
Paragraaf I Algemeen Algemene informatie Papier en documenten laden Algemene instelling Beveiligingsfuncties I 2 10 23 28
1 Algemene informatie Gebruik van de documentatie 1 Waarschuwingen informeren u over de maatregelen die u moet treffen om persoonlijk letsel te voorkomen. Dank u voor de aanschaf van een Brothermachine! Het lezen van de documentatie helpt u bij het optimaal benutten van uw machine. Symbolen en conventies die in de documentatie gebruikt worden De volgende symbolen en conventies worden in de documentatie gebruikt.
Algemene informatie De softwarehandleiding en de netwerkhandleiding raadplegen c 1 Deze gebruikershandleiding bevat niet alle informatie over de machine, zoals hoe u de gevorderde eigenschappen van printer, scanner en netwerk gebruikt. Wanneer u klaar bent voor gedetailleerdere informatie over deze functies, kunt u de Softwarehandleiding en Netwerkhandleiding raadplegen.
Hoofdstuk 1 Instructies voor het scannen opzoeken Documentatie bekijken (Macintosh®) 1 Er zijn verscheidene manieren waarop u documenten kunt scannen. U kunt de instructies als volgt vinden: Softwarehandleiding: 1 1 a Zet uw Macintosh® aan. Plaats de cd-rom van Brother waar Macintosh® op staat in het cdromstation. b Het volgende venster wordt weergegeven. c Dubbelklik op het pictogram Documentation. d Als het scherm voor de taalkeuze verschijnt, dubbelklikt u op de gewenste taal.
Algemene informatie Brother-support oproepen (voor Windows®) Opmerking De documenten zijn ook verkrijgbaar in PDF-formaat (4 handleidingen): Gebruikershandleiding voor standalone-bewerkingen, Softwarehandleiding, Netwerkhandleiding en Beknopte Installatiehandleiding. Het pdf-formaat wordt aanbevolen voor het afdrukken van handleidingen. Alle nodig hulpbronnen, bijvoorbeeld websupport (Brother Solutions Center), staan tot uw beschikking. Klik op Brother-support in het hoofdmenu.
Hoofdstuk 1 Overzicht bedieningspaneel 1 Status-LED De LED knippert en verandert van kleurafhankelijk van de machinestatus. 2 LCD Hierop worden meldingen weergegeven die u helpen bij de configuratie en het gebruik van uw machine. 3 6 Menutoetsen: Menu Hiermee kunt u het menu openen om de instellingen van de machine te programmeren. Wis/terug Hiermee verwijdert u ingevoerde gegevens of annuleert u de huidige instelling. OK Hiermee kunt u de instellingen op de machine opslaan.
Algemene informatie 1 8 Scan Hiermee wordt de scanmodus van de machine geactiveerd. (Voor meer informatie over scannen raadpleegt u de softwarehandleiding op de cdrom.) 9 Afdruktoetsen: Veilig Afdrukken/Direct Deze toets heeft twee functies. Beveiligd U kunt in het geheugen opgeslagen gegevens afdrukken door uw wachtwoord van 4 cijfers in te voeren. (Raadpleeg voor meer informatie over het gebruik van de beveiligingssleutel de softwarehandleiding op de cd-rom.
Hoofdstuk 1 Status-LED-aanduidingen De Status-LED (light emitting diode) knippert en verandert van kleur afhankelijk van de machinestatus. LED Machinestatus Omschrijving Slaapstand De machine is uitgeschakeld of staat in de slaapstand. Warmt op De machine warmt op om af te drukken. Klaar De machine is klaar om af te drukken. Ontvangt gegevens De machine ontvangt gegevens van de computer, verwerkt gegevens in het geheugen of drukt gegevens af.
Algemene informatie Rood Deksel open Het frontdeksel of fuseerdeksel staat open. Sluit het deksel. Toner leeg Vervang de tonercartridge. Papierfout Plaats papier in de lade of verwijder vastgelopen papier. Controleer de boodschap op het LCD-scherm. Scanner vergrendeld Zorg ervoor dat de scannervergrendeling ontgrendeld is. Overige Controleer de boodschap op het LCD-scherm. 1 Opmerking Wanneer de machine uitgeschakeld is of in de slaapstand staat, is de LED gedoofd.
2 Papier en documenten laden Papier en afdrukmedia laden De machine kan papier laden vanuit de standaardpapierlade, de optionele onderste lade of de multifunctionele lade. Houd rekening met het volgende als u papier in de papierlade plaatst: Papier in de standaardpapierlade plaatsen 2 2 Afdrukken op normaal papier, dun papier, kringlooppapier of transparanten vanuit de papierlade a Trek de papierlade volledig uit de machine.
Papier en documenten laden d Plaats papier in de lade, en controleer of het papier onder het merkteken voor maximaal papier (1) blijft. De zijde waarop u wilt afdrukken, moet naar beneden zijn gericht. 1 Papier plaatsen in de multifunctionele lade (MPlade) 2 U kunt tot 3 enveloppen of speciale afdrukmedia plaatsen in de MP-lade of tot 50 vellen normaal papier. Gebruik deze lade om af te drukken of te kopiëren op dik papier, bankpostpapier, enveloppen, etiketten of transparanten.
Hoofdstuk 2 a Open het achterdeksel (achterste uitvoerlade). d Houd de ontgrendeling van de papiergeleiders ingedrukt en verschuif de papiergeleiders tot deze gepast zijn voor het papierformaat dat u wilt gebruiken. BELANGRIJK Zorg ervoor dat de papiergeleiders de zijkanten van het papier raken. e b Open de MP-lade en laat deze voorzichtig zakken. c Trek de steunklep (1) van de MP-lade uit en vouw de steunflap (2) open.
Papier en documenten laden Niet-afdrukbaar gebied 2 Onbedrukbaar gedeelte voor kopieën 2 De afbeelding toont de delen waarop niet kan worden gedrukt. 2 2 2 1 Document Grootte Bovenkant (1) Onderkant (1) Links (2) Rechts (2) Letter 3 mm 4 mm A4 3 mm 2 mm 1 Opmerking Het weergegeven onbedrukbaar gedeelte geldt voor een enkele kopie of een 1-bij-1-kopie op A4-papier. Het niet-afdrukbare gebied verandert naargelang het papierformaat.
Hoofdstuk 2 Papiersoorten en andere afdrukmedia die kunnen worden gebruikt De afdrukkwaliteit kan variëren naargelang het type papier dat u gebruikt. U kunt de volgende printmedia gebruiken: dun papier, normaal papier, dik papier, bankpostpapier, kringlooppapier, transparanten, etiketten of enveloppen. Voor de beste resultaten volgt u onderstaande instructies: Gebruik papier dat geschikt is voor kopiëren op normaal papier. Gebruik papier van 60 tot 105 g/m2.
Papier en documenten laden Type en formaat van het papier 2 De machine laadt papier vanuit de geïnstalleerde standaardpapierlade, de optionele onderste lade of de multifunctionele lade. Standaardpapierlade 2 2 Aangezien de standaardlade een universeel type is, kunt u elk van de in de tabel op Papiercapaciteit van de papierladen op pagina 16 vermelde papierformaten gebruiken (één papiertype en -formaat per keer).
Hoofdstuk 2 Papiercapaciteit van de papierladen Papierlade (Lade #1) Multifunctionele lade (MP-lade) Papierformaat Papiersoorten Aantal vellen A4, Letter, Executive, A5, A5 (lange zijde), A6, B5 en B6. Normaal papier, dun papier en kringlooppapier maximaal 250 [80 g/m2] Transparant maximaal 10 Breedte: 69,8 tot 216 mm Lengte: 116 tot 406,4 mm Papierlade (Lade #2) 2 A4, Letter, Executive, A5, B5 en B6.
Papier en documenten laden Speciaal papier gebruiken De machine functioneert goed met de meeste typen xerografisch en bankpostpapier. Sommige typen papier kunnen echter van invloed zijn op de afdrukkwaliteit of bewerkingsbetrouwbaarheid. Maak altijd eerst een proefafdruk voordat u papier aanschaft om zeker te zijn van het gewenste resultaat. Bewaar papier in de originele verpakking en zorg dat deze gesloten blijft. Bewaar het papier plat en verwijderd van vocht, direct zonlicht en warmte.
Hoofdstuk 2 Enveloppen 2 De meeste enveloppen zijn geschikt voor deze machine. Sommige vormen enveloppen kunnen echter mogelijk problemen met de toevoer en de afdrukkwaliteit veroorzaken. Een geschikte envelop heeft randen met rechte, scherpe vouwen en de rand mag niet dikker zijn dan twee vellen papier. De envelop moet vlak liggen en mag niet zakachtig of flodderig zijn. Koop enveloppen van hoge kwaliteit bij een leverancier die weet dat u de enveloppen gaat gebruiken in een lasermachine.
Papier en documenten laden • met flappen die niet zijn gevouwen bij aankoop • met flappen zoals hieronder getoond • met beide zijden gevouwen zoals hieronder getoond Als u een van de bovenstaande typen enveloppen gebruikt, kan de machine beschadigd raken. Deze schade wordt niet gedekt door enige garantie- of service-overeenkomst met Brother. De dikte, het formaat en de flapvorm van de enveloppen die u gebruikt, kunnen tot invoerproblemen leiden.
Hoofdstuk 2 Te vermijden typen etiketten Gebruik geen etiketten die beschadigd, gekruld of verkreukeld zijn of een ongebruikelijke vorm hebben. BELANGRIJK Plaats GEEN gedeeltelijk gebruikte etiketvellen. Het onbedekte draagvel kan schade toebrengen aan de machine. 2 Documenten laden Met behulp van de automatische documentinvoer (ADF) 2 De ADF kan maximaal 50 pagina's bevatten en voert elk vel afzonderlijk in.
Papier en documenten laden a Vouw ADF-documentsteunklep (1) en ADF-steun (2) uit. Met behulp van de glasplaat 2 U kunt de glasplaat gebruiken om pagina's uit een boek of afzonderlijke vellen papier een per een te scannen of te kopiëren. Documenten kunnen maximaal 215,9 mm breed en 355,6 mm lang zijn. 2 1 Opmerking Als u de glasplaat wilt gebruiken, moet de ADF leeg zijn. b c Blader de stapel goed door. d Stel de papiergeleiders (1) in op de breedte van het document.
Hoofdstuk 2 c Sluit het documentdeksel. BELANGRIJK Als u een boek of een lijvig document wilt scannen, laat het deksel dan niet dichtvallen en druk er niet op.
3 Algemene instelling Papierinstellingen Papiersoort Stel de machine in op het papier dat u gebruikt. Hierdoor verkrijgt u de beste afdrukkwaliteit. a Ga op een van de volgende manieren te werk: Om de papiersoort in te stellen voor de MP-bak drukt u op Menu, 1, 1, 1, 1. 3 3 Papierformaat Als u een ander papierformaat in de lade plaatst, dient u ook de instelling van het papierformaat te wijzigen zodat de machine het document passend op de pagina kan plaatsen.
Hoofdstuk 3 Opmerking • De formaten Legal, Folio en Ieder worden alleen weergegeven wanneer u de MP-lade selecteert. • Als u Ieder selecteert als papierformaat voor de MP-lade: u moet Alleen MP-lade selecteren als instelling voor de te gebruiken lade. U kunt Ieder niet selecteren als papierformaat voor de MP-lade wanneer u N op 1kopieën maakt. U moet een van de andere beschikbare papierformaten voor de MPlade selecteren. • A5 L en A6 zijn niet beschikbaar voor de optionele Onderlade.
Algemene instelling Ladegebruik in de afdrukmodus U kunt de standaardlade kiezen die de machine gebruikt voor het afdrukken vanaf de computer. a b Druk op Menu, 1, 4, 2. Druk op a of b om Alleen lade 1, Alleen lade 2 1, Alleen MP-lade, MP>T1>T2 1 of T1>T2 1>MP te selecteren. Druk op OK. 1 c Alleen lade 2 of T2 wordt enkel weergegeven als de optionele lade is geplaatst. Druk op Stop/Eindigen.
Hoofdstuk 3 Ecologische functies Toner sparen Met deze functie kunt u toner besparen. Wanneer u de tonerbespaarstand op Aan zet, worden de afdrukken lichter. De standaardinstelling is Uit. a b c Druk op Menu, 1, 3, 1. Druk op a of b om Aan of Uit te selecteren. Druk op OK. Druk op Stop/Eindigen. Opmerking Wij raden het gebruik van de tonerbespaarstand af voor het afdrukken van foto's of afbeeldingen met grijstinten.
Algemene instelling De scannerlamp uitschakelen 3 De scannerlamp blijft 16 uur branden alvorens automatisch uit te schakelen om de levensduur van de lamp te verlengen en het stroomverbruik te verminderen. a b Opmerking a b c Druk op Menu, 6, 5. 3 Druk op Start. Netwerkconfiguratielijst 3 De netwerkconfiguratielijst is een rapport met een lijst van de huidige netwerkconfiguratie, inclusief de netwerkinstellingen van de afdrukserver.
4 Beveiligingsfuncties Beveiligd functieslot 2.0 Met de functie Beveiligd functieslot beperkt u de openbare toegang tot de volgende machinefuncties: PC-printen USB Direct Print Kopiëren Scannen Met deze functie kunt u ook toegang tot menu-instellingen beperken om te voorkomen dat gebruikers de standaardinstellingen wijzigen. Voordat u de beveiligingsfuncties gebruikt, moet u eerst een beheerderswachtwoord invoeren.
Beveiligingsfuncties Het beheerderswachtwoord instellen Het wachtwoord dat u in deze stappen instelt, is voor de beheerder. Dit wachtwoord wordt gebruikt om gebruikers in te stellen en om Beveiligd functieslot aan of uit te zetten. (Zie Beperkte gebruikers instellen op pagina 30 en Beveiligd functieslot aan-/uitzetten op pagina 31.) 4 Het beheerderswachtwoord veranderen a b Druk op Menu, 1, 6. c Voer het geregistreerde wachtwoord van vier cijfers in. Druk op OK. 4 Druk op a of b om Wachtw. inst.
Hoofdstuk 4 De functie Openbare gebruiker instellen Met de functie Openbare gebruiker kunt u de beschikbare functies voor openbare gebruikers beperken. Openbare gebruikers hoeven geen wachtwoord in te voeren om gebruik te maken van de functies die u via deze instelling hebt geactiveerd. U kunt één Openbare gebruiker instellen. a b Druk op Menu, 1, 6. Druk op a of b om Id instellen te selecteren. Druk op OK. c Toets het beheerderwachtwoord in. Druk op OK. d Druk op a of b om Openbaar te selecteren.
Beveiligingsfuncties i Druk op Stop/Eindigen. Gebruikers omschakelen Opmerking Met deze instelling kunt u schakelen tussen geregistreerde beperkte gebruikers of openbare gebruikers wanneer Beveiligd functieslot aanstaat. U kunt niet dezelfde naam gebruiken als een andere gebruikersnaam. Beveiligd functieslot aan/uitzetten Als u het verkeerde wachtwoord invoert, wordt op het LCD-scherm Fout wachtwoord weergegeven. Voer het juiste wachtwoord opnieuw in.
Hoofdstuk 4 32
Paragraaf II Kopiëren Kopieën maken II 34
5 Kopieën maken Kopiëren 5 Kopieermodus instellen 5 1 2 3 4 6 5 Eén kopie maken a b Plaats het document. Druk op Start. Meerdere kopieën maken 5 5 a b Plaats het document. c Druk op Start. 5 Voer met het bedieningspaneel het aantal kopieën in (max 99). Opmerking 1 Contrast 2 Kwaliteit 3 Kopieerverhouding 4 Ladeselectie 5 Aantal exemplaren 6 Helderheid 34 Zie Kopieën sorteren met behulp van de ADF op pagina 36 voor het sorteren van de kopieën.
Kopieën maken Kopieeropties (tijdelijke instellingen) De instelling Auto is uitsluitend beschikbaar wanneer u laadt uit de ADF. 5 Gebruik de tijdelijke Kopietoetsen als u de kopieerinstellingen snel tijdelijk wilt wijzigen voor de volgende kopie. U kunt verschillende combinaties gebruiken. Volg onderstaande instructies om de volgende kopie te vergroten of te verkleinen: Een minuut na het kopiëren keert de machine terug naar de standaardinstellingen.
Hoofdstuk 5 Kopieerkwaliteit verbeteren U kunt kiezen uit een serie kwaliteitsinstellingen. De standaardinstelling is Auto. Auto Auto is de aanbevolen stand voor normale afdrukken. Geschikt voor documenten die zowel tekst als foto’s bevatten. 5 Kopieën sorteren met behulp van de ADF U kunt meerdere kopieën sorteren. De pagina’s worden gestapeld in de volgorde 1 2 3, 1 2 3, 1 2 3 enz. a b Plaats het document in de ADF. c d Druk op Sorteren.
Kopieën maken Het contrast en de helderheid regelen Contrast Volg de onderstaande stappen om de contrastinstelling tijdelijk te wijzigen: a b Plaats het document. c Druk op Contrast/Kwaliteit. Druk op a of b om Contrast te selecteren. Druk op OK. 01 d Druk op d of c om het contrast te verhogen of verlagen. Druk op OK. e Druk op Start.
Hoofdstuk 5 N op 1-kopieën maken (paginalay-out) f 5 U kunt de hoeveelheid papier die u gebruikt voor het kopiëren verminderen door de functie N op 1-kopie te gebruiken. U kunt zo twee of vier pagina’s op één vel kopiëren en daarmee papier besparen. BELANGRIJK • Controleer of het papierformaat is ingesteld op Letter, A4, Legal 1 of Folio 1. • (P) betekent Portrait (staand) en (L) betekent Landscape (liggend). • U kunt de instelling Vergroot / Verklein niet gebruiken met de functie N op 1.
Kopieën maken Wanneer u kopieert vanaf de ADF: Plaats het document met de bedrukte zijde naar boven zoals hieronder aangegeven: 2 in 1 (P) 5 Wanneer u kopieert vanaf de glasplaat: 5 Plaats het document met de bedrukte zijde naar beneden zoals hieronder aangegeven: 2 in 1 (P) 2 in 1 (L) 2 in 1 (L) 4 in 1 (P) 5 4 in 1 (P) 4 in 1 (L) 4 in 1 (L) 39
Hoofdstuk 5 Duplexkopiëren (dubbelzijdig) dubbelzijdig i enkelzijdig Staand 5 1 Als u de functie duplexkopiëren wilt gebruiken, plaatst u het document in de ADF. Als u de melding Geheugen vol krijgt wanneer u dubbelzijdig kopieert, dient u extra geheugen te installeren. (Zie De melding geheugen vol op pagina 42.) 1 2 2 Liggend 11 Duplexkopiëren (over de lange zijde) 1 2 enkelzijdig i dubbelzijdig Staand 1 a b Plaats het document.
Kopieën maken Geavanceerd duplexkopiëren (korte zijde) d Druk op a of b om 2zijdigi1zijdig of 1zijdigi2zijdig te selecteren. 5 Duplex Geavanc. a2zijdigi1zijdig b1zijdigi2zijdig Geavanceerd dubbelzijdig i enkelzijdig Staand Select. ab of OK 1 Druk op OK. e 1 2 2 Liggend Druk op Start om het document te kopiëren. Opmerking Duplexkopiëren met een dubbelzijdig Legal-document is niet beschikbaar.
Hoofdstuk 5 Ladeselectie U kunt de gebruikte lade wijzigen voor de volgende kopie. a b Plaats het document. c d Druk op Lade Selecteren. e Voer met het bedieningspaneel het aantal kopieën in (max. 99). Druk op d of c om MP>T1, T1>MP, #1(XXX) 1 of MP(XXX) 1 te selecteren. Druk op OK. Druk op Start. Druk op MP>T1 of M>T1>T2 T1>MP of T1>T2>M #1(XXX) 1 #2(XXX) 1 MP(XXX) 1 1 XXX staat voor het papierformaat dat u hebt ingesteld in Menu, 1, 1, 2.
Paragraaf III Rechtstreeks afdrukken Gegevens afdrukken vanaf een USBflashgeheugen of vanaf een digitale camera die massaopslag ondersteunt 44 III
6 Gegevens afdrukken vanaf een USB-flashgeheugen of vanaf een digitale camera die massaopslag ondersteunt Met de functie Direct Print hebt u geen computer nodig om gegevens af te drukken. U kunt afdrukken door eenvoudig een USBflashgeheugen in de USB-poort van de machine te plaatsen. U kunt ook een camera aansluiten en rechtstreeks vanaf de camera afdrukken als deze is ingesteld op USB Mass Storage. Opmerking • Bepaalde USB-flashgeheugens werken mogelijk niet op deze machine.
Gegevens afdrukken vanaf een USB-flashgeheugen of vanaf een digitale camera die massaopslag ondersteunt Een PRN of PostScript® 3™bestand aanmaken voor rechtstreeks afdrukken 6 Opmerking De schermen in dit onderdeel variëren afhankelijk van het programma en het besturingssysteem. a Klik in de menubalk van een programma op Bestand en daarna op Afdrukken. b Selecteer Brother DCP-XXXX Printer (1) en vink het vakje Naar bestand aan (2). Klik op Afdrukken.
Hoofdstuk 6 Opmerking • Als de instelling Direct Print van Beveiligd functieslot 2.0 voor alle gebruikers is ingesteld op Deactiveren (ook bij de instellingen voor de openbare modus), wordt Niet beschikbaar weergegeven op het LCD-scherm, waarna de machine terugkeert naar de stand Gereed. U kunt de functie Direct Print niet gebruiken. • Als u een beperkte gebruikers-ID gebruikt zonder toegang tot de functie Direct Print bij Beveiligd functieslot 2.
Gegevens afdrukken vanaf een USB-flashgeheugen of vanaf een digitale camera die massaopslag ondersteunt Opmerking Opmerking • U kunt de volgende instellingen selecteren: Papierformaat Mediatype • Als u de standaardpapierlade wilt wijzigen waaruit papier wordt genomen, drukt u op Menu, 1, 4, 2 om de instelling voor de papierlade te wijzigen. • U kunt de standaardinstellingen voor Direct Print wijzigen via het bedieningspaneel wanneer de stand Direct Print niet geactiveerd is.
Hoofdstuk 6 De foutmeldingen begrijpen Eens u vertrouwd bent met de soorten fouten die zich kunnen voordoen bij het afdrukken vanaf een USB-flashgeheugen met Direct Print, kunt u eenvoudig problemen identificeren en oplossen. Geheugen vol Deze melding wordt weergegeven als u werkt met afbeeldingen die te groot zijn voor het machinegeheugen. Onbruikb. app. Deze melding wordt weergegeven als u een incompatibel of gebrekkig apparaat aansluit op de USB-poort.
Paragraaf IV Software Software- en netwerkfuncties IV 50
7 Software- en netwerkfuncties De HTML-gebruikershandleiding op de cdrom bevat Gebruikershandleiding, Softwarehandleiding en Netwerkhandleiding voor de functies die beschikbaar zijn bij aansluiting op een computer (bv. afdrukken en scannen). Deze handleidingen bevatten handige koppelingen waarmee u rechtstreeks naar een bepaalde sectie kunt gaan.
Software- en netwerkfuncties Macintosh® a Controleer of de Macintosh® is ingeschakeld. Plaats de cd-rom van Brother in het cd-romstation. b Dubbelklik op het pictogram Documentation. c Dubbelklik op de map van uw taal en dubbelklik vervolgens op het bovenste .html-bestand. d Klik op de gewenste handleiding (GEBRUIKERSHANDLEIDING, SOFTWAREHANDLEIDING of NETWERKHANDLEIDING) in het hoofdmenu en klik daarna op de titel die u wilt lezen in de lijst aan de linkerkant van het venster.
Hoofdstuk 7 52
Paragraaf V Bijlagen Veiligheid en wetgeving Menuselecties Problemen oplossen en routineonderhoud Menu en functies Specificaties Verklarende woordenlijst V 54 63 65 107 121 135
A Veiligheid en wetgeving Een geschikte plaats kiezen Zet de machine op een plat, stabiel oppervlak zoals een bureau. Kies een plaats die vrij is van trillingen en schokken. Plaats de machine in de buurt van een standaard geaard stopcontact. Kies een plaats met een stabiele temperatuur tussen 10°C en 32,5°C en een luchtvochtigheid van 20% tot 80% (zonder condensatie).
Veiligheid en wetgeving VOORZICHTIG Plaats de machine niet op een plaats waar veel mensen lopen. Plaats de machine niet op een tapijt. Sluit de machine NIET aan op stopcontacten die worden gestuurd door wandschakelaars of automatische timers, of op dezelfde stroomkring als grote apparaten die de stroomtoevoer kunnen verstoren. Onderbreking van de stroomtoevoer kan informatie in het geheugen van de machine wissen. Zorg dat de kabels die naar de machine leiden geen gevaar voor struikelen opleveren.
Doe het volgende om de machine veilig te gebruiken Lees deze voorschriften voordat u probeert enig onderhoud te verrichten, en bewaar ze zodat u ze later kunt naslaan. WAARSCHUWING Er bevinden zich hoogspanningselektroden in de machine. Voor u de binnenkant van de machine schoonmaakt, dient u na te gaan of u de stekker uit het stopcontact hebt verwijderd. Zo vermijdt u elektrische schokken. Hanteer de stekker NOOIT met natte handen. U kunt dan namelijk een elektrische schok krijgen.
Veiligheid en wetgeving Gebruik bij het schoonmaken van de binnen- of buitenkant van de machine GEEN ontvlambare stoffen, sproeivloeistoffen of biologische oplosmiddelen/vloeistoffen die alcohol of ammoniak bevatten. U kunt zo namelijk brand veroorzaken of een elektrische schok krijgen. Raadpleeg Routineonderhoud op pagina 90 voor informatie over het schoonmaken van de machine. GEEN stofzuiger gebruiken voor het schoonmaken van gemorste toner.
Om letsels te voorkomen, dient u te vermijden uw vingers in de plaatsen te steken die in de afbeeldingen worden weergegeven. Wanneer u de machine verplaatst, houd hem dan vast bij de handgrepen onder de scanner. BELANGRIJK De fuseereenheid is gemarkeerd met een waarschuwingsetiket. Verwijder of beschadig het etiket NIET.
Veiligheid en wetgeving Belangrijke veiligheidsinformatie A 1 Lees alle instructies door. 2 Bewaar ze, zodat u ze later nog kunt naslaan. 3 Volg alle waarschuwingen en instructies die op het product worden aangegeven. 4 Haal de stekker van dit product uit het stopcontact alvorens de binnenkant van de machine te reinigen. Gebruik GEEN vloeibare reinigingsmiddelen of aërosols. Gebruik een droge, pluisvrije doek om het apparaat schoon te maken.
Wanneer het apparaat is blootgesteld aan regen of water. Wanneer het apparaat niet normaal functioneert, ondanks het naleven van de bedieningsinstructies. Pas alleen de instellingen aan die zijn aangegeven in de bedieningshandleiding. Een verkeerde afstelling van andere functies kan leiden tot schade, wat vaak een uitgebreid onderzoek vereist door een erkende servicemonteur om het apparaat weer naar behoren te laten werken. Als het apparaat is gevallen of als de behuizing is beschadigd.
Veiligheid en wetgeving Libtiff-auteursrechten en licentie A Use and Copyright Copyright© 1988-1997 Sam Leffler Copyright© 1991-1997 Silicon Graphics, Inc.
Handelsmerken Het Brother-logo is een wettig gedeponeerd handelsmerk van Brother Industries, Ltd. Brother is een wettig gedeponeerd handelsmerk van Brother Industries, Ltd. Multi-Function Link is een wettig gedeponeerd handelsmerk van Brother International Corporation. Microsoft, Windows, Windows Server en Internet Explorer zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
B Menuselecties Optionele papierlade (LT-5300) Een optionele onderste lade kan worden geïnstalleerd met een capaciteit van maximaal 250 vellen papier van 80 g/m2. Wanneer een optionele lade is geplaatst, heeft de machine een maximale capaciteit van 550 vellen normaal papier. Neem contact op met uw Brother-leverancier als u een optionele onderste lade wilt aanschaffen. B Geheugenbord B B DCP-8085DN heeft standaard 64 MB geheugen en één uitbreidingssleuf voor extra geheugen.
Extra geheugen plaatsen a b B e Schakel de machine uit. Koppel de interfacekabel los van de machine en trek het netsnoer uit het stopcontact. Neem de SO-DIMM aan de zijkanten vast en breng de inkepingen in de SO-DIMM op een lijn met de uitsteeksel in de sleuf. Plaats de SO-DIMM schuin (1) en druk deze vervolgens in de richting van het interfacebord tot hij op zijn plaats klikt (2). Opmerking De machine moet uitgeschakeld zijn voor u de SO-DIMM plaatst of verwijdert.
C Problemen oplossen en routineonderhoud C Problemen oplossen C Als u denkt dat er een probleem is met uw machine, kijk dan in onderstaande tabel en volg de tips voor het oplossen van problemen. De meeste problemen kunt u zelf eenvoudig oplossen. Indien u extra hulp nodig hebt, biedt het Brother Solutions Center de meest recente veelgestelde vragen en tips voor het oplossen van problemen. Ga naar http://solutions.brother.com.
Afdrukproblemen Problemen Geen print. C Suggesties Controleer of de stekker van de machine in het stopcontact zit en of de machine aanstaat. Controleer of de tonercartridges en drumeenheid correct zijn geïnstalleerd. (Zie De drumeenheid vervangen op pagina 101.) Controleer of de interfacekabel goed is aangesloten tussen de machine en uw computer. (Zie de installatiehandleiding.) Controleer of de correcte printerdriver is geïnstalleerd en geselecteerd.
Problemen oplossen en routineonderhoud Scanproblemen C Problemen Suggesties Tijdens het scannen treden er TWAIN-fouten op. Zorg dat de TWAIN-driver van Brother als primaire bron is gekozen. Klik in PaperPort™ 11SE op Bestand, Scannen of Foto ophalen en selecteer de TWAIN-stuurprogramma. OCR (optische tekstherkenning) werkt niet. Probeer de inleesresolutie te verhogen. De functie netwerkscannen werkt niet. Zie Netwerkproblemen op pagina 68.
Problemen met afdrukkwaliteit Problemen De afgedrukte pagina’s zijn gekruld. Suggesties Dun of dik papier van lage kwaliteit of het niet afdrukken op de aanbevolen papierzijde zou dit probleem kunnen veroorzaken. Probeer de stapel papier in de papierlade om te draaien. Controleer of u het juiste papiertype hebt gekozen dat past bij het type printmedia. (Zie Papiersoorten en andere afdrukmedia die kunnen worden gebruikt op pagina 14.) De afgedrukte pagina’s zijn vlekkerig. De afdrukken zijn te licht.
Problemen oplossen en routineonderhoud Netwerkproblemen (Vervolg) Problemen Suggesties De functie netwerkscannen werkt niet. (Windows®) De instelling van de firewall op uw pc kan de noodzakelijke De functie netwerkprinten werkt niet. netwerkverbinding afwijzen. Volg onderstaande instructies om Windows® Firewall te configureren. Gebruikt u andere persoonlijke firewallsoftware, raadpleeg dan de gebruikershandleiding van deze software of neem contact op met de leverancier van de software.
Netwerkproblemen (Vervolg) Problemen Suggesties De functie netwerkscannen werkt niet. (Windows Vista®): De functie netwerkprinten werkt niet. (vervolg) a Klik op de knop Start, Configuratiescherm, Netwerk en internet, Windows Firewall en klik op Instellingen wijzigen. b Wanneer het scherm Gebruikersaccountbeheer wordt geopend, doet u het volgende. Gebruikers met beheerdersbevoegdheden: Klik op Doorgaan. Gebruikers zonder beheerdersbevoegdheden: Voer het beheerderswachtwoord in en klik op OK.
Problemen oplossen en routineonderhoud De afdrukkwaliteit verbeteren Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit ABCDEFGH abcdefghijk ABCD abcde 01234 Witte lijnen op de pagina C Advies Controleer of u geschikt papier gebruikt. Gestructureerd of erg dik papier kan dit probleem veroorzaken. (Zie Papiersoorten en andere afdrukmedia die kunnen worden gebruikt op pagina 14.
Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit Advies Controleer of u geschikt papier gebruikt. (Zie Papiersoorten en andere afdrukmedia die kunnen worden gebruikt op pagina 14.) ABCDEFGH abcdefghijk ABCD abcde 01234 Grijze achtergrond FGH ABCDE ijk h fg e d c ab ABCD abcde 01234 Pagina scheef afgedrukt Controleer de omgeving van de machine. Factoren zoals een hoge temperatuur en een hoge vochtigheidsgraad kunnen leiden tot grijze achtergronden. (Zie Een geschikte plaats kiezen op pagina 54.
Problemen oplossen en routineonderhoud EFGHIJKLMN ABCDEFG Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit Kreuken in de enveloppe Advies a Open het achterdeksel. b Trek aan de blauwe hendel tot de markering (c) op een lijn staat met de markering ( c ) zoals hieronder weergegeven. Verstuur de afdruktaak opnieuw. C Opmerking Wanneer u klaar bent met afdrukken, opent u het achterdeksel en zet u de twee blauwe hendels terug op hun originele positie. Controleer de papiersoort en -kwaliteit.
Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit Advies Draai het papier in de papierlade om, en druk nogmaals af. (Exclusief briefhoofdpapier) Als het probleem zich nog steeds voordoet, verzet u de antikrulhendel als volgt: 1 Open het achterdeksel. 2 Til de hendel op (1) en verschuif de hendel (2) in de richting van de pijl. Gekruld 1 2 Til de steunklep van de uitvoerlade op (1). 1 Selecteer in de printerdriver.
Problemen oplossen en routineonderhoud Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit Advies Maak tien kopieën van een leeg, wit vel papier. (Zie Meerdere kopieën maken op pagina 34.) Wanneer het probleem niet is opgelost, kan het zijn dat er in de drumeenheid lijm van een etiket op het OPC-drumoppervlak plakt. Reinig de drumeenheid. (Zie De drumeenheid reinigen op pagina 95.) De drumeenheid is misschien beschadigd. Installeer een nieuwe drum. (Zie De drumeenheid vervangen op pagina 101.
Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit ABCDEFGH abcdefghijk ABCD abcde 01234 Tonervlekken Advies Controleer of u geschikt papier gebruikt. Gestructureerd papier kan dit probleem veroorzaken. (Zie Papiersoorten en andere afdrukmedia die kunnen worden gebruikt op pagina 14.) Maak de printcorona en de drumeenheid schoon. (Zie De primaire corona reinigen op pagina 93 en De drumeenheid reinigen op pagina 95.) De drumeenheid is misschien beschadigd. Installeer een nieuwe drumeenheid.
Problemen oplossen en routineonderhoud Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit ABCDEFGH abcdefghijk ABCD abcde 01234 Zwarte lijnen onder aan de pagina Advies Reinig de printcorona in de drumeenheid door de blauwe lip te verschuiven. Zorg ervoor dat u het lipje weer terugzet in de oorspronkelijke stand (a). (Zie De primaire corona reinigen op pagina 93.) De tonercartridge is misschien beschadigd. Plaats een nieuwe tonercartridge. (Zie Een tonercartridge vervangen op pagina 98.
Fout- en onderhoudsmeldingen Zoals bij alle geavanceerde kantoorapparatuur kunnen fouten optreden en kunnen verbruiksartikelen op zijn. Wanneer dat gebeurt, identificeert uw machine de fout of de vereiste routinematige onderhoudsbeurt, en toont de betreffende melding. De meest voorkomende fouten onderhoudsmeldingen vindt u hieronder. U kunt de meeste foutmeldingen en meldingen betreffende routineonderhoud zelf oplossen.
Problemen oplossen en routineonderhoud Foutmelding Oorzaak Wat te doen Fuserfout De temperatuur van de fuser unit bereikt een bepaalde temperatuur niet binnen een bepaalde tijd. Zet de stroomschakelaar uit, wacht een paar seconden en zet hem vervolgens weer aan. Laat de machine aanstaan maar raak deze 15 minuten lang niet aan. De fuser unit is te heet. Geen lade De papierlade is niet volledig gesloten. Sluit de papierlade.
Foutmelding Oorzaak Wat te doen Onderdelen verv. De drumeenheid is aan het einde van zijn gebruiksduur. Vervang de drumeenheid. De teller van de drumeenheid werd niet gereset na het plaatsen van een nieuwe drum. 1 Open het frontdeksel en druk op Wis/terug. 2 Druk op 1 om te resetten. De fuseereenheid moet vervangen worden. Neem contact op met uw Brother-leverancier om de fuseereenheid te vervangen. De lasereenheid moet vervangen worden.
Problemen oplossen en routineonderhoud Foutmelding Oorzaak Wat te doen Toner Bijna Op Als op het LCD-scherm Toner Bijna Op verschijnt, kunt u nog steeds afdrukken. De machine laat u echter weten dat de tonercartridge bijna leeg is en dat u de toner binnenkort zult moeten vervangen. Bestel nu een nieuwe tonercartridge. Toner vervangen De tonercartridge is bijna leeg. U kunt niet afdrukken. Vervang de tonercartridge. (Zie Een tonercartridge vervangen op pagina 98.
Vastgelopen documenten C Volg onderstaande stappen, als het papier is vastgelopen. BELANGRIJK Na het verwijderen van een vastgelopen document controleert u of er geen papierresten zijn achtergebleven in de machine, die ervoor kunnen zorgen dat het papier opnieuw vastloopt. Het document is bovenin de ADF vastgelopen a Verwijder al het papier dat niet is vastgelopen uit de ADF. b c Open het ADF-deksel. Trek het vastgelopen document er naar links uit.
Problemen oplossen en routineonderhoud Document is vastgelopen in de duplexlade a Verwijder al het papier dat niet is vastgelopen uit de ADF. b Trek het vastgelopen document er naar rechts uit. c Papieropstoppingen C C Om vastgelopen papier te verwijderen, volgt u onderstaande stappen. BELANGRIJK Bevestig dat u zowel een tonercartridge als een drumeenheid in de machine hebt geïnstalleerd.
BELANGRIJK Raak NOOIT de elektroden aan die u in de afbeelding ziet, teneinde schade aan de machine tengevolge van statische elektriciteit te vermijden. Opmerking De LCD-namen voor de papierlades zijn: • Standaardpapierlade: lade1 • Optionele onderste lade: lade2 • Multifunctionele lade: MP-lade Het papier is vastgelopen in de MPlade. Wanneer het LCD-scherm Vast MP-lade weergeeft, dient u deze stappen te volgen: a b 84 Verwijder het papier uit de MP-lade.
Problemen oplossen en routineonderhoud Papier is vastgelopen in papierlade 1 of 2. b Gebruik beide handen om het vastgelopen papier traag te verwijderen. c Zorg ervoor dat het papier niet boven de maximum markering (b) van de papierlade uitsteekt. Druk op de blauwe ontgrendeling van de papiergeleiders en verschuif de papiergeleiders voor het correcte papierformaat. Zorg dat de geleiders goed vastzitten. d Plaats de papierlade stevig terug in de machine.
Papier is vastgelopen binnen de machine d C a Trek de papierlade volledig uit de machine. b Gebruik beide handen om het vastgelopen papier traag te verwijderen. c Open het frontdeksel door te drukken op de ontgrendelknop voor het frontdeksel. Pak de drumeenheid en de tonercartridge-module er langzaam uit. Het vastgelopen papier kan mogelijk samen met de tonercartridge en de drumeenheid worden verwijderd.
Problemen oplossen en routineonderhoud b Raak NOOIT de elektroden aan die u in de afbeelding ziet om schade aan de machine tengevolge van statische elektriciteit te vermijden. Pak de drumeenheid en de tonercartridge-module er langzaam uit. BELANGRIJK e We raden u aan de drumeenheid en tonercartridges gescheiden van elkaar op een stuk wegwerppapier of doek op een schone, vlakke ondergrond te plaatsen voor het geval u per ongeluk toner morst.
• Raak de gearceerde delen in de onderstaande illustraties NIET aan om problemen met de afdrukkwaliteit te voorkomen. d Neem het eventuele vastgelopen papier uit de drumeenheid. e Plaats de tonercartridge terug in de drumeenheid tot u hem op zijn plaats hoort vastklikken. Wanneer u de cartridge correct plaatst, komt de blauwe vergrendelhendel automatisch omhoog. Het papier is vastgelopen aan de achterkant van de machine a Open het frontdeksel door te drukken op de ontgrendelknop voor het frontdeksel.
Problemen oplossen en routineonderhoud d Trek de lippen aan de linker- en rechterkant naar u toe om het fuseerdeksel (1) te openen. 1 e a Trek de duplexlade volledig uit de machine. b Trek het vastgelopen papier uit de machine of uit de duplexlade. C Trek het vastgelopen papier uit de fuseereenheid. f Sluit het fuseerdeksel en het achterdeksel (achterste uitvoerlade). g Installeer het geheel van drumeenheid en tonercartridge opnieuw in de machine. h Het papier is vastgelopen in de duplexlade.
Routineonderhoud WAARSCHUWING C De buitenkant van de machine schoonmaken a Schakel de machine uit. Koppel alle kabels los en trek vervolgens het netsnoer uit het stopcontact. b Trek de papierlade volledig uit de machine. c Reinig de buitenkant van de machine met een droge en pluisvrije zachte doek om stof te verwijderen. d Verwijder eventueel papier uit de papierlade. Gebruik neutrale schoonmaakmiddelen.
Problemen oplossen en routineonderhoud e c Veeg de binnen- en buitenzijde van de papierlade af met een droge en pluisvrije zachte doek om stof te verwijderen. In de ADF-eenheid reinigt u de witte balk (1) en de glazen strook op de glasplaat (2) eronder met behulp van een zachte, pluisvrije doek die is bevochtigd met water. 1 f Laad het papier opnieuw en plaats de papierlade stevig terug in de machine.
Het scannervenster reinigen WAARSCHUWING Gebruik neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik bij het schoonmaken van de binnen- of buitenkant van de machine GEEN ENKELE ontvlambare stof en GEEN ENKELE sproeivloeistof of biologisch oplosmiddel/vloeistof. U kunt dan namelijk brand veroorzaken of een elektrische schok krijgen. Raadpleeg Belangrijke veiligheidsinformatie op pagina 59 voor meer informatie hierover.
Problemen oplossen en routineonderhoud c Veeg het scannervenster (1) schoon door het af te vegen met een droge, pluisvrije zachte doek. 1 d Installeer het geheel van drumeenheid en tonercartridge opnieuw in de machine. De primaire corona reinigen C Als u problemen hebt met de afdrukkwaliteit, reinigt u de corona als volgt: a Schakel de machine uit. Koppel alle kabels los en trek vervolgens het netsnoer uit het stopcontact.
c Reinig de primaire corona in de drumeenheid door het blauwe lipje voorzichtig een paar keer van links naar rechts en weer terug te schuiven. f Steek eerst de stekker van de machine weer in het stopcontact en sluit daarna alle kabels weer aan. Schakel de machine in. BELANGRIJK 1 Opmerking Zorg ervoor dat u het blauwe lipje weer terugzet in de oorspronkelijke stand (a) (1). Als u dit niet doet, verschijnt mogelijk een verticale streep op de afdrukken.
Problemen oplossen en routineonderhoud De drumeenheid reinigen C c Als u problemen hebt met de afdrukkwaliteit, reinigt u de drumeenheid als volgt. a Schakel de machine uit. Trek het netsnoer uit het stopcontact. b Open het voordeksel en pak het geheel van drumeenheid en tonercartridge er langzaam uit. Druk de blauwe vergrendelhendel naar beneden en neem de tonercartridge uit de drumeenheid. BELANGRIJK • Wees voorzichtig bij het hanteren van de tonercartridge.
e Draai het wieltje van de drumeenheid met de hand en kijk ondertussen naar het oppervlak van de OPC-drum (1). g Plaats de tonercartridge terug in de drumeenheid tot u hem op zijn plaats hoort vastklikken. Wanneer u de cartridge correct plaatst, komt de blauwe vergrendelhendel automatisch omhoog. h Installeer het geheel van drumeenheid en tonercartridge opnieuw in de machine. i j Sluit het voordeksel.
Problemen oplossen en routineonderhoud De verbruiksartikelen vervangen C Wanneer de machine aangeeft dat de levensduur van het verbruiksartikel is verstreken, moet u het vervangen. Tonercartridge Drumeenheid Bestelnummer TN-3230, TN-3280 Bestelnummer DR-3200 BELANGRIJK • We raden u aan het gebruikte verbruiksartikel op een stuk papier te plaatsen om te voorkomen dat het materiaal dat zich erin bevindt per ongeluk wordt gemorst.
Een tonercartridge vervangen Met de high yield tonercartridges kunt u circa 8.000 pagina's 1 afdrukken en met de standaardtonercartridges kunt u circa 3.000 pagina's 1 afdrukken. Het werkelijke aantal pagina's hangt af van het type document dat u meestal print (bv. standaardbrief of gedetailleerde grafische afbeeldingen). Wanneer een tonercartridge bijna leeg is, wordt Toner Bijna Op weergegeven op het LCD-scherm. 1 Het cijfer voor de gemiddelde cartridgecapaciteit is in overeenstemming met ISO/IEC 19752.
Problemen oplossen en routineonderhoud c Druk de blauwe vergrendelhendel naar beneden en neem de gebruikte tonercartridge uit de drumeenheid. WAARSCHUWING Gooi de tonercartridges NIET in het vuur. Deze kan ontploffen en verwondingen veroorzaken. derhalve afgeraden op deze machine.
f Plaats de nieuwe tonercartridge stevig in de drumeenheid tot u hem op zijn plaats hoort vastklikken. Wanneer u de cartridge correct plaatst, komt de vergrendelhendel automatisch omhoog. Opmerking Zorg ervoor dat u de tonercartridge correct plaatst, anders komt hij los van de drumeenheid. g Reinig de primaire corona van de drumeenheid door het blauwe lipje voorzichtig een paar keer van links naar rechts en weer terug te schuiven.
Problemen oplossen en routineonderhoud De drumeenheid vervangen De machine gebruikt een drumeenheid om afbeeldingen op papier te zetten. Als Onderdelen verv. Drumeenheid wordt weergegeven op het LCD-scherm, is de drumeenheid bijna aan het einde van zijn levensduur en dient u een nieuwe drumeenheid te kopen. Zelfs wanneer Onderdelen verv. Drumeenheid verschijnt op het LCD-scherm, kunt u nog een tijdje doorgaan met afdrukken voordat u de drumeenheid werkelijk moet vervangen.
a Open het frontdeksel door te drukken op de ontgrendelknop voor het frontdeksel. c Druk de blauwe vergrendelhendel naar beneden en neem de tonercartridge uit de drumeenheid. BELANGRIJK • Raak de gearceerde delen in de illustratie NIET aan om problemen met de afdrukkwaliteit te voorkomen. b Pak de drumeenheid en de tonercartridge-module er langzaam uit. • Pak een nieuwe drumeenheid pas uit vlak voordat u deze installeert.
Problemen oplossen en routineonderhoud f Plaats het geheel van nieuwe drumeenheid en tonercartridge in de machine. Sluit het frontdeksel niet. g Druk op Wis/terug. Drum vervangen ? a 1.Ja b 2.Nee Select. ab of OK Druk op 1 om te bevestigen dat u een nieuwe drum plaatst. h Wanneer op het LCD Geaccepteerd verschijnt, sluit u het voordeksel. Periodieke onderhoudsonderdele n vervangen C De periodieke onderhoudsonderdelen moeten regelmatig vervangen worden om een goede afdrukkwaliteit te behouden.
Informatie over de machine Het serienummer controleren De resterende levensduur van onderdelen controleren C U kunt het serienummer van de machine op het LCD-scherm bekijken. a b Druk op Stop/Eindigen. U kunt de paginatellers van de machine bekijken voor kopieën, afgedrukte pagina's, rapporten, lijsten of een totaaloverzicht. a b Druk op Menu, 6, 4. c Druk op Stop/Eindigen. 104 U kunt de resterende levensduur van de drumeenheid en de periodieke onderhoudsonderdelen bekijken op het LCDscherm.
Problemen oplossen en routineonderhoud Resetten C De volgende resetfuncties zijn beschikbaar: De machine inpakken en vervoeren C 1 Netwerk VOORZICHTIG U kunt de standaardinstellingen van de afdrukserver herstellen, zoals het wachtwoord en de gegevens betreffende het IP-adres. Controleer of de machine geheel is afgekoeld door hem minimaal 30 minuten losgekoppeld te laten van het lichtnet, voordat u hem inpakt. 2 Alle instell.
e Neem de drumeenheid en de tonercartridge uit de machine. Laat de tonercartridge in de drumeenheid zitten. f Plaats de drumeenheid en tonercartridge in een plastic zak en sluit de plastic zak. g h Sluit het voordeksel. 106 i Neem de twee stukken piepschuim en zorg ervoor dat de voorkant van de machine gericht is naar het piepschuim gemarkeerd met "FRONT" en de achterkant naar het piepschuim gemarkeerd met "REAR" (6).
D Menu en functies Programmeren op het scherm D Menutoetsen D D Uw machine is zodanig ontworpen dat zij eenvoudig te gebruiken is. Met het LCDscherm kunt u programmeren op het scherm met behulp van de menutoetsen. Wij hebben stap-voor-stap-instructies op het scherm gecreëerd om u te helpen uw machine te programmeren. Volg eenvoudigweg de stappen die u door de menuselecties en de programmeeropties leiden. Het menu openen. Menutabel D Naar volgend menuniveau.
Het menu openen a b Druk op Menu. Kies een optie. Druk op 1 voor het menu Standaardinst.. Druk op 2 voor het menu Kopie. Druk op 3 voor het menu Printer. Druk op 4 voor het menu USB Direct I/F. Druk op 5 voor het menu Network. Druk op 6 voor het menu Machineinfo. U kunt ook door ieder menuniveau bladeren door te drukken op a of op b voor de gewenste richting. c Druk op OK wanneer de gewenste optie wordt weergegeven op het LCDscherm. Het LCD-scherm geeft dan het volgende menuniveau weer.
Menu en functies Menutabel D De fabrieksinstellingen zijn vetgedrukt en met een sterretje weergegeven. Kies & OK Kies & OK Hoofdmenu Submenu Menuselecties 1.Standaardinst. 1.Papier 1.Papiersoort 1.MP-bak accepteren afsluiten Opties Omschrijvingen Dun Hiermee kunt u de papiersoort in de MP-lade instellen. 23 Hiermee kunt u de papiersoort in de papierlade instellen. 23 Hiermee kunt u de papiersoort in de optionele papierlade #2 instellen.
Hoofdmenu Submenu Menuselecties 1.Standaardinst. 1.Papier 2.Papierformaat (vervolg) (vervolg) 1.MP-bak Opties Omschrijvingen A4* Hiermee kunt u het papierformaat in de MP-lade instellen. 23 Hiermee kunt u het papierformaat in de papierlade instellen. 23 Hiermee kunt u het papierformaat in de optionele papierlade #2 instellen. 23 Letter Pagina Legal Executive A5 A5 L A6 B5 B6 Folio Ieder 2.Bovenlade A4* Letter Executive A5 A5 L A6 B5 B6 110 3.
Menu en functies Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen 1.Standaardinst. 2.Waarsch.toon — Uit Hiermee kunt u het volume van het geluidssignaal aanpassen. 25 Verhoogt het aantal geprinte pagina’s van de tonercartridge. 26 Bespaart stroom. 26 Hiermee kunt u de lade instellen die wordt gebruikt in de Kopieermodus. 24 Hiermee kunt u de lade instellen die wordt gebruikt bij PC-printen. 25 (vervolg) Laag Half* Pagina Hoog 3.Bespaarstand 1.Toner sparen Aan Uit* 2.
Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen Pagina 1.Standaardinst. 7.Document scan. 1.GlasplScanform A4* Hiermee kunt u het scangebied van de glasplaat aanpassen aan het formaat van het document. Raadpleeg de softwarehandleiding op de cd-rom. (vervolg) Letter Legal/Folio 2.Bestandsgr. 1.Kleur Klein Normaal* Groot 2.Grijs Klein U kunt zelf standaardinstellinge n doorvoeren voor de gegevenscompressi esnelheid . Normaal* Groot 3.Duplex scannen Lange rand* Korte rand 8.
Menu en functies Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen 2.Kopie 1.Kwaliteit — Tekst U kunt de kopieerresolutie voor uw type document selecteren. 36 U kunt de kopieerresolutie verhogen wanneer u een tekst kopieert met een vergrotings- of verkleiningspercentage van 100% en u de glasplaat gebruikt. 36 Hiermee kunt de helderheid van de kopieën aanpassen. 37 Hiermee kunt het contrast van de kopieën aanpassen. 37 Foto Pagina Auto* 2.FB-tkstkwalit. — 1200x600dpi 600dpi* 3.
Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen 4.USB Direct I/F 1.Dir. afdrukken 1.Papierformaat A4* Hiermee kunt u het papierformaat instellen bij het rechtstreeks afdrukken vanaf een USB-flashgeheugen. Letter Legal Executive A5 A5 L Pagina 45 A5 L en A6 zijn niet beschikbaar voor de optionele Lade #2. A6 B5 B6 Folio 2.Mediatype Dun Normaal* Dik Extra dik Hiermee kunt u het soort papier instellen bij het rechtstreeks afdrukken vanaf een USBflashgeheugen.
Menu en functies Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen 4.USB Direct I/F 1.Dir. afdrukken 7.Pdf-optie Document* 45 (vervolg) (vervolg) Hiermee kunt u instellen of opmerkingen of stempels in een PDFbestand samen met de tekst worden afgedrukt. Hiermee kunt u indexprintoptie, eenvoudig formaat of details instellen. 45 Document&Markup Doc.&Postzegels 8.Index afdr. Simpel* Details 2.Scannen n. USB 1.
Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen Pagina 5.Netwerk 1.TCP/IP 1.Opstartmethode Auto* Selecteert de opstartmethode die het beste aan uw eisen voldoet. Zie de netwerkhandleiding op de cd-rom. Statisch RARP BOOTP DHCP 2.IP Address [000-255]. [000-255]. [000-255]. [000-255] Voer het IP-adres in. 3.Subnet Mask [000-255]. [000-255]. [000-255]. [000-255] Voer het subnetmasker in. 4.Gateway [000-255]. [000-255]. [000-255]. [000-255] Voer het adres van de gateway in. 5.
Menu en functies Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen Pagina 5.Netwerk 2.Ethernet — Auto* Selecteert de Ethernet-linkmodus. Zie de netwerkhandleiding op de cd-rom. (vervolg) 100B-FD 100B-HD 10B-FD 10B-HD 3.Scannen > FTP — Kleur 100 dpi* Kleur 200 dpi 300 dpi kleur 600 dpi kleur Selecteert het bestandsformaat om de gescande gegevens via FTP te verzenden. Grijs 100 dpi Grijs 200 dpi Grijs 300 dpi 200 dpi Z&W 200x100 dpi Z&W 4.Scan > netw.
Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen Pagina 6.Machine-info 1.Datum&Tijd — — Stelt de machine in staat om bestanden te benoemen die werden aangemaakt met de functie Scan to USB. Raadpleeg de installatiehandleiding. 2.Aut. zomertijd — Aan* De zomertijd wordt automatisch ingesteld. 25 — U kunt het serienummer van uw machine controleren. 104 Totaal U kunt controleren hoeveel pagina’s de machine tijdens haar gebruiksduur in totaal heeft afgedrukt. 104 Uit 3.
Menu en functies Tekst invoeren D Bij het instellen van bepaalde menuopties moeten teksttekens worden ingevoerd. Op de kiestoetsen zijn letters afgedrukt. Op de toetsen 0, # en l zijn geen letters gedrukt omdat deze worden gebruikt voor speciale tekens. Druk het gewenste aantal keren (zoals u leest in deze referentietabel) op de betreffende toets van het cijferblok om het gewenste teken te krijgen.
Speciale tekens en symbolen Druk op l, # of 0 en druk vervolgens op d of c om de cursor op het gewenste symbool of teken te zetten. Druk op OK om het symbool of teken te selecteren. Afhankelijk van uw menuselectie verschijnen de volgende symbolen en tekens. Druk op l voor (spatie) ! " # $ % & ' ( ) l + , - .
E Specificaties E Algemeen E Printertype Laser Afdrukmethode Elektrofotografie door halfgeleiderlaser Geheugencapaciteit 64 MB LCD-scherm (liquid crystal display) 22 tekens × 5 regels Stroombron 220 - 240 V 50/60 Hz Stroomverbruik Piek: 1080 W Kopiëren: Gemiddeld 680 W 1 Slaapstand: Gemiddeld 16 W Stand-by: Gemiddeld 85 W 1 Wanneer u een kopie maakt van één vel.
Geluidsniveau Geluidsvermogen In bedrijf (kopiëren) 1: Voor België LwAd = 6,53 Bell Voor andere landen LwAd = 6,54 Bell Kantoorapparatuur met LwAd > 6,30 Bell (A) is niet geschikt voor gebruik in een ruimte waar personen vooral intellectueel werk verrichten. Dergelijke apparatuur dient in een aparte ruimte te worden geplaatst om geluidsoverlast te vermijden.
Specificaties Afdrukmedia Papierinvoer E Papierlade Papiersoort: Dun papier, normaal papier, bankpostpapier, transparanten 1 of kringlooppapier Papierformaat: Letter, A4, B5(ISO), A5, A5 (lange zijde), B6(ISO), A6 en Executive Papiergewicht: 60 tot 105 g/m2 Maximale capaciteit papierlade: Maximaal 250 vellen van 80 g/m2 Normaal papier Multifunctionele lade (MP-lade) Papiersoort: Dun papier, normaal papier, dik papier, bankpostpapier, transparanten, kringlooppapier, enveloppen of etiket
Papieruitvoer Uitvoerlade Achterste uitvoerlade Duplexprinten 124 Maximaal 150 vellen (met de bedrukte zijde naar beneden op de uitvoerlade uitgeworpen) Eén vel (met de bedrukte zijde naar boven op de achterste uitvoerlade uitgeworpen) Papierformaat A4 Handmatig tweezijdig afdrukken Ja Automatische Duplex Ja
Specificaties Kopiëren E Kleur/Monochroom Zwart-wit Afmetingen van enkelzijdig document Breedte ADF: 148 tot 215,9 mm Lengte ADF: 148 tot 355,6 mm Breedte glasplaat: Max. 215,9 mm Lengte glasplaat: Max. 355,6 mm Afmetingen van dubbelzijdig document (Duplex) Breedte ADF: 148 tot 215,9 mm Lengte ADF: 148 tot 297,0 mm Breedte: Max.
Scannen E Kleur/Monochroom Ja/Ja Duplexscannen Ja TWAIN-compatibel Ja (Windows® 2000 Professional/XP/ XP Professional x64 Edition/Windows Vista®) Mac OS® X 10.3.9 of recenter 1 WIA-compatibel Ja (Windows® XP/Windows Vista®) Kleurintensiteit 24-bitskleur Resolutie Max.
Specificaties Afdrukken E Emulaties PCL6, BR-Script3 (PostScript®3), IBM Pro-Printer XL, Epson FX-850 Printerdriver Host-gebaseerde driver voor Windows® 2000 Professional/ XP/XP Professional x64 Edition/Windows Vista®/ Windows Server® 2003 1/Windows Server® 2003 x64 Edition 1/ Windows Server® 2008 1 BR-Script3 (PPD-bestand) voor Windows® 2000 Professional/ XP/XP Professional x64 Edition/Windows Vista®/ Windows Server® 2003 1/Windows Server® 2003 x64 Edition 1/ Windows Server® 2008 1 Macintosh® printer
Interfaces 1 E Parallel Een afgeschermde parallelle tweerichtingskabel die compatibel is met IEEE 1284 en niet langer is dan 2 m. 1 USB Gebruik een USB 2.0-interfacekabel (type A/B) die niet langer is dan 2 m. 2 3 LAN-kabel Gebruik een Ethernet UTP-kabel van categorie 5 of hoger. Een parallelle kabel wordt niet ondersteund voor Windows Vista®, Windows Server® 2003, Windows Server® 2003 x64 Edition en Windows Server® 2008. 2 Uw machine is uitgerust met een Hi-Speed USB 2.
Specificaties Functie Direct Print Compatibiliteit 1 E PDF versie 1.7 1, JPEG, Exif + JPEG, PRN (aangemaakt door de Brother-printerdriver), TIFF (bij scannen met alle MFC- of DCPmodellen van Brother), PostScript®3™ (aangemaakt door de Brother BR-Script 3-printerdriver), XPS versie 1.0. PDF-bestanden die een JBIG2-beeldbestand, een JPEG2000-beeldbestand of transparante bestanden bevatten, worden niet ondersteund.
Systeemvereisten E Minimum systeemvereisten en ondersteunde PC-softwarefuncties Minimumsnelheid Computerplatform processor & versie hoofdbesturingssysteem Minimum Aanbevolen Ruimte op de hoeveelheid hoeveelheid vaste schijf voor RAM RAM de installatie Ondersteunde PCsoftwarefuncties Ondersteunde PCinterface 3 voor voor drivers programma’s Windows® Windows® Intel® Pentium® II of gelijkwaardig besturingssysteem 1 2000 Professional 4 256 MB 150 MB 310 MB Afdrukken, scannen 128 MB Windows® XP Home® 2 4
Specificaties Windows® Windows ® besturingssysteem 1 Server 2003 (drukt uitsluitend af via een netwerk) Macintosh®besturingssysteem Intel® Pentium® III of gelijkwaardig 256 MB 512 MB 50 MB Windows Server® 2003 x64 Edition (drukt uitsluitend af via een netwerk) 64-bit (Intel®64 of AMD64) ondersteunde CPU Windows Server® 2008 (drukt uitsluitend af via een netwerk) Intel® Pentium® 4 of gelijkwaardige 64-bits (Intel® 64 of AMD64) ondersteunde CPU 512 MB 2 GB Mac OS® X 10.3.9 10.4.
Verbruiksartikelen Levensduur tonercartridge E Standaard tonercartridge: TN-3230: Circa 3.000 pagina's (A4) 1 High-yield tonercartridge: Drumeenheid TN-3280: Circa 8.000 pagina's (A4) 1 DR-3200: Circa 25.000 pagina's (A4) 2 1 Het cijfer voor de gemiddelde cartridgecapaciteit is in overeenstemming met ISO/IEC 19752. 2 De drumcapaciteit is een gemiddelde waarde, en kan verschillen met het soort gebruik.
Specificaties Bedraad Ethernetnetwerk Modelnaam netwerkkaart NC-6800h type 2 LAN U kunt de machine op een netwerk aansluiten voor Printen via het netwerk, Netwerkscannen. 1 Ondersteuning van Windows® 2000 Professional, Windows® XP, E Windows® XP Professional x64 Edition, Windows Vista®, Windows Server® 2003 1, Windows Server® 2003 x64 Edition 1, Windows Server® 2008 1 Mac OS® X 10.3.
Managementhulpprogramma’s 3 BRAdmin Light voor Windows® 2000 Professional, Windows® XP, Windows® XP Professional x64 Edition, Windows Vista®, Windows Server® 2003, Windows Server® 2003 x64 Edition, Windows Server® 2008 en Mac OS® X 10.3.
F Verklarende woordenlijst F Dit is een uitvoerige lijst van functies en termen die voorkomen in Brotherhandleidingen. Beschikbaarheid van deze functies is afhankelijk van het model dat u heeft aangeschaft. ADF (automatische documentinvoer) Het document kan in de ADF worden geplaatst, waarbij iedere pagina om beurten automatisch wordt gescand. Scannen De procedure waarmee een elektronische afbeelding van een papieren document naar uw computer wordt verzonden.
G Index A ADF (automatische documentinvoer) met behulp van .....................................20 Afdruk kwaliteit .................................................68 problemen .............................................66 toetsen ............................................... 6, 7 Afdrukken drivers .................................................127 kwaliteit .................................................71 papieropstoppingen ..............................
H M HELP Meldingen op het LCD-scherm ...........107 Menutabel .................................. 107, 109 menutoetsen gebruiken ......................107 Macintosh® Raadpleeg de softwarehandleiding op de cd-rom. Melding "Geheugen vol" .......................... 79 Menutabel ...................................... 107, 109 menutoetsen gebruiken ...................... 107 Modus, instellen kopiëren ............................................... 34 I Informatie over de machine aantal pagina's ..............
Printen via het netwerk Raadpleeg de netwerkhandleiding op de cd-rom. Problemen oplossen ................................65 als u problemen hebt afdrukken ...........................................66 afdrukkwaliteit ............................. 68, 71 kopieerkwaliteit ..................................65 netwerk ..............................................68 omgaan met papier ............................67 scannen .............................................67 software .................................
Deze machine is uitsluitend goedgekeurd voor gebruik in het land van aankoop. Plaatselijke Brother-bedrijven of hun dealers verlenen alleen service voor machines die in hun eigen land zijn aangeschaft.