Operation Manual

PROBLEEM OPLOSSEN
182
Naald breekt. Naald is niet juist geplaatst. Plaats de naald opnieuw op de juiste wijze. 34
Naaldklemschroef is niet vastgedraaid. Draai de naaldklemschroef vast. 35
Naald is verbogen of stomp. Vervang de naald door een nieuwe. 34
De draad of naald is niet geschikt voor het soort
stof waarmee u werkt.
Controleer het overzichtsschema van stoffen/
draad/naald. Kies de juiste combinatie.
36
U hebt niet de juiste persvoet gebruikt. Bevestig de juiste persvoet. 191
Spanning bovendraad is te hoog. Pas de draadspanning aan. 43
Er is tijdens het naaien aan de stof getrokken. Trek niet aan de stof tijdens het naaien.
Klos is niet juist geplaatst. Plaats de klos opnieuw op de juiste wijze. 29
Er zitten krassen rondom de opening in de
steekplaat.
Vervang de steekplaat of neem contact op met
uw erkende detaillist.
Er zitten krassen rondom de opening(en) in de
persvoet.
Vervang de persvoet of neem contact op met uw
erkende detaillist.
Er zitten krassen op de grijper. Vervang de grijper of neem contact op met uw
erkende detaillist.
Naald is defect. Vervang de naald. 34
Stof wordt niet
getransporteerd.
De transporteur staat omlaag. Zet de transporteur omhoog met de
transporteurstandschakelaar.
81
Steken zitten te dicht op elkaar. Vergroot de steeklengte. 42
U hebt niet de juiste persvoet gebruikt. Bevestig de juiste persvoet. 191
Naald is verbogen of stomp. Vervang de naald door een nieuwe. 34
De draad is verstrikt geraakt.
Knip bijvoorbeeld met een schaar de verstrikte
draad af en haal deze uit de grijper enz.
Machine werkt niet. Er is geen patroon geselecteerd. Kies een patroon. 48, 88, 114, 151
U hebt de Start/stoptoets niet ingedrukt. Druk op de Start/stoptoets. 38
De hoofdschakelaar staat niet aan. Zet de hoofdschakelaar aan. 16
Persvoet staat niet omlaag. Zet de persvoet omlaag. 38
U hebt op de Start/stoptoets gedrukt terwijl het
voetpedaal is aangesloten.
Verwijder het voetpedaal of gebruik het
voetpedaal om de naaimachine te bedienen.
11, 39
U hebt het voetpedaal ingedrukt om te beginnen
met borduren.
Verwijder het voetpedaal en gebruik de Start/
stoptoets om de naaimachine te bedienen.
11
Borduurtafel werkt niet. Er is geen patroon geselecteerd. Kies een patroon. 48, 88, 114, 151
De hoofdschakelaar staat niet aan. Zet de hoofdschakelaar aan. 16
Borduurtafel is niet juist bevestigd. Bevestig de borduurtafel op de juiste manier. 112
Borduurraam is bevestigd voordat de tafel
geïnitialiseerd was.
Voer de initialisatieprocedure op de juiste wijze
uit.
113
LCD-scherm niet leesbaar. Het LCD-contrast is niet goed ingesteld. Pas het schermcontrast aan. 21, 178
Probleem Oorzaak Oplossing Pagina
VOORZICHTIG
Deze naaimachine is uitgerust met een draaddetectiefunctie. Als u op de Start/stoptoets drukt voordat de bovendraad
is ingeregen, functioneert de naaimachine niet goed. Afhankelijk van het gekozen patroon voert de naaimachine de
stof ook door als de naald omhoog staat. Dit komt door het mechanisme waarmee de naaldstang wordt losgelaten. De
naaimachine maakt dan een ander geluid dan u normaal hoort tijdens het naaien. Dit betekent niet dat de naaimachine
niet goed functioneert.
Als er een stroomstoring optreedt tijdens het naaien:
Zet de machine uit en haal de stekker uit het stopcontact.
Wanneer u de naaimachine opnieuw start, volgt u de aanwijzingen voor een juiste bediening van de naaimachine.