Operation Manual

ONDER/BOVENDRAAD INRIJGEN
28
b
Leid de onderdraad door de gleuf en volg het
pijltje in de afbeelding.
c
Houd de bovendraad losjes vast en druk
tweemaal op de Naaldstandtoets om de naald
omlaag en weer omhoog te zetten.
d
Trek zacht aan de bovendraad om de
onderdraad naar boven te halen.
Een lus van de onderdraad komt uit het gat in de
steeekplaat.
e
Trek ongeveer 100 mm van de spoeldraad uit
en leid deze onder de persvoet naar de
achterkant van de machine op gelijke lengte
met de bovendraad.
a Bovendraad
b Onderdraad
f
Bevestig het spoelhuisdeksel.
Bovendraad inrijgen
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de machine en
de naald inrijgt. Op de machine staan nummers die de
inrijgvolgorde aangeven.
a
Zet de machine aan.
b
Druk op de Persvoettoets om de persvoet
omhoog te zetten.
Het bovendraadklepje gaat open zodat u de
machine kunt inrijgen.
a
Bovendraadklepje
Opmerking
Knip de draad niet af met de draadafsnijder.
Bevestig het spoelhuisdeksel niet.
a
b
VOORZICHTIG
Rijg de naaimachine op de juiste manier in. Wanneer
u de machine niet juist inrijgt, kan de draad verstrikt
raken, waardoor de naald breekt. Dit kan letsel tot
gevolg hebben.
Wanneer u accessoires gebruikt die niet bij deze
machine zijn inbegrepen, bevestig dan het accessoire
aan de machine na het inrijgen.
Memo
Deze machine is uitgerust met een bovendraadklepje,
zodat u kunt controleren of het inrijgen van de
bovendraad juist wordt uitgevoerd.
7
8
10
11
12,13
9
14
2,16
3
,15
1
4, 5
6
a