Network User's Guide
Table Of Contents
- NETWERKHANDLEIDING
- Inhoudsopgave
- 1 Inleiding
- 2 De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding (Niet beschikbaar voor MFC-253CW, MFC-255CW en MFC-257CW)
- Overzicht
- IP-adressen, subnetmaskers en gateways
- Stappenoverzicht
- Het IP-adres en subnetmasker instellen
- De instellingen van de afdrukserver wijzigen
- BRAdmin Light gebruiken om de instellingen van de afdrukserver te wijzigen
- BRAdmin Professional 3 gebruiken om de draadloze instellingen te wijzigen (Windows®)
- De instellingen van de afdrukserver wijzigen met Remote Setup (Niet beschikbaar voor Windows Server® 2003/2008) (Niet beschikbaar voor DCP-modellen, MFC-253CW, MFC-255CW, MFC-257CW en MFC-295CN)
- Het bedieningspaneel gebruiken om de instellingen van de afdrukserver te wijzigen
- 3 De machine voor een draadloos netwerk configureren (Niet beschikbaar voor DCP-365CN, DCP-395CN en MFC-295CN)
- Overzicht
- Terminologie en concepten voor draadloos netwerk
- Stappenoverzicht voor configuratie van een draadloos netwerk
- Controleren welke netwerkomgeving u hebt
- De configuratiemethode van het draadloze netwerk controleren
- De draadloze machine configureren via de installatiewizard van het bedieningspaneel
- Configuratie via het SES/WPS/AOSS-menu in het bedieningspaneel (alleen in infrastructuurmodus)
- Configuratie via de pinmethode of Wi-Fi Protected Setup™ (alleen in infrastructuurmodus)
- De draadloze netwerkmachine configureren met het installatieprogramma van Brother op de cd-rom
- De machine voor een draadloos netwerk configureren
- De installatiewizard van het bedieningspaneel gebruiken
- De machine configureren voor een draadloos netwerk met het SES, WPS of AOSS-menu op het bedieningspaneel
- De pinmethode of Wi-Fi Protected Setup™ gebruiken
- Het automatische installatieprogramma op de cd-rom gebruiken om de machine voor een draadloos netwerk te configureren
- 4 Draadloze configuratie voor Windows® met het Brother-installatieprogramma (Voor DCP-373CW, DCP-375CW, DCP-377CW, DCP-593CW, DCP-595CW, DCP-597CW, MFC-495CW en MFC-795CW)
- 5 Draadloze configuratie voor Macintosh met het Brother-installatieprogramma (Voor DCP-373CW, DCP-375CW, DCP-377CW, DCP-593CW, DCP-595CW, DCP-597CW, MFC-495CW en MFC-795CW)
- 6 Configuratie van het bedieningspaneel
- Netwerk-menu
- TCP/IP
- Setup Wizard (voor draadloze modellen)
- SES/WPS/AOSS (voor draadloze modellen)
- WPS m/Pincode (voor draadloze modellen)
- WLAN-status (voor draadloze modellen)
- Ethernet (Niet beschikbaar voor MFC-253CW, MFC-255CW en MFC-257CW)
- MAC-adres
- Netwerk I/F (Voor draadloze modellen, niet beschikbaar voor MFC-253CW, MFC-255CW en MFC-257CW)
- WLAN Activeren (Voor MFC-253CW, MFC-255CW en MFC-257CW)
- De netwerkinstellingen terugzetten naar de fabrieksinstellingen
- De netwerkconfiguratielijst afdrukken
- Netwerk-menu
- 7 Wizard Driver installeren (alleen Windows®)
- 8 Afdrukken in een netwerk onder Windows® via peer-to-peer TCP/IP
- 9 Vanaf een Macintosh afdrukken via het netwerk
- 10 Problemen oplossen
- Appendix A
- Services gebruiken
- Andere manieren om het IP-adres in te stellen (voor geavanceerde gebruikers en beheerders)
- DHCP gebruiken voor het configureren van het IP-adres
- BOOTP gebruiken voor het configureren van het IP-adres
- RARP gebruiken voor het configureren van het IP-adres
- APIPA gebruiken voor het configureren van het IP-adres
- ARP gebruiken voor het configureren van het IP-adres
- TELNET-console gebruiken voor het configureren van het IP-adres
- Installeren met gebruik van een op het netwerk gedeelde wachtrij of Share (alleen printerdriver)
- Installatie bij gebruik van Web Services (Windows Vista®)
- Appendix B
- Appendix C
- Index
Appendix B
154
B
Tekst invoeren B
Voor Touchscreen modellen B
Voor het instellen van bepaalde menuopties moet u mogelijk tekst in de machine invoeren. Druk op om
cijfers, tekens of speciale tekens te selecteren. Aan elke toets op het touchscreen zijn maximaal vier letters
toegekend.
U kunt de juiste letter intoetsen door herhaaldelijk op de betreffende toets te drukken.
Spaties invoegen B
Om een spatie in te voeren, drukt u op om speciale tekens te selecteren drukt u vervolgens op de
spatietoets of .
Opmerking
De beschikbare tekens zijn afhankelijk van uw taal.
Fouten corrigeren B
Als u een onjuiste letter hebt ingevoerd en deze wilt wijzigen, gebruikt u de pijltoetsen om de cursor onder
het foutieve teken te plaatsen. Druk vervolgens op . Voer het juiste teken in. U kunt ook letters invoegen
door de cursor te verplaatsen en een teken in te voeren.
Letters herhalen B
Als u een letter wilt invoeren die zich op dezelfde toets bevindt als de voorafgaande letter, drukt u op om
de cursor naar rechts te verplaatsen en drukt u nogmaals op de toets.
OK
321
654
98
0
7










