GEBRUIKERSHANDLEIDING FAX-1840C MFC-3240C Versie A
Als u de Klantenservice moet bellen A.u.b. de volgende gegevens invullen voor toekomstige referentie: Modelnummer: FAX-1840C en MFC-3240C (omcirkel uw modelnummer) Serienummer:* Aankoopdatum: Aankoopplaats: * Het serienummer staat op de achterkant van het toestel. Bewaar deze Gebruikershandleiding samen met uw kassabon als bewijs van uw aankoop, in geval van diefstal, brand of service in geval van garantie. Registreer uw product online op http://www.brother.
DEZE APPARATUUR IS ONTWORPEN VOOR GEBRUIK MET EEN DUBBELDRAADS ANALOOG PSTN-SNOER, VOORZIEN VAN DE PASSENDE CONNECTOR. INFORMATIE OVER GOEDKEURING Brother wijst erop dat dit product mogelijk niet goed functioneert in een ander land dan dat waarin het oorspronkelijk werd aangekocht, en biedt geen garantie indien dit product wordt gebruikt op openbare telecommunicatielijnen in een ander land.
II
EG Conformiteitsverklaring onder de Richtlijn R & TTE Producent Brother Industries, Ltd.
Veiligheidsmaatregelen Veilig gebruik van de machine Bewaar deze voorschriften a.u.b., zodat u ze later kunt naslaan. Raadpleeg ze altijd voordat u probeert enig onderhoud te verrichten. WAARSCHUWING Binnenin de machine bevinden zich hoogspanningselektroden. Controleer voordat u de machine reinigt of u de telefoonlijn eerst hebt ontkoppeld en daarna het voedingssnoer uit het stopcontact hebt verwijderd. Hanteer de stekker nooit met natte handen. U kunt dan namelijk een elektrische schok krijgen.
■ Ga bij het installeren of wijzigen van telefoonlijnen voorzichtig te werk. Raak niet-geïsoleerde telefoondraden of aansluitingen nooit aan, tenzij de telefoonlijn bij het wandcontact is afgesloten. Installeer telefoonbedrading nooit tijdens onweer. Installeer een telefoonwandcontact nooit op een vochtige plaats. ■ Installeer dit product in de nabijheid van een goed bereikbaar stopcontact. In geval van nood moet u het netsnoer uit het stopcontact trekken om de stroom volledig uit te schakelen.
Een geschikte plaats kiezen Zet de machine op een plat, stabiel oppervlak, bijvoorbeeld een bureau. Kies een trillingsvrije plaats. Plaats de machine in de buurt van een telefoonaansluiting en een standaard geaard stopcontact. Kies een plaats waar de temperatuur tussen de 10°C-35°C blijft. Voorzichtig ■ Zet de machine niet op een plaats waar veel mensen heen en weer lopen. ■ Plaats de machine niet op het tapijt.
Beknopt Overzicht Faxen verzenden Automatisch Verzenden 1 Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op (Fax). 2 Uw document laden. 3 Voer het gewenste faxnummer in. U kunt hiervoor de Eéntoetsnummers, de Snelkiestoetsen of de kiestoetsen gebruiken, of u kunt het nummer Zoeken. 4 Druk op Mono Start of Kleur Start. Nummers opslaan Snelkiesnummers opslaan 1 Druk op Menu/Set, 2, 3, 2.
Eéntoetskiezen/ Snelkiezen 1 Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op (Fax). 2 Uw document laden. 3 Druk op het Eéntoetsnummer dat u wilt bellen. —OF— Druk op Zoeken/Snelkiezen, druk op #, en druk vervolgens op 4 VIII het tweecijferige Snelkiesnummer. Druk op Mono Start of Kleur Start. 1 2 3 4 5 Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op (Fax). Uw document laden. Druk op Zoeken/Snelkiezen en toets de eerste letter in van de naam die u zoekt. Druk op of om in het geheugen te zoeken.
Inhoudsopgave 1 2 Inleiding ................................................................................ 1-1 Gebruik van deze Handleiding ......................................... 1-1 Informatie opzoeken ................................................... 1-1 De symbolen die in deze Handleiding worden gebruikt ... 1-1 Overzicht bedieningspaneel ............................................. 1-2 De machine in de Energiebesparende stand zetten ... 1-5 Energiebesparende Stand..............................
3 X Het Verzenden instellen ...................................................... 3-1 De Faxmodus instellen ..................................................... 3-1 Nummers kiezen............................................................... 3-1 Handmatig kiezen ....................................................... 3-1 Eéntoetskiezen ........................................................... 3-2 Snelkiezen .................................................................. 3-2 Zoeken.................
4 5 De Ontvangstmodus instellen ............................................ 4-1 Basishandelingen bij het ontvangen (alleen FAX-1840C en MFC-3240C) ............................. 4-1 De Ontvangstmodus kiezen ....................................... 4-1 Uw Ontvangstmodus kiezen of wijzigen ................. 4-2 De Belvertraging instellen........................................... 4-2 De F/T-Beltijd instellen (alleen in Fax/Tel-modus).......................................
6 7 8 XII Opties voor Afstandsbediening (niet beschikbaar voor kleurenfaxen) ................................. 6-1 Fax Doorzenden instellen ........................................... 6-1 Fax Opslaan instellen ................................................. 6-2 Opties voor Afstandsbediening uitschakelen.............. 6-2 De Toegangscode op Afstand instellen ...................... 6-3 Afstandsbediening ............................................................
9 10 A Belangrijke informatie ......................................................... 9-1 Voor uw veiligheid ...................................................... 9-1 Naleving van de International ENERGY STAR® normen ................................................................... 9-1 Belangrijke veiligheidsinstructies................................ 9-2 Handelsmerken .......................................................... 9-4 Problemen oplossen en routineonderhoud ....................
Aansluiting op meerdere lijnen (PBX)........................ A-8 Als u de machine installeert om met een PBX te laten werken ...................................................... A-8 Speciale functies op uw telefoonlijn........................... A-8 B V S 11 12 13 XIV Bijlage B ............................................................................... B-1 Programmeren op het scherm ......................................... B-1 Menutabel ...........................................................
1 Inleiding Gebruik van deze Handleiding Dank u voor de aanschaf van een fax of Multifunctionele Centrale (MFC) van Brother. Uw machine is eenvoudig te gebruiken, met een LCD-scherm waarop aanwijzingen verschijnen die u helpen bij het programmeren van de machine. Neemt u een paar minuten de tijd om deze Handleiding te lezen, zodat u optimaal gebruik kunt maken van uw machine. Informatie opzoeken De titels en subtitels van alle hoofdstukken staan in de Inhoudsopgave.
Overzicht bedieningspaneel MFC-3240C 1 2 3 4 5 6 7 8 12 9 11 10 FAX-1840C 1 2 3 4 5 6 7 12 1 - 2 INLEIDING 8 9 11 10
1 Eéntoetsnummers Deze toetsen geven u direct toegang tot vooraf opgeslagen Snelkiesnummers. Shift Wanneer u een Eéntoetsnummers in een zwart vak op het bedieningspaneel wilt gebruiken, houdt u deze toets ingedrukt terwijl u op het Eéntoetsnummer drukt. 2 Inkt (alleen MFC-3240C) Met deze toets kunt u de printkop reinigen, de afdrukkwaliteit en de hoeveelheid toner controleren.
▲ Zoeken/Snelkiezen 5 Modus-toetsen: Met deze toets kunt u nummers opzoeken die in het kiesgeheugen zijn opgeslagen. Hiermee kunt u tevens opgeslagen nummers kiezen door op # en een tweecijferig nummer te drukken. Fax Voor het Faxen van documenten. ▲ Scan (alleen MFC-3240C) Voor het Scannen van documenten. Druk op deze toets om achteruit door een menuselectie te bladeren. ▲ of ▼ Druk op deze toets om door de menu's en opties te bladeren. Kopie Voor het Kopiëren van documenten.
De machine in de Energiebesparende stand zetten Wanneer de machine inactief is, kunt u hem in de Energiebesparende stand zetten door op de toets voor Energiebesparing te drukken. In de Energiebesparende stand ontvangt de machine gewoon telefoonoproepen. Voor verdere informatie over het ontvangen van faxen in de energiebesparende stand, raadpleegt u de tabel op pagina 1-6. U kunt ook faxen ontvangen in de stand F/T, als uw machine van een hoorn voorzien is (Raadpleeg Energiebesparende Stand op pagina 1-6).
Energiebesparende Stand U kunt de toets Spaarstand van de machine instellen. De standaardstand is Faxontv:Aan, zodat uw machine faxen of oproepen kan ontvangen, zelfs als de machine in de Energiebesparende stand staat. Wanneer u wilt dat uw machine geen faxberichten of oproepen ontvangt, moet u deze instelling op Faxontv:Uit zetten (Raadpleeg De machine in de Energiebesparende stand zetten op pagina 1-5.) 1 Druk op Menu/Set, 1, 6. 6.P.Bewaar inst. 2 Druk op ▲ of ▼ om Uit (of Aan) te selecteren.
Documenten laden U kunt een fax verzenden, kopiëren en scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer). De automatische documentinvoer (ADF) gebruiken De ADF heeft een capaciteit van maximaal 20 vellen en voert het papier vel voor vel in. Gebruik standaardpapier 80 g/m2 en blader de stapel altijd door alvorens het papier in de ADF te plaatsen.
1 2 Blader de stapel goed door. Open de papierlade (1), trek de verlenging er uit (2) en open vervolgens de documentsteun (3). 3 Leg uw documenten met de bedrukte zijde naar beneden en de bovenrand eerst in de ADF, totdat u voelt dat ze de invoerrol raken (4). Stel de papiergeleiders in op de breedte van uw documenten (5). 4 Documenten met de bedrukte zijde naar onderen in de ADF. Papiergeleiders TREK NIET aan het document tijdens het doorvoeren.
Over papier De afdrukkwaliteit kan worden beïnvloed door het soort papier dat u in de machine gebruikt. Om de beste afdrukkwaliteit te krijgen voor de instellingen die u hebt gekozen, moet u de Papiersoort altijd instellen op het type papier dat u plaatst. U kunt normaal papier, inkjetpapier (gecoat papier), glanzend papier, transparanten en enveloppen gebruiken. Wij raden u aan om verschillende soorten papier te testen alvorens een grote hoeveelheid aan te schaffen.
Omgaan met speciaal papier ■ Bewaar papier in de originele verpakking en zorg dat deze gesloten blijft. Bewaar het papier plat en verwijderd van vocht, direct zonlicht en warmte. ■ De gecoate zijde van glanzend papier glimt. Zorg dat u de glimmende (gecoate) zijde niet aanraakt. Plaats glanzend papier met de glimmende zijde naar beneden toe. ■ Voorkom dat u de voor- of achterkant van transparanten aanraakt, daar deze gemakkelijk water en transpiratie absorberen, wat afbreuk doet aan de afdrukkwaliteit.
Type en formaat papier voor elke functie Papiersoort Losse Vellen Kaarten Enveloppen INLEIDING 1 - 11 Transparanten Papierformaat Gebruik Fax Kopiëren Printer Letter 216 x 279 mm (8 1/2" x 11") Ja Ja Ja A4 210 x 297 mm (8,3" x 11,7") Ja Ja Ja Legal 216 x 356 mm (8 1/2" x 14") Ja Ja Ja Executive 184 x 267 mm (7 1/4" x 10 1/2") - - Ja JIS B5 182 x 257 mm (7,2" x 10,1") - - Ja A5 148 x 210 mm (5,8" x 8,3") - Ja Ja A6 105 x 148 mm (4,1" x 5,8") - - Ja Foto 102 x 152
Gewicht, dikte en capaciteit papier Papiersoort Gewicht Dikte Aantal vellen Normaal Papier 64 tot 120 (7,7 tot 14,51 kg) 0,08 tot 0,15 mm (0,003" tot 0,006") 100* Inkjetpapier 64 tot 200 g/m2 (7,7 tot 24 kg) 0,08 tot 0,25 mm (0,003" tot 0,01") 20 Glanzend Papier max. 220 g/m2 (max. 26,31 kg) max. 0,25 mm (max. 0,01") 20 Fotokaart max. 240 g/m2 (max. 29,03 kg) max. 0,28 mm (max. 0,01") 20 Indexkaart max. 120 g/m 2 (max. 14,51 kg) max. 0,15 mm (max. 0,006") 30 Briefkaart max.
Bedrukbaar gedeelte Hoe groot het bedrukbaar gedeelte is, is afhankelijk van de instellingen binnen de door u gebruikte toepassing. De onderstaande afbeeldingen tonen de niet-bedrukbare gedeelten op losse vellen papier en enveloppen. Losse Vellen 3 Enveloppen 3 4 1 4 1 2 2 ■ niet-bedrukbaar gedeelte 1Bovenkant 2Onderkant 3Links 4Rechts Losse Vellen 3 mm (0 mm)*1 3 mm (0 mm)*1 3 mm (0 mm)*1 3 mm (0 mm)*1 Enveloppen 12 mm 24 mm 3 mm 3 mm *1 Wanneer u de optie Zonder Marges op Aan zet.
Papier, enveloppen en briefkaarten laden Papier of ander materiaal plaatsen 1 Trek de papierlade volledig uit de machine en verwijder de uitvoerpapierlade. 2 Houd de papiergeleider ingedrukt en stel deze af op de breedte van het papier. Papiergeleider 3 Trek de papiersteun er uit en vouw de papiersteunklep uit. Papiersteun Papiersteunklep Gebruik de papiersteunklep voor Letter, Legal en A4.
4 Blader de stapel papier goed door om te voorkomen dat papier vastloopt of scheef wordt ingevoerd. 5 Steek het papier voorzichtig in de papierlade met de afdrukzijde omlaag en de bovenste rand (bovenkant van het papier) eerst. Controleer of het papier vlak in de lade ligt en of het papier niet boven het aangegeven maximum komt. Maximum Papierhoogte ■ Zorg dat de papiergeleiders aan de zijkant de randen van het papier aanraken.
Enveloppen plaatsen ■ Gebruik enveloppen van 75-95 g/m2. ■ Voor sommige enveloppen is het nodig de marge in te stellen in de toepassing. Zorg ervoor dat u eerst een testafdruk maakt. Om te voorkomen dat het invoermechanisme wordt beschadigd, dient het gebruik van onderstaande soorten enveloppen te worden vermeden.
2 Leg de enveloppen in de papierlade met de adreszijde naar beneden en de invoerkant (bovenkant van de enveloppen) eerst. Verschuif de papiergeleider zodanig dat de envelopbreedte erin past. Als u problemen hebt bij het afdrukken op enveloppen, volg dan de volgende suggesties op: 1 Open de omslag van de envelop. 2 Zorg ervoor dat de open omslag zich aan de zijkant of aan de achterkant van de envelop bevindt tijdens het afdrukken. 3 Stel de maat en marge in bij uw toepassing.
Over faxmachines Faxtonen en aansluitbevestiging Wanneer iemand u een fax stuurt, zendt hun machine faxtonen (CNG-tonen) naar uw apparaat. Dit zijn zachte, onderbroken geluidssignalen met een tussenpauze van 4 seconden. U hoort ze als u na het kiezen op Mono Start of Kleur Start drukt. Ze houden tot ongeveer 60 seconden na het kiezen aan. Tijdens deze 60 seconden start de verzendende machine met de aansluitbevestiging of verbinding met het ontvangende apparaat.
ECM-Modus (Foutencorrectie) In de ECM-Modus controleert de machine een faxtransmissie om na te gaan of deze zonder storingen verloopt. Wanneer de machine tijdens de faxtransmissie fouten ontdekt, worden de pagina’s die een fout hebben gegeven, opnieuw verzonden. ECM-transmissies zijn uitsluitend mogelijk als beide faxmachines over deze functie beschikken. Als dat het geval is, kan het zijn dat u faxberichten verzendt en ontvangt die voortdurend door de machine gecontroleerd worden.
2 Aan de slag Eerste Instellingen De Datum en Tijd instellen Als de machine niet in gebruik is, wordt de datum en tijd weergegeven. Als u de Stations-ID instelt, wordt de datum en tijd die door uw machine worden weergegeven op elke verzonden fax afgedrukt. Als de stroom uitvalt, moet u de datum en tijd waarschijnlijk opnieuw instellen. Alle andere instellingen blijven bewaard. 1 2 3 4 5 6 Druk op Menu/Set, 0, 2. 2.Datum/Tijd Toets de laatste twee cijfers van het jaartal in. Druk op Menu/Set.
De Stations-ID instellen U zou uw naam of de naam van uw bedrijf en het faxnummer moeten opslaan, zodat deze worden afgedrukt op alle faxpagina's die u verzendt. Het is uiterst belangrijk dat het faxnummer in internationaal standaardformaat worden ingevoerd; met andere woorden: precies in onderstaande volgorde. ■ Het “+” (plus) teken (druk op de toets) ■ Uw Landnummer (bv. “31” voor Nederland of “32” voor België) ■ Uw netnummer zonder de eerste “0” (“9” in Spanje).
Het Type Telefoonlijn instellen Als u de machine aansluit op een lijn met PABX (PBX), ADSL of ISDN voor het verzenden en ontvangen van faxen, moet u ook het Type Telefoonlijn dienovereenkomstig wijzigen aan de hand van de volgende stappen. 1 2 3 Druk op Menu/Set, 0, 5. Druk op ▲ of ▼ om PBX, ADSL, ISDN (of Normaal) te selecteren. Druk op Menu/Set. Druk op Stop/Eindigen. 5.
Standaardinstellingen De Mode Timer instellen (alleen MFC-3240C) De machine heeft op het bedieningspaneel drie tijdelijke modus-toetsen: Faxen, Scannen en Kopiëren. U kunt het aantal minuten of seconden wijzigen waarbij de machine na de laatste Scan of Kopie terugkeert naar de Faxmodus. Wanneer u Uit selecteert, blijft de machine in de laatst gebruikte modus. 1 2 3 Druk op Menu/Set, 1, 1. 1.Tijdklokstand Druk op ▲ of ▼ om 0 Sec., 30 Sec., 1 Min, 2 Min., 5 Min. of Uit te selecteren. Druk op Menu/Set.
De Mode Timer instellen (alleen FAX-1840C) De machine heeft twee tijdelijke modustoetsen op het bedieningspaneel: Fax en Kopie. U kunt het aantal minuten of seconden wijzigen waarna de machine na de laatste Kopie terugkeert naar de Faxmodus. Wanneer u Uit selecteert, blijft de machine in de laatst gebruikte modus. 1 2 3 4 Druk op Menu/Set, 1, 1. 1.Tijdklokstand Druk op ▲ of ▼ om 0 Sec., 30 Sec., 1 Min, 2 Min., 5 Min. of Uit te selecteren. Druk op Menu/Set. Druk op Stop/Eindigen.
Het Type Papier instellen Voor de beste afdrukkwaliteit dient u de machine in te stellen op het type papier dat u gebruikt. 1 2 3 Druk op Menu/Set, 1, 2. 2.Papiersoort Druk op ▲ of ▼ om Normaal, Inkjet, Glossy of Transp. te selecteren. Druk op Menu/Set. Druk op Stop/Eindigen. Het papier wordt met de bedrukte zijde naar boven op de uitvoerlade aan de voorkant van de machine uitgeworpen.
Het Belvolume instellen U kunt de beltoon Belvolume:Uit zetten of selecteren hoe luid de bel van de machine overgaat. 1 2 Druk op Menu/Set, 1, 4, 1. 1.Belvolume Druk op ▲ of ▼ om Laag, Half, Hoog of Uit te selecteren. Druk op Menu/Set. 3 Druk op Stop/Eindigen. —OF— U kunt het belvolume aanpassen wanneer uw machine inactief is (niet wordt gebruikt). In de Faxmodus drukt u op of om het volume in te stellen.
Het Volume van de Luidspreker instellen U kunt het volume van de luidspreker selecteren. 1 2 3 Druk op Menu/Set, 1, 4, 3. Druk op ▲ of ▼ om Laag, Half, Hoog of Uit te selecteren. Druk op Menu/Set. Druk op Stop/Eindigen. 3.Luidspreker Automatisch Zomer-/Wintertijd inschakelen U kunt de machine zo instellen dat de Zomer-/Wintertijd automatisch wordt gewijzigd. De machine zal automatisch in de Lente een uur vooruit worden gezet en een uur terug in de Herfst.
3 Het Verzenden instellen De Faxmodus instellen Voordat u faxen gaat verzenden, moet u nagaan of (Fax) groen is. Wanneer dit niet zo is, drukt u op (Fax) om de Faxmodus in te stellen. De standaardinstelling is Fax. Nummers kiezen U kunt op alle volgende manieren nummers kiezen. Handmatig kiezen Toets alle nummers van het telefoon- of faxnummer in.
Eéntoetskiezen Druk op het Eéntoetsnummer van de locatie die u wilt bellen. (Raadpleeg Eéntoetsnummers opslaan op pagina 5-1.) Wanneer u de Eéntoetsnummers in het zwarte vakje wilt kiezen, houdt u Shift ingedrukt, terwijl u op het Eéntoetsnummer drukt. Snelkiezen Druk op Zoeken/Snelkiezen, #, en toets vervolgens het Snelkiesnummer van twee cijfers in (Raadpleeg Snelkiesnummers opslaan op pagina 5-2).
Zoeken U kunt zoeken naar de namen die in het geheugen voor Eéntoetsnummers en Snelkiesnummers zijn opgeslagen. Druk op Zoeken/Snelkiezen en de navigatietoetsen om te zoeken. (zie Eéntoetsnummers opslaan op pagina 5-1 en Snelkiesnummers opslaan op pagina 5-2). Op nummer zoeken of Alfabetisch zoeken* * Om alfabetisch te zoeken, kunt u het numerieke toetsenbord gebruiken om de eerste letter in te voeren van de naam die u zoekt.
Faxen versturen (Zwart-Wit en Kleur) Een fax in kleur verzenden Uw machine kan een fax in kleur verzenden naar machines die deze functie ondersteunen. Faxen in kleur kunnen echter niet in het geheugen worden opgeslagen. Als u een kleurenfax verzendt, wordt deze direct verzonden (zelfs wanneer Direct Verzend is ingesteld op Uit). Faxen verzenden vanaf de ADF Plaats het document met de bedrukte zijde naar beneden in de ADF. Druk op Stop/Eindigen om te annuleren.
Handmatig verzenden Als u faxen handmatig verzendt, hoort u de kiestoon, de beltonen en de faxontvangsttonen. 1 2 3 4 5 6 Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op (Fax). Uw document laden. Neem de hoorn van de machine (FAX-1840C)/externe toestel (MFC-3240C) op en wacht op een kiestoon. Kies het faxnummer dat u wilt bereiken. Druk op Mono Start of Kleur Start als u de faxtoon hoort. Wanneer u de hoorn hebt opgenomen, moet u de hoorn weer op de haak leggen.
Basishandelingen bij het verzenden Faxen met meer instellingen verzenden Wanneer u een fax gaat verzenden, kunt u een combinatie van deze instellingen kiezen: contrast, resolutie, internationale modus, timer voor uitgestelde faxen, pollen of directe verzendingen. 1 2 Wanneer het lampje niet groen is, drukt u op (Fax). Telkens nadat een instelling is geaccepteerd, wordt u gevraagd of u nog meer instellingen wilt invoeren: Druk op 1 om verdere instellingen te Volgende selecteren. Op het LCD-scherm 1.Ja 2.
Faxresolutie U kunt de toets Fax Resolutie gebruiken om de instelling tijdelijk te veranderen (uitsluitend voor deze fax). Druk in de Faxmodus , op Fax Resolutie en ▲ or ▼ om de door u gewenste instelling te selecteren, en druk vervolgens op Menu/Set. —OF— U kunt de standaardinstelling wijzigen: 1 2 3 4 Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op (Fax). Uw document laden. Druk op Menu/Set, 2, 2, 2. 2.Faxresolutie Druk op ▲ of ▼ om de door u gewenste resolutie te selecteren. Druk op Menu/Set.
Tweevoudige Werking (niet beschikbaar voor kleurenfaxen) U kunt een nummer kiezen en de fax in het geheugen inlezen - zelfs wanneer de machine een fax vanuit het geheugen verzendt of faxen ontvangt. Het LCD-scherm toont het nieuwe taaknummer en het beschikbare geheugen. Uw machine maakt doorgaans gebruik van de Tweevoudige Werking. Als u echter een kleurenfax verzendt, zal de machine het document direct verzenden (zelfs wanneer Direct Verzend op Uit staat).
Direct Verzenden Als u een fax gaat verzenden, zal de machine de documenten eerst in het geheugen scannen alvorens deze te verzenden. Vervolgens, zodra de telefoonlijn vrij is, begint de machine met kiezen en verzenden. Als het geheugen vol is, zal de machine het document direct verzenden (zelfs als Direct Verzend is ingesteld op Uit). Soms wilt u een belangrijk document onmiddellijk verzenden, zonder te wachten totdat het vanuit het geheugen wordt verzonden.
De status van taken controleren U kunt controleren welke taken er nog in het geheugen op verzending wachten. (als er geen taken zijn, wordt de melding Geen opdrachten op het LCD-scherm weergegeven). 1 2 3 Druk op Menu/Set, 2, 6. 6.Rest. jobs Als er meer dan één taak in de wachtrij staat, drukt u op ▲ of ▼ om door de lijst te bladeren. Druk op Stop/Eindigen. Een fax wanneer actief annuleren Als u een fax wilt annuleren terwijl de machine aan het scannen, kiezen of verzenden is, drukt u op Stop/Eindigen.
Geavanceerde verzendopties Groepsverzenden (niet beschikbaar voor kleurenfaxen) Een groepsverzending is het automatisch verzenden van één faxbericht naar meerdere faxnummers. U kunt een fax naar Groepen, Eéntoetsnummers, Snelkiesnummers en maximaal 50 met de hand gekozen nummers tegelijkertijd sturen. Druk tussen ieder nummer op Menu/Set. Gebruik Zoeken/Snelkiezen om de nummers gemakkelijk te kunnen kiezen.
■ Als u geen locaties voor Groepsnummers, toegangscodes en creditcardnummers gebruikt, kunt u naar maximaal 100 verschillende nummers faxen. ■ Hoeveel geheugen er beschikbaar is, hangt af van het type taken die in het geheugen zijn opgeslagen en van het aantal nummers waarnaar u de fax verzendt. Als u de fax naar het maximale aantal nummers probeert te verzenden, kunt u de Tweevoudige Werking en Uitgesteld faxen niet gebruiken.
Uitgestelde Fax (niet beschikbaar voor kleurenfaxen) Tijdens de dag kunt u max. 50 faxen in het geheugen opslaan om ze binnen 24 uur te verzenden. Deze faxen zullen verzonden worden op het tijdstip van de dag dat u in Stap 4 invoert. 1 2 3 4 5 Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op (Fax). Uw document laden. Druk op Menu/Set, 2, 2, 3. 3.Tijdklok Druk op Menu/Set om de weergegeven tijd te accepteren. —OF— Voer in om hoe laat de fax moet worden verzonden (in 24 uursformaat). Druk op Menu/Set.
Uitgestelde Groepsverzending (niet beschikbaar voor kleurenfaxen) Alvorens de uitgestelde faxen te verzenden, zal uw machine u helpen met besparen door alle faxen in het geheugen op bestemming en geprogrammeerde tijd te sorteren. Alle vertraagde faxen die geprogrammeerd zijn om op hetzelfde tijdstip naar hetzelfde faxnummer te worden verzonden, worden als één fax verzonden om transmissietijd te besparen. 1 2 3 4 Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op (Fax). Druk op Menu/Set, 2, 2, 4. 4.
Verzend Pollen instellen (Standaard) (niet beschikbaar voor kleurenfaxen) Verzend Pollen betekent dat uw machine met een document in de invoer wacht totdat dit document door een ander faxapparaat wordt opgevraagd. 1 2 3 4 5 Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op (Fax). Uw document laden. Druk op Menu/Set, 2, 2, 6. 6.Verzend Pollen Druk op ▲ of ▼ om Stand. te selecteren. Druk op Menu/Set. Druk op 1 om documenten in de 1.Doc 2.Geheugen ADF te laten liggen.
Verzend Pollen instellen met Beveiligingscode (niet beschikbaar voor kleurenfaxen) Wanneer u Polling:Beveilig kiest, moet iedereen die de machine wenst te pollen, de beveiligingscode invoeren. 1 2 3 4 5 6 Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op (Fax). Uw document laden. Druk op Menu/Set, 2, 2, 6. 6.Verzend Pollen Druk op ▲ of ▼ om Beveilig te selecteren. Druk op Menu/Set. Toets een viercijferig nummer in. Druk op Menu/Set. Druk op 1 om documenten in de 1.Doc 2.Geheugen ADF te laten liggen.
Verzendslot (alleen FAX-1840C en MFC-3240C) Met Verzendslot voorkomt u dat onbevoegden toegang krijgen tot de machine.
Het wachtwoord instellen Als u het wachtwoord bent vergeten waarmee u het verzenden hebt geblokkeerd, moet u contact opnemen met uw Brother-leverancier of met Brother. 1 2 3 4 Druk op Menu/Set, 2, 0, 1. 1.Verzendslot Toets een viercijferig nummer in voor het wachtwoord. Druk op Menu/Set. Als het LCD-scherm Nogmaals: toont, voert u het wachtwoord opnieuw in. Druk op Menu/Set. Druk op Stop/Eindigen. Het wachtwoord voor het Verzendslot wijzigen 1 2 3 4 5 6 Druk op Menu/Set, 2, 0, 1. 1.
Verzendslot inschakelen 1 2 3 4 Druk op Menu/Set, 2, 0, 1. 1.Verzendslot Druk op ▲ of ▼ om Verzendslot Aan te selecteren. Druk op Menu/Set. Voer het viercijferige wachtwoord in. Druk op Menu/Set. De machine gaat offline en het LCD-scherm toont Verzendslot Mode. Druk op Stop/Eindigen. Verzendslot uitschakelen 1 2 3 Druk op Menu/Set. Voer het viercijferige wachtwoord in. Druk op Menu/Set. Verzendslot wordt automatisch uitgeschakeld. Druk op Stop/Eindigen.
4 De Ontvangstmodus instellen Basishandelingen bij het ontvangen (alleen FAX-1840C en MFC-3240C) De Ontvangstmodus kiezen Er zijn vier verschillende Ontvangstmodi voor uw machine. Kies de stand die het beste aan uw eisen voldoet. LCD-scherm Hoe dit werkt Wanneer te gebruiken Alleen Fax (automatisch ontvangen) De machine beantwoordt elk telefoontje automatisch alsof het een faxbericht betreft. Voor aparte faxlijnen.
Uw Ontvangstmodus kiezen of wijzigen 1 2 3 Druk op Menu/Set, 0, 1. 1.Ontvangstmodus Druk op ▲ of ▼ om Alleen Fax, Fax/Telefoon, Telefoon/Beantw. of Handmatig te selecteren. Druk op Menu/Set. Druk op Stop/Eindigen. Huidige Ontvangstmodus Fax: Alleen Fax F/T: Fax/Tel Ant: Extern ANTW.APP. Hnd: Handmatig De Belvertraging instellen Deze functie bepaalt hoe vaak de bel van de machine overgaat voordat de oproep wordt beantwoord in de stand Alleen Fax of Fax/Telefoon.
De F/T-Beltijd instellen (alleen in Fax/Tel-modus) Als u de Ontvangstmodus instelt op Fax/Tel, dient u te specificeren hoe lang de machine met een dubbele bel moet overgaan om u te laten weten dat u een telefoontje moet opnemen (als het een inkomend faxbericht is, zal de machine de fax afdrukken). Dit dubbel belsignaal hoort u na het eerste signaal van het telefoonbedrijf. Alleen de bel van de machine gaat over, de andere toestellen op dezelfde lijn gaan met het dubbele belsignaal over.
Fax Waarnemen (alleen MFC-3240C) Als u deze functie gebruikt, hoeft u niet op Mono Start, Kleur Start of op de Faxontvangstcode 51 te drukken, wanneer u een faxbericht ontvangt. Als u Waarnemen Aan selecteert, kan de machine faxberichten automatisch ontvangen, zelfs als u de hoorn van een tweede of extern toestel opneemt.
Fax Waarnemen (alleen FAX-1840C) Wanneer u deze functie gebruikt is het niet nodig om op Mono Start of Kleur Start te drukken, of de Faxontvangstcode 51 in te toetsen wanneer u een faxbericht ontvangt. Als u Waarnemen Aan selecteert, kan de machine faxberichten automatisch ontvangen, zelfs als u de hoorn van een tweede of extern toestel opneemt.
Een verkleinde afdruk van een inkomend document maken (Automatische Verkleining) Als u Verkleinen:Aan ? kiest, verkleint de machine automatisch een binnenkomende fax zodat deze op een pagina van het formaat A4, Letter of Legal past. De machine berekent het verkleiningspercentage aan de hand van het papierformaat van het document en uw instelling voor Papierformaat (Menu/Instellen, 1, 3). 1 2 3 4 Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op (Fax). Druk op Menu/Set, 2, 1, 5. 5.
Een fax uit het geheugen afdrukken Als u Fax Doorzenden of Fax Opslaan hebt geselecteerd (Menu/Instellen, 2, 5, 1), kunt u nog altijd een fax uit het geheugen afdrukken als u zich bij uw machine bevindt. (Raadpleeg Fax Opslaan instellen op pagina 6-2.) 1 2 Druk op Menu/Set, 2, 5, 3. Druk op Mono Start. 3.
Pollen Pollen is het opvragen van faxberichten van een andere faxmachine. U kunt uw faxmachine gebruiken om andere machines te ‘pollen’, of u kunt de andere partij vragen uw faxmachine te pollen. Alle partijen die bij het Pollen betrokken zijn dienen hun faxmachines zo in te stellen, dat er gepolld kan worden. De partij die uw faxmachine belt om te pollen, betaalt voor het telefoontje. Als u de faxmachine van derden belt om te pollen, betaalt u het telefoontje.
Ontvang Pollen met Beveiligingscode instellen Het is belangrijk dat u dezelfde beveiligingscode gebruikt als de andere partij. 1 2 3 4 5 6 Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op (Fax). Druk op Menu/Set, 2, 1, 7. 7.Ontvang Pollen Druk op ▲ of ▼ om Polling:Beveilig te selecteren. Druk op Menu/Set. Toets een viercijferige beveiligingscode in. Deze is dezelfde als de beveiligingscode van de faxmachine die u gaat pollen. Druk op Menu/Set. Toets het te pollen faxnummer in.
Opeenvolgend Pollen De machine kan in één bewerking documenten van diverse andere faxapparaten opvragen. In Stap 5 kunt u meerdere bestemmingen invoeren. Daarna wordt er een Rapport Opeenvolgend Pollen afgedrukt. 1 2 3 4 5 6 Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op (Fax). Druk op Menu/Set, 2, 1, 7. 7.Ontvang Pollen Druk op ▲ of ▼ om Stand., Beveilig of Tijdklok. Druk op Menu/Set wanneer de gewenste instelling op het LCD-scherm wordt weergegeven. Als u Stand.
5 Snelkiesnummers en kiesopties Nummers opslaan om snel te kiezen U kunt uw machine instellen om op de volgende manieren snel te kiezen: met Eéntoetsnummers, Snelkiesnummers en met Groepsnummers voor het Groepsverzenden van faxberichten. Wanneer u op een snelkiestoets drukt, geeft het LCD-scherm de naam (indien u deze hebt opgeslagen) of het nummer weer. De snelkiesnummers die in het geheugen zijn opgeslagen, gaan niet verloren als de stroom uitvalt.
4 5 Gebruik de kiestoetsen om de naam in te voeren (max. 15 tekens). Druk op Menu/Set. (gebruik het schema op pagina B-9 om u te helpen bij het invoeren van de letters). —OF— Druk op Menu/Set om het nummer zonder een naam op te slaan. Ga naar Stap 2 om nog een Eéntoetsnummer op te slaan. —OF— Druk op Stop/Eindigen.
Eéntoetsnummers en Snelkiesnummers wijzigen Als u probeert een Eéntoetsnummer of een Snelkiesnummer op te slaan op een locatie waar reeds een nummer staat, verschijnt de naam (of het opgeslagen nummer) op het LCD-scherm en wordt u gevraagd of u deze wilt wijzigen of de handeling wilt afsluiten. 1 ▲ ▲ Druk op 1 om het opgeslagen 05:Mike nummer te wijzigen. 1.Wijzig 2.Stop —OF— Druk op 2 om af te sluiten zonder wijzigingen.
Nummergroepen voor het Groepsverzenden instellen Groepen kunnen worden opgeslagen onder een Eéntoetsnummer of een Snelkiesnummer, waarmee u hetzelfde faxbericht naar meerdere faxnummers kunt verzenden. U drukt op het Eéntoetsnummer en Mono Start of Zoeken/Snelkiezen, #, de tweecijferige locatie en Mono Start. Eerst moet elk faxnummer als een Eéntoetsnummer of Snelkiesnummer worden opgeslagen. Daarna kunt u deze nummers tot een Groep combineren, Iedere Groep gebruikt een Eéntoetsnummer of een Snelkiesnummer.
5 6 7 Druk op Menu/Set om de nummers voor deze groep te accepteren. Gebruik de kiestoetsen en het schema op pagina B-9 om een naam voor de Groep in te voeren. Druk op Menu/Set. (bijvoorbeeld, NIEUWE KLANTEN) Druk op Stop/Eindigen. U kunt een lijst van alle Eéntoetsnummers en Snelkiesnummers afdrukken (Raadpleeg Rapporten afdrukken op pagina 7-3). Groepsnummers staan in de kolom “GROEP”.
Kiesopties Toegangscodes en creditcard-nummers Soms is het voordeliger om een keuze te maken uit verschillende serviceproviders voor uw interlokale gesprekken. Tarieven variëren, al naar gelang de tijd van de dag en de bestemming. Om de lagere tarieven te kunnen gebruiken, kunt u toegangscodes of nummers van interlokale serviceproviders en creditcards opslaan als Eéntoetsnummers en Snelkiesnummers.
Toon of Puls Wanneer u een Pulsservice hebt, maar Toonsignalen moet verzenden (bijvoorbeeld voor telefonisch bankieren), dient u onderstaande instructies te volgen. Wanneer u een Toetstoonservice hebt, hebt u deze functie niet nodig voor het verzenden van toonsignalen. 1 2 Voor FAX-1840C, de hoorn opnemen. —OF— Neem bij MFC-3240C de hoorn van het externe toestel van de haak. Druk op # op het bedieningspaneel van de machine. Alle cijfers die nu worden ingetoetst, zullen toonsignalen verzenden.
Telefoongesprekken (alleen FAX-1840C) U kunt de machine voor telefoongesprekken gebruiken door handmatig te kiezen of door het geheugen van Zoeken, Eéntoetskiezen of Snelkiezen te gebruiken. U gebruikt de hoorn voor het voeren en ontvangen van telefoongesprekken. Als u een Snelkiesnummer kiest, wordt op het LCD-scherm de naam die u hebt opgeslagen weergegeven; als er geen naam is opgeslagen, wordt het faxnummer weergegeven. Nummers kiezen Raadpleeg Nummers kiezen op pagina 3-1.
6 Opties voor Afstandsbediening (niet beschikbaar voor kleurenfaxen) U kunt slechts één optie voor afstandsbediening tegelijkertijd gebruiken: Fax Doorzenden—OF—Fax Opslaan—OF—Uit. U kunt uw selectie op elk gewenst moment wijzigen (Menu/Set, 2, 5, 1). (Raadpleeg Opties voor Afstandsbediening uitschakelen op pagina 6-2.) Fax Doorzenden instellen Als u Fax Doorzenden selecteert, slaat uw machine de ontvangen fax op in het geheugen.
Fax Opslaan instellen Als u Fax Opslaan selecteert, slaat uw machine de ontvangen fax op in het geheugen. U kunt faxberichten op een andere locatie ophalen met de functies voor Afstandsbediening. 1 2 3 Druk op Menu/Set, 2, 5, 1. Druk op ▲ of ▼ om Fax Opslaan te selecteren. Druk op Menu/Set. Druk op Stop/Eindigen. 1.Drzenden/Opsln Als u Fax Opslaan hebt ingesteld, wordt er automatisch een reservekopie van de ontvangen fax op de machine afgedrukt.
De Toegangscode op Afstand instellen De toegangscode op afstand biedt u toegang tot de functies voor Afstandsbediening van uw berichten, wanneer u zich niet bij uw machine bevindt. U moet eerst uw eigen code instellen, pas dan kunt u vanaf een ander toestel toegang tot de functies van uw eigen machine krijgen. De standaardcode is een inactieve code (--- ). 1 2 Druk op Menu/Set, 2, 5, 2. 2.Afst.bediening Voer een code van 3 cijfers in met 0-9 of .
Afstandsbediening U kunt uw machine bellen vanaf ieder willekeurige toetstelefoon of faxmachine, om vervolgens de Toegangscode op Afstand en de opdrachten op afstand te gebruiken om faxberichten op te vragen. Uw Toegangscode op Afstand gebruiken 1 2 3 4 5 6 Kies op een toetstelefoon of op een andere faxmachine uw faxnummer. Zodra u de toon van uw machine hoort, toetst u onmiddellijk uw Toegangscode op Afstand in (3 cijfers gevolgd door ).
Opdrachten op Afstand U kunt uw machine vanaf een ander toestel bedienen met behulp van de onderstaande opdrachten. Wanneer u de machine opbelt en uw Toegangscode op Afstand (3 cijfers gevolgd door ) invoert, hoort u twee korte piepjes om aan te geven dat u een opdracht moet invoeren. Opdrachten op Afstand 95 Wijzig de instellingen voor Fax Doorzenden of Fax Opslaan 1 UIT U kunt Uit selecteren nadat u alle berichten hebt opgehaald of gewist.
Faxberichten opvragen U kunt vanaf iedere toetstelefoon toegang krijgen tot uw machine en uw faxberichten naar een andere faxmachine laten sturen. 1 2 3 4 Kies het nummer van uw faxmachine. Zodra u de toon van uw machine hoort, toetst u onmiddellijk uw Toegangscode op Afstand in (3 cijfers gevolgd door ). Als u één lange toon hoort, zijn er berichten voor u. Zodra u twee korte piepjes hoort, toetst u met de kiestoetsen 962 in.
7 Rapporten afdrukken Faxinstellingen en -activiteiten U dient het Verzendrapport en de Journaalperiode in te stellen via het menu. Druk op Menu/Set, 2, 4, 1. —OF— Druk op Menu/Set, 2, 4, 2. 1.Verzendrapp. 2.Journaal tijd Het verzendrapport aanpassen U kunt het Verzendrapport gebruiken als bewijs dat u een fax hebt verzonden. In dit rapport staan de datum en de tijd waarop het bericht werd verzonden, en wordt tevens aangegeven of de transmissie geslaagd was (OK).
De Journaalperiode instellen U kunt de machine zodanig instellen, dat er op vaste tijden een journaal wordt afgedrukt (elke 50 faxen, elke 6, 12 of 24 uur, elke 2 of 7 dagen). Als u het interval op Uit zet, kunt u het rapport afdrukken via de procedure op de volgende pagina. De standaardinstelling is Na 50 faxen. 1 2 3 4 Druk op Menu/Set, 2, 4, 2. 2.Journaal tijd Druk op ▲ of ▼ om een interval te kiezen. Druk op Menu/Set.
Rapporten afdrukken De volgende rapporten zijn beschikbaar: 1.Help Drukt de Helplijst af, zodat u in een oogopslag kunt zien hoe u de machine kunt programmeren. 2.Snel Kiezen Een lijst van namen en nummers die zijn opgeslagen in het geheugen voor Eéntoetsnummers en Snelkiesnummers. De nummers staan in numerieke volgorde in de lijst. 3.Fax Journaal In deze lijst staat informatie over de laatste ontvangen en verzonden faxen. (TX betekent Verzonden.) (RX betekent Ontvangen.) 4.
8 Kopiëren De machine als een kopieerapparaat gebruiken U kunt de machine als kopieerapparaat gebruiken en maximaal 99 kopieën per keer maken. Kopieermodus instellen Voordat u kopieën gaat maken, moet u controleren of (Kopie) (Kopie) groen is. Wanneer dit niet zo is, drukt u op om de Copy-modus te selecteren. De standaardinstelling is Fax. U kunt het aantal seconden of minuten wijzigen waarin de machine in de Kopieermodus staat.
Eén kopie maken 1 2 3 Druk op (Kopie) zodat deze toets groen oplicht. Uw document laden. (Raadpleeg Documenten laden op pagina 1-7). Druk op Mono Start of Kleur Start. Druk op Stop/Eindigen om het kopiëren te stoppen. Meerdere kopieën maken 1 2 3 4 Druk op (Kopie) zodat deze toets groen oplicht. Uw document laden. Voer met de kiestoetsen in hoeveel kopieën u wilt maken (max. 99). Druk op Mono Start of Kleur Start. Kopiëren onderbreken Druk op Stop/Eindigen om het kopiëren te stoppen.
De tijdelijke Kopieertoetsen gebruiken (Tijdelijke instellingen) Gebruik de tijdelijke Kopieertoetsen als u snel de kopieerinstellingen tijdelijk voor de volgende kopie wilt wijzigen. U kunt verschillende combinaties gebruiken. Tijdelijke kopieertoetsen Dit zijn tijdelijke instellingen en de machine schakelt 60 seconden na het kopiëren weer over naar de standaardinstellingen.
Kopieersnelheid of -kwaliteit verhogen Hiermee stelt u de kopieerkwaliteit in. De standaardinstelling is Normaal. Druk op Normaal Aanbevolen stand voor normale afdrukken. Goede kopieerkwaliteit met adequate kopieersnelheid. Snel Hoge kopieersnelheid en laagste inktverbruik. Gebruik Snel om tijd te besparen (documenten die u wilt proeflezen, grote documenten of een groot aantal kopieën). Fijn Gebruik deze stand voor het kopiëren van precieze beelden, zoals foto's.
Tijdelijke kopieerinstellingen veranderen Gebruik de Opties-toets als u snel de volgende instellingen tijdelijk voor de volgende kopie wilt instellen. Druk op Opties Menuselecties Opties selecteren Fabrieksinstelling Pagina selecteren Vergr.
De gekopieerde afbeelding vergroten of verkleinen U kunt de volgende vergrotings- of verkleiningspercentages selecteren. Met Custom(25-400%) kunt u een percentage tussen 25% en 400% instellen. Druk op Opties Custom(25-400%) 200% 198% 10x15cm→A4 186%10x15cm→LTR en of om Vergr./Verklein te selecteren 142% A5→A4 104% EXE→LTR 100% 97% LTR→A4 93% A4→LTR 83% LGL→A4 78% 69% A4→A5 50% 1 2 3 4 5 6 Druk op (Kopie) zodat deze toets groen oplicht. Uw document laden.
Het type papier instellen Als u op speciaal papier kopieert, selecteer dan het type papier dat u gebruikt om de beste afdrukkwaliteit te verkrijgen. 1 2 3 4 5 6 Druk op (Kopie) zodat deze toets groen oplicht. Uw document laden. Voer met de kiestoetsen in hoeveel kopieën u wilt maken (max. 99). Druk op Opties en ▲ of ▼ om Papiersoort te selecteren. Druk op Menu/Set. Druk op ▲ of ▼ om het type papier dat u gebruikt te selecteren (Normaal, Inkjet, Glossy of Transparanten). Druk op Menu/Set.
Helderheid instellen U kunt de helderheid instellen om kopieën donkerder of lichter te maken. 1 2 3 4 5 6 Druk op (Kopie) zodat deze toets groen oplicht. Uw document laden. Voer met de kiestoetsen in hoeveel kopieën u wilt maken (max. 99). Druk op Opties en ▲ of ▼ om Helderheid te selecteren. Druk op Menu/Set. Druk op ▲ om een lichtere kopie te maken. —OF— Druk op ▼ om een donkerdere kopie te maken. Druk op Menu/Set. Druk op Mono Start of Kleur Start.
N in 1-kopieën of poster maken (Layout Pagina) U kunt het aantal kopieën verlagen met de functie N in 1-kopie. U kunt zo twee of vier pagina’s op één vel kopiëren en daarmee papier besparen. ■ Controleer of het papierformaat is ingesteld op A4 of Letter. ■ U kunt de optie N in 1-kopie alleen met het kopieformaat op 100% gebruiken. ■ (P) betekent Portrait (staand) en (L) betekent Landscape (liggend). 1 2 3 4 5 6 7 Druk op (Kopie) zodat deze toets groen oplicht. Uw document laden.
Plaats het document met de bedrukte zijde naar beneden zoals hieronder aangegeven.
De standaardinstellingen voor het kopiëren wijzigen U kunt de kopieerinstellingen die u het vaakst gebruikt opslaan door ze als de standaard in te stellen. Deze instellingen blijven van kracht, totdat u ze weer wijzigt. Kopieersnelheid of -kwaliteit verhogen 1 2 3 Druk op Menu/Set, 3, 1. Druk op ▲ of ▼ om Norm, Fijn of Snel te selecteren. Druk op Menu/Set. Druk op Stop/Eindigen. 1.Kwaliteit Helderheid instellen 1 2 3 Druk op Menu/Set, 3, 2. 2.Helderheid Druk op ▲ om een lichtere kopie te maken.
Contrast instellen U kunt het contrast wijzigen om een beeld er scherper en levendiger te laten uitzien. 1 2 3 Druk op Menu/Set, 3, 3. Druk op ▲ om het contrast te verhogen. —OF— Druk op ▼ om het contrast te verlagen. Druk op Menu/Set. Druk op Stop/Eindigen. 3.Contrast Kleurverzadiging instellen 1 2 3 4 Druk op Menu/Set, 3, 4. 4.Kleuren aanp. Druk op ▲ of ▼ om Rood, Groen of Blauw te selecteren. Druk op Menu/Set. Druk op ▲ om de kleurverzadiging te verhogen.
Wettelijke beperkingen De kleurenreproductie van bepaalde documenten is verboden en kan ofwel strafrechtelijke of civielrechtelijke aansprakelijkheid als gevolg hebben. Deze aantekening is meer bedoeld als richtlijn dan als een volledige opsomming van elk mogelijk verbod. Daar waar twijfel bestaat, raden wij u aan de betreffende instanties in uw eigen land te raadplegen met betrekking tot de wettigheid van documenten waar twijfel over bestaat.
9 Belangrijke informatie Voor uw veiligheid Voor een veilige werking moet de meegeleverde geaarde stekker in een normaal geaard stopcontact worden gestoken dat via het huishoudelijk net geaard is. Het feit dat dit apparaat naar tevredenheid werkt, betekent niet per se dat de voeding is geaard en dat de installatie volkomen veilig is. Het is voor uw veiligheid van belang, dat u in geval van twijfel omtrent de aarding een bevoegd elektricien raadpleegt.
Belangrijke veiligheidsinstructies 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Lees alle instructies door. Bewaar ze, zodat u ze later nog kunt naslaan. Volg alle waarschuwingen en instructies die op het product worden aangegeven. Haal de stekker van dit product uit het stopcontact alvorens u het gaat reinigen. Gebruik geen vloeibare reinigingsmiddelen of aërosols. Gebruik een vochtige doek om het apparaat schoon te maken. Gebruik dit product niet in de buurt van water.
11 12 13 14 Zorg dat de opening voor ontvangen faxen van de machine niet wordt geblokkeerd. Plaats nooit een voorwerp in het pad van inkomende faxberichten. Wacht totdat de machine de pagina’s heeft uitgeworpen alvorens ze aan te raken. Trek de stekker van dit product uit het stopcontact en neem contact op met een bevoegde servicemonteur wanneer het volgende zich voordoet: ■ Wanneer het netsnoer defect of uitgerafeld is. ■ Wanneer vloeistof in het apparaat is gemorst.
Handelsmerken Het Brother-logo is een wettig gedeponeerd handelsmerk van Brother Industries, Ltd. Brother is een wettig gedeponeerd handelsmerk van Brother Industries, Ltd. Multi-Function Link is een wettig gedeponeerd handelsmerk van Brother International Corporation. © Brother Industries, Ltd. Alle rechten voorbehouden. Windows en Microsoft zijn wettig gedeponeerde handelsmerken van Microsoft in de V.S. en andere landen. Macintosh en TrueType zijn wettig gedeponeerde handelsmerken van Apple Computer, Inc.
oplossen en 10 Problemen routineonderhoud Problemen oplossen Foutmeldingen Zoals met alle verfijnde kantoorproducten het geval is, kunnen er fouten optreden. In dergelijke gevallen kan de machine het probleem doorgaans zelf identificeren en wordt een foutmelding weergegeven. De onderstaande lijst geeft een overzicht van de meest voorkomende foutmeldingen. De meeste problemen kunt u zelf oplossen.
FOUTMELDINGEN FOUTMELDING OORZAAK WAT TE DOEN Geheugen vol Het geheugen van de machine is vol. (fax bezig met verzenden of kopiëren) Druk op Stop/Eindigen en wacht tot de andere processen zijn afgewerkt en probeer opnieuw. —OF— Verwijder de gegevens uit het geheugen. Als u meer geheugen wilt vrijmaken, kunt u Fax Opslaan uitschakelen (Raadpleeg Fax Opslaan instellen op pagina 6-2). —OF— Print de faxen die in het geheugen zijn opgeslagen.
FOUTMELDINGEN FOUTMELDING OORZAAK WAT TE DOEN Veranderen onmog De machine heeft een mechanisch probleem. —OF— Er bevindt zich een voorwerp dat er niet hoort, zoals een paperclip of afgescheurd papier, in de machine. Sluit de documentsteun en de documentlade. Open het bovendeksel en verwijder het voorwerp uit de machine. Indien de foutmeldingen niet verdwijnen, volg a.u.b. onderstaande stappen voordat u de machine ontkoppelt, zodat u geen belangrijke berichten kwijt raakt.
Vastgelopen Document Volg onderstaande stappen, als het papier is vastgelopen. Het document is in de voorzijde van de machine vastgelopen. 1 2 3 Haal het papier dat niet is vastgelopen uit de automatische documentinvoer. Trek het vastgelopen document eruit in de richting van de voorzijde van de machine. Druk op Stop/Eindigen.
Papier vastgelopen in de machine Verwijder het vastgelopen papier uit de plaats waar het in de machine is vastgelopen. Papier is vastgelopen binnen de papierlade 1 Trek de papierlade uit de machine. Papierlade 2 Trek het vastgelopen papier langzaam uit de machine.
Papier is vastgelopen binnen de machine 1 Verwijder de klep om het vastgelopen papier er uit te halen. Trek het vastgelopen papier uit de machine. Klep waar u vastgelopen papier kunt Verwijderen 2 3 4 Zet de klep ter verwijdering van vastgelopen papier weer op zijn plaats. Als u het vastgelopen papier niet kunt verwijderen, sluit u de documentsteun en de documentlade, en tilt u het deksel omhoog in de open stand totdat deze vergrendeld is. Verwijder het vastgelopen papier.
5 Sluit het bovendeksel.
Als u problemen met uw machine hebt Als u denkt dat er een probleem is met uw machine, kijk dan in de onderstaande tabel en volg de tips voor het oplossen van problemen. In het Brother Solutions Center vindt u de meest recente veelgestelde vragen en tips voor het oplossen van problemen. Ga naar http://solutions.brother.com. PROBLEEM SUGGESTIES Afdrukken Geen print Controleer of de interfacekabel goed is aangesloten tussen de machine en uw computer.
PROBLEEM SUGGESTIES Afdrukken (vervolg) Er staat een vlek in het midden bovenaan de afgedrukte pagina. Controleer of het papier niet te dik is en niet krult. (Raadpleeg Over papier op pagina 1-9). Op de afdruk staan vlekken of het lijkt of de inkt vlekt. Zorg dat u het juiste type papier gebruikt (Raadpleeg Over papier op pagina 1-9). Raak het papier pas aan als de inkt droog is. Er staan vlekken aan de achterkant of onderaan de pagina.
PROBLEEM SUGGESTIES Printen Ontvangen Faxen (vervolg) Ontvangen kleurenfaxen worden alleen in zwart-wit geprint. Vervang de inktcartridges die leeg of bijna leeg zijn, en vraag de andere partij vervolgens de kleurenfax opnieuw te verzenden (Raadpleeg De inktcartridges vervangen op pagina 10-23). Controleer of Fax Opslaan is uitgeschakeld (Raadpleeg Fax Opslaan instellen op pagina 6-2). De Linker- en Rechtermarges zijn afgesneden, of één enkele pagina is afgedrukt op twee pagina’s.
PROBLEEM SUGGESTIES Inkomende Telefoontjes Behandelen De machine registreert een spraakverbinding als faxtonen. Als de functie Fax Waarnemen op machine geactiveerd is, is deze gevoeliger voor geluiden. Uw machine interpreteert misschien per ongeluk bepaalde stemmen of muziek op de lijn als faxtonen van een zendende machine en reageert dan met faxontvangsttonen. Deactiveer de fax door op Stop/Eindigen te drukken.
Compatibiliteit Als u problemen met het verzenden of ontvangen van een fax hebt door mogelijke storing op de telefoonlijn, raden wij u aan de Synchronisatie voor compatibiliteit aan te passen. De machine past de modemsnelheid voor faxhandelingen aan. 1 2 Druk op Menu/Set, 2, 0, 2. Druk op ▲ of ▼ om Minimaal, (of Normaal) te selecteren. 2.Compatibel Op MFC-3240C kunt u Hoog selecteren om terug te keren naar 33600 bps. 3 Druk op Menu/Set. Druk op Stop/Eindigen.
De afdrukkwaliteit verbeteren De printkop reinigen De machine reinigt regelmatig de printkop, teneinde een goede afdrukkwaliteit te garanderen. U kunt het reinigingsproces wanneer nodig handmatig starten. Als er op de afgedrukte pagina’s een horizontale streep door tekst of grafisch werk loopt, dient u de printkop en de inktcartridges te reinigen. U kunt alleen Zwart of drie kleuren tegelijk (Cyaan/Geel/Magenta) of alle vier kleuren tegelijk reinigen. Bij het reinigen van de printkop wordt inkt verbruikt.
De afdrukkwaliteit controleren Als er fletse of gestreepte kleuren en tekst verschijnen op uw uitvoer, kunnen enkele spuitmondjes verstopt zijn. U kunt dit controleren door de Testpagina Afdrukkwaliteit te printen en naar het patroon van de spuitmondjes te kijken. 1 2 Druk op Inkt. Druk op ▲ of ▼ om Testafdruk te selecteren. Druk op Menu/Set. 3 Druk op ▲ of ▼ om Printkwaliteit te selecteren. Druk op Menu/Set. 4 Druk op Kleur Start. De machine begint de Testpagina Afdrukkwaliteit te printen.
8 9 10 Druk op 2 (Nee) voor zwart of drie Reinigen starten kleuren met een probleem. 1.Ja 2.Nee Op het LCD-scherm wordt het volgende weergegeven: Druk op 1 (Ja). De machine begint de printkop te reinigen. Druk op Kleur Start wanneer het reinigen is voltooid. De machine zal nu de Testpagina Afdrukkwaliteit nogmaals afdrukken en vervolgens terugkeren naar Stap 5. Druk op Stop/Eindigen.
De uitlijning controleren. Het is zelden nodig de uitlijning af te stellen, maar als na het transport van de machine de afgedrukte tekst vlekkerig is of de afbeeldingen flets zijn, kan het zijn dat uitlijning nodig is. 1 2 3 4 Druk op Inkt. Druk op ▲ of ▼ om Testafdruk te selecteren. Druk op Menu/Set. Druk op ▲ of ▼ om Instel kantlijn te selecteren. Druk op Menu/Set. Druk op Mono Start of Kleur Start. De machine begint de Uitlijningscontrolepagina af te drukken.
Het inktvolume controleren U kunt controleren hoeveel inkt er nog in de cartridge zit. 1 Druk op Inkt. 2 Druk op ▲ of ▼ om Inktvolume te selecteren. Druk op Menu/Set. 3 Druk op ▲ of ▼ om de kleur die u wilt Inktvolume controleren te selecteren. Bk:Op het LCD-scherm wordt het inktvolume weergegeven. 4 Druk op Stop/Eindigen.
De machine inpakken en vervoeren Als u de machine gaat transporteren, gebruik dan het oorspronkelijke verpakkingsmateriaal van de machine. Als u de machine niet goed inpakt, kan uw garantie vervallen. Voorzichtig Het is belangrijk dat u de machine de printkop laat ‘parkeren’ na een printtaak. Luister goed naar de machine voordat u het apparaat uitschakelt, om te controleren of alle mechanische geluiden zijn gestopt.
4 5 6 7 8 9 Sluit het bovendeksel. Haal de stekker van de machine uit het telefoonwandcontact en verwijder het telefoonsnoer van de machine. Haal het netsnoer van de machine uit het stopcontact. Koppel de USB-kabel of LAN-kabel los van de machine, als deze verbonden is. Als uw machine over een hoorn beschikt, verwijder deze samen met het tefoonsnoer. Verpak de machine in de plastic tas en doe deze in de originele doos met het originele verpakkingsmateriaal.
10 Verpak de afgedrukte materialen in de originele doos zoals hieronder aangegeven. Plaats de gebruikte inktcartridges niet in de doos. (alleen FAX-1840C) (alleen MFC-3240C) 11 Sluit de doos.
Routineonderhoud De Scanner reinigen Haal de stekker van de machine uit het stopcontact, sluit de documentsteun en de documentlade, en open vervolgens het bovendeksel. Reinig de platte witte plaat en de glazen strook onder de balk met een pluisvrije doek met isopropylalcohol.
De Geleiderol reinigen WAARSCHUWING ■ Haal het netsnoer van de machine uit het stopcontact voordat u de geleiderol reinigt. ■ Zorg ervoor dat u de sterwielen voor papierdoorvoer en de codeerfilm niet aanraakt. ■ Wanneer u de geleiderol van de machine wilt reinigen, veegt u deze af met een droge pluisvrije doek. ■ Als er inkt is gemorst op of rondom de geleiderol, zorg er dan voor deze te verwijderen met een zachte, droge, pluisvrije doek.
De inktcartridges vervangen Uw machine is voorzien van een inktstippenteller. De inktstippenteller controleert automatisch het inktniveau in elk van de 4 cartridges. Als de machine ontdekt dat een inktcartridge bijna leeg is, zal de machine u waarschuwen door middel van een melding op het LCD-scherm. Het LCD-scherm informeert u welke inktcartridge bijna leeg is of vervangen moet worden. Volg de aanwijzingen op het LCD-scherm om de inktcartridges in de juiste volgorde te vervangen.
5 Verwijder de kapjes van de cartridge. Kapje van de Cartridge NIET AANRAKEN Raak het gebied dat in de bovenstaande afbeelding wordt aangegeven niet aan. Als het deksel van de cartridges loskomt terwijl u de zak opent, zal de cartridge niet beschadigd worden. 6 Elke kleur heeft zijn eigen juiste positie. Houd de inktcartridge rechtop wanneer u deze in de sleuf plaatst. Duw op de inktcartridge totdat de haak eroverheen klikt.
7 Als u een inktcartridge hebt vervangen terwijl de melding Zwart bijna op op het LCD-scherm werd weergegeven, wordt u gevraagd te bevestigen dat dit een gloednieuwe patroon is. Bijvoorbeeld: Veranderd? Zwart?1.Ja 2.Nee. Voor elke nieuwe cartridge die u geïnstalleerd hebt, drukt u op 1 op het numeriek toetsenbord om de inktstippenteller automatisch op nul te zetten voor die kleur. Als de inktcartridge die u hebt geïnstalleerd niet nieuw is, moet u 2 selecteren.
Voorzichtig ■ Verwijder geen inktcartridges, als deze niet vervangen hoeven te worden. Als u dit toch doet, kan dit de hoeveelheid inkt verminderen en weet de machine niet hoeveel inkt er nog in de cartridge zit. ■ Raak de houders voor de cartridges niet aan. Als u dat doet, kan de toner vlekken op uw huid achterlaten. ■ Als de toner vlekken op uw huid of kleding achterlaat, was deze dan onmiddellijk met zeep of een wasmiddel.
A Bijlage A Geavanceerde ontvangsthandelingen Werken met een tweede toestel Als u een faxoproep aanneemt op een tweede toestel of op een extern toestel dat is aangesloten op de juiste ingang op de machine, kunt u de oproep door uw machine laten aannemen door de Faxontvangstcode te gebruiken. Als u de Faxontvangstcode 51 intoetst, zal het faxbericht op de machine worden ontvangen (Raadpleeg Fax Waarnemen (alleen MFC-3240C) op pagina 4-4 of Fax Waarnemen (alleen FAX-1840C) op pagina 4-5).
Fax/Tel-modus Als de machine in de stand Fax/Tel staat, wordt het dubbele belsignaal gebruikt om aan te geven dat het een normaal telefoontje betreft. Als u zich bij een tweede toestel bevindt, moet u de hoorn opnemen tijdens het overgaan van de dubbele bel en tussen de twee dubbele belsignalen in drukken op #51. Als niemand aan het toestel is of wanneer iemand u een fax wilt zenden, stuurt u de oproep terug naar de machine door te drukken op 51.
Een draadloze externe telefoon gebruiken Als het basisstation van de draadloze telefoon is aangesloten (zie pagina A-4) en u de draadloze hoorn van het toestel meestal bij u hebt, is het eenvoudiger om de oproepen tijdens de Belvertraging te beantwoorden. De codes voor afstandsbediening wijzigen Het is mogelijk dat de Codes voor Afstandsbediening met bepaalde telefoonsystemen niet werken. De voorgeprogrammeerde Faxontvangstcode is 51. De voorgeprogrammeerde Code voor het Aannemen van de Telefoon is #51.
Een extern apparaat op uw machine aansluiten Een extern toestel aansluiten U kunt een apart toestel aansluiten, zie onderstaand schema. Tweede Toestel Extern Toestel Als u een ANTW.APP. hebt aangesloten, wordt op het LCD-scherm weergegeven Telefoon (alleen MFC-3240C) of Ext.tel in gebr. (alleen FAX-1840C).
Een extern antwoordapparaat (ANTW.APP.) aansluiten Volgorde U wilt misschien een extra antwoordapparaat aansluiten. Als u echter een extern ANTW.APP. aansluit op dezelfde telefoonlijn als de machine, worden alle gesprekken beantwoord door het ANTW.APP., en "luistert" de machine naar faxtonen. Als er faxtonen klinken, neemt de machine de oproep over en wordt de fax ontvangen.
U mag geen ANTW.APP. op een andere plaats op dezelfde telefoonlijn aansluiten. ANTW.APP. ANTW.APP. Als u een ANTW.APP. hebt aangesloten, wordt op het LCD-scherm weergegeven Telefoon (alleen MFC-3240C) of Ext.tel in gebr. (alleen FAX-1840C). Aansluitingen Het externe ANTW.APP. moet zijn aangesloten zoals boven aangegeven 1 Stel uw ANTW.APP. in op één of twee belsignalen (de instelling voor de Belvertraging van de machine is niet van toepassing). 2 Het uitgaand bericht op uw extern ANTW.APP. opnemen.
Een uitgaand bericht op een extern ANTW.APP. opnemen Tijdsplanning is van essentieel belang wanneer u dit bericht opneemt. Het bericht bepaalt de wijze waarop de handmatige en automatische faxontvangst verloopt. 1 Neem 5 seconden stilte op aan het begin van uw bericht (dit geeft uw machine de gelegenheid om bij automatische faxtransmissies de faxtonen te horen voordat deze stoppen). 2 Wij adviseren u het bericht te beperken tot 20 seconden.
Aansluiting op meerdere lijnen (PBX) De meeste kantoren gebruiken een centraal telefoonsysteem. Hoewel het vaak relatief eenvoudig is om de machine aan te sluiten op een PBX-systeem (Private Branch Exchange), raden wij u toch aan om contact op te nemen met het bedrijf dat uw telefoonsysteem heeft geïnstalleerd en hen te vragen de machine voor u aan te sluiten. We adviseren u de machine op een aparte lijn aan te sluiten.
B Bijlage B Programmeren op het scherm Uw machine is zodanig ontworpen dat zij eenvoudig te gebruiken is voor programmering op het LCD-scherm, met behulp van de navigatietoetsen. Programmeren op het scherm is uiterst eenvoudig en helpt u alle functies van uw machine optimaal te benutten. Aangezien de programmering op het LCD-scherm plaatsvindt, hebben wij stap voor stap meldingen op het scherm gecreëerd om u te helpen uw machine te programmeren.
Navigatietoetsen Het menu openen Naar volgende menuniveau Optie accepteren Door huidig menuniveau bladeren Terug naar vorig menuniveau Menu afsluiten .... U kunt de programmeermodus openen door op Menu/Set te drukken. Wanneer u het menu hebt geopend, kunt u het op het LCD-scherm doorbladeren. Druk op 1 voor het Algemene 1.Standaardinst. Instelmenu —OF— Druk op 2 voor het Faxmenu 2.Fax —OF— Druk op 3 voor het Kopieermenu 3.Kopie Druk op 0 voor de Voorbereidende Instelling 0.Stand.instel.
Kiezen & Instellen Kiezen & Instellen om te accepteren om af te sluiten Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen Pagina 1.Standaardinst. 1.Tijdklokstand — 5 Min. 2 Min. 1 Min 30 Sec. (standaard voor MFC-3240C) 0 Sec. (standaard voor FAX-1840C) Uit Hiermee kunt u de tijd instellen om terug te keren naar de Faxmodus. 2-4 2.Papiersoort — Normaal Inkjet Glossy Transp. Hiermee kunt u de papiersoort in de papierlade instellen. 2-6 3.
Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen Pagina 1.Standaardinst. (vervolg) 6.P.Bewaar inst. — Aan Uit Aanpassing van de toets Energiebesparing om in de energiebesparende stand geen faxen te ontvangen. 1-6 7.LCD Contrast — Licht Donker Contrast van het LCD-scherm afstellen. 2-8 1.Ontvangstmenu (alleen in Faxmodus) 1.Bel Vertraging 02-06(02) De belvertraging bepaalt hoe vaak de telefoon overgaat voordat de machine opneemt in de stand Alleen Fax of Fax/Tel. 4-2 2.
Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen Pagina 2.Fax (vervolg) 2.Verzendmenu (alleen in Faxmodus) 1.Contrast Auto Licht Donker Hiermee kunt u de faxen die u verzendt lichter of donkerder maken. 3-6 2.Faxresolutie Standaart Fijn Super Fijn Foto Hiermee kunt u de standaardresolutie voor uitgaande faxen instellen. 3-7 3.Tijdklok — Instellen in 24-uursformaat van de dag, om hoe laat uitgestelde faxberichten moeten worden verzonden. 3-13 4.
Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen Pagina 2.Fax (vervolg) 4.Kies rapport 1.Verzendrapp. Aan Aan+Beeld Uit Uit+Beeld Hier stelt u in wanneer het Verzendrapport en het Journaal worden afgedrukt. 7-1 2.Journaal tijd Elke 7 dagen Elke 2 dagen Elke 24 uur Elke 12 uur Elke 6 uur Na 50 faxen Uit 1.
Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen Pagina 3.Kopie 1.Kwaliteit — Fijn Norm Snel Selecteert de Kopieerresolutie voor uw type document. 8-11 2.Helderheid — - + + + + + Hiermee kunt u de helderheid instellen. 8-11 3.Contrast — - + + + + + Hiermee kunt het contrast voor de kopieën aanpassen. 8-12 4.Kleuren aanp. 1.Rood R:R:R:R:R:- + + + + + Hiermee kunt u de hoeveelheid Rood in kopieën aanpassen. 8-12 2.
Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen Pagina 0.Stand. instel. 1.Ontvangstmodus — Alleen Fax Fax/Telefoon Telefoon/Beantw. Handmatig U kunt de ontvangstmodus kiezen die het beste aan uw eisen voldoet. 4-1 4-2 2.Datum/Tijd — — De datum en de tijd komen op het LCD-scherm en op de kopteksten van de verzonden faxen te staan. 2-1 3.Stations-ID — Fax: Naam: Voer de naam en het faxnummer in die op elke faxpagina moeten worden afgedrukt. 2-2 4.
Tekst invoeren Bij het instellen van bepaalde menuselecties, zoals de Stations-ID, moet u wellicht tekst in de machine invoeren. Boven de meeste cijfertoetsen staan drie of vier letters. Boven de toetsen 0, # en staan geen letters, omdat deze toetsen voor speciale tekens gebruikt worden. Door meerdere malen op de desbetreffende cijfertoets te drukken, kunt u het gewenste teken kiezen.
Speciale tekens en symbolen Druk op , # of 0, en druk vervolgens op of om de cursor onder het gewenste teken of symbool te zetten. Druk vervolgens op Menu/Set om het te selecteren. Druk op voor (spatie) ! " # $ % & ’ ( ) Druk op # voor :;<=>?@[]^_ Druk op 0 voor ÄËÖÜÀÇÈÉ0 B - 10 BIJLAGE B +,-.
V Verklarende woordenlijst ADF (automatische documentinvoer) Het document kan in de ADF worden geplaatst, waarbij iedere pagina om beurten automatisch wordt gescand. Afstandsbediening De mogelijkheid om via een toetstelefoon toegang krijgen tot uw machine. ANTW.APP. (antwoordapparaat) U kunt een extern antwoordapparaat op uw machine aansluiten. Autom. Verkleinen Als deze functie is geactiveerd, wordt een inkomend faxbericht verkleind afgedrukt.
Contrast Instelling om te compenseren voor donkere of lichte documenten. Faxen of kopieën van donkere documenten worden lichter en omgekeerd. Direct Verzenden Als het geheugen vol is, kunt u faxen onmiddellijk verzenden. ECM (Modus Foutencorrectie) Deze functie controleert tijdens een faxtransmissie of er fouten optreden en verzendt de pagina’s met fouten opnieuw. Eéntoetsnummer Toetsen op het bedieningspaneel van de machine waarin u nummers kunt opslaan voor het snel kiezen.
Faxtonen De tonen die tijdens het verzenden en ontvangen van faxen door de faxmachines worden uitgezonden. Fijne resolutie Resolutie is 203 x 196 dpi. Wordt gebruikt voor afdrukken met kleine lettertjes en diagrammen. Fotoresolutie Een instelling van de resolutie die verschillende grijstinten gebruikt, zodat foto's optimaal worden gereproduceerd. Gebruikersinstellingen Een afgedrukt rapport met de huidige instellingen van de machine.
OCR (optical character recognition) (alleen MFC-3240C) De meegeleverde software ScanSoft® OmniPage® zet een afbeelding van tekst om in tekst met een bewerkbaar formaat. Ontvangst zonder Papier Als deze functie is geactiveerd en het papier in uw machine is op, worden ontvangen faxen in het geheugen van de machine opgeslagen. Pauze Hiermee kunt u een pauze van 3,5 seconden in een Eéntoetsnummers en Snelkiesnummers invoeren. Druk zo vaak op Herkies/Pauze als het aantal pauzes dat u wilt inlassen.
Stations-ID De opgeslagen informatie die bovenaan gefaxte pagina’s verschijnt. Het bevat de naam en het faxnummer van de verzender. Superfijne resolutie 392 x 203 dpi. Ideaal voor kleine afdrukken en lijntekeningen. Taak Annuleren Annuleert een geprogrammeerde taak, zoals Uitgestelde Fax of Polling. Tijdelijke instellingen Voor elke faxtransmissie en kopie kunt u bepaalde opties selecteren zonder de standaardinstellingen te wijzigen.
S Specificaties Productomschrijving Algemeen Geheugencapaciteit 8 MB Automatische Documentinvoer (ADF) Max.
Afmetingen 388 mm 277 mm 191 mm 361 mm 373 mm 551 mm 402 mm 364 mm 322 mm 364 mm Gewicht 5 kg Geluidsemissie In bedrijf: 42,5 tot 51 dB* * Het is afhankelijk van de omstandigheden waarin wordt afgedrukt Temperatuur Vochtigheid In bedrijf: Beste Afdrukkwaliteit: 10 - 35°C In bedrijf: Beste Afdrukkwaliteit: 20 tot 80% (niet condenserend) 20 - 33°C 20 tot 80% (niet condenserend) SPECIFICATIES S - 2
Afdrukmedia Papierinvoer Papierlade ■ Papiersoort: Normaal papier, inkjetpapier (gecoat papier), glanzend papier*2, transparanten*1*2 en enveloppen ■ Papierformaat: Letter, Legal*3, Executive, A4, A5, A6, JIS_B5, enveloppen (commerciaal No.10, DL, C5, Monarch, JE4), Fotokaart, Indexkaart en Briefkaart. Voor meer informatie, raadpleeg Gewicht, dikte en capaciteit papier op pagina 1-12. ■ Maximale capaciteit papierlade: Circa 100 vel van 80 g/m2 normaal papier.
Fax Compatibiliteit ITU-T Groep 3 Coderingssysteem MH/MR/MMR/JPEG Modemsnelheid Automatische Uitwijk 14400 bps (FAX-1840C) 33600 bps (MFC-3240C) Documentgrootte Breedte ADF: 89 mm tot 216 mm Hoogte ADF: 127 mm tot 356 mm Scanbreedte 208 mm Afdrukbreedte 204 mm Grijstinten 256 niveaus Pollingtypen Standard, Secure, Timer, Sequential: (uitsluitend zwart-wit) Contrastregeling Automatisch/Licht/Donker (handmatig instellen) Resolutie • Horizontaal 203 dot/inch (8 dot/mm) • Verticaal Standaard
Scanner (alleen MFC-3240C) Kleur/Monochroom Kleur/Monochroom TWAIN-Compatibel Yes (Windows® 98/98SE/Me/2000 Professional/XP) Mac OS® 8.6-9.2/Mac OS® X 10.2.4 of recenter WIA-Compatibel Ja (Windows® XP) Kleurintensiteit 36-bitskleur (invoer) 24-bitskleur (uitvoer) Resolutie Max. 2400 × 2400 dpi (geïnterpoleerd)* Max. 600 × 1200 dpi (optisch) * Maximaal 1200 x 1200 dpi scannen met Windows® XP (resolutie max.
Printer Voor FAX-1840C kunt u het Brother Printerdriverprogramma ophalen op het Brother Solutions Center. Ons internetadres: http://solutions.brother.com Printerdriver Driver voor Windows® 98/98SE/Me/2000 Professional en XP, ter ondersteuning van Brother Native Compression-modus en bidirectionele mogelijkheden Apple® Macintosh® QuickDraw® Driver Voor Mac OS® 8.6-9.2/Mac OS® X 10.2.4 of recenter Resolutie Max.
Interfaces USB Een Full-Speed USB 2.0 kabel die niet langer is dan 2,0 m* * Uw machine heeft een Full-Speed USB 2.0 interface. Deze interface is compatibel met Hi-Speed USB 2.0; de maximale gegevensoverdrachtsnelheid zal echter 12 Mbits/s bedragen. De machine kan ook worden verbonden met een computer die over een USB 1.1 interface beschikt.
Verbruiksartikelen Inkt De machine gebruikt aparte inktcartridges in Zwart, Geel, Cyaan en Magenta die los staan van de printkopset.
Optionele Externe Draadloze Print-/Scanserver (NC-2200w) (alleen MFC-3240C) NC-2200w Externe Draadloze Print-/Scanserver (Optioneel) Als u de optionele Externe Draadloze Print-/Scanserver (NC-2200w) op uw machine aansluit, kunt u via een draadloos netwerk printen en scannen. Typen netwerken IEEE 802.11b draadloze LAN Ondersteuning van Windows® 98/98SE/Me/2000/XP Mac OS® X 10.2.
Index A Aansluiten extern ANTW.APP. ..........A-5 extern toestel ....................A-4 Aansluiting op meerdere lijnen (PBX) ................................A-8 ADF (automatische documentinvoer) ........1-7, 3-4 Afdrukken drivers ..............................S-6 fax uit geheugen ...............4-7 gebied ............................1-13 kwaliteit verbeteren ...... 10-13 problemen .............10-8, 10-9 rapport ..............................7-3 resolutie ............................S-6 specificaties .....
F Fax Doorzenden een nummer programmeren ........................................ 6-1 wijzigen op afstand ... 6-5, 6-6 Fax Opslaan ....................... 6-2 afdrukken uit geheugen ... 4-7 inschakelen ...................... 6-2 Fax Waarnemen ................. 4-4 Fax, stand-alone ontvangen ........................ 4-1 aan het einde van een gesprek ....................... 4-6 Belvertraging, instellen ... 4-2 compatibiliteit ............ 10-12 Fax Doorzenden .... 6-1, 6-5 opvragen vanaf een ander toestel ...
H Handmatig kiezen ........................3-1, 5-8 ontvangen ........................ 4-1 verzenden ........................ 3-5 HELP Meldingen op het LCD-scherm ........................................B-1 navigatietoetsen gebruiken ......................................B-2 Menutabel ................ B-1, B-3 I Inktcartridges inktvolume controleren ... 10-17 vervangen .................... 10-23 Inktstippenteller ...............10-23 Instellen Datum en Tijd ...................
P Pager uw pagernummer programmeren ............... 6-1 Papier ..........................1-9, S-3 documentformaat ............. 3-4 documentgrootte .............. 1-7 Formaat ........................... 2-6 Type ................................. 2-6 Problemen oplossen ......... 10-1 afdrukkwaliteit .............. 10-13 als u problemen hebt afdrukken .................... 10-8 faxen afdrukken of ontvangen ................. 10-9 faxen ontvangen ....... 10-10 faxen verzenden .......
T W Tabel voor Menuselectie .....B-1 Tekst, invoeren ...................B-3 speciale tekens ..............B-10 Telefoonlijn aansluitingen ....................A-6 instellen ............................ 2-3 meerdere lijnen (PBX) ......A-8 problemen .................... 10-10 Tijdelijke kopieerinstellingen ........................................... 8-3 Toegangscodes, opslaan en kiezen ............. 5-6 Toets Kwaliteit (kopiëren) ... 8-3 Toets Opties (kopiëren) Helderheid ........................
Druk op 9 0. AFSTANDSBEDIENING AFSLUITEN Druk op 9 8 dan voor Telefoon/Beantw., druk op 1. Fax/Tel, druk op 2. Alleen Fax, druk op 3. DE ONTVANGSTSTAND WIJZIGEN een lange toon: faxberichten drie korte tonen: geen faxberichten Druk op 9 7 1 CONTROLEER DE ONTVANGSTSTATUS 4 1 De toegangscode voor afstandsbediening gebruiken 1 Kies op een toetstelefoon of op een faxmachine het nummer van uw faxmachine.
De toegangscode voor afstandsbediening veranderen Toets een driecijferig nummer in (000-999). 1 Druk op Menu/Set, 2, 5, 2. 2 Het kan niet worden gewijzigd. 3 Druk op Menu/Set. 4 Druk op Stop/Eindigen. Opdrachten voor afstandsbediening INSTELLING VOOR FAX DOORZENDEN VERANDEREN Druk op 9 5. en vervolgens op Zet functie UIT, druk op 1. ”Fax doorzenden” selecteren, druk op 2. 2 Programma Fax doorzenden nummer, druk op 4.
Bezoek ons op World Wide Web http://www.brother.com Deze machine is alleen goedgekeurd voor gebruik in het land waarin ze is gekocht. Plaatselijke Brother-kantoren of hun wederverkopers ondersteunen uitsluitend machines die in hun eigen land gekocht zijn.