Network User's Guide

Table Of Contents
Instellen via het bedieningspaneel
16
3
Subnet Mask 3
In dit veld verschijnt het huidige subnetmasker van de machine. Als u DHCP of BOOTP niet gebruikt om het
subnetmasker op te vragen, kunt u het gewenste subnetmasker zelf opgeven. Vraag uw netwerkbeheerder
welk subnetmasker u mag gebruiken.
(Alleen voor modellen met monochroom display)
3
a Druk op Menu, 5, 1, 3.
b Selecteer 1 om te wijzigen. Voer het adres van het subnetmasker in.
c Druk op OK.
d Druk op Stop/Eindigen.
(Alleen voor modellen met kleurendisplay)
3
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om LAN te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om TCP/IP te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om Subnet Mask te selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om Wijzig instell te selecteren.
Druk op OK.
f Voer het adres van het subnetmasker in.
Druk op OK.
Opmerking
Druk herhaaldelijk op a of b om de eerste set van drie cijfers van het subnetmasker in te voeren. Druk
op c om het tweede driecijferige nummer in te voeren. Herhaal deze stap totdat u de vier sets van drie
cijfers hebt ingevoerd, waarmee het subnetmasker compleet is. Druk op OK.
g Druk op Stop/Eindigen.