Ingebouwde multiprotocol en multifunctionele Ethernetafdrukserver en draadloze (IEEE 802.11b/g) multifunctionele Ethernet-afdrukserver NETWERKHANDLEIDING Lees deze handleiding aandachtig door voordat u het apparaat op uw netwerk gaat gebruiken. U kunt deze handleiding vanaf de cd-rom bekijken of afdrukken. Bewaar de cd-rom op een veilige plaats, zodat u deze wanneer nodig snel kunt raadplegen. Op het Brother Solutions Center (http://solutions.brother.
Definitie van Waarschuwing, Let op en Opmerking In deze handleiding worden de volgende aanduidingen gebruikt: Opmerkingen vertellen u hoe u op een bepaalde situatie moet reageren of geven tips over de werking van een handeling in combinatie met andere functies. Handelsmerken Brother en het Brother-logo zijn wettig gedeponeerde handelsmerken en BRAdmin Professional is een handelsmerk van Brother Industries, Ltd. UNIX is een wettig gedeponeerd handelsmerk van The Open Group.
Samenstelling en publicatie Deze handleiding is samengesteld en gepubliceerd onder toezicht van Brother Industries, Ltd. De nieuwste productgegevens en specificaties zijn in deze handleiding verwerkt. De inhoud van deze handleiding en de specificaties van het product kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Brother behoudt zich het recht voor om de specificaties en de inhoud van deze handleiding zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen.
Nummers van Brother BELANGRIJK Voor technische ondersteuning en hulp bij de bediening van de machine dient u het land waar u de machine hebt gekocht te bellen. Er dient vanuit dat land te worden gebeld. Klantendienst In de Verenigde Staten 1-877-BROTHER (1-877-276-8437) 1-901-379-1215 (fax) In Canada 1-877-BROTHER 514-685-4898 (fax) In Europa Kijk op http://www.brother.com of neem contact op met uw plaatselijke Brother-kantoor voor nadere informatie.
Accessoires en verbruiksgoederen bestellen In de Verenigde Staten: 1-877-552-MALL (1-877-552-6255) 1-800-947-1445 (fax) http://www.brothermall.com In Canada: 1-877-BROTHER http://www.brother.
Inhoudsopgave 1 Inleiding 1 Overzicht....................................................................................................................................................1 Netwerkfuncties .........................................................................................................................................2 Afdrukken in een netwerk ....................................................................................................................2 Scannen in een netwerk .
3 De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) 19 Overzicht..................................................................................................................................................19 Terminologie en concepten voor draadloos netwerk ...............................................................................20 SSID (Service Set Identifier) en kanalen ..............................................................................
5 Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) 60 Configureren in infrastructuurmodus .......................................................................................................60 Voordat u de draadloze instellingen configureert ..............................................................................60 De draadloze instellingen configureren .......................................................
Vanaf een Macintosh® afdrukken via het netwerk 131 Overzicht................................................................................................................................................131 De afdrukserver (TCP/IP) selecteren ..............................................................................................131 De instellingen van de afdrukserver wijzigen.........................................................................................
13 Problemen oplossen 152 Overzicht................................................................................................................................................152 Algemene problemen.............................................................................................................................152 Problemen met het installeren van de Network Print Software .............................................................154 Problemen met afdrukken...............................
1 Inleiding 1 1 Overzicht 1 Deze machine van Brother heeft een ingebouwde netwerkafdrukserver en kan worden gedeeld op een 10/100 MB bedraad of IEEE 802.11b/802.11g draadloos Ethernet-netwerk. De afdrukserver ondersteunt diverse functies en verbindingsmethoden, afhankelijk van het besturingssysteem dat u gebruikt op een netwerk dat TCP/IP ondersteunt. Deze functies zijn onder meer afdrukken, scannen, PC-Fax verzenden, PC-Fax ontvangen, PhotoCapture Center™, Remote Setup en Status Monitor.
Inleiding Voor draadloze gebruikers: 1 Voor optimale resultaten wanneer u op de gebruikelijke wijze afdrukt, plaatst u de machine van Brother zo dicht mogelijk bij de netwerktoegangspoort (of router). Zorg dat er zo min mogelijk obstakels tussen de router en de machine staan. Grote voorwerpen en muren tussen de twee apparaten en storingssignalen van andere elektronische apparaten kunnen de snelheid van gegevensoverdracht negatief beïnvloeden.
Inleiding Beheerprogramma’s 1 1 BRAdmin Light 1 BRAdmin Light wordt gebruikt voor de voorbereidende installatie van op het netwerk aangesloten apparaten van Brother. Het programma kan tevens worden gebruikt om op uw netwerk te zoeken naar producten van Brother, voor het weergeven van de status en voor het configureren van algemene netwerkinstellingen, zoals het IP-adres. BRAdmin Light is beschikbaar voor Windows® 2000/XP, Windows Vista® en Mac OS® X 10.2.4 of recenter.
Inleiding Typen netwerkverbinding 1 1 Voorbeeld van draadloze netwerkverbinding 1 Peer-to-peer afdrukken via TCP/IP 1 In een peer-to-peer omgeving kan elke computer rechtstreeks gegevens uitwisselen met alle apparaten. Er is geen centrale server die toegang tot bestanden en het delen van printers beheert.
Inleiding Op een netwerk gedeelde printer 1 In een gedeelde netwerkomgeving stuurt elke computer gegevens via een centraal beheerde computer. Een dergelijke computer wordt vaak een “server” of een “afdrukserver” genoemd. Hij beheert het afdrukken van alle taken. 1 Client-computer 2 Ook wel “server” of “afdrukserver” genoemd 3 TCP/IP of USB (indien beschikbaar) 4 Netwerkprinter (uw machine) In een groter netwerk bevelen wij de op het netwerk gedeelde afdrukmethode aan.
Inleiding Voorbeelden van draadloze netwerkverbindingen 1 1 Aangesloten op een computer met een toegangspoort in het netwerk (Infrastructuurmodus) 1 Bij dit type netwerk is een centrale toegangspoort het hart van het netwerk. Deze toegangspoort kan tevens fungeren als bridge of gateway naar een bedraad netwerk. Wanneer het draadloze apparaat van Brother (uw machine) deel uitmaakt van dit netwerk, ontvangt het alle afdruktaken via een toegangspoort.
Inleiding Protocollen 1 1 TCP/IP-protocollen en functies 1 Protocollen zijn gestandaardiseerde sets regels volgens welke gegevens over een netwerk worden overdragen. Protocollen bieden de gebruiker toegang tot op het netwerk aangesloten apparaten. De afdrukserver die met dit product van Brother wordt gebruikt, ondersteunt de TCP/IP-protocollen (TCP/IP = Transmission Control Protocol/Internet Protocol).
Inleiding TELNET 1 1 De afdrukserver van Brother ondersteunt de TELNET-server voor het configureren via de opdrachtprompt. SNMP 1 Het Simple Network Management Protocol (SNMP) wordt gebruikt voor het beheren van netwerkapparaten zoals computers, routers en netwerkklare machines van Brother.
2 De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding Overzicht 2 2 2 Voordat u de machine van Brother in uw netwerkomgeving gaat gebruiken, moet u eerst de software van Brother installeren en de TCP/IP-netwerkinstellingen op de machine zelf configureren. Dit hoofdstuk bevat de basisstappen die nodig zijn om af te drukken via het netwerk met TCP/IP.
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding Hoe het IP-adres aan de afdrukserver wordt toegewezen: 2 Als u een DHCP/BOOTP/RARP-server in uw netwerk hebt (doorgaans een netwerk op basis van UNIX®/Linux®, Windows ® 2000/XP of Windows Vista®), zal de afdrukserver het IP-adres automatisch via de betreffende server ontvangen. 2 Opmerking Op kleinere netwerken kan de DHCP-server de router zijn.
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding Stappenoverzicht a 2 De TCP/IP-instellingen configureren Het IP-adres configureren i Zie pagina 12 Het subnetmasker configureren i Zie pagina 12 De gateway configureren i Zie pagina 12 BRAdmin Light gebruiken i Zie pagina 15 BRAdmin Professional gebruiken i Zie pagina 16 Het bedieningspaneel gebruiken i Zie pagina 78 Remote Setup gebruiken i Zie pagina 17 Andere methoden gebruiken i Zie pagin
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding Het IP-adres en subnetmasker instellen 2 BRAdmin Light gebruiken om de machine te configureren als netwerkprinter 2 BRAdmin Light 2 BRAdmin Light wordt gebruikt voor de voorbereidende installatie van op het netwerk aangesloten apparaten van Brother.
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding c Dubbelklik op het niet-geconfigureerde apparaat. Windows® 2 Macintosh ® Opmerking • Als de afdrukserver is ingesteld op de standaardinstellingen (als u geen DHCP/BOOTP/RARP-server gebruikt), wordt het apparaat op het scherm van BRAdmin Light als Niet geconfigureerd (Unconfigured) weergegeven. • U kunt de knooppuntnaam en het Ethernet-adres vinden door de netwerkconfiguratielijst af te drukken.
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding d Kies STATIC als de Boot-methode (BOOT Method). Voer het IP-adres (IP Address), het Subnetmasker (Subnet Mask) en de Gateway (indien gewenst) van uw afdrukserver in. Windows® 2 Macintosh ® e f Klik op OK. Als het IP-adres correct is geprogrammeerd, zal de afdrukserver van Brother in de lijst van apparaten staan.
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding De instellingen van de afdrukserver wijzigen 2 Opmerking Bij gebruik van een draadloos netwerk dient u de draadloze instellingen te configureren om de instellingen van de afdrukserver te wijzigen. (Zie De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) op pagina 19.) BRAdmin Light gebruiken om de instellingen van de afdrukserver te wijzigen a 2 2 Start BRAdmin Light.
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding BRAdmin Professional gebruiken om de draadloze instellingen te wijzigen (voor Windows®) 2 Opmerking • Gebruik de meest recente versie van BRAdmin Professional, die u kunt downloaden van http://solutions.brother.com. Dit programma is alleen bedoeld voor Windows ®. • Als u Windows® Firewall of de firewallfunctie van een antispyware- of antivirusprogramma gebruikt, dient u deze tijdelijk uit te schakelen.
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding Remote Setup gebruiken om de instellingen van de afdrukserver te wijzigen (niet beschikbaar voor DCP-modellen) 2 Remote Setup voor Windows® 2 Met de software Remote Setup kunt u de netwerkinstellingen configureren via een Windows®-applicatie. Wanneer u deze applicatie opent, worden de instellingen van de machine automatisch naar de pc gedownload en op het computerscherm weergegeven.
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding Het bedieningspaneel gebruiken om de instellingen van de afdrukserver te wijzigen 2 U kunt de instellingen van de afdrukserver configureren en wijzigen via het Netwerk-menu van het bedieningspaneel. (Zie Configuratie van het bedieningspaneel op pagina 78.
3 De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) 3 Overzicht 3 Als u de machine op een draadloos netwerk wilt aansluiten, volgt u de stappen in de Installatiehandleiding. Wij raden u aan de installatiewizard in het menu Netwerk van het bedieningspaneel van de machine te gebruiken. Met deze methode kunt u de machine makkelijk op het draadloze netwerk aansluiten. Volg de instructies in de meegeleverde Installatiehandleiding.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) Terminologie en concepten voor draadloos netwerk 3 Als u de machine in een draadloos netwerk wilt gebruiken, moet u ervoor zorgen dat de instellingen overeenkomen met die van het bestaande draadloze netwerk. In dit hoofdstuk worden de terminologie en concepten van deze instellingen besproken, wat van pas kan komen bij het configureren van de machine voor een draadloos netwerk.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) Versleutelingsmethoden 3 Versleuteling wordt gebruikt voor het beveiligen van de gegevens die over een draadloos netwerk worden verzonden. De draadloze machine van Brother ondersteunt de volgende versleutelingsmethoden: Geen Er wordt geen versleuteling gebruikt. 3 WEP Met WEP (Wired Equivalent Privacy) worden de gegevens met een beveiligde sleutel verzonden en ontvangen.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) Stappenoverzicht voor configuratie van een draadloos netwerk 3 Voor infrastructuurmodus a 3 Infrastructuurmodus Aangesloten op een computer via een toegangspoort b 3 Controleren welke netwerkomgeving u hebt. (Zie pagina 24.) Ad-hocmodus of Zie pagina 23. Zonder toegangspoort aangesloten op een computer die draadloze functies ondersteunt De configuratiemethode van het draadloze netwerk controleren.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) Voor Ad-hocmodus a 3 Controleren welke netwerkomgeving u hebt. (Zie pagina 24.) Ad-hocmodus Zonder toegangspoort aangesloten op een computer die draadloze functies ondersteunt b Zie pagina 22. Aangesloten op een computer via een toegangspoort 3 De configuratiemethode van het draadloze netwerk controleren. (Zie pagina 25.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) Controleren welke netwerkomgeving u hebt 3 Aangesloten op een computer die draadloze functies ondersteunt, met een toegangspoort in het netwerk (infrastructuurmodus) 3 3 1 4 2 3 1 Toegangspoort 2 Draadloze netwerkprinter (uw machine) 3 Computer met draadloze functionaliteit die is aangesloten op de toegangspoort 4 Bedrade computer zonder draadloze voorziening aangesloten op de toegangspoort met een Etherne
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) De configuratiemethode van het draadloze netwerk controleren 3 Er zijn vier methoden om de machine te configureren voor een draadloos netwerk: via het bedieningspaneel van de machine (aanbevolen), met SES, WPS of AOSS™ via het bedieningspaneel, met de pinmethode van Wi-Fi Protected Setup™ of met het installatieprogramma van Brother. De installatieprocedure varieert, afhankelijk van uw netwerkomgeving.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) Configuratie via de pinmethode of Wi-Fi Protected Setup™ (alleen in infrastructuurmodus) 3 Als uw draadloze toegangspoort (A) Wi-Fi Protected Setup™ ondersteunt, kunt de machine ook configureren met de pinmethode van Wi-Fi Protected Setup™. (Zie De pinmethode of Wi-Fi Protected Setup™ gebruiken op pagina 36.) 3 Verbinding wanneer de draadloze toegangspoort (router) (A) tevens dienst doet als Registrator 1.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) De draadloze netwerkmachine configureren met het installatieprogramma van Brother op de cd-rom 3 U kunt ook het installatieprogramma van Brother gebruiken dat zich op de cd-rom bevindt die u bij de machine hebt ontvangen. U wordt via de instructies op het scherm door het installatieproces geleid totdat de draadloze netwerkmachine van Brother gereed is voor gebruik.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) De machine voor een draadloos netwerk configureren 3 BELANGRIJK • Als u de machine van Brother wilt aansluiten op het netwerk, raden wij u aan contact op te nemen met de systeembeheerder voordat u aan de installatie begint. U dient de instellingen van het draadloze netwerk te weten om de installatie te kunnen uitvoeren.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) g De machine zoekt uw netwerk en toont een lijst van beschikbare SSID’s. In de lijst behoort de SSID die u zojuist hebt genoteerd te staan. Als de machine meer dan een netwerk vindt, gebruikt u a of b om het netwerk te kiezen en drukt u op OK. Ga naar k. Als de toegangspoort de SSID niet doorgeeft, dient u de SSID-naam handmatig in te voeren. Ga naar h. h Kies met behulp van de toetsen a of b.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) (Voor Windows®) De installatie van het draadloze netwerk is nu voltooid. Als u wilt doorgaan met het installeren van stuurprogramma’s en software voor het apparaat, selecteert u MFL-Pro Suite installeren of Voorbereidende installatie / MFL-Pro Suite installeren in het menu van de cd-rom. (Voor Macintosh®) 3 De installatie van het draadloze netwerk is nu voltooid.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) m Selecteer de sleuteloptie KEY1:, KEY2:, KEY3:, KEY4:. Als u de sleutel waar ********** bij staat selecteert, gaat u naar n. Als u een lege sleutel selecteert, gaat u naar o. n Als u de sleutel die u in stap m hebt geselecteerd wilt wijzigen, drukt u op Wijzig instell. Ga naar o. Als u de sleutel die u in stap m hebt geselecteerd wilt wijzigen, drukt u op Bewaar. Ga naar r.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) De machine configureren voor een draadloos netwerk met het SES/WPS/AOSSmenu op het bedieningspaneel 3 Als uw draadloze toegangspoort SecureEasySetup™, Wi-Fi Protected Setup™ (PBC 1) of AOSS™ (drukknopmethode) ondersteunt, kunt u de machine eenvoudig configureren zonder een computer. Het SES/WPS/AOSS-menu bevindt zich op het bedieningspaneel van de machine van Brother.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) h Als Verbonden wordt weergegeven op het LCD-scherm, is de machine met succes aangesloten op de router of de toegangspoort. U kunt de machine nu op het draadloze netwerk gebruiken. Als Instell. WLAN, Verbinden: SES (Bezig verb. WPS of Verb.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) Voor Touchscreen modellen a b c d e 3 Zet de machine aan door de stekker in het stopcontact te steken. Druk op MENU. Druk op Netwerk. 3 Druk op WLAN. Druk op SES/WPS/AOSS. Met deze functie wordt automatisch de modus herkend (SecureEasySetup™, Wi-Fi Protected Setup™ of AOSS™) waarmee de toegangspoort de machine configureert.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) h Als Verbonden wordt weergegeven op het LCD-scherm, is de machine met succes aangesloten op de router of de toegangspoort. U kunt de machine nu op het draadloze netwerk gebruiken. Als Instell. WLAN, Verbinden: SES (Bezig verb.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) De pinmethode of Wi-Fi Protected Setup™ gebruiken 3 Als de draadloze toegangspoort Wi-Fi Protected Setup™ (pinmethode) ondersteunt, kunt u de machine eenvoudig zonder computer configureren. De pinmethode (persoonlijk identificatienummer) is een van de verbindingsmethoden die door de Wi-Fi Alliance is ontwikkeld.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) h 1 Klik op 2 Klik op Apparaat aan het draadloos netwerk toevoegen. 3 Selecteer de machine en klik op Volgende. 4 Voer de pincode van de afgedrukte pagina in en klik vervolgens op Volgende. 5 Kies het netwerk waarmee u een verbinding tot stand wilt brengen en klik op Volgende. 6 Klik op Sluiten. en vervolgens op Netwerk.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) Voor Touchscreen modellen 3 a b c d e f Zet de machine aan door de stekker in het stopcontact te steken. g Typ in de browser van een computer in het netwerk “http://IP-adres toegangspoort/”. (Waarbij “IP-adres toegangspoort” het IP-adres is van het apparaat dat dienst doet als registrator 1.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (niet mogelijk met MFC-5490CN en MFC-5890CN) h Als Verbonden wordt weergegeven op het LCD-scherm, is de machine met succes aangesloten op de router of de toegangspoort. U kunt de machine nu op het draadloze netwerk gebruiken. Als Verbinding mislukt wordt weergegeven op het LCD-scherm, is de machine niet aangesloten op de router of de toegangspoort. Probeer het vanaf stap e opnieuw.
4 Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) 4 BELANGRIJK • Hieronder wordt uitgelegd hoe u de machine van Brother in een netwerkomgeving kunt installeren met behulp van het installatieprogramma voor Windows® op de cd-rom die u bij de machine van Brother hebt ontvangen. 4 • U kunt de machine van Brother ook via het bedieningspaneel instellen en dat is de methode die wij aanbevelen.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) De draadloze instellingen configureren 4 a b c Zet de machine aan door de stekker in het stopcontact te steken. d Het hoofdmenu van de cd-rom wordt weergegeven. Klik op Voorbereidende installatie of Geavanceerd. Zet de computer aan. Plaats de meegeleverde cd-rom in uw cd-romstation. Het eerste scherm wordt automatisch geopend.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) f Selecteer Stapsgewijze installatie (aanbevolen) en klik op Volgende. 4 g Selecteer Met kabel (aanbevolen) en klik op Volgende. h Lees de Belangrijke boodschap. Schakel het selectievakje in nadat u hebt gecontroleerd dat de draadloze instelling is geactiveerd en klik op Volgende.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) i Sluit het draadloze apparaat van Brother met een netwerkkabel op de toegangspoort aan en klik op Volgende. 4 j Selecteer de machine die u wilt configureren en klik op Volgende. Is de lijst leeg, controleer dan dat de toegangspoort en de machine aanstaan en klik op Vernieuwen. Opmerking De standaardknooppuntnaam is “BRNxxxxxxxxxxxx”.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) k De wizard zoekt naar draadloze netwerken die voor de machine beschikbaar zijn. Selecteer de toegangspoort waaraan u de machine wilt koppelen en klik op Volgende. 4 Opmerking • “SETUP” is de standaard-SSID van de machine. U mag deze SSID niet kiezen.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) m Als uw netwerk is geconfigureerd voor verificatie en versleuteling, wordt het volgende scherm weergegeven. Let er bij het configureren van de draadloze machine van Brother op dat de configuratie overeenkomt met de instellingen voor verificatie en versleuteling die op uw bestaande netwerk worden gebruikt.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) o Koppel de netwerkkabel tussen de toegangspoort (hub of router) en de machine los en klik op Volgende. 4 p Schakel het selectievakje in nadat u hebt gecontroleerd dat u de draadloze instellingen hebt voltooid en klik vervolgens op Voltooien. De installatie van het draadloze netwerk is nu voltooid.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) Configuratie via het SES/WPS/AOSS-menu op het bedieningspaneel (drukknopmethode) 4 Voordat u de draadloze instellingen configureert 4 BELANGRIJK • Als u de draadloze instellingen van de machine reeds eerder hebt geconfigureerd, moet u eerst de LAN-instellingen herstellen, pas dan kunt u de draadloze instellingen opnieuw configureren.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) e Het hoofdmenu van de cd-rom wordt weergegeven. Klik op Voorbereidende installatie of Geavanceerd. 4 Opmerking • Als dit venster niet wordt weergegeven, gebruikt u Windows® Verkenner om het programma start.exe uit te voeren via de hoofdmap van Brothers cd-rom. • Het scherm op de machine kan hiervan afwijken. f Klik op Setup Wizard draadloze LAN.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) g Selecteer Automatische installatie (geavanceerd) en klik op Volgende. 4 h Lees de Belangrijke boodschap. Schakel het selectievakje in nadat u hebt gecontroleerd dat de draadloze instelling is geactiveerd en klik op Volgende. i Lees de melding op uw scherm en klik op Volgende.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) j Druk op Menu, a of b om Netwerk te selecteren en druk op OK. Druk op a of b om WLAN te selecteren en druk vervolgens op OK. Druk op a of b om SES/WPS/AOSS te selecteren en druk op OK. (Voor Touchscreen modellen) 4 Druk op MENU. Druk op Netwerk. Druk op WLAN en vervolgens op SES/WPS/AOSS.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) m Als Verbonden wordt weergegeven op het LCD-scherm, is de machine met succes aangesloten op de router of de toegangspoort. U kunt de machine nu op het draadloze netwerk gebruiken. Als Instell. WLAN, Bezig Verb. WLAN en vervolgens Verbinding mislukt wordt weergegeven op het LCD-scherm, is de machine niet goed aangesloten op de router of de toegangspoort.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) Configureren in Ad-hocmodus 4 Voordat u de draadloze instellingen configureert 4 BELANGRIJK • Als u de draadloze instellingen van de machine reeds eerder hebt geconfigureerd, moet u eerst de LAN-instellingen herstellen, pas dan kunt u de draadloze instellingen opnieuw configureren. Gebruik Menu, a of b om Netwerk te selecteren en druk op OK.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) d Plaats de meegeleverde cd-rom in uw cd-romstation. Het eerste scherm wordt automatisch geopend. Als het scherm met de modelnaam wordt weergegeven, selecteert u uw machine. Als het scherm met de taalkeuze wordt weergegeven, selecteert u de gewenste taal. e Het hoofdmenu van de cd-rom wordt weergegeven. Klik op Voorbereidende installatie of Geavanceerd.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) g Selecteer Stapsgewijze installatie (aanbevolen) en klik op Volgende. 4 h Selecteer Zonder kabel (geavanceerd) en klik op Volgende. i Lees de Belangrijke boodschap. Schakel het selectievakje in nadat u hebt gecontroleerd dat de draadloze instelling is geactiveerd en klik op Volgende.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) j U moet de draadloze instellingen van de computer tijdelijk wijzigen. Volg de instructies op uw computerscherm. Vergeet niet om alle instellingen te noteren, zoals de SSID of het kanaal op de computer. U hebt deze nodig om de oorspronkelijke draadloze instellingen van de computer te herstellen.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) Opmerking • Als u wordt gevraagd de computer opnieuw op te starten nadat de draadloze instellingen zijn gewijzigd, moet u de computer opnieuw opstarten. Keer daarna terug naar stap d en ga verder met de installatie, maar sla stap i, j en k over.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) m De wizard zoekt naar draadloze netwerken die voor de machine beschikbaar zijn. Selecteer het Ad-hoc netwerk waaraan u de machine wilt koppelen en klik op Volgende. 4 Opmerking • Als de lijst leeg is, moet u controleren of de machine zich binnen het bereik van draadloze communicatie bevindt. Klik vervolgens op Vernieuwen.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) o Als uw netwerk is geconfigureerd voor verificatie en versleuteling, wordt het volgende scherm weergegeven. Let er bij het configureren van de draadloze machine van Brother op, dat de configuratie overeenkomt met de instellingen van verificatie en versleuteling die op uw bestaande draadloze netwerk worden gebruikt.
Draadloze configuratie voor Windows® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) q Om te communiceren met het geconfigureerde draadloze apparaat, moet u de computer met dezelfde draadloze instellingen configureren. Wijzig de instellingen op de computer, zodat deze hetzelfde zijn als de draadloze instellingen op dit scherm. Schakel het selectievakje in nadat u deze instellingen hebt bevestigd en klik op Volgende.
5 Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) 5 BELANGRIJK • Hieronder wordt uitgelegd hoe u de machine van Brother in een netwerkomgeving kunt installeren met gebruik van het automatische installatieprogramma voor Macintosh® op de cd-rom die u bij de machine van Brother hebt ontvangen. 5 • U kunt de machine van Brother ook via het bedieningspaneel instellen en dat is de methode die wij aanbevelen.
Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) De draadloze instellingen configureren a b c Zet de machine aan door de stekker in het stopcontact te steken. d Dubbelklik op Utilities. 5 Zet de Macintosh® aan. Plaats de meegeleverde cd-rom in uw cd-romstation. Dubbelklik op het pictogram MFL-Pro Suite op het bureaublad. 5 e Dubbelklik op Setup Wizard voor draadloze apparaten.
Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) f Selecteer Stapsgewijze installatie (aanbevolen) en klik op Volgende. 5 g Selecteer Met kabel (aanbevolen) en klik op Volgende. h Lees de Belangrijke boodschap en klik op Volgende.
Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) i Sluit het draadloze apparaat van Brother tijdelijk met een netwerkkabel op de toegangspoort aan en klik op Volgende. 5 j Selecteer de machine die u wilt configureren en klik op Volgende. Is de lijst leeg, controleer dan dat de toegangspoort en de machine aanstaan en klik op Vernieuwen. Opmerking De standaardknooppuntnaam is “BRNxxxxxxxxxxxx”.
Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) k De wizard zoekt naar draadloze netwerken die voor de machine beschikbaar zijn. Selecteer de toegangspoort waaraan u de machine wilt koppelen en klik op Volgende. 5 Opmerking • “SETUP” is de standaard-SSID van de machine. U mag deze SSID niet kiezen.
Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) m Als uw netwerk is geconfigureerd voor verificatie en versleuteling, wordt het volgende scherm weergegeven. Let er bij het configureren van de draadloze machine van Brother op, dat de configuratie overeenkomt met de instellingen van verificatie en versleuteling die op uw bestaande draadloze netwerk worden gebruikt.
Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) o Koppel de netwerkkabel tussen de toegangspoort (hub of router) en de machine los en klik op Volgende. 5 p Schakel het selectievakje in nadat u hebt gecontroleerd dat u de draadloze instellingen hebt voltooid en klik vervolgens op Voltooien. De installatie van het draadloze netwerk is nu voltooid.
Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) Configuratie via het SES/WPS/AOSS-menu op het bedieningspaneel (drukknopmethode) 5 Voordat u de draadloze instellingen configureert 5 BELANGRIJK Als u de draadloze instellingen van de machine reeds eerder hebt geconfigureerd, moet u eerst de LAN-instellingen herstellen, pas dan kunt u de draadloze instellingen opnieuw configureren.
Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) e Dubbelklik op Utilities. 5 f Dubbelklik op Setup Wizard voor draadloze apparaten. g Selecteer Automatische installatie (geavanceerd) en klik op Volgende.
Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) h Lees de Belangrijke boodschap en klik op Volgende. 5 i Lees de melding op uw scherm en klik op Volgende. j Druk op Menu, a of b om Netwerk te selecteren en druk op OK. Druk op a of b om WLAN te selecteren en druk vervolgens op OK. Druk op a of b om SES/WPS/AOSS te selecteren en druk op OK. (Voor Touchscreen modellen) 5 Druk op MENU. Druk op Netwerk.
Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) m Als Verbonden wordt weergegeven op het LCD-scherm, is de machine met succes aangesloten op de router of de toegangspoort. U kunt de machine nu op het draadloze netwerk gebruiken. Als Instell. WLAN, Bezig Verb. WLAN en vervolgens Verbinding mislukt wordt weergegeven op het LCD-scherm, is de machine niet goed aangesloten op de router of de toegangspoort.
Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) Configureren in Ad-hocmodus 5 Voordat u de draadloze instellingen configureert 5 BELANGRIJK Als u de draadloze instellingen van de machine reeds eerder hebt geconfigureerd, moet u eerst de LAN-instellingen herstellen, pas dan kunt u de draadloze instellingen opnieuw configureren. Gebruik Menu, a of b om Netwerk te selecteren en druk op OK.
Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) e Dubbelklik op Utilities. 5 f Dubbelklik op Setup Wizard voor draadloze apparaten. g Selecteer Stapsgewijze installatie (aanbevolen) en klik op Volgende.
Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) h Selecteer Zonder kabel (geavanceerd) en klik op Volgende. 5 i Lees de Belangrijke boodschap. Schakel het selectievakje in nadat u hebt gecontroleerd dat de draadloze instelling is geactiveerd en klik op Volgende. j U moet de draadloze instellingen van de computer tijdelijk wijzigen. Volg de instructies op uw computerscherm.
Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) k Om te kunnen communiceren met de niet-geconfigureerde draadloze machine, moet u de draadloze instellingen van deze computer tijdelijk wijzigen in de standaardinstellingen van de machine die op het scherm worden weergegeven. Schakel het selectievakje in nadat u deze instellingen hebt bevestigd en klik op Volgende.
Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) m De wizard zoekt naar draadloze netwerken die voor de machine beschikbaar zijn. Selecteer het Ad-hoc netwerk waaraan u de machine wilt koppelen en klik op Volgende. 5 Opmerking • Als de lijst leeg is, moet u controleren of de machine zich binnen het bereik van draadloze communicatie bevindt. Klik vervolgens op Vernieuwen.
Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) o Als uw netwerk is geconfigureerd voor verificatie en versleuteling, wordt het volgende scherm weergegeven. Let er bij het configureren van de draadloze machine van Brother op, dat de configuratie overeenkomt met de instellingen van verificatie en versleuteling die op uw bestaande draadloze netwerk worden gebruikt.
Draadloze configuratie voor Macintosh® met behulp van het installatieprogramma van Brother (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) q Om te communiceren met het geconfigureerde draadloze apparaat, moet u de computer met dezelfde draadloze instellingen configureren. Wijzig de instellingen op de computer, zodat deze hetzelfde zijn als de draadloze instellingen op dit scherm. Schakel het selectievakje in nadat u deze instellingen hebt bevestigd en klik op Volgende.
6 Configuratie van het bedieningspaneel 6 Netwerk-menu 6 U moet eerst de correcte TCP/IP-instellingen configureren, pas dan kunt u het product van Brother in een netwerkomgeving gebruiken. In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de netwerkinstellingen kunt configureren via het bedieningspaneel aan de voorzijde van de machine. U kunt de machine van Brother via het Netwerk-menu van het bedieningspaneel voor uw netwerk configureren. Druk op Menu en vervolgens op a of b om Netwerk te selecteren.
Configuratie van het bedieningspaneel e Druk op a of b om BOOT Method te selecteren. Druk op OK. f Druk op d of c om Autom. 1, Statisch 2, RARP 3, BOOTP 4 of DHCP 5 te selecteren. Druk op OK. g Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). Voor MFC-5490CN a b c 6 Druk op Menu, 5, 1, 1. Druk op d of c om Autom. 1, Statisch 2, RARP 3, BOOTP 4 of DHCP 5 te selecteren. Druk op OK. Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). 6 Voor Touchscreen modellen a b c Druk op MENU. d e f g Druk op TCP/IP. 6 Druk op Netwerk.
Configuratie van het bedieningspaneel IP-adres 6 In dit veld verschijnt het huidige IP-adres van de machine. Als u de statische opstartmethode hebt gekozen, voert u nu het IP-adres in dat u aan de machine wilt toewijzen (vraag uw netwerkbeheerder welk IP-adres u mag gebruiken). Als u een andere opstartmethode hebt gekozen, zal de machine proberen om het IP-adres te bepalen via het DHCP- of BOOTP-protocol.
Configuratie van het bedieningspaneel Voor Touchscreen modellen a b c Druk op MENU. d e f g h Druk op TCP/IP. 6 Druk op Netwerk. (Voor bedraad) Druk op LAN met kabel. (Voor draadloos) Druk op WLAN. Druk op IP Address. Voer het IP-adres in. Druk op OK. 6 Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). Subnetmasker 6 In dit veld verschijnt het huidige subnetmasker van de machine. Als u DHCP of BOOTP niet gebruikt om het subnetmasker op te vragen, kunt u het gewenste subnetmasker zelf opgeven.
Configuratie van het bedieningspaneel Voor MFC-5490CN a b Druk op Menu, 5, 1, 3. c Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). 6 Kies 1 om een wijziging in te voeren. Voer het adres van het subnetmasker in. Druk op OK. Voor Touchscreen modellen a b c Druk op MENU. d e f Druk op TCP/IP. g Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). 6 Druk op Netwerk. (Voor bedraad) Druk op LAN met kabel. (Voor draadloos) Druk op WLAN. 6 Druk op Subnet Mask. Voer het adres van het subnetmasker in. Druk op OK.
Configuratie van het bedieningspaneel Voor MFC-5490CN a b Druk op Menu, 5, 1, 4. c Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). 6 Selecteer 1 om een wijziging in te voeren. Voer het adres van de gateway in. Druk op OK. Voor Touchscreen modellen a b c Druk op MENU. d e f Druk op TCP/IP. g Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). 6 Druk op Netwerk. (Voor bedraad) Druk op LAN met kabel. (Voor draadloos) Druk op WLAN. 6 Druk op a of b om Gateway te selecteren en druk vervolgens op Gateway.
Configuratie van het bedieningspaneel f Voer de naam van het knooppunt in. Druk op OK. Opmerking Op DCP-modellen kunt u de knooppuntnaam niet via het menu op het bedieningspaneel wijzigen. g Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). Voor MFC-5490CN a b Druk op Menu, 5, 1, 5. c Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). 6 Selecteer 1 om een wijziging in te voeren. Voer de naam van het knooppunt in. Druk op OK. Voor Touchscreen modellen a b c Druk op MENU. d e f Druk op TCP/IP.
Configuratie van het bedieningspaneel WINS Config 6 De selectie in dit veld bepaalt hoe de machine het IP-adres van de WINS-server krijgt. a b Druk op Menu. c (Voor bedraad) Druk op a of b om LAN met kabel te selecteren. (Voor draadloos) Druk op a of b om WLAN te selecteren. Druk op OK. d Druk op a of b om TCP/IP te selecteren. Druk op OK. e Druk op a of b om WINS Config te selecteren. Druk op OK. f Druk op d of c om Autom. of Statisch te selecteren. Druk op OK.
Configuratie van het bedieningspaneel Automatisch 6 Er wordt automatisch een DHCP-aanvraag verstuurd om het IP-adres voor de primaire en secundaire WINSservers te bepalen. U moet als BOOT Method Autom. of DHCP kiezen om deze functie te kunnen gebruiken. Statisch 6 Er wordt een specifiek IP-adres voor de primaire en secundaire WINS-servers gebruikt. WINS Server 6 IP-adres van primaire WINS-server 6 (Windows® In dit veld verschijnt het IP-adres van de primaire WINS-server Internet Name Service).
Configuratie van het bedieningspaneel Voor MFC-5490CN a b Druk op Menu, 5, 1, 7. c Kies 1 om een wijziging in te voeren. Voer het WINS-serveradres in. Druk op OK. d Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). 6 Druk op a of b om Primary of Secondary te selecteren. Druk op OK. Voor Touchscreen modellen a b c Druk op MENU. d e f g Druk op TCP/IP. h Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). 6 6 Druk op Netwerk. (Voor bedraad) Druk op LAN met kabel. (Voor draadloos) Druk op WLAN.
Configuratie van het bedieningspaneel d Druk op a of b om TCP/IP te selecteren. Druk op OK. e Druk op a of b om DNS Server te selecteren. Druk op OK. f Druk op a of b om Primary of Secondary te selecteren. Druk op OK. g Voer het adres van de DNS-server in. Druk op OK. Opmerking Voor DCP-modellen drukt u herhaaldelijk op a of b om het eerste driecijferige nummer van het DNS Server-adres in te voeren. Druk op c om het tweede driecijferige nummer in te voeren.
Configuratie van het bedieningspaneel APIPA 6 Wanneer deze optie is ingeschakeld, zal de afdrukserver automatisch een Link-Local IP-adres toewijzen in het bereik van (169.254.1.0 - 169.254.254.255) wanneer de afdrukserver geen IP-adres kan krijgen via de opstartmethode die u hebt ingesteld (Zie BOOT Method op pagina 78). Als deze optie is uitgeschakeld, wordt het IP-adres niet gewijzigd als de afdrukserver geen IP-adres kan krijgen via de opstartmethode die u hebt ingesteld. a b Druk op Menu.
Configuratie van het bedieningspaneel IPv6 (voor MFC-5490CN, MFC-5890CN, MFC-6490CW, DCP-6690CW en MFC-6890CDW) 6 Deze machine is compatibel met IPv6, het internetprotocol van de nieuwe generatie. Als u het IPv6-protocol wilt gebruiken, selecteert u Aan. De standaardinstelling voor IPv6 is Uit. Kijk voor meer informatie over het IPv6-protocol op http://solutions.brother.com. a b Druk op Menu. c (Voor bedraad) Druk op a of b om LAN met kabel te selecteren.
Configuratie van het bedieningspaneel Setup Misc. (alleen MFC-5490CN) 6 Ethernet 6 Ethernet-verbindingsmodus. Met de optie Auto kan de afdrukserver middels automatische onderhandelingen in 100BaseTX full of half duplex of in 10BaseT full of half duplex werken. U kunt de verbindingsmodus van de server vast instellen op 100BASE-TX Full Duplex (100B-FD) of Half Duplex (100B-HD) en 10BASE-T Full Duplex (10B-FD) of Half Duplex (10B-HD).
Configuratie van het bedieningspaneel Status WLAN (alleen voor draadloze netwerken) Status 6 6 In dit veld wordt de huidige status van het draadloze netwerk getoond: Actief(11b), Actief(11g) of Verbinding mislukt. a b Druk op Menu. c Druk op a of b om WLAN te selecteren. Druk op OK. d Druk op a of b om Status WLAN te selecteren. Druk op OK. e Druk op a of b om Status te selecteren. Druk op OK.
Configuratie van het bedieningspaneel d Druk op a of b om Status WLAN te selecteren. Druk op OK. e Druk op a of b om Signaal te selecteren. Druk op OK. f De huidige signaalsterkte van het draadloze netwerk wordt weergegeven: Sterk, Medium, Zwak of Geen. g Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). Voor Touchscreen modellen a b c d e f 6 Druk op MENU. Druk op Netwerk. 6 Druk op WLAN. Druk op a of b om Status WLAN te selecteren en druk vervolgens op Status WLAN.
Configuratie van het bedieningspaneel Voor Touchscreen modellen a b c d e f 6 Druk op MENU. Druk op Netwerk. Druk op WLAN. Druk op a of b om Status WLAN te selecteren en druk vervolgens op Status WLAN. De huidige SSID van het draadloze netwerk wordt weergegeven. Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). Comm. Modus 6 In dit veld wordt de huidige communicatiemodus van het draadloze netwerk getoond: Ad-hoc of Infrastructuur. a b Druk op Menu. c Druk op a of b om WLAN te selecteren. Druk op OK.
Configuratie van het bedieningspaneel Ethernet (alleen voor bedrade netwerken) 6 Ethernet-verbindingsmodus. Met de optie Auto kan de afdrukserver middels automatische onderhandelingen in 100BaseTX full of half duplex of in 10BaseT full of half duplex werken. U kunt de verbindingsmodus van de server vast instellen op 100BASE-TX Full Duplex (100B-FD) of Half Duplex (100B-HD) en 10BASE-T Full Duplex (10B-FD) of Half Duplex (10B-HD).
Configuratie van het bedieningspaneel E-mail/I-FAX (voor MFC-6490CW en MFC-6890CDW) 6 Dit menu heeft vijf opties: Mail Address, Server inst., Setup Mail RX, Setup Mail TX en Setup Relay. Deze instellingen moeten eerst worden geconfigureerd voordat u de internetfaxvoorziening kunt gebruiken. Zie Internetfaxen en Scan naar E-mail (voor MFC-6490CW en MFC-6890CDW) op pagina 138 voor meer informatie over Internetfax.
Configuratie van het bedieningspaneel Setup Server 6 SMTP Server 6 In dit veld verschijnt de knooppuntnaam of het IP-adres van een SMTP-mailserver (uitgaande e-mailserver) op uw netwerk. (Bijv. “mailhost.brothermail.net” of “192.000.000.001”) a b Druk op Menu. c Druk op a of b om E-mail/IFAX te selecteren. Druk op OK. d Druk op a of b om Server inst. te selecteren. Druk op OK. e Druk op a of b om SMTP Server te selecteren. Druk op OK. f Druk op a of b om Naam of IP Address te selecteren.
Configuratie van het bedieningspaneel SMTP-poort 6 In dit veld staat het SMTP-poortnummer (voor uitgaande e-mail) op uw netwerk. a b Druk op Menu. c Druk op a of b om E-mail/IFAX te selecteren. Druk op OK. d Druk op a of b om Server inst. te selecteren. Druk op OK. e Druk op a of b om SMTP-poort te selecteren. Druk op OK. Druk op a of b om Netwerk te selecteren. Druk op OK. f Geef het SMTP-poortnummer op. Druk op OK. g Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Configuratie van het bedieningspaneel d Druk op a of b om Server inst. te selecteren. Druk op OK. e Druk op a of b om Aut. voor SMTP te selecteren. Druk op OK. f Druk op a of b om Geen, SMTP-AUT of POP voorSMTP te selecteren. Druk op OK. g Als u Geen of POP voorSMTP hebt gekozen in f, gaat u naar k. Als u in f SMTP-AUT hebt geselecteerd, gaat u naar h. h Geef de accountnaam voor SMTP-AUT op. Druk op OK. i Geef het accountwachtwoord voor SMTP-AUT op. Druk op OK.
Configuratie van het bedieningspaneel POP3 Server 6 In dit veld verschijnt de knooppuntnaam of het IP-adres van de POP3-server (inkomende e-mailserver) die de machine van Brother gebruikt. Dit adres is nodig om de functies voor internetfaxen goed te laten werken. (Bijv. mailhost.brothermail.net of 192.000.000.001) a b Druk op Menu. c Druk op a of b om E-mail/IFAX te selecteren. Druk op OK. d Druk op a of b om Server inst. te selecteren. Druk op OK. Druk op a of b om Netwerk te selecteren.
Configuratie van het bedieningspaneel POP3-poort 6 In dit veld staat het POP3-poortnummer (voor inkomende e-mail) dat de machine van Brother gebruikt. a b Druk op Menu. c Druk op a of b om E-mail/IFAX te selecteren. Druk op OK. d Druk op a of b om Server inst. te selecteren. Druk op OK. e Druk op a of b om POP3-poort te selecteren. Druk op OK. Druk op a of b om Netwerk te selecteren. Druk op OK. f Geef het POP3-poortnummer op. Druk op OK. g Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Configuratie van het bedieningspaneel d Druk op a of b om Server inst. te selecteren. Druk op OK. e Druk op a of b om Mailbox Naam te selecteren. Druk op OK. f Voer de naam in van de gebruikersaccount die is toegewezen aan de machine van Brother die zich op de POP3-server zal aanmelden. Druk op OK. g Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). Voor Touchscreen modellen a b c d e f Druk op MENU. g Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). 6 6 Druk op a of b om Netwerk te selecteren.
Configuratie van het bedieningspaneel h Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). Opmerking Voer een enkele spatie in als u geen wachtwoord wilt instellen. Voor Touchscreen modellen a b c d e f Druk op MENU. g Voer het wachtwoord opnieuw in. Druk op OK. h Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). 6 Druk op a of b om Netwerk te selecteren. Druk op a of b om E-mail/IFAX te selecteren. Druk op a of b om Server inst. te selecteren. Druk op a of b om Mailbox Wachtw of Mailbox wachtw te selecteren.
Configuratie van het bedieningspaneel Voor Touchscreen modellen a b c d e f g 6 Druk op MENU. Druk op a of b om Netwerk te selecteren. Druk op a of b om E-mail/IFAX te selecteren. Druk op a of b om Server inst. te selecteren. Druk op a of b om APOP te selecteren. Druk op Aan of Uit. Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). Setup Mail RX 6 Dit menu heeft vijf opties: Auto Polling, Poll Frequency, Header, Del Error Mail en Notification.
Configuratie van het bedieningspaneel c Druk op a of b om E-mail/IFAX te selecteren. Druk op OK. d Druk op a of b om Setup Mail RX te selecteren. Druk op OK. e f Druk op a of b om Poll Frequency te selecteren. g Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). Geef de pollingfrequentie op. Druk op OK. Voor Touchscreen modellen a b c d e f g h 6 Druk op MENU. 6 Druk op a of b om Netwerk te selecteren. Druk op a of b om E-mail/IFAX te selecteren. Druk op a of b om Setup Mail RX te selecteren.
Configuratie van het bedieningspaneel Voor Touchscreen modellen a b c d e f g 6 Druk op MENU. Druk op a of b om Netwerk te selecteren. Druk op a of b om E-mail/IFAX te selecteren. Druk op a of b om Setup Mail RX te selecteren. Druk op a of b om Header te selecteren. Druk op Alle, Onderw.+Van+Aan of Geen om uw keuze te selecteren. Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Configuratie van het bedieningspaneel Notification 6 De notificatiefunctie stuurt het verzendende station een ontvangstbevestiging zodra de I-fax is ontvangen. Deze functie werkt alleen op I-faxmachines die de MDN-specificatie ondersteunen. a b Druk op Menu. c Druk op a of b om E-mail/IFAX te selecteren. Druk op OK. d Druk op a of b om Setup Mail RX te selecteren. Druk op OK. e f Druk op a of b om Notification te selecteren. g Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Configuratie van het bedieningspaneel c Druk op a of b om E-mail/IFAX te selecteren. Druk op OK. d Druk op a of b om Setup Mail TX te selecteren. Druk op OK. e f Druk op a of b om Sender Subject te selecteren. g Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). Voer de informatie over het onderwerp in. Druk op OK. Voor Touchscreen modellen a b c d e f Druk op MENU. g Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). 6 6 Druk op a of b om Netwerk te selecteren. Druk op a of b om E-mail/IFAX te selecteren.
Configuratie van het bedieningspaneel f Druk op d of c om Aan of Uit te selecteren. Druk op OK. g Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). Voor Touchscreen modellen a b c d e f g 6 Druk op MENU. Druk op a of b om Netwerk te selecteren. Druk op a of b om E-mail/IFAX te selecteren. Druk op a of b om Setup Mail TX te selecteren. Druk op a of b om Size Limit te selecteren. 6 Druk op Aan of Uit. Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Configuratie van het bedieningspaneel e f g Druk op a of b om Notification te selecteren. Druk op Aan of Uit. Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). Setup Relay 6 Dit menu heeft drie opties: Rly Broadcast, Relay Domain en Relay Report. Zie Relay Broadcasting op pagina 142 in deze handleiding voor meer informatie hierover. Relay Broadcast 6 Met deze functie kan de machine een document via internet ontvangen en dit document via traditionele analoge telefoonlijnen naar andere faxmachines doorzenden.
Configuratie van het bedieningspaneel Relay Domain 6 Hier registreert u de domeinnamen (maximaal 5) die een relay broadcast kunnen aanvragen. a b Druk op Menu. c Druk op a of b om E-mail/IFAX te selecteren. Druk op OK. d Druk op a of b om Setup Relay te selecteren. Druk op OK. e Druk op a of b om Relay Domain te selecteren. Druk op OK. f g Druk op a of b om Relay te selecteren (01-05). h Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). Druk op a of b om Netwerk te selecteren. Druk op OK.
Configuratie van het bedieningspaneel Relay Report 6 Op de machine die dienst doet als relay-station voor alle relay broadcasts, kan een relay-rapport worden afgedrukt. De belangrijkste functie is om rapporten af te drukken over relay broadcasts die via de machine zijn doorgegeven. Let op: om deze functie te kunnen gebruiken, moet u het relay-domein bij de vertrouwde domeinen van de relay-functie instellen. a b Druk op Menu. c Druk op a of b om E-mail/IFAX te selecteren. Druk op OK.
Configuratie van het bedieningspaneel Scan naar FTP (voor MFC-5890CN en MFC-6490CW) 6 U kunt de gegevens die vereist zijn voor het gebruik van Scan naar FTP handmatig invoeren via het bedieningspaneel en de gegevens vooraf definiëren en opslaan in een FTP-profiel. U kunt maximaal vijf FTP-serverprofielen configureren. Passieve modus 6 U kunt de passieve modus uit- of inschakelen, afhankelijk van de configuratie van uw FTP-server en netwerkfirewall. De standaardinstelling is Aan.
Configuratie van het bedieningspaneel Een gebruikergedefinieerde bestandsnaam aanmaken 6 Naast de zeven vooraf gedefinieerde bestandsnamen kunt u twee gebruikergedefinieerde namen opslaan waarmee u een FTP-serverprofiel kunt aanmaken. a b Druk op Menu. c Druk op a of b om naar FTP of Scan nr FTP te selecteren. Druk op OK. d Druk op a of b om Bestandsnaam 1 of Bestandsnaam 2 te selecteren. Druk op OK. e Voer een bestandsnaam in die u wilt gebruiken.
Configuratie van het bedieningspaneel j Druk op a of b om Opslagmap te selecteren. Druk op OK. k Geef de map op de FTP-server op waarin u het document wilt opslaan (bijvoorbeeld /brother/abc/) (maximaal 60 tekens). Druk op OK. l Druk op a of b om Gebruikersnaam te selecteren. Druk op OK. m Voer de gebruikersnaam in die op de FTP-server is geregistreerd voor de machine (maximaal 32 tekens). Druk op OK. n Druk op a of b om Wachtwoord te selecteren. Druk op OK.
Configuratie van het bedieningspaneel w x Voer het poortnummer in. y Druk op a of b om de gewenste bestandsnaam te kiezen. Druk op OK. z Nadat u alle instellingen hebt opgegeven, drukt u op a of b om Compleet of Voltooien te selecteren. Druk op OK. Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). Geef de bestandsnaam op die u voor het gescande document wilt gebruiken. U kunt kiezen uit zeven vooraf gedefinieerde en twee gebruikergedefinieerde bestandsnamen.
Configuratie van het bedieningspaneel d e Druk op a of b om Poortnummer te selecteren. f Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). Voer het poortnummer in. Druk op OK. Een gebruikergedefinieerde bestandsnaam aanmaken 6 Naast de zeven vooraf gedefinieerde bestandsnamen kunt u twee gebruikergedefinieerde namen opslaan waarmee u een FTP-serverprofiel kunt aanmaken. a b c d e Druk op MENU. Druk op a of b om Netwerk te selecteren. 6 Druk op a of b om Scan nr FTP te selecteren.
Configuratie van het bedieningspaneel l Voer de gebruikersnaam in die op de FTP-server is geregistreerd voor de machine (maximaal 32 tekens). Druk op OK. m n Druk op a of b om Wachtwoord te selecteren. o p Druk op a of b om Kwaliteit te selecteren. q r Voer het wachtwoord in om toegang te verkrijgen tot de FTP-server (maximaal 32 tekens). Druk op OK.
Configuratie van het bedieningspaneel Time Zone (voor MFC-6490CW en MFC-6890CDW) 6 In dit veld staat de tijdzone van uw land. De weergegeven tijd is het verschil tussen uw land en Greenwich Mean Time. De tijdzone voor het oosten van de VS en Canada is bijvoorbeeld UTC-05:00. a b Druk op Menu. c Druk op a of b om Time Zone te selecteren. Druk op OK. d Druk op a of b om de tijd te selecteren. Druk op OK. e Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). Druk op a of b om Netwerk te selecteren. Druk op OK.
Configuratie van het bedieningspaneel Netwerk I/F (niet beschikbaar voor MFC-5490CN en MFC-5890CN) 6 U kunt het type netwerkverbinding kiezen: bedrade of draadloze verbinding. Als u gebruik wilt maken van de bedrade verbinding, kiest u LAN met kabel, en als u gebruik wilt maken van de draadloze verbinding kiest u WLAN. Er kan slechts één netwerkverbindingstype tegelijk actief zijn. a b Druk op Menu. c Druk op a of b om Netwerk I/F te selecteren. Druk op OK.
Configuratie van het bedieningspaneel De netwerkinstellingen terugzetten naar de fabrieksinstellingen 6 Als u de standaardinstellingen van de afdrukserver wilt herstellen (alle informatie wordt teruggesteld, zoals het wachtwoord en de gegevens m.b.t. het IP-adres), volgt u de onderstaande stappen: Opmerking Deze functie herstelt alle standaardinstellingen van het bedrade en draadloze netwerk. a b Druk op Menu. c Druk op a of b om Factory Reset of Fabrieksinst. te selecteren. Druk op OK.
Configuratie van het bedieningspaneel De netwerkconfiguratielijst afdrukken 6 Opmerking • Knooppuntnaam: de knooppuntnaam wordt weergegeven in de netwerkconfiguratielijst. De standaardnaam is “BRNxxxxxxxxxxxx” voor een bedraad netwerk of “BRWxxxxxxxxxxxx” voor een draadloos netwerk (“xxxxxxxxxxxx” is het Ethernet-adres van de machine). • U kunt het MAC-adres (Ethernet-adres) vinden door de netwerkconfiguratielijst af te drukken.
7 Wizard Driver installeren (alleen Windows®) 7 Overzicht 7 De wizard Driver installeren kan worden gebruikt om de installatie van op een netwerk aangesloten printers te vereenvoudigen of zelfs geheel automatisch uit te voeren. De wizard Driver installeren kan tevens worden gebruikt voor het maken van zichzelf uitpakkende uitvoerbare bestanden die indien uitgevoerd op een externe pc, de installatie van een printerdriver geheel automatisch zullen uitvoeren.
Wizard Driver installeren (alleen Windows®) Op een netwerk gedeeld 7 Het apparaat is aangesloten op een netwerk en voor het beheren van afdruktaken wordt een centrale wachtrij gebruikt. 7 1 Client-computer 2 Ook wel “server” of “afdrukserver” genoemd 3 TCP/IP of USB 4 Printer (uw machine) Gebruik van de wizard Driver installeren 7 a Plaats de meegeleverde cd-rom in uw cd-romstation. Als het scherm met de modelnaam wordt weergegeven, selecteert u uw machine.
Wizard Driver installeren (alleen Windows®) De wizard Driver installeren gebruiken a Wanneer u de wizard Driver installeren voor de eerste keer gebruikt, wordt er een welkomstscherm weergegeven. Klik op Volgende. b c d Selecteer MFC en klik op de knop Volgende. 7 Kies het aansluitingstype voor de machine waarop u wilt afdrukken. Selecteer de gewenste optie en volg de instructies op uw scherm. Als u de Brother Peer-to-Peer netwerkprinter selecteert, wordt het volgende scherm weergegeven.
Wizard Driver installeren (alleen Windows®) e Selecteer de machine die u wilt installeren. Als de printerdriver die u wilt gebruiken op de computer is geïnstalleerd: Schakel het selectievakje Geïnstalleerde drivers in, selecteer de machine die u wilt installeren en klik op Volgende. Als de driver die u wilt gebruiken niet op de computer is geïnstalleerd: Klik op Diskette en geef het pad op voor de printerdriver. 7 f g Klik op Volgende nadat u de juiste driver hebt geselecteerd.
Wizard Driver installeren (alleen Windows®) Opmerking Als u werkt in een netwerk waarin wachtrijen worden gebruikt en u een zichzelf uitpakkend uitvoerbaar bestand maakt voor een gebruiker die geen toegang heeft tot de printerwachtrij die u in het uitvoerbare bestand definieert, dan zal de op deze externe computer geïnstalleerde driver standaard afdrukken via LPT1. h Klik op Voltooien. De driver wordt automatisch op uw computer geïnstalleerd.
8 Afdrukken in een netwerk onder Windows® via peer-to-peer TCP/IP 8 Overzicht 8 Als u de machine op een netwerk wilt aansluiten, volgt u de stappen in de Installatiehandleiding. We raden u aan gebruik te maken van het installatieprogramma op de cd-rom van Brother die u bij de machine hebt ontvangen.
Afdrukken in een netwerk onder Windows® via peer-to-peer TCP/IP De standaard TCP/IP-poort configureren 8 Printerdriver is nog niet geïnstalleerd 8 a Plaats de meegeleverde cd-rom in uw cd-romstation. Als het scherm met de modelnaam wordt weergegeven, selecteert u uw machine. Als het scherm met de taalkeuze wordt weergegeven, selecteert u de gewenste taal. b c d e f g Het hoofdmenu van de cd-rom wordt weergegeven. Klik op Voorbereidende installatie of Geavanceerd.
Afdrukken in een netwerk onder Windows® via peer-to-peer TCP/IP Andere informatiebronnen 8 Zie De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding op pagina 9 voor meer informatie over het configureren van het IP-adres van de machine.
9 Vanaf een Macintosh® afdrukken via het netwerk 9 Overzicht 9 In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u kunt afdrukken vanaf een Macintosh® in een netwerk met behulp van de eenvoudige netwerkconfiguratie van Mac OS® X 10.2.4 of recenter. Ga voor recente informatie over het afdrukken vanaf een Macintosh® naar het Brother Solutions Center op: http://solutions.brother.com. De afdrukserver (TCP/IP) selecteren 9 Voor Mac OS® X 10.2.4 tot 10.4.
Vanaf een Macintosh® afdrukken via het netwerk g Selecteer Brother MFC-XXXXXX (XXXXXX is de modelnaam) en klik op Voeg toe. (Mac OS® X 10.4.x) h Klik op de printer en vervolgens op Maak standaard om de printer in te stellen als standaardprinter. De printer is nu gereed. Voor Mac OS® X 10.5.x a b c d 9 9 Zet de machine aan door de stekker in het stopcontact te steken. 9 Kies Systeemvoorkeuren uit het Apple-menu. Klik op Afdrukken en faxen.
Vanaf een Macintosh® afdrukken via het netwerk e Selecteer Brother MFC-XXXX (XXXX is de modelnaam) en klik op Voeg toe. f Kies uw printermodel uit de keuzelijst Standaardprinter om deze als standaardprinter in te stellen. De printer is nu gereed.
Vanaf een Macintosh® afdrukken via het netwerk De instellingen van de afdrukserver wijzigen 9 De configuratie wijzigen met behulp van Remote Setup (niet beschikbaar voor DCP-modellen) 9 Vanaf een Macintosh® kunt u met behulp van het programma Remote Setup de parameters van de machine of afdrukserver wijzigen. (Zie Remote Setup gebruiken om de instellingen van de afdrukserver te wijzigen (niet beschikbaar voor DCP-modellen) op pagina 17.
10 Werken met LDAP (voor MFC-6890CDW) Overzicht 10 10 Met het LDAP-protocol kunt u via uw server informatie zoals faxnummers en e-mailadressen opzoeken. U kunt de LDAP-instellingen met het hulpprogramma BRAdmin Professional configureren. De LDAP-configuratie wijzigen met BRAdmin Professional (voor Windows®) 10 Opmerking Gebruik de meest recente versie van BRAdmin Professional, die u kunt downloaden van http://solutions.brother.com. Dit programma is alleen bedoeld voor Windows ®.
Werken met LDAP (voor MFC-6890CDW) e Kies het tabblad Netwerk configureren en klik dan op LDAP. f Klik op de items die u wilt configureren.
Werken met LDAP (voor MFC-6890CDW) Werken met LDAP via het bedieningspaneel a Druk op Telefoonboek. b Druk op c Voer de eerste tekens van uw zoekopdracht in via de toetsen op het touchscreen. 10 om te zoeken. Opmerking • U kunt maximaal 15 tekens invoeren. • Zie Tekst invoeren op pagina 176 voor meer informatie over het gebruik van de kiestoetsen. d Druk op OK.
11 Internetfaxen en Scan naar E-mail (voor MFC-6490CW en MFC-6890CDW) 11 Overzicht internetfaxen 11 Met internetfaxen (I-Fax) kunt u faxen verzenden en ontvangen, waarbij internet als transportmechanisme wordt gebruikt. Documenten worden als TIFF-F-bijlagen met een e-mailbericht verzonden.
Internetfaxen en Scan naar E-mail (voor MFC-6490CW en MFC-6890CDW) Toetsfuncties op het bedieningspaneel 11 Shift + 1 (voor modellen met een kleuren-LCD) Druk op en dan op . (Voor Touchscreen modellen) 11 Hiermee wijzigt u de invoermodus. U kunt de kiestoetsen gebruiken om letters van het standaardalfabet in te voeren (alleen voor modellen met een kleuren-LCD). Kiestoetsen 11 Worden gebruikt om de letters van het standaardalfabet (26 letters) in te voeren, evenals de tekens @.
Internetfaxen en Scan naar E-mail (voor MFC-6490CW en MFC-6890CDW) Een fax via internet verzenden 11 Het verzenden van een internetfax gaat op dezelfde wijze in zijn werk als het verzenden van een normale fax.
Internetfaxen en Scan naar E-mail (voor MFC-6490CW en MFC-6890CDW) E-mail of een internetfax ontvangen 11 Er zijn twee manieren waarop u e-mailberichten kunt ontvangen: Via POP3 maar handmatig opgevraagd Via POP3 op regelmatige tijdstippen Bij ontvangst via POP3 moet de machine de e-mailserver pollen om de afdruktaken te ontvangen.
Internetfaxen en Scan naar E-mail (voor MFC-6490CW en MFC-6890CDW) Relay Broadcasting 11 Met deze functie kan de machine een document ontvangen via het internet, en dit document via traditionele analoge telefoonlijnen naar andere faxmachines doorzenden. Als u de relay-functie op uw machine wilt gebruiken, moet u de vertrouwde domeinnaam van de machine opgeven, met andere woorden, het deel van de naam achter het apenstaartje “@”. Een vertrouwd domein verwijst naar het e-mailadres.
Internetfaxen en Scan naar E-mail (voor MFC-6490CW en MFC-6890CDW) Verzenden naar meerdere telefoonnummers: 11 Wilt u het document naar meerdere standaardfaxmachines doorsturen, dan voert u het adres als volgt in: (Voor modellen met een kleuren-LCD) a b c d 11 Voer het telefoonnummer van de eerste faxmachine in, UKFAX@brother.co.uk(Faxnr123). Druk op OK. Voer het telefoonnummer van de tweede faxmachine in, UKFAX@brother.co.uk(Faxnr456). Druk op Mono Start.
Internetfaxen en Scan naar E-mail (voor MFC-6490CW en MFC-6890CDW) Relay Broadcast vanaf een computer Uw p 11 UKFAX@brother.co.uk 123456789 Internet UKFAX@brother.co.uk(fax#123456789) U kunt vanaf uw computer ook een e-mail verzenden en deze naar een faxmachine laten doorsturen. Hoe u het telefoonnummer invoert van de faxmachine die de doorgestuurde e-mail zal ontvangen, is afhankelijk van de mailtoepassing die u gebruikt.
Internetfaxen en Scan naar E-mail (voor MFC-6490CW en MFC-6890CDW) TX Verificatiemail 11 Het transmissieverificatierapport ondersteunt twee functies. Met het verzendverificatierapport kunt u om een bericht vragen van het station dat de internetfax of e-mail heeft ontvangen en verwerkt. Het ontvangstverificatierapport wordt naar het verzendende station gestuurd zodra een internetfax of e-mail goed is ontvangen en verwerkt.
Internetfaxen en Scan naar E-mail (voor MFC-6490CW en MFC-6890CDW) Belangrijke informatie over internetfaxen 11 Internetfaxen op een LAN-systeem is in principe hetzelfde als communiceren via e-mail; het is echter niet hetzelfde als faxcommunicatie via een vaste telefoonlijn.
Internetfaxen en Scan naar E-mail (voor MFC-6490CW en MFC-6890CDW) Overzicht Scan naar e-mail (E-mail server) (MFC-6490CW en MFC-6890CDW) 11 Wanneer u Scan naar e-mail (E-mail server) selecteert, kunt u een zwart/wit- of kleurendocument scannen en rechtstreeks vanaf de machine naar een e-mailadres sturen. U kunt PDF of TIFF kiezen voor zwart/witdocumenten en PDF of JPEG voor kleurendocumenten. Opmerking • Voor Scan naar e-mail (E-mail server) is ondersteuning van een SMTP/POP3 mailserver vereist.
Internetfaxen en Scan naar E-mail (voor MFC-6490CW en MFC-6890CDW) h Druk op a of b om te selecteren. Toets het e-mailadres in met behulp van de kiestoetsen. Opmerking U kunt ook e-mailadressen gebruiken die u hebt opgeslagen in uw machine. • Druk op a of b om Telefoonboek te selecteren. Druk op c. • Druk op a of b om Alfabetische volgorde of Nummervolgorde te selecteren. Druk op OK. • Druk op a of b om het gewenste e-mailadres te selecteren. Druk op OK. Druk nogmaals op OK.
Internetfaxen en Scan naar E-mail (voor MFC-6490CW en MFC-6890CDW) Voor MFC-6890CDW a b c d e 11 Plaats het document. Druk op de knop (Scan). Druk op Scan nr e-mail. Druk op E-mail server. Druk op Handmatig om het e-mailadres in te voeren. Druk op OK. Opmerking U kunt ook een e-mailadres gebruiken dat u hebt opgeslagen in uw machine. • Druk op Telefoonboek. • Druk op # 01 om op alfabetische of numerieke volgorde te zoeken. • Druk op a of b om het gewenste e-mailadres te selecteren.
12 Beveiligingsfuncties (voor MFC-6490CW en MFC-6890CDW) Overzicht 12 12 In dit hoofdstuk worden de beveiligingsfuncties behandeld die door de machine van Brother worden ondersteund en wordt uitgelegd hoe u deze kunt configureren. Daarnaast wordt uitgelegd hoe u de netwerkmachine veilig kunt beheren. Beveiligingsmethoden voor berichtgeving 12 De afdrukserver van Brother ondersteunt de volgende beveiligingsmethoden voor berichtgeving.
Beveiligingsfuncties (voor MFC-6490CW en MFC-6890CDW) Berichtgeving met gebruikersverificatie gebruiken 12 Als u de berichtgevingsfunctie wilt gebruiken via de veilige SMTP-server die gebruikersverificatie vereist, moet u POP voor SMTP of SMTP-AUTH gebruiken. Deze methoden voorkomen dat onbevoegden toegang tot de mailserver krijgen. U kunt deze instellingen configureren met behulp van BRAdmin Professional en Web BRAdmin.
13 Problemen oplossen 13 Overzicht 13 In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe algemene netwerkproblemen met de machine kunnen worden opgelost. Kunt u de oplossing voor het probleem niet in dit hoofdstuk vinden, ga dan naar het Brother Solutions Center op: http://solutions.brother.com.
Problemen oplossen Bij gebruik van Windows® XP SP2: a b c d 13 Klik op Start en op Configuratiescherm en selecteer Netwerk- en internetverbindingen. Dubbelklik op Windows Firewall. Klik op het tabblad Algemeen. Controleer dat Uit (niet aanbevolen) is geselecteerd. Klik op OK. Opmerking Vergeet niet om uw firewall weer te activeren nadat het softwarepakket van Brother is geïnstalleerd.
Problemen oplossen Problemen met het installeren van de Network Print Software 13 Onder Windows® wordt de afdrukserver van Brother niet gevonden tijdens het installeren van de Network Print Software of de printerdriver. De afdrukserver van Brother wordt niet gevonden met gebruik van de eenvoudige netwerkconfiguratie van Mac OS® X.
Problemen oplossen e Als u stap a t/m d hierboven hebt geprobeerd en het probleem niet verholpen is, moet u de afdrukserver terugstellen naar de fabrieksinstellingen en de voorbereidende installatie opnieuw uitvoeren. Zie De netwerkinstellingen terugzetten naar de fabrieksinstellingen op pagina 121 voor nadere informatie over het herstellen van de fabrieksinstellingen.
Problemen oplossen Problemen met afdrukken 13 De taak wordt niet afgedrukt 13 Controleer de status en configuratie van de afdrukserver. Controleer het volgende: a b Controleer of de machine aanstaat, on line is en klaar staat om af te drukken. c Controleer als volgt of de afdrukserver op uw netwerk wordt herkend: Druk de netwerkconfiguratielijst af en controleer dat instellingen als het IP-adres geschikt zijn voor uw netwerk.
Problemen oplossen Problemen met scannen en PC-Fax 13 De netwerkscanfunctie werkt niet onder Windows® De functie Netwerk PC Fax werkt niet onder Windows® 13 De instellingen van de firewall op uw pc staan wellicht niet toe dat de benodigde netwerkverbinding voor afdrukken en scannen via het netwerk en PC Fax wordt gemaakt. Als u de Windows® Firewall gebruikt en MFL-Pro Suite vanaf de cd-rom hebt geïnstalleerd, zijn de benodigde Firewall-instellingen al gemaakt.
Problemen oplossen g h Als u nog steeds problemen met de netwerkverbinding hebt, klikt u op de knop Toevoegen. i Controleer of de nieuwe instelling is toegevoegd en geselecteerd en klik op OK. Voeg poort 137 voor zowel scannen via het netwerk als Netwerk PC-Fax ontvangen toe door de onderstaande gegevens in te voeren: 1. Voer bij Beschrijving van de service: een omschrijving in, bijvoorbeeld “Brother PC-Fax Ontvangen”. 2. Geef bij Naam of IP-adres (bijvoorbeeld 192.168.0.
Problemen oplossen Problemen met draadloze netwerken oplossen 13 Problemen met draadloze instellingen 13 De Setup Wizard voor draadloze apparaten kan de afdrukserver van Brother tijdens de installatie niet vinden. a b c 13 Controleer of de machine aanstaat, on line is en klaar staat om af te drukken. Zet de computer dichter bij de machine van Brother en probeer het opnieuw. Stel de afdrukserver terug op de fabrieksinstellingen en probeer het opnieuw.
Problemen oplossen Problemen met LDAP oplossen 13 Als u problemen ondervindt bij het verbinding maken met een LDAP-server, raden wij u aan om contact op te nemen met uw netwerkbeheerder en de beveiligingsinstellingen van uw LDAP-server te controleren. Voor meer informatie kunt u naar http://solutions.brother.com gaan.
A Appendix A A Services gebruiken A Een service is een bron die beschikbaar is voor computers die willen afdrukken op de afdrukserver van Brother. De afdrukserver van Brother biedt de volgende voorgedefinieerde services (voer de opdracht SHOW SERVICE uit op de remote console van de afdrukserver van Brother om een lijst van beschikbare services op te vragen): typ HELP bij de opdrachtprompt voor een overzicht van ondersteunde opdrachten.
Appendix A BOOTP gebruiken voor het configureren van het IP-adres A BOOTP is een alternatief op rarp. Het voordeel van BOOTP is, dat ook het subnetmasker en de gateway geconfigureerd kunnen worden.
Appendix A RARP gebruiken voor het configureren van het IP-adres A Het IP-adres van de afdrukserver van Brother kan worden geconfigureerd met de functie Reverse ARP (RARP) op uw hostcomputer.
Appendix A ARP gebruiken voor het configureren van het IP-adres A Als u BRAdmin niet kunt gebruiken en het netwerk geen DHCP-server gebruikt, kunt u ook de opdracht ARP gebruiken. De ARP-opdracht is beschikbaar op Windows®-systemen waarop TCP/IP is geïnstalleerd, en op UNIX®-systemen. Als u ARP wilt gebruiken, voert u de onderstaande opdracht in: arp -s ipadres ethernetadres waarbij ethernetadres het Ethernet-adres (MAC-adres) van de afdrukserver is, en ipadres het IP-adres van de afdrukserver.
Appendix A TELNET-console gebruiken voor het configureren van het IP-adres A U kunt ook de opdracht TELNET gebruiken om het IP-adres te wijzigen. TELNET biedt een doeltreffende methode om het IP-adres van de machine te wijzigen. Er moet echter reeds een geldig IP-adres in de afdrukserver zijn geprogrammeerd. Typ TELNET ipadres op de opdrachtregel, waarbij ipadres het IP-adres van de afdrukserver is. Wanneer er verbinding is gemaakt, drukt u op Return of Enter om de prompt “#” openen.
Appendix A Installeren met gebruik van een op het netwerk gedeelde wachtrij of Share (alleen printerdriver) A Opmerking • Zorg dat u een IP-adres op de machine hebt geconfigureerd alvorens u de instructies in dit hoofdstuk uitvoert. Zie De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding op pagina 9 als u het IP-adres nog niet hebt geconfigureerd.
Appendix A Installatie bij gebruik van Web Services (voor gebruikers van Windows Vista®) A Opmerking • Zorg dat u een IP-adres op de machine hebt geconfigureerd alvorens u de instructies in dit hoofdstuk uitvoert. Zie De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding op pagina 9 als u het IP-adres nog niet hebt geconfigureerd.
B Appendix B B Specificaties van de afdrukserver B Bedraad Ethernet-netwerk B Modelnaam netwerkkaart NC-170h LAN U kunt de machine aansluiten op een netwerk en zo afdrukken en scannen via het netwerk, en gebruikmaken van de functies PC Fax verzenden 1, PC Fax ontvangen 1 (alleen Windows®) en Remote Setup 1. De machine wordt bovendien geleverd met de netwerkbeheersoftware Brother BRAdmin Light 2.
Appendix B Draadloos Ethernet-netwerk B Modelnaam netwerkkaart NC-180w LAN U kunt de machine aansluiten op een netwerk en zo afdrukken en scannen via het netwerk, en gebruikmaken van de functies PC Fax verzenden 1, PC Fax ontvangen 1 (alleen Windows®) en Remote Setup 1. De machine wordt bovendien geleverd met de netwerkbeheersoftware Brother BRAdmin Light 2. Ondersteuning voor Windows® 2000 Professional/XP/XP Professional x64 Edition/Windows Vista® Mac OS® X 10.2.
Appendix B Netwerkbeveiliging SSID/ESSID, 128 (104) / 64 (40) bit WEP, WPA/WPA2-PSK (TKIP/AES) Hulpprogramma SecureEasySetup™, Wi-Fi Protected Setup™, AOSS™ Setup Support (drukknopmethode) 1 Niet beschikbaar voor DCP-modellen. 2 Voor meer geavanceerd printerbeheer gebruikt u de meest recente versie van Brother BRAdmin Professional, die u kunt downloaden via http://solutions.brother.com. 3 U kunt BRAdmin en BRAdmin Professional downloaden via http://solutions.brother.com. 4 Alleen voor MFC-6890CDW.
Appendix B Functietabel en standaardinstellingen Voor MFC-5490CN Niveau1 Niveau2 B B Niveau3 5.Netwerk 1.Setup TCP/IP 1.BOOT Method 2.IP Address Opties Autom./Statisch/RARP/BOOTP/DHCP [000-255].[000-255].[000-255].[000-255]. [000].[000].[000].[000] 1 3.Subnet Mask [000-255].[000-255].[000-255].[000-255]. [000].[000].[000].[000] 1 4.Gateway [000-255].[000-255].[000-255].[000-255]. [000].[000].[000].[000] 5.
Appendix B Voor overige machines B Niveau1 Niveau2 Niveau3 Netwerk LAN met kabel TCP/IP Opties1 Opties2 BOOT Method Autom./Statisch/RARP/BOOTP/DHCP IP Address [000-255].[000-255]. [000-255].[000-255]. [000].[000].[000].[000] 1 Subnet Mask [000-255].[000-255]. [000-255].[000-255]. [000].[000].[000].[000] 1 Gateway [000-255].[000-255]. [000-255].[000-255]. [000].[000].[000].
Appendix B Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties1 Opties2 Netwerk WLAN TCP/IP BOOT Method Autom./Statisch/RARP/BOOTP/DHCP IP Address [000-255].[000-255]. [000-255].[000-255]. (Vervolg) [000].[000].[000].[000] 1 Subnet Mask [000-255].[000-255]. [000-255].[000-255]. [000].[000].[000].[000] 1 Gateway [000-255].[000-255]. [000-255].[000-255]. [000].[000].[000].[000] Knooppunt naam of Node naam BRWXXXXXXXXXXXX= (uw Ethernet-adres) (maximaal 15 tekens) BRWXXXXXXXXXXXX* WINS Config Autom.
Appendix B Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties1 Netwerk E-mail/IFAX Mail Address — (Vervolg) (alleen MFC-6490CW en MFC-6890CDW) Server inst. SMTP Server Opties2 Naam (maximaal 30 tekens) IP Address [000-255].[000-255]. [000-255].[000-255]. SMTP-poort [0001-65535] Aut. voor SMTP Geen/SMTP-AUT/POP voorSMTP POP3 Server Naam (maximaal 30 tekens) IP Address [000-255].[000-255]. [000-255].[000-255].
Appendix B Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties1 Netwerk naar FTP of Scan nr FTP Passieve modus Aan/Uit (alleen MFC-5890CN MFC-6490CW en MFC-6890CDW) Poortnummer 21 (Vervolg) Opties2 [00001-65535] Bestandsnaam 1 — (maximaal 15 tekens) Bestandsnaam 2 — (maximaal 15 tekens) Inst.
Appendix B Tekst invoeren B Voor Touchscreen modellen B Voor het instellen van bepaalde menuopties moet u mogelijk tekst in de machine invoeren. Druk op om cijfers, letters of speciale tekens te selecteren. Aan elk van de knoppen op het aanraakscherm zijn maximaal vier letters toegekend. Door herhaaldelijk op de juiste knop te drukken, kunt u het gewenste teken selecteren. OK Spaties invoeren Om een spatie in te voeren, drukt u op spatieknop of .
Appendix B Voor MFC-modellen B Voor het instellen van bepaalde menuopties moet u mogelijk tekst in de machine invoeren. Op de meeste cijfertoetsen zijn drie of meer letters afgebeeld. Op de toetsen 0, # en l staan geen letters omdat deze toetsen een speciale functie hebben. U kunt de juiste letter intoetsen door herhaaldelijk op de betreffende cijfertoets te drukken.
Appendix B Fouten corrigeren B Als u een verkeerde letter hebt ingevoerd en u deze wilt wijzigen, drukt u op d om de cursor onder de incorrecte letter te zetten, waarna u op Wis/terug (Clear/Back) drukt. Voer het juiste teken in. U kunt ook teruggaan met de cursor en letters invoegen. Letters herhalen B Als u een letter wilt invoeren die zich op dezelfde toets bevindt als de voorafgaande letter, drukt u op c om de cursor naar rechts te verplaatsen en drukt u nogmaals op de toets.
C Appendix C C C Opmerkingen over Open Source-licentie C Part of the software embedded in this product is gSOAP software. Portions created by gSOAP are Copyright © 2001–2004 Robert A. van Engelen, Genivia inc. All Rights Reserved. THE SOFTWARE IN THIS PRODUCT WAS IN PART PROVIDED BY GENIVIA INC AND ANY EXPRESS OR IMPLIED WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED.
Appendix C OpenSSL-verklaringen C C OpenSSL License C Copyright © 1998-2005 The OpenSSL Project. All rights reserved. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: 1. Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer. 2.
Appendix C Original SSLeay License C C Copyright © 1995-1998 Eric Young (eay@cryptsoft.com) All rights reserved. This package is an SSL implementation written by Eric Young (eay@cryptsoft.com). The implementation was written so as to conform with Netscapes SSL. This library is free for commercial and non-commercial use as long as the following conditions are aheared to. The following conditions apply to all code found in this distribution, be it the RC4, RSA, lhash, DES, etc.
Appendix C OpenLDAP-verklaringen C C This product includes software developed by the OpenLDAP Project. C Unless otherwise expressly stated herein, The OpenLDAP Public License Version 2.8 shall be applied to individual files. Copyright 1998-2007 The OpenLDAP Foundation All rights reserved. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted only as authorized by the OpenLDAP Public License.
Appendix C The OpenLDAP Public License Version 2.8, 17 August 2003 C C Redistribution and use of this software and associated documentation ("Software"), with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: 1. Redistributions in source form must retain copyright statements and notices, 2.
Appendix C The OpenLDAP Public License C C Version 2.0.1, 21 December 1999 Copyright 1999, The OpenLDAP Foundation, Redwood City, California, USA. All Rights Reserved. Redistribution and use of this software and associated documentation ("Software"), with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: 1. Redistributions of source code must retain copyright statements and notices. Redistributions must also contain a copy of this document. 2.
D Index A I Accessoires en verbruiksgoederen .............................iv AES ........................................................................... 21 Afdrukken in een netwerk ....................................... 128 Afdrukken vanaf een Macintosh® ........................... 131 Afdrukken via TCP/IP .............................................. 128 AOSS™ ...........................................25, 32, 47, 67, 91 APIPA ..........................................................
Index S SecureEasySetup™ .........................25, 32, 47, 67, 91 Service .................................................................... 161 SMTP-AUTH ...................................................150, 151 SMTP-client ................................................................ 7 SNMP .......................................................................... 8 Specificaties ............................................................ 168 SSID ..............................................