Software User's Guide

Table Of Contents
Netwerkscannen (Voor modellen met ingebouwde netwerkondersteuning)
108
4
x
Selecteer de bestandsnaam die u wilt gebruiken voor het gescande document. U kunt kiezen uit zeven
vooraf gedefinieerde en twee door de gebruiker gedefinieerde bestandsnamen. De bestandsnaam die voor
uw document wordt gebruikt, is de bestandsnaam die u hebt geselecteerd, plus de laatste 6 cijfers van de
teller van de flatbed/ADF-scanner, plus de bestandsextensie (bijvoorbeeld: BRNxxxxxxxxxxxx098765.pdf).
U kunt ook handmatig een bestandsnaam van maximaal 15 tekens invoeren
.
Druk op a of b om Bestandsnaam te selecteren.
Druk op OK.
y Druk op a of b om de gewenste bestandsnaam te selecteren.
Druk op OK.
z Nadat u alle instellingen hebt opgegeven, drukt u op a of b om Compleet of Voltooien te selecteren.
Druk op OK.
Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).
Een door de gebruiker gedefinieerde bestandsnaam aanmaken 4
Naast de zeven bestaande bestandsnamen kunt u twee door de gebruiker gedefinieerde bestandsnamen
opslaan die kunnen worden gebruikt voor het maken van een profiel voor de FTP-server.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Netwerk te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om naar FTP of Scan nr FTP te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om Bestandsnaam 1 of Bestandsnaam 2 te selecteren.
Druk op OK.
e Voer de gewenste bestandsnaam in. U kunt maximaal 15 tekens invoeren voor een door de gebruiker
gedefinieerde bestandsnaam.
Druk op OK.
f Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit).