Operation Manual

Hoofdstuk 12
118
Uw wijzigingen instellen als
nieuwe standaardinstellingen12
U kunt de afdrukinstellingen die u het vaakst
gebruikt, opslaan door deze als
standaardinstellingen in te stellen. Deze
instellingen blijven van kracht totdat u ze
weer wijzigt.
a Druk op a of b om uw nieuwe instelling
te selecteren.
Druk op OK.
Herhaal deze stap voor iedere instelling
die u wilt wijzigen.
b Druk nadat u de laatste instelling heeft
gewijzigd op a of b om
Nieuwe standaard te kiezen.
Druk op OK.
c Druk op 1 om Ja te kiezen.
d Druk op Stop/Eindigen.
Alle instellingen terugzetten
naar de fabrieksinstellingen 12
U kunt alle door u gewijzigde instellingen
terugzetten naar de fabrieksinstellingen.
Deze instellingen blijven van kracht totdat u
ze weer wijzigt.
a Druk op a of b om Fabrieksinstell.
te kiezen.
Druk op OK.
b Druk op 1 om Ja te kiezen.
c Druk op Stop/Eindigen.
Scannen naar
geheugenkaarten of
USB-flashstations
12
De scanmodus activeren 12
Als u wilt scannen naar een geheugenkaart of een
USB-flashstation, drukt u op
(Scan).
Op het LCD-scherm wordt het volgende
weergegeven:
Druk op a of b om naar media te kiezen.
Druk op OK.
Als u niet bent aangesloten op uw computer,
verschijnt alleen de optie 'naar media' op het
LCD-scherm.
(Zie Scannen voor Windows
®
of Macintosh in
de softwarehandleiding op de cd-rom voor
informatie over de andere menuopties.)
naar beeld
naar beeld
SCANNEN
Selecteer & druk op
OK
naar OCR
naar OCR
naar file
naar file
naar e-mail
naar e-mail
Een document recht-
Een document recht-
streeks naar media-
streeks naar media-
kaart/USB-
kaart/USB-
flashgeheu-
flashgeheu-
gen scannen
gen scannen
naar media
naar media