User Manual

Table Of Contents
22
Macintosh
®
Bedraad netwerk
Voor gebruikers van de bekabelde netwerkinterface
(Voor Mac OS
®
X 10.2.4 of hoger)
13
Voordat u installeert
a Controleer of de machine is aangesloten en of
de Macintosh
®
is ingeschakeld. U dient te zijn
aangemeld met beheerderrechten.
14
De netwerkkabel
aansluiten
a Zet het scannerdeksel in de open stand.
b Sluit de netwerkkabel aan op de LAN-poort,
gemarkeerd met een -symbool. De LAN-
poort bevindt zich links in de machine, zoals
hieronder getoond.
c Leid de netwerkkabel voorzichtig door de goot
zoals hieronder aangegeven naar de
achterkant van de machine. Sluit daarna de
kabel op uw netwerk aan.
BELANGRIJK
Bij gebruik van Mac OS
®
X 10.2.0 tot en met
10.2.3, moet u upgraden naar Mac OS
®
X
10.2.4 of hoger. (Ga voor de meest recente
informatie over Mac OS
®
X naar
http://solutions.brother.com/
)
Controleer of er geen geheugenkaarten of
een USB-flash-stick zijn geïnstalleerd.
Als u uw toestel voor een draadloos netwerk
hebt geconfigureerd en u het vervolgens
voor een bekabeld netwerk wilt
configureren, dient u te controleren of
Netwerk I/F op de machine is ingesteld op
LAN met kabel. De draadloze
netwerkinterface wordt uitgeschakeld met
deze instelling.
Druk op Menu.
Druk vervolgens op a of b om Netwerk te
selecteren en druk op OK.
Druk op a of b om Netwerk I/F te
selecteren en druk op OK.
Druk op a of b om LAN met kabel te
selecteren en druk op OK.
Druk op Stop/Exit.
BELANGRIJK
Controleer of de kabel het sluiten van het
deksel niet bemoeilijkt, anders zou er een fout
kunnen optreden.
Opmerking
Als zowel de USB- als de LAN-kabel worden
gebruikt, voert u beide kabels door de goot, de
ene kabel op de andere.
LAN USB