Network User's Guide

Table Of Contents
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding
10
2
Hoe het IP-adres aan de afdrukserver wordt toegewezen: 2
Als u een DHCP/BOOTP/RARP-server in uw netwerk hebt (doorgaans een netwerk op basis van
UNIX
®
/Linux
®
, Windows
®
2000/XP of Windows Vista
®
), zal de afdrukserver het IP-adres automatisch via de
betreffende server ontvangen.
Opmerking
Op kleinere netwerken kan de DHCP-server de router zijn.
Zie DHCP gebruiken voor het configureren van het IP-adres op pagina 161, BOOTP gebruiken voor het
configureren van het IP-adres op pagina 162 en RARP gebruiken voor het configureren van het IP-adres
op pagina 163 voor meer informatie over DHCP, BOOTP en RARP.
Als er geen DHCP/BOOTP/RARP-server beschikbaar is, zal het APIPA-protocol automatisch een IP-adres
binnen het bereik 169.254.1.0 t/m 169.254.254.255 toewijzen. Zie APIPA gebruiken voor het
configureren van het IP-adres op pagina 163 voor meer informatie over APIPA.
Wanneer het APIPA-protocol is uitgeschakeld, is het standaard IP-adres voor een afdrukserver van Brother
192.0.0.192. U kunt dit IP-adres echter gemakkelijk wijzigen, zodat het overeenkomt met de
IP-adresgegevens van uw netwerk. Zie Het IP-adres en subnetmasker instellen op pagina 12 voor informatie
over het wijzigen van het IP-adres.
Subnetmasker 2
Subnetmaskers beperken de netwerkcommunicatie.
Voorbeeld: Computer1 kan communiceren met Computer2
•Computer1
IP-adres: 192.168.1.2
Subnetmasker: 255.255.255.0
•Computer2
IP-adres: 192.168.1.3
Subnetmasker: 255.255.255.0
Opmerking
0 betekent dat er geen limiet bestaat voor communicatie op dit deel van het adres.
In het bovenstaande voorbeeld kunnen we communiceren met alle apparaten die een IP-adres hebben dat
begint met 192.168.1.X.
Gateway (en router) 2
Een gateway is een netwerkpunt dat fungeert als een ingang naar een ander netwerk en dat gegevens die
via het netwerk worden doorgegeven naar de juiste bestemming stuurt. De router weet waarheen gegevens
die via de gateway binnen zijn gekomen, geleid moeten worden. Als een bestemming zich op een extern
netwerk bevindt, geeft de router gegevens aan het externe netwerk door. Wanneer uw netwerk met andere
netwerken communiceert, zult u wellicht ook het IP-adres van de gateway moeten configureren. Als u het
IP-adres van de gateway niet kent, kunt u dit bij uw netwerkbeheerder opvragen.