Operation Manual

Problemen oplossen en routineonderhoud
167
B
De uitlijning controleren B
Het kan zijn dat u de uitlijning moet afstellen,
als na het transport van de machine de
afgedrukte tekst vlekkerig is of de
afbeeldingen flets zijn.
a Druk op .
b Druk op Testafdruk.
c Druk op Instel kantlijn.
d Druk op Mono Start of Kleur Start.
De machine begint de
Uitlijningscontrolepagina af te drukken.
e Controleer de testafdrukken voor
600 dpi en 1.200 dpi om te zien of
nummer 5 het beste overeenkomt met
nummer 0.
f Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Als nummer 5 van beide
testafdrukken (600 dpi en 1.200 dpi)
het meest overeenkomt met
nummer 0, drukt u op Ja om de
uitlijningscontrole te voltooien en
gaat u naar stap i.
Als een andere testafdruk beter
overeenkomt voor 600 dpi of
1.200 dpi, drukt u op Nee om het
nummer van de betreffende
testafdruk te kiezen.
g Druk voor 600 dpi op het nummer (1-8)
van de testafdruk die het meest
overeenkomt met nummer 0.
h Druk voor 1.200 dpi op het
nummer (1-8) van de testafdruk die het
meest overeenkomt met nummer 0.
i Druk op Stop/Eindigen.
Het inktvolume controleren B
Op het LCD-scherm wordt een pictogram
weergegeven dat het inktvolume aangeeft,
maar u kunt ook het menu Inkt gebruiken om
een groot diagram weer te geven dat laat zien
hoeveel inkt zich nog in elke cartridge
bevindt.
a Druk op .
b Druk op Inktvolume.
Op het LCD-scherm wordt het
inktvolume weergegeven.
c Druk op Stop/Eindigen.
Opmerking
U kunt het inktniveau vanaf uw computer
controleren. (Zie Afdrukken voor
Windows
®
of Afdrukken en faxen voor
Macintosh
®
in de softwarehandleiding op
de cd-rom.)
Informatie over de
machine
B
Het serienummer controleren B
U kunt het serienummer van de machine
nakijken op het scherm.
a Druk op MENU.
b Druk op a of b om Machine-info weer
te geven.
c Druk op Machine-info.
d Druk op Stop/Eindigen.