BEKNOPTE GEBRUIKERSHANDLEIDING MFC-7360N MFC-7460DN MFC-7860DW Niet alle modellen zijn leverbaar in alle landen.
Als u de klantenservice moet bellen Vul de volgende gegevens in om deze later eenvoudig te kunnen raadplegen: Modelnummer: MFC-7360N, MFC-7460DN en MFC-7860DW (omcirkel uw modelnummer) Serienummer: 1 Aankoopdatum: Aankoopplaats: 1 Het serienummer staat op de achterkant van het toestel. Bewaar deze gebruikershandleiding samen met uw kassabon als bewijs van uw aankoop, in geval van diefstal, brand of service in geval van garantie. Registreer uw product online op http://www.brother.
Welke gebruikershandleidingen zijn er en waar kan ik deze vinden? Welke handleiding? i Inhoud? Waar? Veiligheid en wetgeving Lees deze handleiding eerst. Lees de veiligheidsinstructies voor u de machine installeert. Raadpleeg deze handleiding voor handelsmerken en wettelijke beperkingen. Gedrukt / In de verpakking Installatiehandleiding Volg de instructies voor het instellen van uw machine en installeren van de drivers en software voor het besturingssysteem en het type verbinding dat u gebruikt.
Inhoudsopgave (BEKNOPTE GEBRUIKERSHANDLEIDING) 1 Algemene informatie 1 Gebruik van de documentatie................................................................................ 1 Symbolen en conventies die in de documentatie gebruikt worden.................. 1 De Uitgebreide gebruikershandleiding, Softwarehandleiding en Netwerkhandleiding gebruiken ........................................................................... 2 Documentatie bekijken ........................................................
5 Een fax ontvangen 33 Ontvangststanden................................................................................................33 De ontvangststand kiezen .............................................................................33 Ontvangststanden gebruiken...............................................................................34 Alleen Fax......................................................................................................34 Fax/Tel....................................
9 Afdrukken vanaf een computer 55 Een document afdrukken..................................................................................... 55 10 Scannen naar een computer 56 Een document scannen als PDF-bestand met ControlCenter4 (Windows®)....... 56 De instellingen voor de SCAN-knop wijzigen ...................................................... 59 Vóór het scannen .......................................................................................... 59 Instellingen SCAN-knop ................
C Menu en functies 125 Programmeren op het scherm ...........................................................................125 Menutabel....................................................................................................125 Het menu openen ........................................................................................125 Menutabel ..........................................................................................................126 Tekst invoeren ........................
Inhoudsopgave (UITGEBREIDE GEBRUIKERSHANDLEIDING) De Uitgebreide gebruikershandleiding biedt u meer informatie over de volgende functies. U kunt de Uitgebreide gebruikershandleiding raadplegen op de documentatie-cd-rom.
vii
1 Algemene informatie Gebruik van de documentatie 1 1 WAARSCHUWING geeft een mogelijk gevaarlijke situatie aan die, als deze niet wordt voorkomen, kan resulteren in ernstig of fataal letsel. Dank u voor de aanschaf van een Brothermachine! Het lezen van de documentatie helpt u bij het optimaal benutten van uw machine. Symbolen en conventies die in de documentatie gebruikt worden De volgende symbolen en conventies worden in de documentatie gebruikt.
Hoofdstuk 1 De Uitgebreide gebruikershandleiding, Softwarehandleiding en Netwerkhandleiding gebruiken c Klik op uw land. d Wijs uw taal aan, wijs Handleiding bekijken aan en klik vervolgens op de handleiding die u wilt lezen. 1 Deze Beknopte gebruikershandleiding bevat niet alle informatie over de machine zoals hoe u de geavanceerde functies van fax, kopie, printer, scanner, PC-Fax en netwerk gebruikt.
Algemene informatie Gebruikershandleiding Presto! PageManager Opmerking • (Alleen Windows®-gebruikers) Uw web browser geeft mogelijk een gele balk weer aan de bovenzijde van de pagina met een beveiligingswaarschuwing betreffende Active X-besturingselementen. Om de pagina correct te kunnen weergeven, moet u op de balk klikken, op Geblokkeerde inhoud toestaan… klikken en vervolgens op Ja klikken in het dialoogvenster Beveiligingswaarschuwing.
Hoofdstuk 1 Toegang tot ondersteuning door Brother (Windows®) U kunt hier alle benodigde contactgegevens vinden, zoals voor webondersteuning (Brother Solutions Center) op de installatiecd-rom. Klik op Brother-support in het hoofdmenu. Het volgende venster verschijnt: Om onze website (http://www.brother.com/) te openen, klikt u op Brother-startpagina. Voor het laatste nieuws en productondersteuningsinformatie (http://solutions.brother.com/), klikt u op Brother Solutions Center.
Algemene informatie Toegang tot Brothersupport (Macintosh) 1 1 U kunt hier alle benodigde contactgegevens vinden, zoals voor webondersteuning (Brother Solutions Center) op de installatiecd-rom. Dubbelklik op het pictogram Brother-support. Het volgende venster verschijnt: Klik op Presto! PageManager om Presto! PageManager te downloaden en te installeren. Om uw machine te registreren op de registratiepagina voor Brother-producten (http://www.brother.com/registration/), klikt u op Onlineregistratie.
Hoofdstuk 1 Overzicht bedieningspaneel 1 MFC-7460DN (voor België) (voor Nederland) 1 6 2 3 4 5 6
Algemene informatie 1 3 4 5 6 7 8 9 10 7
Hoofdstuk 1 MFC-7860DW 8
Algemene informatie 1 9
Hoofdstuk 1 MFC-7360N (voor België) 1 2 3 4 5 6 (voor Nederland) 1 10 2 3 4 5 6
Algemene informatie 1 3 4 5 3 4 5 6 7 6 7 8 8 9 10 9 10 11
Hoofdstuk 1 1 Eéntoetsnummers Deze 4 toetsen geven direct toegang tot 8 vooraf opgeslagen nummers. Shift Geeft u toegang tot ééntoetsnummers 5 tot 8 door deze ingedrukt te houden. 2 FAX toetsen: Tel/R (Telefoon/Intern) U gebruikt deze toets voor een telefoongesprek na het oppakken van de externe hoorn tijdens het snelle dubbele belsignaal.
Algemene informatie Volumetoetsen: d of c Druk hierop om achteruit of vooruit door de menuselecties te gaan. Druk hierop om het volume te wijzigen in de fax- of standbymodus. a of b Druk hierop om door de menu's en opties te bladeren. 1 Adresboek Hiermee kunt u rechtstreeks snelkiesnummers oproepen. 8 Kiestoetsen (voor NederLand) Gebruik deze toetsen om telefoon- en faxnummers te kiezen en als toetsenbord om gegevens in de machine in te voeren.
Hoofdstuk 1 Volume-instellingen Belvolume 1 1 In de faxmodus drukt u op of om het volume in te stellen. Het LCD-scherm toont de huidige instelling, en telkens wanneer u op deze toets drukt, wordt het volume op een volgend niveau ingesteld. De nieuwe instelling blijft van kracht op de machine totdat u deze wijzigt. c U kunt het volume van de beltoon ook via het menu wijzigen: c Druk op Menu, 1, 3, 1. Druk op a of b om Uit, Laag, Half of Hoog te kiezen. Druk op OK. Druk op Stop/Exit (Stop/Eindigen).
2 Papier plaatsen Papier en afdrukmedia laden De machine kan papier laden vanuit de standaardpapierlade of handmatige invoergleuf. Houd rekening met het volgende als u papier in de papierlade plaatst: Als het afdrukmenu van uw toepassingssoftware een optie biedt voor het opgeven van het papierformaat, kunt u dit via de toepassingssoftware doen. Als deze optie niet door de toepassingssoftware geboden wordt, kunt u het papierformaat opgeven in de printerdriver of via het bedieningspaneel.
Hoofdstuk 2 b Houd de groene vrijgavehendel van de papiergeleiderhendel ingedrukt, en stel de papiergeleiders af op het papierformaat dat u in de lade doet. Zorg dat de geleiders goed in de sleuven zitten. d Plaats papier in de lade en zorg ervoor dat: De stapel papier niet boven de markering (b b b)(1) uitsteekt. Als u de papierlade te hoog vult, kan het papier vastlopen. De zijde waarop u wilt afdrukken, naar beneden gericht is.
Papier plaatsen f Afdrukken op normaal papier, dun papier of kringlooppapier vanuit de handmatige invoergleuf Vouw de steunflap (1) open om te vermijden dat het papier van de neerwaarts gerichte uitvoerlade glijdt. a 2 Klap de steunflap (1) open om te vermijden dat het papier van de neerwaarts gerichte uitvoerlade glijdt, of verwijder iedere pagina zodra deze uit de machine komt.
Hoofdstuk 2 b Maak het deksel van de sleuf voor handinvoer open. c Stel de papiergeleiders voor handinvoer met beide handen af op de breedte van het gebruikte papier. d Houd een vel papier met beide handen vast en plaats het zo in de handinvoer, dat de voorste rand van het papier de papierdoorvoerrol raakt. Laat het vel los als u voelt dat de machine het papier invoert.
Papier plaatsen a Open het achterdeksel (achterste uitvoerlade). Opmerking Duw de twee groene hendels naar beneden. Deze bevinden zich aan de linker- en aan de rechterzijde (zie de volgende afbeelding). b Maak het deksel van de sleuf voor handinvoer open.
Hoofdstuk 2 c Stel de papiergeleiders voor handinvoer met beide handen af op de breedte van het gebruikte papier. Opmerking d Plaats met beide handen één vel papier of één enveloppe in de handmatige invoergleuf tot de voorrand van het papier of enveloppe de papieraanvoerrol raakt. Laat het vel los als u voelt dat de machine het papier invoert. • Steek het vel met de te bedrukken zijde (de blanco zijde) naar boven in de sleuf voor handinvoer.
Papier plaatsen • Wanneer u een kleine afdruk gemakkelijk uit de uitvoerlade wilt verwijderen, tilt u het scannerdeksel met twee handen op, zoals de illustratie weergeeft. 2 • U kunt de machine blijven gebruiken terwijl het scannerdeksel omhoog staat. U sluit het scannerdeksel door het met beide handen omlaag te duwen.
Hoofdstuk 2 Onscanbare en onbedrukbare gebieden 2 De cijfers in onderstaande afbeeldingen geven de maximaal onscanbare en onbedrukbare gebieden aan. De onscanbare en onbedrukbare gebieden kunnen verschillen aan de hand van het papierformaat en de instellingen in de toepassing die u gebruikt.
Papier plaatsen Papierinstellingen Papiersoort 2 2 Stel de machine in op het papier dat u gebruikt. Hierdoor verkrijgt u de beste afdrukkwaliteit. a b c U kunt de volgende printmedia gebruiken: dun papier, normaal papier, dik papier, briefpapier, kringlooppapier, etiketten of enveloppen. Druk op a of b om Dun, Normaal, Dik, Extra dik, Gerecycl.papier of Etiketten te kiezen. Druk op OK. Voor de beste resultaten volgt u onderstaande instructies: Druk op Stop/Exit (Stop/Eindigen).
Hoofdstuk 2 Type en afmetingen van het papier 2 De machine kan papier laden vanuit de standaardpapierlade of handmatige invoergleuf.
Papier plaatsen Speciaal papier gebruiken De machine functioneert goed met de meeste typen xerografisch en bankpostpapier. Sommige typen papier kunnen echter van invloed zijn op de afdrukkwaliteit of bewerkingsbetrouwbaarheid. Maak altijd eerst een proefafdruk voordat u papier aanschaft om zeker te zijn van het gewenste resultaat. Bewaar papier in de originele verpakking en zorg dat deze gesloten blijft. Bewaar het papier plat en uit de buurt van vocht, direct zonlicht en warmte.
Hoofdstuk 2 Enveloppen 2 De meeste enveloppen die ontwikkeld zijn voor laserprinters zijn geschikt voor deze machine. Sommige vormen enveloppen kunnen echter mogelijk problemen met de toevoer en de afdrukkwaliteit veroorzaken. Een geschikte envelop heeft randen met rechte, scherpe vouwen en de rand mag niet dikker zijn dan twee vellen papier. De envelop moet vlak liggen en mag niet zakachtig of flodderig zijn.
Papier plaatsen Te vermijden typen etiketten Als u een van de bovenstaande typen enveloppen gebruikt, kan de machine beschadigd raken. Deze schade wordt wellicht niet gedekt door enige garantie- of serviceovereenkomst met Brother. Etiketten De machine kan afdrukken op de meeste typen etiketten die bedoeld zijn voor een lasermachine. Etiketten dienen een plaklaag op basis van acryl te hebben omdat dit materiaal beter bestand is tegen de hoge temperaturen in de fuser unit.
3 Documenten laden Documenten laden 3 U kunt een fax verzenden, kopieën maken en scannen via de ADF (automatische documentinvoer) en de glasplaat. De automatische documenttoevoer (ADF) gebruiken • Het is eenvoudiger om de ADF te gebruiken voor een document met meerdere pagina's. • Laat documenten met correctievloeistof of inkt eerst volledig drogen. Documenten laden a 3 De ADF kan maximaal 35 pagina's bevatten en voert elk vel afzonderlijk in.
Documenten laden c Plaats de pagina’s van uw document om en om, met de bedrukte kant naar boven en de bovenrand eerst in de ADF tot de melding op het lcd-scherm wijzigt en u voelt dat het document de invoerrollen raakt. met behulp van de glasplaat 3 U kunt de glasplaat gebruiken om de pagina's van een boek één voor één te faxen, te kopiëren of te scannen.
Hoofdstuk 3 a b 30 Til het documentdeksel op. Leg met behulp van de documentgeleiders links en boven het document met de bedrukte zijde naar beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat. c Sluit het documentdeksel. BELANGRIJK Als u een boek of een lijvig document wilt scannen, laat het deksel dan niet dichtvallen en druk er niet op.
4 Een fax verzenden Een fax verzenden 4 Direct Verzend (Direct verzend) 4 De volgende stappen tonen u hoe u een fax kunt verzenden. Verzend Pollen a Faxresolutie Internationaal Wanneer u een fax wilt verzenden of de verzend- of ontvangstinstellingen wilt wijzigen, drukt u op de toets (FAX) om deze blauw te doen oplichten. Contrast 4 Voorblad inst. Voorblad Opm. (Voorblad opm.
Hoofdstuk 4 Verzendrapport Opmerking Druk op Stop/Exit (Stop/Eindigen) om te annuleren. Documenten in Letter-formaat faxen vanaf de glasplaat 4 Wanneer u documenten van Letter-formaat faxt, moet u de glasplaat instellen op Letter; als u dit niet doet, zal een gedeelte van de fax ontbreken. a b Voor het verzendrapport zijn verschillende instellingen beschikbaar: Aan: na elke verzonden fax wordt een rapport afgedrukt.
5 Een fax ontvangen 5 Ontvangststanden 5 U dient een ontvangststand te kiezen afhankelijk van de externe apparaten en telefoondiensten die op uw lijn aanwezig zijn. De ontvangststand kiezen 5 Uw machine ontvangt standaard automatisch faxen die ernaar worden verzonden. Met behulp van onderstaand schema kunt u de juiste stand kiezen. (Zie Ontvangststanden gebruiken op pagina 34 voor meer informatie over de ontvangststanden.
Hoofdstuk 5 Ontvangststanden gebruiken Handmatig 5 In sommige ontvangststanden worden oproepen automatisch beantwoord (Alleen Fax en Fax/Telefoon). Mogelijk wilt u de belvertraging wijzigen voordat u deze standen gebruikt. (Zie Belvertraging op pagina 35.) Alleen Fax 5 In de stand Alleen Fax wordt elke oproep automatisch beantwoord alsof het een faxbericht betreft.
Een fax ontvangen Instellingen ontvangststand Belvertraging Als er zich een externe of tweede telefoon op dezelfde lijn van de machine bevindt, selecteert u het maximale aantal beltonen. (Zie Handelingen bij externe of tweede toestellen op pagina 40 en Fax Waarnemen op pagina 36.) Controleer of de faxmodus is ingeschakeld b c d . Druk op Menu, 2, 1, 1. Druk op a of b om te selecteren hoeveel keer de telefoon overgaat voor de machine antwoordt. Druk op OK. Druk op Stop/Exit (Stop/Eindigen).
Hoofdstuk 5 Fax Waarnemen 5 Als de functie Fax Waarnemen is ingesteld op Aan: 5 De machine kan een fax automatisch ontvangen, zelfs als u de oproep beantwoordt. Als Ontvangst op het LCDscherm wordt weergegeven of als u een klik op de telefoonlijn hoort via de hoorn die u hebt opgepakt, plaatst u de hoorn gewoon terug. Uw machine doet de rest.
6 Telefoon en externe apparatuur Telefoonlijndiensten Het type telefoonlijn instellen Als u de machine aansluit op een lijn met PBX of ISDN voor het verzenden en ontvangen van faxen, moet u het type telefoonlijn dienovereenkomstig wijzigen aan de hand van de volgende stappen.
Hoofdstuk 6 Een extern ANTW.APP. aansluiten U kunt een extern antwoordapparaat aansluiten op dezelfde lijn als uw machine. Wanneer het antwoordapparaat een oproep beantwoordt, “hoort” uw machine de faxtonen afkomstig van een verzendende faxmachine. Als er faxtonen klinken, neemt de machine de oproep over en wordt de fax ontvangen. Als er geen faxtonen klinken, laat de machine een voicemail registreren door uw antwoordapparaat en wordt op het display Telefoon weergegeven.
Telefoon en externe apparatuur Een uitgaand bericht opnemen a Neem 5 seconden stilte op aan het begin van uw bericht. Dit geeft uw machine de tijd om naar faxtonen te luisteren. b Wij adviseren u het bericht te beperken tot 20 seconden. c U wordt aangeraden om aan het einde van het uitgaande bericht (20-seconden) de code voor Activeren op afstand te vermelden, zodat men ook handmatig faxberichten kan sturen.
Hoofdstuk 6 Externe telefoons en tweede telefoons Handelingen bij externe of tweede toestellen Als u een faxoproep op een tweede toestel beantwoordt of op een extern toestel dat correct is aangesloten op de machine via de T-stukaansluiting, kunt u de machine de oproep laten aannemen via de code voor activeren op afstand. Als u de code voor Activeren op afstand l51 intoetst, zal de fax op de machine worden ontvangen.
Telefoon en externe apparatuur Een draadloze externe handset niet van het merk Brother gebruiken 6 Als uw draadloze telefoon (niet Brother) verbonden is met het telefoonsnoer (zie Een externe of tweede telefoon aansluiten op pagina 40) en u de draadloze hoorn vaak ergens anders mee naartoe neemt, is het eenvoudiger oproepen te beantwoorden tijdens de belvertraging. De codes voor afstandsbediening inschakelen Code voor activeren op afstand a 6 6 6 . b c Druk op Menu 2, 1, 4.
Hoofdstuk 6 c Druk op a of b om Aan of Uit te kiezen. Druk op OK. d Als u Aan hebt geselecteerd in stap c, voert u nu de nieuwe code voor Activeren op afstand in. Druk op OK. e Voer de nieuwe code voor Deactiveren op afstand in. Druk op OK. f Druk op Stop/Exit (Stop/Eindigen).
7 Het kiezen en opslaan van nummers Nummers kiezen 7 U kunt op de volgende manieren een nummer kiezen. Handmatig kiezen 7 Snel kiezen 7 Druk op (Adresboek) en voer vervolgens het driecijferige snelkiesnummer in. (Zie Snelkiesnummers opslaan op pagina 48.) 7 Gebruik de kiestoetsen om alle cijfers van het telefoon- of faxnummer in te voeren. 7 Nummer met drie cijfers Opmerking Ééntoetsnummers handmatig Druk op het ééntoetsnummer waaronder het nummer is opgeslagen dat u wilt bellen.
Hoofdstuk 7 c d Nummers opslaan Druk op a of b om te bladeren totdat u de naam vindt die u zoekt. Druk op OK. U kunt uw machine instellen om op de volgende manieren snel te kiezen: Eéntoetsnummers, snelkiesnummers en groepsnummers voor het groepsverzenden van faxen. U kunt ook de standaardresolutie voor ieder ééntoetsnummer en snelkiesnummer specificeren. Wanneer u op een snelkiestoets drukt, geeft het LCDscherm de opgeslagen naam of het opgeslagen nummer weer.
Het kiezen en opslaan van nummers Opties voor ééntoetsnummers en snelkiesnummers Het volgende schema toont de opties voor het opslaan van ééntoetsnummers en snelkiesnummers, nadat u de IFAX- en E-mailopties voor MFC-7460DN en MFC-7860DW hebt gedownload.
Hoofdstuk 7 Een pauze opslaan 7 d Druk op Redial/Pause (Herkies/Pauze) om een pauze van 3,5 seconden tussen de nummers in te lassen. U kunt zo vaak als nodig is op Redial/Pause (Herkies/Pauze) drukken om de pauze langer te maken. Voorkeurnummers opslaan De machine heeft vier ééntoetsnummers waaronder u acht fax- of telefoonnummers kunt opslaan om ze automatisch te kunnen kiezen. Om nummers 5 tot 8 te kiezen, houdt u Shift ingedrukt terwijl u op de toets van het ééntoetsnummer drukt.
Het kiezen en opslaan van nummers Opmerking Opmerking • Als u in stap b een type e-mailregistratie hebt geselecteerd en het e-mailadres opslaat, kunt u het e-mailadres alleen gebruiken wanneer de machine zich in de scanmodus bevindt. • Als u in stap b het type IFAX-registratie hebt geselecteerd en het e-mailadres opslaat, kunt u het e-mailadres alleen gebruiken wanneer de machine zich in de faxmodus bevindt.
Hoofdstuk 7 j d Druk op a of b om 200x100dpi of 200dpi te selecteren. Druk op OK. Als u Email z/w PDF hebt gekozen, gaat u verder naar stap k. Om de faxresolutie op te slaan, drukt u op a of b om Std, Fijn, S.Fijn of Foto te selecteren. Als u Email z/w TIFF hebt gekozen, gaat u verder naar stap l. k l Druk op OK. Selecteer het type pdf uit PDF of SPDF (Beveiligde PDF) dat u wilt gebruiken bij het verzenden naar uw pc. Druk op OK en ga naar stap l.
Het kiezen en opslaan van nummers Opmerking Opmerking • Als u in stap b een type e-mailregistratie hebt geselecteerd en het e-mailadres opslaat, kunt u het e-mailadres alleen gebruiken wanneer de machine zich in de scanmodus bevindt. • Als u in stap b het type IFAX-registratie hebt geselecteerd en het e-mailadres opslaat, kunt u het e-mailadres alleen gebruiken wanneer de machine zich in de faxmodus bevindt.
Hoofdstuk 7 j Druk op a of b om 200x100dpi of 200dpi te selecteren. Druk op OK. Als u Email z/w PDF hebt gekozen, gaat u verder naar stap k. Voorkeurnummers en snelkiesnummers veranderen 7 k Selecteer het type pdf uit PDF of SPDF (Beveiligde PDF) dat u wilt gebruiken bij het verzenden naar uw pc. Druk op OK en ga naar stap l. Als u probeert een bestaand ééntoets- of snelkiesnummer te veranderen, verschijnt de naam of het opgeslagen nummer op het lcdscherm.
Het kiezen en opslaan van nummers c b Bewerk het nummer en de naam door de onderstaande instructies te volgen. Wanneer u klaar bent met bewerken, drukt u op OK. Druk op 1 om het opgeslagen nummer te wijzigen. Om de opgeslagen naam of het opgeslagen nummer te bewerken, drukt u op d of c om de cursor onder het teken dat u wilt wijzigen te plaatsen, en drukt u op Clear (Wis). Voer vervolgens het juiste teken in. d Druk op Stop/Exit (Stop/Eindigen) om af te sluiten zonder wijzigingen. #005:MIKE 1.
Hoofdstuk 7 Eéntoetsnummers en snelkiesnummers verwijderen Als u probeert een bestaand ééntoets- of snelkiesnummer te wissen, verschijnt de naam of het opgeslagen nummer op het lcdscherm. Wanneer het bestaande ééntoets- of snelkiesnummer dat u wilt veranderen, een geplande taak heeft of is ingesteld als een faxdoorzendnummer, verschijnt op het lcdscherm de vraag of u de naam of het nummer wilt veranderen.
8 Kopiëren Kopieën maken 8 De standaardinstelling is de faxmodus. U kunt wijzigen hoelang de kopieermodus geactiveerd blijft op de machine na de laatste kopieerhandeling. (Zie Tijdklokstand in hoofdstuk 1 van de Uitgebreide gebruikershandleiding.) De volgende stappen beschrijven de basiskopieerhandelingen. Voor meer informatie over iedere optie raadpleegt u de Uitgebreide gebruikershandleiding op de cdrom.
Hoofdstuk 8 Kopieerinstellingen Druk op de tijdelijke COPY (KOPIE)-toetsen. U kunt Options (Opties), Enlarge/Reduce (Vergroot/Verklein) of Duplex (Dubbelzijdig) 1 gebruiken. Meer informatie over het wijzigen van de kopieerinstellingen vindt u bij Kopieerinstellingen in hoofdstuk 7 van de Uitgebreide gebruikershandleiding. U kunt de volgende kopieerinstellingen wijzigen: Vergr.
9 Afdrukken vanaf een computer Een document afdrukken 9 9 De machine kan gegevens van uw computer ontvangen en deze afdrukken. Om af te drukken vanaf een computer, moet u de printerdriver installeren. (Zie Afdrukken voor Windows® of Afdrukken en Faxen voor Macintosh in de Softwarehandleiding voor meer informatie over de afdrukinstellingen.) a Installeer de Brother-printerdriver die u terugvindt op de installatie-cd-rom. (Zie de Installatiehandleiding.) b Kies in uw applicatie de opdracht Afdrukken.
10 Scannen naar een computer Een document scannen als PDF-bestand met ControlCenter4 (Windows®) (Voor Macintosh-gebruikers) Zie Scannen in de Softwarehandleiding. Opmerking De schermen op uw computer kunnen er anders uitzien afhankelijk van uw model. ControlCenter4 is een softwareprogramma waarmee u snel en eenvoudig toegang hebt tot de toepassingen die u het vaakst gebruikt. Met ControlCenter4 worden specifieke toepassingen automatisch geladen. U kunt ControlCenter4 gebruiken op uw computer.
Scannen naar een computer e Stel het bestandstype in voor opslaan in een map. De gescande gegevens worden standaard opgeslagen als JPEG (*.jpg). Klik op Configuratie en selecteer vervolgens Knopinstellingen, Scan en Bestand. Het configuratiedialoogvenster wordt weergegeven. U kunt de standaardinstellingen wijzigen. 1 2 3 4 10 5 1 Kies PDF (*.pdf) uit de Type Bestand-keuzelijst. 2 U kunt de bestandsnaam invoeren die u aan het document wilt toekennen.
Hoofdstuk 10 g 58 Klik op Bestand. De machine begint met scannen. De map waar de gescande gegevens opgeslagen worden, wordt automatisch geopend.
Scannen naar een computer De instellingen voor de SCAN-knop wijzigen Vóór het scannen 10 10 Om de machine als een scanner te gebruiken, installeert u een scannerdriver. Als de machine zich op een netwerk bevindt, configureert u deze met een TCP/IP-adres. Installeer de scannerdrivers die u terugvindt op de installatie-cd-rom. (Zie de Installatiehandleiding.) Configureer de machine met een TCP/IP-adres als netwerkscannen niet werkt. (Zie Netwerkscannen configureren in de Softwarehandleiding.
Hoofdstuk 10 e Selecteer het tabblad Bestand. U kunt de standaardinstellingen wijzigen. 1 2 3 4 5 1 U kunt het bestandstype selecteren in de keuzelijst. 2 U kunt de bestandsnaam invoeren die u aan het document wilt toekennen. 3 U kunt het bestand opslaan in de standaardmap of een andere map kiezen door te klikken op de Browse-knop. 4 U kunt een scanresolutie kiezen uit de Resolutie-keuzelijst. 5 U kunt de documentgrootte selecteren in de keuzelijst. f 60 Klik op OK.
Scannen naar een computer Scannen met behulp van de SCAN-knop a b c 10 Plaats het document. (Zie Documenten laden op pagina 28.) Druk op (SCAN). Druk op a of b om Scannen > pc te kiezen. Druk op OK. d Druk op a of b om Bestand te kiezen. Druk op OK. e (Voor netwerkgebruikers) Druk op a of b om de computer te selecteren waarnaar u wilt verzenden. Druk op OK.
A Routineonderhoud A De verbruiksartikelen vervangen A De machine geeft aan wanneer het tijd is om de verbruiksartikelen te vervangen. (Raadpleeg De tonercartridge vervangen op pagina 63 en De drumeenheid vervangen op pagina 68.) Tonercartridge Drumeenheid Zie De tonercartridge vervangen op pagina 63. Zie De drumeenheid vervangen op pagina 68.
Routineonderhoud De tonercartridge vervangen Modelnaam: voor de modelnaam van tonercartridges raadpleegt u De verbruiksartikelen vervangen op pagina 62. Een startcartridge kan circa 1.200 pagina's 1drukken. Een “Grote capaciteit” cartridge kan circa 2.600 pagina's drukken 1. De daadwerkelijke paginatelling hangt af van het type document dat u over het algemeen gebruikt. Op het LCD-scherm wordt Toner Bijna Op weergegeven als de tonercartridge bijna op is.
De tonercartridge vervangen a b A c Neem de drumeenheid en de tonercartridge uit de machine. d Druk de groene vergrendelhendel naar beneden en neem de tonercartridge uit de drumeenheid. Controleer dat de machine aanstaat. Open de frontdeksel en laat de machine 10 minuten aan zodat ze kan afkoelen. VOORZICHTIG HEET Wanneer u de machine pas hebt gebruikt, zijn sommige onderdelen in de machine erg heet.
Routineonderhoud WAARSCHUWING Gooi de tonercartridges NIET in een vuur. Deze kan ontploffen en verwondingen veroorzaken. Maak de binnen- of buitenzijde van de machine NIET schoon met schoonmaakmiddelen die ammoniak of alcohol bevatten, en niet met sprays of brandbare stoffen. U kunt dan brand veroorzaken of een elektrische schok krijgen. In Veilig gebruik van het product in de Veiligheid en wetgeving folder leest u hoe u de machine reinigt. Adem toner nooit in.
e Pak de nieuwe tonercartridge uit. Houd de cartridge met beide handen vast en schud deze voorzichtig enkele malen heen en weer om de toner gelijkmatig over de cartridge te verdelen. f Verwijder de bescherming. BELANGRIJK BELANGRIJK • Pak de nieuwe tonercartridge uit, net voor u deze in de machine plaatst. Wanneer een tonercartridge te lang zonder verpakking is gebleven, gaat de toner minder lang mee.
Routineonderhoud g Plaats de nieuwe tonercartridge stevig in de drumeenheid tot u hem op zijn plaats hoort vastklikken. Wanneer u hem er op de goede manier in zet, komt de groene vergrendelhendel automatisch omhoog. h Reinig de corona in de drumeenheid door het groene lipje voorzichtig een paar keer van links naar rechts en van rechts naar links te schuiven. 1 Opmerking Zorg ervoor dat u het lipje weer terugzet in de oorspronkelijke stand (a) (1).
Opmerking Zorg dat u na het vervangen van de tonercartridge de machine NIET via de stroomschakelaar uitschakelt of de voorklep opent tot Wachten a.u.b. verdwijnt van het lcd-scherm en het apparaat terugkeert naar de modus Gereed. De drumeenheid vervangen A Modelnaam: DR-2200 Een nieuwe drumkit kan circa 12.000 enkelzijdige bladzijden van A4 of Letterformaat te bedrukken. BELANGRIJK Gebruik alleen originele drumeenheden en tonereenheden van Brother voor de beste prestaties.
Routineonderhoud Drum stoppen A VOORZICHTIG Drum stop HEET We kunnen de afdrukkwaliteit niet garanderen. Gelieve de drumeenheid door een nieuwe te vervangen. Het verdient aanbeveling nu een originele drumeenheid van Brother te installeren. Wanneer u de machine pas hebt gebruikt, zijn sommige onderdelen in de machine erg heet. Wanneer u het voordeksel of het achterdeksel (achterste uitvoerlade) van de machine opent, mag u NOOIT de onderdelen van de grijze zones in de afbeelding aanraken.
c Neem de drumeenheid en de tonercartridge uit de machine. WAARSCHUWING Gooi de tonercartridges NIET in een vuur. Deze kan ontploffen en verwondingen veroorzaken. Maak de binnen- of buitenzijde van de machine NIET schoon met schoonmaakmiddelen die ammoniak of alcohol bevatten, en niet met sprays of brandbare stoffen. U kunt dan brand veroorzaken of een elektrische schok krijgen. In Veilig gebruik van het product in de Veiligheid en wetgeving folder leest u hoe u de machine reinigt.
Routineonderhoud • We raden u aan de drumeenheid en/of tonercartridge op een stuk wegwerppapier of doek op een schone, vlakke ondergrond te plaatsen voor het geval u per ongeluk toner morst. • Raak de grijze delen in de illustratie NIET aan om problemen met de afdrukkwaliteit te voorkomen. Opmerking e Pak de nieuwe drumeenheid uit. BELANGRIJK • Raak de grijze delen in de illustratie NIET aan om problemen met de afdrukkwaliteit te voorkomen.
f Plaats de tonercartridge stevig in de nieuwe drumeenheid tot u hem op zijn plaats hoort vastklikken. Wanneer u hem er op de goede manier in zet, komt de groene vergrendelhendel automatisch omhoog. g Reinig de corona in de drumeenheid door het groene lipje voorzichtig een paar keer van links naar rechts en van rechts naar links te schuiven. 1 Opmerking Zorg ervoor dat u het groene lipje weer terugzet in de oorspronkelijke stand (a) (1).
Routineonderhoud De machine reinigen Reinig de buiten- en de binnenkant van de machine regelmatig met een droge, pluisvrije doek. Reinig de binnenzijde van de machine wanneer u de tonercartridge of de drumeenheid vervangt. Als er tonervlekken op een pagina staan, moet het inwendige van de machine met een droge, pluisvrije doek worden gereinigd.
c Reinig de buitenzijde van de machine met een droge, pluisvrije zachte doek om stof te verwijderen. De glasplaat reinigen a A Zet de machine uit. Ontkoppel eerst het telefoonsnoer en vervolgens alle kabels en haal dan de stekker van het netsnoer uit het stopcontact. Opmerking (Voor MFC-7360N en MFC-7460DN) Raadpleeg Faxen of faxjournaal overbrengen op pagina 89 om te vermijden dat u een belangrijke melding verliest. b d e Verwijder papier dat eventueel nog in de papierlade zit.
Routineonderhoud c In de ADF-eenheid reinigt u de witte balk (1) en de glazen strook op de glasplaat (2) eronder met behulp van een zachte, pluisvrije doek die is bevochtigd met water. De primaire corona reinigen A Als u problemen hebt met de afdrukkwaliteit, reinigt u de corona als volgt: a Open de frontdeksel en laat de machine 10 minuten aan zodat ze kan afkoelen. 1 2 VOORZICHTIG HEET Wanneer u de machine pas hebt gebruikt, zijn sommige onderdelen in de machine erg heet.
b Pak de drumeenheid en de tonercartridge-module er langzaam uit. c Reinig de primaire corona in de drumeenheid door het groene lipje voorzichtig een paar keer van rechts naar links en van links naar rechts te schuiven. 1 VOORZICHTIG We raden u aan de drumeenheid en tonercartridges gescheiden van elkaar op een stuk wegwerppapier of doek op een schone, vlakke ondergrond te plaatsen voor het geval u per ongeluk toner morst. Wees voorzichtig bij het hanteren van de tonercartridge.
Routineonderhoud De drumeenheid reinigen Wanneer u afdrukproblemen hebt, kan het zijn dat op het drumoppervlak van de drumeenheid een vreemde stof plakt, zoals lijm van een etiket. Volg de onderstaande stappen om het probleem op te lossen. a Zorg dat u papier van formaat A4 of Letter gereed hebt om in de lade te doen. b Controleer dat de printer in de Gereedmodus staat. c Open de achterklep (face-up uitvoerlade). d A e Druk tegelijkertijd op Clear (Wis) en Menu. De melding Drum reinigen.
Opmerking • De machine maakt een mechanisch geluid tijdens het drumreinigingsproces omdat de machine de OPC-drum in omgekeerde richting draait. Dit geluid duidt niet op een probleem met de machine. Volg onderstaande stappen, als het probleem nu nog niet is opgelost: a Open de frontdeksel en laat de machine 10 minuten aan zodat ze kan afkoelen. b Pak de drumeenheid en de tonercartridge-module er langzaam uit. • Plaats NOOIT meer dan één vel papier tegelijk in de handmatige invoergleuf.
Routineonderhoud Raak NOOIT de elektroden aan die u in de afbeelding ziet, teneinde schade aan de machine tengevolge van statische elektriciteit te vermijden. c BELANGRIJK • Raak de gearceerde delen in de onderstaande illustraties NIET aan om problemen met de afdrukkwaliteit te voorkomen. Druk de groene vergrendelhendel naar beneden en neem de tonercartridge uit de drumeenheid.
d Plaats het afdrukvoorbeeld vóór de drumeenheid en bepaal de exacte plaats van de slechte afdruk. e Houd het oppervlak van de OPC-drum (1) in het oog en draai aan het tandwiel van de drumkit. f Als u de vlek op de drum hebt gevonden die overeenkomt met het afdrukvoorbeeld, veegt u het oppervlak van de drum voorzichtig schoon met een droog wattenstaafje totdat stof of lijmresten verwijderd zijn. BELANGRIJK Reinig het oppervlak van de lichtgevoelige drum NIET met een scherp voorwerp.
Routineonderhoud g Plaats de tonercartridge terug in de drumeenheid tot u hem op zijn plaats hoort vastklikken. Wanneer u hem er op de goede manier in zet, komt de groene vergrendelhendel automatisch omhoog. h Installeer het geheel van drumeenheid en tonercartridge opnieuw in de machine. i Sluit het voordeksel.
De invoerrollen voor papier reinigen Als er problemen zijn met het invoeren van papier, reinigt u de papierinvoerrollen als volgt: a c A Maak een pluisvrije doek vochtig met lauw water, wring hem uit en veeg het scheidingskussentje (1) in de papierlade er mee schoon om alle stof te verwijderen. Zet de machine uit. Haal de stekker van het netsnoer uit het stopcontact.
Routineonderhoud d Veeg de twee invoerrollen (1) in de machine af om stof te verwijderen. De machine controleren A De paginatellers controleren A U kunt de paginatellers van de machine bekijken voor kopieën, afgedrukte pagina’s, rapporten en lijsten, faxen of een totaaloverzicht. a (Voor MFC-7360N/MFC-7460DN) Druk op Menu, 6, 2. (Voor MFC-7860DW) Druk op Menu, 7, 2. b Druk op a of b om Totaal, Fax/Lijst, Kopie of Print te bekijken. c Druk op Stop/Exit (Stop/Eindigen).
B Problemen oplossen Fout- en onderhoudsberichten Zoals bij alle geavanceerde kantoorapparatuur kunnen fouten optreden en kunnen verbruiksartikelen op zijn. Wanneer dat gebeurt, identificeert uw machine de fout of de vereiste routinematige onderhoudsbeurt, en toont de betreffende melding. De meest voorkomende fouten onderhoudsmeldingen vindt u hieronder. U kunt de meeste foutmeldingen en meldingen betreffende routineonderhoud zelf oplossen.
Problemen oplossen Foutmelding Oorzaak Wat te doen Afkoelen De temperatuur van de drumeenheid of de tonercartridge is te hoog. De machine onderbreekt de huidige afdruktaak en gaat in de afkoelingsstand. Tijdens het afkoelen hoort u de koelventilator draaien terwijl op het LCDscherm Afkoelen en Ogenblik aub (Ogenblikje a.u.b.) wordt weergegeven. Controleer of u de ventilator in de machine kunt horen draaien, en dat de uitlaat nergens door geblokkeerd wordt. Ogenblik aub (Ogenblikje a.u.b.
Foutmelding Oorzaak Wat te doen EL Fout De machine heeft een mechanisch probleem. Open het frontdeksel en sluit het opnieuw. Fuserfout De temperatuur van de fuseereenheid bereikt een bepaalde temperatuur niet binnen een bepaalde tijd. (Voor MFC-7360N en MFC-7460DN ) Ontvangen faxenberichten in het geheugen gaan verloren wanneer u het apparaat uitzet. Zie Faxen of faxjournaal overbrengen op pagina 89 voordat u de machine loskoppelt, zodat u geen belangrijke meldingen verliest.
Problemen oplossen Foutmelding Oorzaak Wat te doen Geen antw/Bezet Het gekozen nummer antwoordt niet of is bezet. Controleer het nummer en probeer opnieuw. Geen contact U hebt geprobeerd te pollen naar een faxmachine die niet in de wachtstand voor pollen staat. Controleer of de andere faxmachine is ingesteld op pollen. Geen papier De machine heeft geen papier meer of het papier is niet goed in de papierlade geplaatst.
Foutmelding Oorzaak Wat te doen Klep open (Deksel is open) Het ADF-deksel is niet volledig gesloten. Sluit het ADF-deksel van de machine. Het ADF-deksel is geopend tijdens het laden van een document. Sluit het ADF-deksel van de machine en druk dan op Stop/Exit (Stop/Eindigen). Limiet bereikt De paginagrens die voor uw ID werd ingesteld met Secure Function Lock 2.0 is bereikt. Contacteer uw beheerder om uw instellingen voor Secure Function Lock te controleren.
Problemen oplossen Foutmelding Oorzaak Wat te doen Toner vervangen De machine stopt met afdrukken tot u de tonercartridge vervangt. Wanneer u de tonerinstelling hebt op Stoppen hebt gezet, vervangt u de tonercartridge door een nieuwe en ongebruikte originele Brother tonercartridge. Dit stelt de modus Vervang Toner terug op de beginstand. (Zie De tonercartridge vervangen op pagina 63.
b Ga op een van de volgende manieren te werk: Het faxjournaal overbrengen naar een andere faxmachine Als op het LCD-scherm Geen dataopslag wordt weergegeven, zijn er geen faxen meer in het geheugen van de machine aanwezig. Druk op Stop/Exit (Stop/Eindigen). Als u uw Stations-ID nog niet hebt ingesteld, kunt u de faxoverbrengingsstand niet gebruiken. (Zie Persoonlijke informatie invoeren (stationskenmerk) in de Installatiehandleiding.
Problemen oplossen Document vast Het document is bovenin de ADF vastgelopen a Verwijder al het papier dat niet is vastgelopen uit de ADF. b c Open het ADF-deksel. d e Sluit het ADF-deksel. B Document is vastgelopen onder het documentdeksel a Verwijder al het papier dat niet is vastgelopen uit de ADF. b c Til het documentdeksel op. d e Sluit het documentdeksel. B B Trek het vastgelopen document er naar rechts uit. Trek het vastgelopen document er naar links uit.
Kleine documenten die vastgelopen zijn in de ADF verwijderen a b c d 92 Document is vastgelopen in de uitvoerlade B a Verwijder al het papier dat niet is vastgelopen uit de ADF. b Trek het vastgelopen document er naar rechts uit. c Druk op Stop/Exit (Stop/Eindigen). Til het documentdeksel op. Plaats een stuk stevig papier, zoals Cardstock, in de ADF om kleine stukjes papier erdoor te duwen. Sluit het documentdeksel. Druk op Stop/Exit (Stop/Eindigen).
Problemen oplossen Papier vast Het papier is vastgelopen in de standaard papierlade Als op het LCD-scherm Vast lade wordt weergegeven, voert u deze stappen uit: a Trek de papierlade volledig uit de machine. BELANGRIJK B B Als het papier niet eenvoudig in deze richting kan worden verwijderd, stopt u en volgt u de instructies voor Papier is vastgelopen binnenin de machine op pagina 97. Opmerking Als u het vastgelopen papier naar beneden gericht eruit trekt, kunt u het papier eenvoudiger verwijderen.
Papier is vastgelopen aan de achterkant van de machine Als op het LCD-scherm Vast: achter wordt weergegeven, is het papier achter het achterdeksel vastgelopen. Volg deze stappen: a 94 Maak de voorklep open. Laat de machine 10 minuten ingeschakeld om deze te laten afkoelen. VOORZICHTIG B HEET Wanneer u de machine pas hebt gebruikt, zijn sommige onderdelen in de machine erg heet.
Problemen oplossen b Pak de drumeenheid en de tonercartridge-module er langzaam uit. BELANGRIJK • We raden u aan de drumeenheid en de tonercartridge op een stuk wegwerppapier of doek op een schone, vlakke ondergrond te plaatsen voor het geval u per ongeluk toner morst. • Raak NOOIT de elektroden aan die u in de afbeelding ziet, teneinde schade aan de machine tengevolge van statische elektriciteit te vermijden. c Open de achterklep (face-up uitvoerlade).
d Trek de lipjes aan de linker- en rechterkant naar beneden om de fuserdeksel te openen (1). e Trek met beide handen voorzichtig het vastgelopen papier uit de fuseereenheid. f Sluit de fuser- en de achterklep (face-up uitvoerlade). g Plaats het geheel van drumeenheid en tonercartridge weer in de machine. h Sluit het voordeksel. Druk op Start als de machine niet automatisch begint met afdrukken.
Problemen oplossen Papier is vastgelopen binnenin de machine VOORZICHTIG B Als op het LCD-scherm Vast: binnenin wordt weergegeven, voert u deze stappen uit: a Maak de voorklep open. Laat de machine 10 minuten ingeschakeld om deze te laten afkoelen. HEET Wanneer u de machine pas hebt gebruikt, zijn sommige onderdelen in de machine erg heet. Wanneer u het voordeksel of het achterdeksel (achterste uitvoerlade) van de machine opent, mag u NOOIT de onderdelen van de grijze zones in de afbeelding aanraken.
b Pak de drumeenheid en de tonercartridge-module er voorzichtig uit. Het vastgelopen papier kan mogelijk worden verwijderd samen met de drumeenheid en tonercartridge, of het kan zijn dat hierdoor het papier wordt vrijgegeven zodat u het uit de machine kunt trekken. BELANGRIJK • Wij raden u aan om de drumkit en tonercartridge op een stuk papier of een doek te plaatsen voor het geval dat er toner wordt geknoeid.
Problemen oplossen BELANGRIJK d • Wees voorzichtig bij het hanteren van de tonercartridge. Wanneer u toner morst op uw handen of kleding, moet u de vlekken onmiddellijk afvegen of verwijderen met koud water. Plaats de tonercartridge terug in de drumeenheid tot u hem op zijn plaats hoort vastklikken. Wanneer u hem er op de goede manier in zet, komt de groene vergrendelhendel automatisch omhoog. • Raak de grijze delen in de illustratie NIET aan om problemen met de afdrukkwaliteit te voorkomen.
g Wanneer u het vastgelopen papier niet uit de opening van de papierlade kunt trekken (zoals weergegeven in stap e), verwijder dan de papierlade geheel uit de machine. h Trek het vastgelopen papier uit de opening van de papierlade. i Plaats de papierlade weer in de machine. Gebruik beide handen om het vastgelopen papier zorgvuldig omhoog en uit de opening van de uitvoerlade te trekken. f 100 Sluit het scannerdeksel.
Problemen oplossen j Installeer het geheel van drumeenheid en tonercartridge opnieuw in de machine. Het papier is vastgelopen in de duplexlade (MFC-7460DN en MFC-7860DW) B Als op het LCD-scherm Vast duplex wordt weergegeven, voert u deze stappen uit: a Laat de machine 10 minuten ingeschakeld om deze te laten afkoelen. VOORZICHTIG HEET k Sluit het voordeksel van de machine. Druk op Start als de machine niet automatisch begint met afdrukken.
b Trek de duplexlade volledig uit de machine. c Controleer dat er geen papier achterblijft onder de machine. 102 d Controleer dat het vastgelopen papier niet ten gevolge van statische elektriciteit onder de machine blijft. e Plaats de duplexlade weer in de machine.
Problemen oplossen Als u problemen hebt met uw machine B Als u denkt dat er een probleem is met uw machine, kijk dan in onderstaande tabel en volg de tips voor het oplossen van problemen. De meeste problemen kunt u zelf eenvoudig oplossen. Indien u extra hulp nodig hebt, biedt het Brother Solutions Center de meest recente veelgestelde vragen en tips voor het oplossen van problemen. Kijk op http://solutions.brother.com/.
Telefoonlijn of -verbindingen (Vervolg) Problemen Suggesties De machine neemt niet op wanneer er wordt gebeld. Controleer of de machine in de juiste ontvangstmodus staat voor uw instelling. (Zie Instellingen ontvangststand op pagina 35.) Controleer of er een kiestoon hoorbaar is. Bel, indien mogelijk, uw machine om te horen wat er gebeurt. Neemt uw faxmachine niet op, controleer dan de aansluiting van het telefoonsnoer.
Problemen oplossen Faxen ontvangen (Vervolg) Problemen Suggesties Kan geen fax ontvangen. Een ander apparaat of een andere dienst op uw locatie beantwoordt de oproep voordat uw machine van Brother reageert. Om dit te testen, stelt u de belvertraging langzamer in: (vervolg) Als de antwoordmodus is ingesteld op Alleen Fax of Fax/Telefoon, vermindert u de belvertraging tot 1 keer overgaan. (Zie Belvertraging op pagina 35.) Als de antwoordmodus is ingesteld op Ext.
Faxen verzenden Problemen Suggesties Slechte verzendkwaliteit. Wijzig de resolutie in Fijn of Superfijn. Maak een kopie om te controleren of de scanner van uw machine goed werkt. Wanneer de kwaliteit van de kopie niet goed is, dient u de scanner te reinigen. (Zie De glasplaat reinigen op pagina 74.) In het verzendrapport staat RESULT:FOUT. Er is waarschijnlijk een tijdelijke storing of ruis op de lijn. Probeer de fax opnieuw te verzenden.
Problemen oplossen Problemen met het openen van menu-onderdelen Problemen Suggesties De machine piept wanneer u de menu’s Ontvangststand instellen en Verzenden instellen probeert te openen. Als FAX niet brandt, drukt u op deze toets om de faxmodus in te schakelen. Ontvangststand instellen (Menu, 2, 1) en Verzenden instellen (Menu, 2, 2) zijn alleen beschikbaar als de faxmodus geactiveerd is. Kopieerproblemen Problemen Kan geen kopie maken. Suggesties Controleer of COPY (KOPIE) op pagina 53.
Afdrukproblemen (Vervolg) Problemen De machine print onverwacht of print heel slecht. Suggesties Druk op Job Cancel (Opdracht Annuleren) om afdruktaken te annuleren. Controleer de instellingen in uw toepassing en controleer of deze compatibel zijn met uw machine. Trek de papierlade uit de machine en wacht totdat de machine stopt met afdrukken. Schakel de machine vervolgens uit en verwijder de stekker enige minuten uit het stopcontact.
Problemen oplossen Softwareproblemen (Vervolg) Problemen Suggesties Kan ‘2 op 1’ of ‘4 op 1’-afdrukken niet uitvoeren. Controleer of de instellingen voor het papierformaat in de toepassing en in de printerdriver hetzelfde zijn. De machine drukt niet af vanuit Probeer de afdrukresolutie te verlagen. (Zie het tabblad Algemeen in de Softwarehandleiding.) Adobe® Illustrator®. Problemen met het papier Problemen De machine voert geen papier in.
Problemen met de afdrukkwaliteit (Vervolg) Problemen De afdrukken zijn te licht. Suggesties Als dit probleem zich voordoet tijdens het maken van kopieën of het afdrukken van ontvangen faxen, schakelt u de tonerbespaarstand in de menu-instellingen van de machine op Uit. (Zie Toner besparen in hoofdstuk 1 van de Uitgebreide gebruikershandleiding) Zet de tonerbespaarstand op Uit in het tabblad Geavanceerd van de printerdriver. (Zie het tabblad Algemeen in de Softwarehandleiding.
Problemen oplossen Netwerkproblemen (uitsluitend netwerkmodellen) (Vervolg) Problemen Suggesties De functie PC-Fax ontvangen via het netwerk werkt niet. (Alleen Windows®) U dient in te stellen dat eventuele beveiligings-/firewallsoftware PC-Fax ontvangen toestaat. Voer de volgende informatie in om poort 54926 toe te voegen voor PC-Fax ontvangen via het netwerk: Bij Naam: voer een beschrijving in, bijvoorbeeld Brother PC-Fax ontvangen. Bij Poortnummer: voer 54926 in. Bij Protocol: selecteer UDP.
Kiestoonherkenning instellen Wanneer u een fax automatisch verzendt, wacht uw machine standaard een bepaalde tijd alvorens te beginnen met het kiezen van het nummer. Door de instelling van de kiestoon te wijzigen in Waarneming kunt u uw machine laten kiezen zodra er een kiestoon wordt gevonden. Deze instelling kan wat tijd besparen bij het versturen van één fax naar een aantal verschillende nummers.
Problemen oplossen De afdrukkwaliteit verbeteren B Bij problemen met de afdrukkwaliteit moet u eerst een testpagina afdrukken (Menu, 4, 2, 3). Als de afdruk er goed uitziet, heeft het probleem waarschijnlijk niet met uw machine te maken. Controleer de aansluitingen van de interfacekabel of probeer om een ander document af te drukken. Als de afdruk of de testpagina die is afgedrukt met de machine niet van een goede kwaliteit is, volgt u eerst de volgende stappen.
Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit ABCDEFGH abcdefghijk ABCD abcde 01234 Grijze achtergrond Advies Controleer of u papier gebruikt dat aan onze specificaties voldoet. (Zie Papiersoorten en andere afdrukmedia die kunnen worden gebruikt op pagina 23.) Controleer de omgeving van de machine. Factoren zoals een hoge temperatuur en een hoge vochtigheidsgraad kunnen leiden tot grijze achtergronden. (Raadpleeg Veiligheid en wetgeving folder.) Plaats een nieuwe tonercartridge.
Problemen oplossen Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit Advies Controleer of u papier gebruikt dat aan onze specificaties voldoet. (Zie Papiersoorten en andere afdrukmedia die kunnen worden gebruikt op pagina 23.) Selecteer Dik papier in het printerstuurprogramma, selecteer Dik in het menu van de machine voor het instellen van de papiersoort, of gebruik dunner papier. (Zie Papiersoort op pagina 23 en het tabblad Algemeen in de Softwarehandleiding.
Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit Advies Maak de primaire corona in de drumeenheid schoon. (Zie De primaire corona reinigen op pagina 75.) De drumeenheid is misschien beschadigd. Installeer een nieuwe drumeenheid. (Zie De drumeenheid vervangen op pagina 68.) ABCDEFGH abcdefghijk ABCD abcde 01234 Horizontale strepen op de pagina Controleer de omgeving van de machine. Een omgeving met een hoge luchtvochtigheid en hoge temperaturen kunnen dit probleem met de afdrukkwaliteit veroorzaken.
Problemen oplossen Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit ABCDEFGH abcdefghijk ABCD abcde 01234 Zwarte tonervlekken op de pagina Advies Als u etiketten voor laserprinters gebruikt, kan de lijm op de vellen aan het oppervlak van de OPC-drum blijven kleven. Reinig de drumeenheid. (Zie De drumeenheid reinigen op pagina 77.) Controleer of u papier gebruikt dat aan onze specificaties voldoet. (Zie Papiersoorten en andere afdrukmedia die kunnen worden gebruikt op pagina 23.
Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit FGH ABCDE hijk fg e abcd ABCD abcde 01234 Scheve afdruk Advies Controleer dat het papier of materiaal waarop moet worden afgedrukt op juiste wijze in de papierlade is geplaatst en dat de geleiders niet te los zijn afgesteld of te strak tegen de stapel liggen. Stel de papiergeleiders correct in. (Zie Papier plaatsen op pagina 15.) Wanneer u de handmatige invoergleuf gebruikt, zie Papier plaatsen in de multifunctionele lade op pagina 17.
Problemen oplossen Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit Advies Controleer dat het papier op juiste wijze is geplaatst. (Zie Papier plaatsen op pagina 15.) B DEFGH abc efghijk A CD bcde 1 34 Controleer de papiersoort en -kwaliteit. (Zie Papiersoorten en andere afdrukmedia die kunnen worden gebruikt op pagina 23.) Neem de stapel papier uit de papierlade en draai hem om, of draai hem 180.
Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit ABCDEFGHIJKLMNOPQRSTUVWXYZ. 0123456789. abcdefghijklmnopqrstuvwxyz. ABCDEFGHIJKLMNOPQRSTUVWXYZ. 0123456789. abcdefghijklmnopqrstuvwxyz. ABCDEFGHIJKLMNOPQRSTUVWXYZ. 0123456789. abcdefghijklmnopqrstuvwxyz. ABCDEFGHIJKLMNOPQRSTUVWXYZ. 0123456789. abcdefghijklmnopqrstuvwxyz. Advies Open de achterklep en controleer of de twee groene enveloppehendels aan de linker- en rechterkant omhoog staan.
Problemen oplossen Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit Advies Kies de modus Omkrullen van papier voorkomen in de printerdriver wanneer u niet het door ons aanbevolen papier gebruikt. (Zie Andere afdrukopties (Windows®) of Afdrukinstellingen (Macintosh) in de Softwarehandleiding.) Draai de stapel papier in de papierlade om en druk opnieuw af.
Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit Advies Til de steunklep van de uitvoerlade op.
Problemen oplossen Informatie over de machine Het serienummer controleren U kunt het serienummer van de machine op het LCD-scherm bekijken. a Voor MFC-7360N en MFC-7460DN drukt u op Menu, 6, 1. Voor MFC-7860DW drukt u op Menu, 7, 1. b De machine toont het serienummer op het lcd-scherm. c Druk op Stop/Exit (Stop/Eindigen).
De machine resetten a b Druk op Menu, 0. c Druk op a of b om de gewenste resetfunctie te kiezen. Druk op OK. d Ga op een van de volgende manieren te werk: Druk op a of b om Resetten weer te geven. Druk op OK. Druk op 1 om de instellingen te resetten en ga naar stap e. Druk op 2 om het menu zonder wijzigingen door te voeren te verlaten en ga naar stap f. e U wordt gevraagd om de machine opnieuw op te starten.
C Menu en functies Programmeren op het scherm Druk op 5 voor het Afdrukrapportmenu. Druk op 6 voor het Netwerkmenu. C Druk op 7 voor het menu Machineinfo. Uw machine is zodanig ontworpen dat deze eenvoudig te gebruiken is. Met het LCDscherm kunt u programmeren op het scherm met behulp van de menutoetsen. (MFC-7360N en MFC-7460DN) Druk op 4 voor het Afdrukrapportmenu. Wij hebben stap-voor-stap-instructies op het scherm gecreëerd om u te helpen uw machine te programmeren.
Menutabel C De fabrieksinstellingen zijn vetgedrukt en met een sterretje weergegeven. MFC-7360N, MFC-7460DN, MFC-7860DW (België) MFC-7860DW (Nederland) Kies & OK Kies & OK accepteren afsluiten Kies & OK accepteren afsluiten MFC-7360N, MFC-7460DN (Nederland) Kies & OK Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Opties Omschrijvingen 1.Standaardinst. 1.Tijdklokstand — — 0 Sec.
Menu en functies Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Opties Omschrijvingen 1.Standaardinst. 2.Papier 1.Papiersoort — Dun Hiermee kunt u de papiersoort in de papierlade instellen. 23 Hiermee kunt u het papierformaat in de papierlade instellen. 23 Hiermee kunt u het belvolume aanpassen. 14 Hiermee kunt u het volume van het geluidssignaal aanpassen. 14 Hiermee kunt u het volume van de luidspreker aanpassen. 14 Verhoogt het aantal pagina’s dat de tonercartridge kan afdrukken. Zie 1.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Opties Omschrijvingen 1.Standaardinst. 5.LCD-contrast (LCD Contrast) — — -nnnno+ Hiermee stelt u het contrast van het LCD-scherm in. Zie 1. Zie 1. (vervolg) -nnnon+ Pagina -nnonn+* -nonnn+ -onnnn+ 6.Beveiliging — — Verbiedt de meeste handelingen behalve faxen ontvangen. — — Kan de geselecteerde bewerking beperken tot max. 25 individuele gebruikers en alle andere onbevoegde openbare gebruikers. 2.
Menu en functies Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 2.Fax 1.Ontvangstmenu 1.Bel Vertraging (Belvertraging) (Uitsluitend in faxmodus) Opties Omschrijvingen (00 - 06) De belvertraging bepaalt hoe vaak de telefoon overgaat voordat de machine opneemt in de stand Alleen fax of Fax/Tel. 35 Instelling van het snelle/dubbele belsignaal in de stand Fax/Tel, om een normaal telefoontje te signaleren. 35 Hiermee kunt u faxberichten ontvangen zonder op Start te drukken.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Opties Omschrijvingen 2.Fax 1.Ontvangstmenu Stand.* (vervolg) (Uitsluitend in faxmodus) 7.Ontvang Pollen (MFC-7860DW) Hiermee stelt u uw machine in om faxberichten van een andere faxmachine op te vragen (pollen). 8.Ontvang Pollen (MFC-7360N en MFC-7460DN) 8.Fax Rx Stempel (MFC-7860DW) Beveilig Tijdklok Aan Uit* 9.Fax Rx Stempel (MFC-7360N en MFC-7460DN) 9.Duplex (MFC-7860DW) Aan Uit* 0.Duplex (MFC-7460DN) 2.Verzendmenu 1.
Menu en functies Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Opties Omschrijvingen 2.Fax 2.Verzendmenu Stand.* (vervolg) (Uitsluitend in faxmodus) 6.Verzend Pollen Hiermee stelt u een document op uw machine in zodat een andere faxmachine dit kan opvragen. Beveilig (vervolg) 7.Voorblad inst. Volgende Fax:Aan Volgende Fax:Uit (Volgende fax:Uit) Pagina Zie 1. Deze functie verzendt automatisch een voorblad dat u hebt geprogrammeerd. Aan Uit* Print voorbeeld 8.Voorblad Opm. (Voorblad opm.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Opties Omschrijvingen 2.Fax 4.Kies rapport Uit (vervolg) (vervolg) 2.Journaal tijd (Journaalper.) Hiermee stelt u het tijdsinterval in voor het afdrukken van het faxjournaal. Na 50 faxen* Elke 6 uur (Om de 6 uur) Elke 12 uur (Om de 12 uur) Elke 24 uur (Om de 24 uur) Elke 2 dagen (Om de 2 dagen) Elke 7 dagen (Om de 7 dagen) 5.Afstandsopties 1.Drzenden/Opsln Uit* Fax Doorzenden Fax Opslaan (Fax opslaan) PC-Fax ontv.
Menu en functies Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Opties Omschrijvingen 2.Fax 6.Kiezen beperkt 1.Kiestoetsen Uit* U kunt de machine instellen op beperkt kiezen bij gebruik van de cijfertoetsen. (vervolg) voer # 2x in Aan 2.Directkies Uit* voer # 2x in Aan 3.Snelkies Uit* voer # 2x in Aan U kunt de machine instellen op beperkt kiezen van snelkiesnummers. — — U kunt controleren welke taken er in het geheugen zitten en geprogrammeerde taken annuleren. 0.Diversen 1.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Opties Omschrijvingen 3.Kopie 2.Helderheid — -nnnno+ Hiermee kunt u de helderheid voor kopieën aanpassen. (vervolg) -nnnon+ Pagina Zie 1. -nnonn+* -nonnn+ -onnnn+ 3.Contrast — -nnnno+ -nnnon+ Hiermee kunt het contrast voor kopieën aanpassen. -nnonn+* -nonnn+ -onnnn+ 1 Zie Uitgebreide gebruikershandleiding. De fabrieksinstellingen zijn vetgedrukt en met een sterretje weergegeven. Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Opties Omschrijvingen Pagina 4.Printer 1.
Menu en functies Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Opties Omschrijvingen 4.Print lijsten 1.Verzendrapport 1.Bekijk op LCD — 2.Print rapport — Hiermee drukt u een rapport van uw laatste transmissie af. 2.Help (Helplijst) — — Hiermee drukt u de Helplijst af om snel te bekijken hoe u uw machine kunt programmeren. 3.LijstTel-Index (Telefoonlijst) 1.Numeriek — 2.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Opties Omschrijvingen 5.Netwerk 1.TCP/IP 1.Opstartme thode (Boot Method) — Auto* Selecteert de opstartmethode die het beste aan uw eisen voldoet. (MFC-7360N en MFC-7460DN) Statisch RARP BOOTP DHCP 2.IP Address — [000-255]. [000-255]. [000-255]. [000-255] Voer het IP-adres in. 3.Subnet Mask — [000-255]. [000-255]. [000-255]. [000-255] Voer het subnetmasker in. 4.Gateway — [000-255]. [000-255]. [000-255]. [000-255] Voer het adres van de gateway in.
Menu en functies Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Opties Omschrijvingen 5.Netwerk 2.Ethernet — — Auto* Selecteert de Ethernetlinkmodus. (MFC-7360N en MFC-7860DW) 100B-FD 100B-HD (vervolg) 10B-FD 10B-HD — 3.Status — Actief 100B-FD Actief 100B-HD Toont de Ethernetlinkstatus. Actief 10B-FD Actief 10B-HD Inactief Kabel UIT 4.MAC-adres — — — Toont het MAC-adres van de machine. 5.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Opties Omschrijvingen 6.Netwerk 1.Vast LAN 1.TCP/IP 2.IP Address Voer het IP-adres in. (MFC-7860DW) (vervolg) (vervolg) [000-255]. [000-255]. [000-255]. [000-255] 3.Subnet Mask [000-255]. [000-255]. [000-255]. [000-255] Voer het subnetmasker in. 4.Gateway [000-255]. [000-255]. [000-255]. [000-255] Voer het adres van de gateway in. 5.Knooppunt naam (Node naam) BRNXXXXXXXXXXXX Voer de naam van het knooppunt in. 6.
Menu en functies Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Opties Omschrijvingen 6.Netwerk 1.Vast LAN — Actief 100B-FD (MFC-7860DW) (vervolg) 3.Status kabel U kunt de huidige bedrade status zien. Actief 100B-HD (vervolg) Actief 10B-FD Actief 10B-HD Inactief Kabel UIT 2.WLAN 4.MAC-adres — — Toont het MAC-adres van de machine. 5.Standaard inst (Standaardinst.) — 1.Herstel De instelling voor bedraad netwerk weer op standaardinstelling herstellen. 6.Bedraad activ. — 1.TCP/IP 1.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Opties Omschrijvingen 6.Netwerk 2.WLAN 1.TCP/IP 7.WINS Server Primary (MFC-7860DW) (vervolg) (vervolg) Specificeert het IPadres van de primaire of secundaire WINSserver. [000-255]. [000-255]. [000-255]. [000-255] (vervolg) Secondary [000-255]. [000-255]. [000-255]. [000-255] 8.DNS Server Primary [000-255]. [000-255]. [000-255]. [000-255] Specificeert het IPadres van de primaire of secundaire DNSserver. Secondary [000-255]. [000-255]. [000-255].
Menu en functies Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Opties Omschrijvingen 6.Netwerk 2.WLAN 1.Status Actief(11b) (MFC-7860DW) (vervolg) 5.Status WLAN U kunt de status van het huidige draadloze netwerk zien. Actief(11g) (vervolg) Bedrade LAN act. WLAN UIT AOSS actief Verbind. mislukt (Geen contact) 2.Signaal Sterk Medium Zwak U kunt de signaalsterkte van het huidige draadloze netwerk zien. Geen 3.Scannen > FTP 3.SSID — U kunt de huidige SSID zien. 4.Comm. Modus (Comm.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Opties Omschrijvingen 6.Netwerk 0.Netwerk reset — — 1.Herstel Alle netwerkinstellingen weer op de fabrieksinstellingen instellen. (MFC-7860DW) 2.Stop (vervolg) Raadpleeg de Netwerkhandleiding. De fabrieksinstellingen zijn vetgedrukt en met een sterretje weergegeven. Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Opties Omschrijvingen 6.Machine-info 1.Serienummer — — U kunt het serienummer van uw machine controleren. 123 2.
Menu en functies Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Opties Omschrijvingen 0.Stand.instel. 2.Datum&Tijd (Datum & tijd) 3.Time Zone UTC±XX:XX Na het ophalen van IFAX kunt u de tijdzone voor uw land instellen. Zie 3. Fax: Stelt de naam en het faxnummer in die op elke faxpagina moeten worden afgedrukt. Zie 2. (vervolg) (vervolg) (MFC-7460DN en MFC-7860DW) 3.Stations-ID — Tel: Naam: 4.Toon/Puls — (voor Nederland) 4.
Tekst invoeren C Bij het instellen van bepaalde menuopties, zoals de Stations-ID, moet tekst in teksttekens worden ingevoerd. Op de kiestoetsen zijn letters afgedrukt. Op de toetsen 0, # en l zijn geen letters gedrukt omdat deze worden gebruikt voor speciale tekens. Druk het gewenste aantal keren (zoals u leest in deze referentietabel) op de betreffende toets van het toetsenblok om het gewenste teken te krijgen.
Menu en functies Speciale tekens en symbolen Druk op l, # of 0 en druk vervolgens op d of c om de cursor op het gewenste symbool of teken te zetten. Druk op OK om het te selecteren. Afhankelijk van uw menuselectie verschijnen de volgende symbolen en tekens. Druk op l voor (spatie) ! " # $ % & ’ ( ) l + , - . / m Druk op # voor :;<=>?@[]ˆ_\~‘|{} Druk op 0 voor ÄËÖÜÀÇÈÉ0 C 145
D Specificaties D Algemeen D Opmerking Dit hoofdstuk biedt een overzicht van de specificaties van de machines. Uitgebreidere specificaties vindt u op http://www.brother.com/.
Specificaties Afmetingen 316 mm 398.5 mm 405 mm Gewicht Met verbruiksartikelen: Geluidsniveau Geluidskracht 1 (MFC-7360N) 11,4 kg (MFC-7460DN/MFC-7860DW) 11,6 kg In bedrijf (kopiëren): (MFC-7360N) LWAd = 6,74 B (A) (MFC-7460DN / MFC-7860DW) LWAd = 6,4 B (A) 2 Stand-by: (MFC-7360N) LWAd = 4,3 B (A) (MFC-7460DN / MFC-7860DW) LWAd = 4,22 B (A) Geluidsdruk In bedrijf (afdrukken): LPAm = 53 dB (A) Stand-by: LPAm = 30 dB (A) 1 Gemeten conform ISO 9296.
Documentgrootte Document grootte (enkelzijdig) 148 D Breedte ADF: 147,3 tot 215,9 mm Lengte ADF: 147,3 tot 355,6 mm Breedte glasplaat: Max. 215,9 mm Lengte glasplaat: Max.
Specificaties Afdrukmedia Papierinvoer D Papierlade Papiersoort: Normaal papier, dun papier of kringloop papier Papierformaat: Letter, A4, B5 (ISO/JIS), A5, A5 (Lange zijde), B6 (ISO), A6, Executive Papiergewicht: 60 tot 105 g/m2 Maximale capaciteit papierlade: Maximaal 250 vellen van 80 g/m2 Normaal papier Sleuf voor handmatige invoer Papiersoort: Enveloppe, etiketten 1, dun papier, dik papier, kringloop papier, bankpost papier of normaal papier Papierformaat: Breedte: 76,2 tot 21
Fax D Compatibiliteit (MFC-7360N en MFC-7460DN) Groep 3 (MFC-7860DW) Supergroep 3 Modemsnelheid Automatische terugval: (MFC-7360N en MFC-7460DN) 14.400 bps (MFC-7860DW) 33.600 bps Dubbelzijdig afdrukken ontvangen (duplex) Ja (MFC-7460DN en MFC-7860DW) Scanbreedte Max. 208 mm Afdrukbreedte Max.
Specificaties Kopiëren D Kleur / zwart-wit Zwart-wit Breedte kopie Max.
Scanner D Kleur / zwart Ja/Ja TWAIN-compatibel Ja (Windows® 2000 Professional/Windows® XP/Windows® XP Pro fessional x64 Edition/Windows Vista®/Windows® 7) Mac OS X 10.4.11, 10.5.x, 10.6.x 1 WIA-compatibel Ja (Windows® XP/Windows Vista®/Windows® 7) Kleur Intensiteit 48 bits interne / 24 bits externe kleuren Resolutie Max. 19.200 19.200 dpi (geïnterpoleerd) 2 Max. 600 2.400 dpi (optisch) 2 (via glasplaat) Max. 600 600 dpi (optisch) 2 (via ADF) Scanbreedte Max.
Specificaties Printer Automatisch dubbelzijdig (duplex) afdrukken D Ja (MFC-7460DN / MFC-7860DW) Emulaties (MFC-7860DW) PCL6, BR-Script3 (PostScript® 3™ compatibel) Resolutie 600 dpi 600 dpi, HQ1200 (2400 600 dpi) kwaliteit Afdruksnelheid (Duplex) Maximaal 5 pagina's/minuut (A4-formaat) 1 (MFC-7460DN / MFC-7860DW) 1 Afdruksnelheid (MFC-7360N) Maximaal 24 pagina's/minuut (A4-formaat) 1 (MFC-7460DN / MFC-7860DW) Maximaal 26 pagina's/minuut (A4-formaat) 1 Tijd voor eerste afdruk Minder dan 8
Interfaces D USB We adviseren u een USB-kabel (type A/B) te gebruiken die niet langer is dan 2 meter. 1 2 Ethernet 3 Gebruik een Ethernet UTP-kabel van categorie 5 of hoger. Draadloze LAN (MFC-7860DW) IEEE 802.11 b/g (Infrastructuur / Ad-hocmodus) 1 Uw machine beschikt over een Hi-Speed USB 2.0-interface. De machine kan ook worden aangesloten op een computer met een USB 1.1-interface. 2 USB-poorten van andere merken worden niet ondersteund.
Specificaties Systeemvereisten D Minimale systeemvereisten en ondersteunde PC-softwarefuncties Computerplatform en versie besturingssysteem Windows® Windows® besturings 2000 systeem 1 Professional Minimumsnelhe id processor Intel® Pentium® II of gelijkwaardig Minimal Aanbev e RAM olen RAM 64 MB 256 MB Harde schijfruimte om te installeren Voor drivers Voor progra mma’s 150 MB 500 MB 500 MB 1,2 GB 5 128 MB Windows® XP Home 2 6 Windows® XP Professional Onderste unde pcsoftwaref uncties Onde
Minimale systeemvereisten en ondersteunde PC-softwarefuncties Computerplatform en versie besturingssysteem Minimumsnelhe id processor Windows® Windows besturings Server® systeem 1 2003 (drukt (vervolg) uitsluitend af via een netwerk) Intel® Pentium® III of gelijkwaardig Windows Server® 2003 x64 Edition (drukt uitsluitend af via het netwerk) 64-bits (Intel®64 of AMD64) ondersteunde CPU Windows Server® 2008 (drukt uitsluitend af via een netwerk) Intel® Pentium® 4 of gelijkwaardige 64-bits (Intel®64 of
Specificaties 1 Internet Explorer® 6.0 of hoger. 2 Voor WIA, 1.200 x 1.200 resolutie. Brother Scanner Toepassing verbetert tot 19.200 x 19.200 dpi. 3 USB-poorten van andere merken worden niet ondersteund. 4 PC-Fax ondersteunt alleen zwart-wit. 5 PaperPort™ 11SE ondersteunt Microsoft® SP4 of hoger voor Windows® 2000. 6 PaperPort™ 12SE ondersteunt Microsoft® SP3 of hoger voor Windows® XP en SP2 of hoger voor Windows Vista® en Windows® 7.
Verbruiksartikelen Levensduur tonercartridge (Voor MFC-7360N)startertonercartridge: D Circa 700 pagina's (A4) 1 Standaard tonercartridge: TN-2210 Circa 1.200 pagina's (A4) 1 High-yield tonercartridge: Drumeenheid TN-2220 Circa 2.600 pagina's (A4) 1 DR-2200 Circa 12.000 pagina's (A4) 2 1 De capaciteit van de gemiddelde cartridge is in overeenstemming met ISO/IEC 19752. 2 De drumcapaciteit is een gemiddelde waarde, en kan verschillen met het soort gebruik.
Specificaties Netwerk (LAN) D Opmerking Raadpleeg de Netwerkhandleiding voor meer informatie over de volledige netwerkspecificaties. LAN U kunt de machine op een netwerk aansluiten voor printen via het netwerk, netwerkscannen, PC-Fax verzenden, PC-Fax ontvangen (alleen Windows®) en externe installatie 1. De software voor netwerkbeheer Brother BRAdmin Light 2 is eveneens bijgeleverd.
E Index A D Aansluiten extern antwoordapparaat (ANTW.APP.) ........................................38 externe telefoon ....................................40 Aansluiting op meerdere lijnen (PBX) ......39 ADF (automatische documenttoevoer) gebruiken ..............................................28 Adresboek ................................................13 Afdruk problemen ...........................................107 Afdrukken Emulaties ............................................153 kwalitieit ......
Faxcodes code voor het aannemen van de telefoon .................................................41 faxontvangstcode ..................................41 wijzigen .................................................41 Foutmeldingen op het LCD-scherm Comm. Fout ..........................................85 Geen papier ..........................................87 Foutmeldingen op het lcd-scherm Drum stoppen .......................................69 Drum vervangen ...................................68 Drumfout ...
P R PaperPort™ 12SE met OCR raadpleeg de Softwarehandleiding. Zie ook de Help in de PaperPort™ 12SE toepassing. Papier .............................................. 23, 149 aanbevolen .................................... 23, 24 afmetingen ............................................24 formaat ..................................................24 ladecapaciteit ........................................24 plaatsen ................................................15 in multifunctionele lade ...................
T Tekst, invoeren ......................................144 Tel/R-toets ...............................................12 Telefoonlijn aansluitingen .........................................38 meerdere lijnen (PBX) ..........................39 problemen ...........................................103 telefoonlijn storing .................................................112 Toets Veilig afdrukken .............................12 Toets voor opnieuw kiezen / pauze .........44 Tonercartridge vervangen ...........
Deze machines zijn uitsluitend goedgekeurd voor gebruik in het land van aankoop. Lokale Brother-bedrijven of hun dealers voeren alleen servicewerkzaamheden uit aan machines die in eigen land zijn aangeschaft.