Network User's Guide

Table Of Contents
Appendix A
131
A
BOOTP gebruiken voor het configureren van het IP-adres
BOOTP is een alternatief op rarp. Het voordeel van BOOTP is, dat ook het subnetmasker en de gateway
geconfigureerd kunnen worden. Als u BOOTP wilt gebruiken voor het configureren van het IP-adres, moet
BOOTP op uw hostcomputer zijn geïnstalleerd en daar draaien (het behoort in het bestand
/etc/services
op
uw host als een ware service te verschijnen; typ
man bootpd
of raadpleeg de met uw systeem meegeleverde
documentatie voor nadere informatie hierover). BOOTP wordt doorgaans opgestart via het bestand
/etc/inetd.conf
, en u kunt dit activeren door het "#" te verwijderen dat in dit bestand voor de ingang bootp
staat. Bijvoorbeeld, een doorsnee bootp-ingang in het bestand /etc/inetd.conf kan er als volgt uitzien:
#bootp dgram udp wait /usr/etc/bootpd bootpd -i
Afhankelijk van het systeem, kan deze ingang "bootps" heten in plaats van "bootp".
Opmerking
Voor het activeren van BOOTP gebruikt u een editor om "#" te verwijderen (staat er geen "#", dan is BOOTP
reeds geactiveerd). Bewerk nu het BOOTP-configuratiebestand (doorgaans /etc/bootptab) en voer de naam
in, plus het netwerktype (1 voor Ethernet), het Ethernetadres en het IP-adres, het subnetmasker en de
gateway van de afdrukserver. Helaas kan de indeling van deze gegevens afwijken, en het is derhalve zaak
dat u de met uw systeem meegeleverde documentatie raadpleegt om te zien hoe u deze informatie invoert
(veel UNIX
®
-systemen hebben templates in het bestand bootptab, die u als voorbeeld kunt gebruiken). Een
voorbeeld van een doorsnee /etc/bootptab ingang is: (“BRN" hieronder moet voor een draadloos netwerk
worden vervangen door “BRW” )
BRN_310107 1 00:80:77:31:01:07 192.168.1.2
en:
BRN_310107:ht=ethernet:ha=008077310107:\
ip=192.168.1.2:
Bepaalde implementaties van BOOTP-hostsoftware reageren alleen op BOOTP-verzoeken als u in het
configuratiebestand een download-bestandsnaam hebt opgenomen; hiertoe maakt u gewoon een leeg
bestand op de host en specificeert u dit bestand en zijn pad in het configuratiebestand.
Net als bij rarp, zal de afdrukserver zijn IP-adres bij de BOOTP-server opvragen zodra de printer wordt opgestart.