Network User's Guide

Table Of Contents
Beveiligingsfuncties
99
9
Uw netwerkmachine veilig beheren met SSL/TLS 9
Om uw netwerkmachine veilig te kunnen beheren, dient u de beheerprogramma's met beveiligingsprotocols
te gebruiken.
Veilig beheer met Beheer via een webbrowser 9
Wij raden u aan het HTTPS- en SNMPv3-protocol te gebruiken voor een veilig beheer. Om het HTTPS-
protocol te kunnen gebruiken, dient u de volgende machineinstellingen door te voeren.
Een certificaat door uzelf ondertekend of een certificaat die werd uitgevaardigd door een CA en een
private sleutel moeten geïnstalleerd zijn op de machine. (Raadpleeg Certificaten gebruiken ter beveiliging
van de machine op pagina 108 voor meer informatie over het installeren van een certificaat en een private
sleutel.)
Het HTTPS-protocol moet geactiveerd zijn. Om het HTTPS-protocol in te schakelen, kiest u een
geïnstalleerd certificaat uit de keuzelijst op de pagina HTTP-serverinstellingen van Beheer via een
webbrowser op de pagina Protocol configureren, en activeert u vervolgens SSL-communicatie wordt
gebruikt (poort 443). (Raadpleeg De instellingen van de machine configureren met Beheer via een
webbrowser op pagina 72 voor informatie over het raadplegen van de pagina Protocol configureren.)
a Start uw webbrowser.
b Typ "https://openbare naam/" in uw browser. ("Openbare naam" is de openbare naam die u hebt
toegewezen aan het certificaat, zoals een IP-adres, een naam van een knooppunt of een domeinnaam.
Raadpleeg Certificaten gebruiken ter beveiliging van de machine op pagina 108 voor meer informatie
over het toewijzen van een openbare naam aan het certificaat.)
Bijvoorbeeld:
https://192.168.1.2/ (als de openbare naam het IP-adres van de printer is)
c U krijgt nu toegang tot de machine via HTTPS.
Wij raden u aan veilig beheer (SNMPv3) te gebruiken in combinatie met het HTTPS-protocol. Als u het
SNMPv3-protocol gebruikt, dient u onderstaande stappen te volgen.
Opmerking
U kunt de SNMP-instellingen ook wijzigen met BRAdmin Professional 3 of Web BRAdmin.
d Klik op Netwerkconfiguratie.
e Voer een gebruikersnaam en wachtwoord in. De standaardgebruikersnaam is "admin" en het
standaardwachtwoord is "access".
f Klik op OK.
g Klik op Protocol configureren.