Software User's Guide

Table Of Contents
Netwerkscannen
242
13
De standaardinstellingen voor Scan naar netwerk configureren 13
a Selecteer Netwerk bij FTP/netwerkscaninstellingen op het tabblad FTP/netwerkscaninstellingen.
Druk op Indienen.
b Kies het profiel dat u wenst te configureren in FTP/netwerkscanprofiel.
c Typ de naam die u wilt gebruiken voor het Scan naar netwerk-profiel. Deze naam wordt weergegeven
op het LCD-scherm van de machine en mag maximaal 15 tekens lang zijn.
d Host-adres staat voor de domeinnaam van de CIFS-server. Voer het hostadres (bijvoorbeeld
ftp.voorbeeld.com; maximaal 60 tekens) of het IP-adres in (bijvoorbeeld 192.23.56.189).
e Geef op in welke map uw document op de CIFS-server moet worden opgeslagen (bijvoorbeeld
brother\abc) (maximaal 60 tekens).
f Kies de bestandsnaam die u voor het gescande document wilt gebruiken. U hebt de keuze uit zeven
vooraf ingestelde en twee door de gebruiker gedefinieerde bestandsnamen. De bestandsnaam die voor
uw document wordt gebruikt, bestaat uit de door u geselecteerde bestandsnaam plus de laatste 6 cijfers
van de flatbed-/ADF-scannerteller, gevolgd door de bestandsextensie (bijvoorbeeld
Estimate098765.pdf). U kunt ook handmatig een bestandsnaam van maximaal 15 tekens typen.
g Selecteer de scankwaliteit in de vervolgkeuzelijst. U kunt Kleur 100, Kleur 200, Kleur 300, Kleur 600,
Z&W 200, Z&W 200 x 100, Grijs 100 dpi, Grijs 200 dpi, Grijs 300 dpi of Selectie gebruiker
selecteren.