Software User's Guide
Table Of Contents
- SOFTWAREHANDLEIDING
- Inhoudsopgave
- Paragraaf I: Bedieningstoetsen voor de machine
- Paragraaf II: Windows®
- 2 Afdrukken
- De Brother-printerdriver gebruiken
- Een document afdrukken
- Duplex printen
- Gelijktijdig scannen, afdrukken en faxen
- Instellingen van de printerdriver
- De instellingen voor de printerdriver openen
- Functies van de Windows®-printerdriver
- Het tabblad Normaal
- Het tabblad Geavanceerd
- Tabblad accessoires
- Ondersteuning
- Functies in de BR-Script 3-printerdriver (met PostScript® 3™-taalemulatie)
- Status Monitor
- 3 Scannen
- Een document scannen met de TWAIN-driver
- Een document scannen met de WIA-driver (Windows® XP/Windows Vista®/Windows® 7)
- Een document scannen met de WIA-driver (Windows Photo Gallery en Windows Fax & Scan)
- ScanSoft™ PaperPort™ 12SE gebruiken met OCR van NUANCE™
- Items bekijken
- Uw items in mappen rangschikken
- Snelkoppelingen naar andere toepassingen
- Met ScanSoft™ PaperPort™ 12SE met OCR kunt u beeldtekst converteren naar tekst die u kunt bewerken
- Items uit andere applicaties importeren
- Items naar andere formaten exporteren
- ScanSoft™ PaperPort™ 12SE met OCR verwijderen
- 4 ControlCenter4
- Overzicht
- ControlCenter4 gebruiken in de modus Home
- Tabblad Scannen
- Tabblad PC-FAX (voor MFC-9460CDN, MFC-9465CDN en MFC-9970CDW)
- Het tabblad Apparaatinstellingen
- Tabblad Ondersteuning
- ControlCenter4 gebruiken in de modus Geavanceerd
- Tabblad Scannen
- Tabblad PC-Kopiëren
- Tabblad PC-FAX (voor MFC-9460CDN, MFC-9465CDN en MFC-9970CDW)
- Het tabblad Apparaatinstellingen
- Tabblad Ondersteuning
- Tabblad Aangepast
- 5 Remote Setup (voor MFC-9460CDN, MFC-9465CDN en MFC-9970CDW)
- 6 Brother PC-FAX-software (voor MFC-9460CDN, MFC-9465CDN en MFC-9970CDW)
- 7 Firewall-instellingen (voor netwerkgebruikers)
- 2 Afdrukken
- Paragraaf III: Apple Macintosh
- 8 Afdrukken en faxen
- 9 Scannen
- 10 ControlCenter2
- 11 Remote Setup
- Paragraaf IV: De scantoets gebruiken
- 12 Scannen (voor gebruikers van een USB-kabel)
- 13 Netwerkscannen
- Voordat u netwerkscannen gebruikt
- De scantoets gebruiken op uw netwerk
- Scannen naar e-mail
- Scannen naar e-mail (e-mailserver, voor DCP-9270CDN, MFC-9460CDN, MFC-9465CDN en MFC-9970CDW)
- Scannen naar Afbeelding
- Scannen naar OCR
- Scannen naar Bestand
- Scan naar FTP
- Scan naar netwerk
- Een nieuwe standaardwaarde instellen voor Scannen naar e-mail (e-mailserver, voor DCP-9270CDN en MFC-9970CDW)
- Een nieuwe standaardwaarde voor de bestandsgrootte instellen (Voor scannen naar FTP en netwerk) (Voor DCP-9055CDN, MFC-9460CDN en MFC-9465CDN)
- Index
- brother DUT
Scannen
59
3
Opmerking
• U kunt de scanresolutie op maximaal 1200 dpi instellen.
• Gebruik voor resoluties boven 1200 dpi de Scanner Toepassing. (Zie Scanner Toepassing
op pagina 61.)
m Klik in het scandialoogvenster op de toets Scannen.
De machine begint het document te scannen.
Vooraf scannen met de glasplaat om een gedeelte bij te snijden 3
De toets Voorbeeld wordt gebruikt om een voorbeeld van een beeld te bekijken, zodat u alle ongewenste
delen kunt bijsnijden. Wanneer u tevreden bent met het getoonde voorbeeld, klikt u op de toets Scannen in
het scandialoogvenster om het beeld te scannen.
a Volg de stappen a tot en met g in het gedeelte Een document naar de pc scannen op pagina 57.
b Selecteer Flatbed in de keuzelijst Papierinvoer (1).
Papierinvoer (1)
Type afbeelding (2)
De kwaliteit van de gescande foto aanpassen (3)
Te scannen gedeelte (4)
c Selecteer het type afbeelding (2).
d Klik op Voorbeeld.
Het hele beeld wordt naar uw pc gescand en verschijnt in het te scannen gedeelte (4).
1
2
4
3