Ingebouwde multiprotocol en multifunctionele Ethernetafdrukserver en draadloze (IEEE 802.11b/g) multifunctionele Ethernet-afdrukserver NETWERKHANDLEIDING Lees deze handleiding aandachtig door voordat u het apparaat op uw netwerk gaat gebruiken. U kunt deze handleiding vanaf de documentatiecd-rom bekijken of afdrukken. Bewaar de documentatiecd-rom op een veilige plaats, zodat u deze wanneer nodig snel kunt raadplegen. Op het Brother Solutions Center (http://solutions.brother.
Definitie van Waarschuwing, Let op en Opmerking In deze handleiding worden de volgende aanduidingen gebruikt: Opmerkingen vertellen u hoe u op een bepaalde situatie moet reageren of geven tips over de werking van een handeling in combinatie met andere functies. Samenstelling en publicatie Deze handleiding is samengesteld en gepubliceerd onder toezicht van Brother Industries, Ltd. De nieuwste productgegevens en specificaties zijn in deze handleiding verwerkt.
Nummers van Brother BELANGRIJK Voor technische ondersteuning en hulp bij de bediening van de machine dient u het land waar u de machine hebt gekocht te bellen. Er dient vanuit dat land te worden gebeld. Klantendienst In de Verenigde Staten In Canada In Europa 1-877-BROTHER (1-877-276-8437) 1-901-379-1215 (fax) 1-877-BROTHER 514-685-4898 (fax) Kijk op http://www.brother.com of neem contact op met uw plaatselijke Brother-kantoor voor nadere informatie.
Accessoires en verbruiksgoederen bestellen In de Verenigde Staten: 1-877-552-MALL (1-877-552-6255) 1-800-947-1445 (fax) http://www.brothermall.com In Canada: 1-877-BROTHER http://www.brother.
Inhoudsopgave 1 Inleiding 1 Overzicht .................................................................................................................................................. 1 Netwerkfuncties ....................................................................................................................................... 2 Afdrukken in een netwerk .................................................................................................................. 2 Scannen in een netwerk ...
Controleren welke netwerkomgeving u hebt .......................................................................................... 25 Aangesloten op een computer die draadloze functies ondersteunt, met een toegangspoort in het netwerk (infrastructuurmodus) ..................................................................................................... 25 Aangesloten op een computer die draadloze functies ondersteunt, zonder een toegangspoort in het netwerk (Ad-hocmodus) ...............................
Aansluitingsmethoden ........................................................................................................................... 86 Peer-to-Peer .................................................................................................................................... 86 Op een netwerk gedeeld ................................................................................................................. 87 Gebruik van de wizard Driver installeren ..................................
1 Inleiding 1 Overzicht Deze machine van Brother heeft een ingebouwde netwerkafdrukserver en kan worden gedeeld op een 10/100 MB bedraad of IEEE 802.11b/802.11g draadloos Ethernet-netwerk. De afdrukserver ondersteunt diverse functies en verbindingsmethoden, afhankelijk van het besturingssysteem dat u gebruikt op een netwerk dat TCP/IP ondersteunt. Deze functies zijn onder meer afdrukken, scannen, PC-FAX verzenden, PC-FAX ontvangen, PhotoCapture Center™, Remote Setup en Status Monitor.
Inleiding Netwerkfuncties 1 De machine van Brother heeft de volgende algemene netwerkfuncties. Afdrukken in een netwerk De afdrukserver biedt afdrukservices voor Windows® 2000/XP, Windows Vista®, Windows® 7 en Windows Server® 2003/2008 met ondersteuning van de TCP/IP-protocollen en voor Macintosh (Mac OS X 10.4.11 10.6.x) met ondersteuning van TCP/IP. Scannen in een netwerk U kunt documenten naar uw computer scannen via het netwerk. (Zie het hoofdstuk Netwerkscannen in de Softwarehandleiding.
Inleiding Beheerprogramma’s 1 BRAdmin Light BRAdmin Light wordt gebruikt voor de voorbereidende installatie van op het netwerk aangesloten apparaten van Brother. Het programma kan tevens worden gebruikt om op uw netwerk te zoeken naar producten van Brother, voor het weergeven van de status en voor het configureren van algemene netwerkinstellingen, zoals het IP-adres. BRAdmin Light is beschikbaar voor Windows® 2000/XP, Windows Vista®, Windows® 7 en Windows Server® 2003/2008 en Mac OS X 10.4.11 - 10.6.x.
Inleiding Typen netwerkverbinding 1 Voorbeeld van draadloze netwerkverbinding Peer-to-peer afdrukken via TCP/IP In een peer-to-peer omgeving kan elke computer rechtstreeks gegevens uitwisselen met alle apparaten. Er is geen centrale server die toegang tot bestanden en het delen van printers beheert.
Inleiding Op een netwerk gedeelde printer In een gedeelde netwerkomgeving stuurt elke computer gegevens via een centraal beheerde computer. Een dergelijke computer wordt vaak een “server” of een “afdrukserver” genoemd. Hij beheert het afdrukken van alle taken. 1 Client-computer 2 Ook wel “server” of “afdrukserver” genoemd 3 TCP/IP of USB (indien beschikbaar) 4 Netwerkprinter (uw machine) In een groter netwerk bevelen wij de op het netwerk gedeelde afdrukmethode aan.
Inleiding Voorbeelden van draadloze netwerkverbindingen Aangesloten op een computer met een toegangspoort in het netwerk (Infrastructuurmodus) Bij dit type netwerk is een centrale toegangspoort het hart van het netwerk. Deze toegangspoort kan tevens fungeren als bridge of gateway naar een bedraad netwerk. Wanneer het draadloze apparaat van Brother (uw machine) deel uitmaakt van dit netwerk, ontvangt het alle afdruktaken via een toegangspoort.
Inleiding Protocollen 1 TCP/IP-protocollen en functies Protocollen zijn gestandaardiseerde sets regels volgens welke gegevens over een netwerk worden overdragen. Protocollen bieden de gebruiker toegang tot op het netwerk aangesloten apparaten. De afdrukserver die met dit product van Brother wordt gebruikt, ondersteunt de TCP/IP-protocollen (TCP/IP = Transmission Control Protocol/Internet Protocol).
Inleiding LPR/LPD Algemeen gebruikte afdrukprotocollen op TCP/IP-netwerken. 1 Custom Raw Port (De standaardinstelling is poort 9100) Nog een algemeen gebruikt afdrukprotocol op TCP/IP-netwerken. mDNS Met mDNS kan een afdrukserver van Brother zichzelf automatisch configureren, zodat hij in een Applesysteem kan werken dat met de eenvoudige netwerkconfiguratie van Mac OS X is ingesteld. (Mac OS X 10.4.11 - 10.6.
2 De machine configureren voor een netwerk met een Ethernetkabelverbinding (alleen DCP-J715W en MFC-J615W) 2 Overzicht Voordat u de machine van Brother in uw netwerkomgeving gaat gebruiken, moet u eerst de software van Brother installeren en de TCP/IP-netwerkinstellingen op de machine zelf configureren. Dit hoofdstuk bevat de basisstappen die nodig zijn om af te drukken via het netwerk met TCP/IP.
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding (alleen DCP-J715W en MFC-J615W) IP-adressen, subnetmaskers en gateways Als u de machine in een genetwerkte TCP/IP-omgeving wilt gebruiken, moet u het IP-adres en het subnetmasker configureren. Het IP-adres dat u toewijst aan de afdrukserver, moet zich op hetzelfde logische netwerk bevinden als uw hostcomputers. Is dit niet het geval, dan moeten het subnetmasker en gatewayadres worden geconfigureerd.
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding (alleen DCP-J715W en MFC-J615W) Subnetmasker Subnetmaskers beperken de netwerkcommunicatie. Voorbeeld: Computer1 kan communiceren met Computer2 2 • Computer1 IP-adres: 192.168.1.2 Subnetmasker: 255.255.255.0 • Computer2 IP-adres: 192.168.1.3 Subnetmasker: 255.255.255.0 Opmerking 0 betekent dat er geen limiet bestaat voor communicatie op dit deel van het adres.
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding (alleen DCP-J715W en MFC-J615W) Stappenoverzicht a De TCP/IP-instellingen configureren. Het IP-adres configureren Het subnetmasker configureren De gateway configureren b i i i Zie pagina 13 Zie pagina 13 Zie pagina 13 i i i i i Zie pagina 16 Zie pagina 16 Zie pagina 68 Zie pagina 18 Zie pagina 107 2 De instellingen van de afdrukserver wijzigen.
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding (alleen DCP-J715W en MFC-J615W) Het IP-adres en subnetmasker instellen BRAdmin Light gebruiken om de machine te configureren als netwerkprinter 2 BRAdmin Light BRAdmin Light wordt gebruikt voor de voorbereidende installatie van op het netwerk aangesloten apparaten van Brother.
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding (alleen DCP-J715W en MFC-J615W) a Start BRAdmin Light. Windows® 2000/XP, Windows Vista®, Windows® 7 en Windows Server® 2003/2008 Klik op start / Alle programma’s 1 / Brother / BRAdmin Light / BRAdmin Light. 1 2 Programma’s bij gebruik van Windows® 2000 Mac OS X 10.4.11 - 10.6.x Dubbelklik op Macintosh HD (Startup Disk) / Bibliotheek / Printers / Brother / Utilities en dan op het bestand BRAdmin Light.jar.
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding (alleen DCP-J715W en MFC-J615W) d Kies STATIC als Boot-methode. Voer het IP-adres, Subnetmasker en de Gateway (indien gewenst) vanaf uw afdrukserver in. Windows® 2 Macintosh e f Klik op OK. Als het IP-adres correct is geprogrammeerd, zal de afdrukserver van Brother in de lijst van apparaten staan.
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding (alleen DCP-J715W en MFC-J615W) De instellingen van de afdrukserver wijzigen Opmerking Bij gebruik van een draadloos netwerk dient u de draadloze instellingen te configureren om de instellingen van de afdrukserver te wijzigen. (Zie De machine voor een draadloos netwerk configureren op pagina 19.) BRAdmin Light gebruiken om de instellingen van de afdrukserver te wijzigen a Start BRAdmin Light.
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding (alleen DCP-J715W en MFC-J615W) a Start BRAdmin Professional 3 (onder Windows® 2000/XP, Windows Vista®, Windows® 7 en Windows Server® 2003/2008) door te klikken op start / Alle programma’s 1 / Brother Administrator Utilities / Brother BRAdmin Professional 3 / BRAdmin Professional3. 2 1 b c d Programma’s bij gebruik van Windows® 2000 Selecteer de afdrukserver/machine die u wilt configureren.
De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding (alleen DCP-J715W en MFC-J615W) De instellingen van de afdrukserver wijzigen met Remote Setup (alleen MFC-J615W) (niet beschikbaar voor Windows Server® 2003/2008) Remote Setup voor Windows® 2 Windows®-toepassing Met de toepassing Remote Setup kunt u de netwerkinstellingen vanuit een configureren. Als u deze toepassing opent, worden de instellingen van uw machine automatisch overgebracht naar uw pc en op het beeldscherm weergegeven.
3 De machine voor een draadloos netwerk configureren Overzicht Als u de machine op een draadloos netwerk wilt aansluiten, volgt u de stappen in de Installatiehandleiding. Wij raden u aan de installatiewizard in het menu Netwerk van het bedieningspaneel van de machine te gebruiken. Met deze methode kunt u de machine makkelijk op het draadloze netwerk aansluiten. Volg de instructies in de meegeleverde Installatiehandleiding.
De machine voor een draadloos netwerk configureren Terminologie en concepten voor draadloos netwerk Als u de machine in een draadloos netwerk wilt gebruiken, moet u ervoor zorgen dat de instellingen overeenkomen met die van het bestaande draadloze netwerk. In dit hoofdstuk worden de terminologie en concepten van deze instellingen besproken, wat van pas kan komen bij het configureren van de machine voor een draadloos netwerk.
De machine voor een draadloos netwerk configureren Verificatiemethoden De machine van Brother ondersteunt de volgende methoden: Open systeem Draadloze apparaten worden zonder enige verificatie op het netwerk toegelaten. Gedeelde sleutel Alle apparaten die toegang tot het draadloze netwerk hebben, delen een geheime vooraf gedefinieerde sleutel. De draadloze machine van Brother gebruikt de WEP-sleutels als vooraf gedefinieerde sleutel.
De machine voor een draadloos netwerk configureren Netwerksleutel Voor elke beveiligingsmethode bestaan diverse regels: Open systeem/Gedeelde sleutel met WEP Deze sleutel is een 64-bits of 128-bits waarde die moet worden ingevoerd in een ASCII-formaat of een hexadecimaal formaat. • 64 (40) bits ASCII: 3 Gebruikt 5 letters. Bijvoorbeeld "WSLAN" (hoofdlettergevoelig). • 64 (40) bits hexadecimaal: Gebruikt 10 hexadecimale tekens. Bijvoorbeeld "71f2234aba". • 128 (104) bits ASCII: Gebruikt 13 letters.
De machine voor een draadloos netwerk configureren Stappenoverzicht voor configuratie van een draadloos netwerk Voor infrastructuurmodus a Controleren welke netwerkomgeving u hebt. (Zie pagina 25.) Infrastructuurmodus Ad-hocmodus Aangesloten op een computer via een toegangspoort b 3 of Zie pagina 24. Zonder toegangspoort aangesloten op een computer die draadloze functies ondersteunt De configuratiemethode van het draadloze netwerk controleren. (Zie pagina 26.
De machine voor een draadloos netwerk configureren Voor Ad-hocmodus a Controleren welke netwerkomgeving u hebt. (Zie pagina 25.) Ad-hocmodus Infrastructuurmodus Zonder toegangspoort aangesloten op een computer die draadloze functies ondersteunt b Zie pagina 23. Aangesloten op een computer via een toegangspoort 3 De configuratiemethode van het draadloze netwerk controleren. (Zie pagina 26.
De machine voor een draadloos netwerk configureren Controleren welke netwerkomgeving u hebt Aangesloten op een computer die draadloze functies ondersteunt, met een toegangspoort in het netwerk (infrastructuurmodus) 1 3 4 2 3 1 Toegangspoort 2 Draadloze netwerkprinter (uw machine) 3 Computer met draadloze functionaliteit die is aangesloten op de toegangspoort 4 Bedrade computer (zonder draadloze voorziening) aangesloten op de toegangspoort met een Ethernet-kabel Aangesloten op een computer die draadloze
De machine voor een draadloos netwerk configureren De configuratiemethode van het draadloze netwerk controleren Er zijn vier methoden om de machine te configureren voor een draadloos netwerk; via het bedieningspaneel van de machine (aanbevolen), met WPS of AOSS™ via het bedieningspaneel, met de pinmethode van Wi-Fi Protected Setup of met het installatieprogramma van Brother. De installatieprocedure varieert, afhankelijk van uw netwerkomgeving.
De machine voor een draadloos netwerk configureren Configuratie via de pinmethode of Wi-Fi Protected Setup (alleen in infrastructuurmodus) Als uw draadloze toegangspoort (A) Wi-Fi Protected Setup ondersteunt, kunt u de machine ook configureren met de pinmethode van Wi-Fi Protected Setup. (Zie De pinmethode of Wi-Fi Protected Setup gebruiken op pagina 37.) Verbinding wanneer de draadloze toegangspoort (router) (A) tevens dienst doet als Registrator 1.
De machine voor een draadloos netwerk configureren De draadloze netwerkmachine configureren met het installatieprogramma van Brother op de installatie-cd-rom U kunt ook het installatieprogramma van Brother gebruiken dat zich op de cd-rom bevindt die u bij de machine hebt ontvangen. U wordt via de instructies op het scherm door het installatieproces geleid totdat de draadloze netwerkmachine van Brother gereed is voor gebruik.
De machine voor een draadloos netwerk configureren De machine voor een draadloos netwerk configureren BELANGRIJK • Als u de machine van Brother wilt aansluiten op het netwerk, raden wij u aan contact op te nemen met de systeembeheerder voordat u aan de installatie begint. U dient de instellingen van het draadloze netwerk te weten om de installatie te kunnen uitvoeren.
De machine voor een draadloos netwerk configureren f Als WLAN inschakelen? of Netwerkinterface draadloos. wordt weergegeven, drukt u op OK om de wijziging te accepteren. Hiermee wordt de installatiewizard voor het draadloze netwerk gestart. Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit) om te annuleren. g De machine zoekt uw netwerk en toont een lijst van beschikbare SSID's. In de lijst behoort de SSID die u zojuist hebt genoteerd te staan.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (Windows®) De installatie van het draadloze netwerk is nu voltooid. Als u door wilt gaan met het installeren van de benodigde drivers en software voor uw apparaat, kiest u MFL-Pro Suite installeren uit het menu van de installatiecd-rom. (Macintosh) De installatie van het draadloze netwerk is nu voltooid. Als u wilt doorgaan met het installeren van de benodigde drivers en software voor het apparaat, dubbelklikt u op StartHereOSX op de installatie-cd-rom.
De machine voor een draadloos netwerk configureren c Druk op a of b om Netwerk te selecteren. Druk op OK. d Voor DCP-J715W en MFC-J615W Druk op a of b om WLAN te selecteren. Druk op OK. e Druk op a of b om Inst. Wizard te selecteren. Druk op OK. f Als WLAN inschakelen? of Netwerkinterface draadloos. wordt weergegeven, drukt u op OK om de wijziging te accepteren. Hiermee wordt de installatiewizard voor het draadloze netwerk gestart. Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit) om te annuleren.
De machine voor een draadloos netwerk configureren o Selecteer Ja om de instellingen toe te passen. Selecteer Nee om te annuleren. Voer een van de volgende handelingen uit: Als u Ja hebt gekozen, gaat u naar p. Als u Nee hebt gekozen, gaat u naar g. p q De machine maakt verbinding met het draadloze apparaat dat u hebt geselecteerd. Als er verbinding met het draadloze apparaat is gemaakt, wordt 60 seconden lang Verbonden weergegeven en is de configuratie voltooid.
De machine voor een draadloos netwerk configureren De machine configureren voor een draadloos netwerk met het WPS of AOSS™menu op het bedieningspaneel Als uw draadloze toegangspoort Wi-Fi Protected Setup (PBC 1) of AOSS™ (drukknopmethode) ondersteunt, kunt u de machine eenvoudig configureren zonder een computer. Het WPS/AOSS™-menu bevindt zich op het bedieningspaneel van de machine van Brother.
De machine voor een draadloos netwerk configureren e Als WLAN inschakelen? of Netwerkinterface draadloos. wordt weergegeven, drukt u op OK om de wijziging te accepteren. Hiermee wordt de installatiewizard voor het draadloze netwerk gestart. Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit) om te annuleren. f De machine zoekt gedurende 2 minuten naar een toegangspoort die Wi-Fi Protected Setup of AOSS™ ondersteunt.
De machine voor een draadloos netwerk configureren LCD-berichten bij het gebruik van het WPS/AOSS™-menu op het bedieningspaneel Bericht op het LCD-scherm Instell. WLAN Bezig verb. WPS (Verb. WPS bezig) AOSS aansluiten (Aansluiting AOSS) Verbonden Verbindingsstatus Actie Toegangspoort wordt gezocht of benaderd en instellingen van de toegangspoort worden gedownload. — Verbinding met de toegangspoort wordt tot stand gebracht. — Verbinding geslaagd. 3 — Verbindingsfout Dubbele sessie gedetecteerd.
De machine voor een draadloos netwerk configureren De pinmethode of Wi-Fi Protected Setup gebruiken Als de draadloze toegangspoort Wi-Fi Protected Setup (pinmethode) ondersteunt, kunt u de machine eenvoudig configureren. De pinmethode (persoonlijk identificatienummer) is een van de verbindingsmethoden die door de Wi-Fi Alliance® is ontwikkeld.
De machine voor een draadloos netwerk configureren g Typ in de browser van een computer in het netwerk “http://IP-adres toegangspoort/”. (Waarbij “IP-adres toegangspoort” het IP-adres is van het apparaat dat dienst doet als registrator 1.) Ga naar de instellingenpagina van WPS (Wi-Fi Protected Setup) en voer voor de registrator de pincode in die in f werd weergegeven op het LCD-scherm en volg de instructies op het scherm. 1 De registrator is doorgaans de toegangspoort / router.
De machine voor een draadloos netwerk configureren (Windows®) De installatie van het draadloze netwerk is nu voltooid. Als u door wilt gaan met het installeren van de benodigde drivers en software voor uw apparaat, kiest u MFL-Pro Suite installeren uit het menu van de installatiecd-rom. (Macintosh) De installatie van het draadloze netwerk is nu voltooid. Als u wilt doorgaan met het installeren van de benodigde drivers en software voor het apparaat, dubbelklikt u op StartHereOSX op de installatie-cd-rom.
4 Draadloze configuratie met het Brotherinstallatieprogramma BELANGRIJK • Hieronder wordt uitgelegd hoe u de machine van Brother in een netwerkomgeving kunt installeren met gebruik van het Brother-installatieprogramma op de cd-rom die u bij de machine hebt ontvangen. • U kunt de machine van Brother ook via het bedieningspaneel instellen en dat is de methode die wij aanbevelen. Zie de Installatiehandleiding of De machine voor een draadloos netwerk configureren op pagina 19.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma De draadloze instellingen configureren a b Zet de computer aan. Start het Brother-installatieprogramma. Windows® 1 2 Plaats de meegeleverde installatie-cd-rom in uw cd-romstation. Het eerste scherm wordt automatisch geopend. Als het scherm met de modelnaam wordt weergegeven, selecteert u uw machine. Als het scherm met de taalkeuze wordt weergegeven, selecteert u de gewenste taal. Het hoofdmenu van de cd-rom wordt weergegeven.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma Macintosh 1 Plaats de meegeleverde installatie-cd-rom in uw cd-romstation. Dubbelklik op het pictogram MFL_PRO Suite op het bureaublad. 2 Dubbelklik op Hulpprogramma’s. 4 3 Dubbelklik op Setup Wizard voor draadloze apparaten.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma c Selecteer Nee en klik op de knop Volgende. 4 d Lees de Belangrijke boodschap. Schakel het selectievakje in nadat u de SSID en netwerksleutel hebt bevestigd en klik op Volgende. e Kies Tijdelijk gebruik van een USB-kabel (aanbevolen) of Tijdelijk gebruik van een netwerkkabel (LAN) en klik op Volgende. Als u Tijdelijk gebruik van een USB-kabel (aanbevolen) kiest, gaat u naar stap f.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma f (Bij gebruik van een USB-kabel) Sluit de USB-kabel (niet meegeleverd) tijdelijk rechtstreeks aan op de computer en de machine. Ga vervolgens naar stap j. 4 g (Bij gebruik van een LAN-kabel) Lees de Belangrijke boodschap. Schakel het selectievakje in nadat u hebt gecontroleerd of de bekabelde instelling is geactiveerd en klik op Volgende.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma h (Bij gebruik van een LAN-kabel) Sluit het draadloze apparaat van Brother tijdelijk met een netwerkkabel (niet meegeleverd) op de toegangspoort aan en klik op Volgende. 4 i (Bij gebruik van een LAN-kabel) Selecteer de machine die u wilt configureren en klik op Volgende. AIs de lijst leeg is, controleert u of de toegangspoort en de machine aanstaan en klikt u op Vernieuwen. Opmerking De standaardknooppuntnaam is “BRNxxxxxxxxxxxx”.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma j De wizard zoekt naar draadloze netwerken die voor de machine beschikbaar zijn. Selecteer de toegangspoort waaraan u de machine wilt koppelen en klik op Volgende. 4 Opmerking • Is de lijst leeg, controleer dan of de voeding van de toegangspoort is ingeschakeld en of deze de SSID doorgeeft, en controleer vervolgens of de machine en de toegangspoort zich binnen het bereik voor draadloze communicatie bevinden. Klik vervolgens op Vernieuwen.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma l Voer de Netwerksleutel in en vervolgens opnieuw bij Netwerksleutel bevestigen en klik op Volgende. 4 m Klik op Volgende. De instellingen worden naar de machine verzonden. Opmerking • De instellingen blijven ongewijzigd als u op Annuleren klikt. • Als u het IP-adres van de machine handmatig wilt wijzigen, klikt u op IP-adres wijzigen en geeft u de benodigde IP-instellingen voor uw netwerk op.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma n (Bij gebruik van een LAN-kabel) Er wordt automatisch een rapport van het draadloze LAN afgedrukt. Kies de status die wordt weergegeven bij Connection op het draadloze LAN-rapport. Klik op Volgende. Als de status "Connection:OK" is, gaat u naar stap p. Als de status "Connection:Failed" is, gaat u naar stap o. 4 o (Bij gebruik van een LAN-kabel) Klik op Voltooien.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma p (Bij gebruik van een USB-kabel) Koppel de USB-kabel tussen de computer en de machine los. 4 (Bij gebruik van een LAN-kabel) Koppel de netwerkkabel tussen de toegangspoort en machine los en klik op Volgende. q Klik op Voltooien.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma (Windows®) De installatie van het draadloze netwerk is nu voltooid. Als u door wilt gaan met het installeren van de benodigde drivers en software voor uw apparaat, kiest u MFL-Pro Suite installeren uit het menu van de installatiecd-rom. (Macintosh) De installatie van het draadloze netwerk is nu voltooid.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma Configuratie via het WPS- of AOSS™-menu op het bedieningspaneel (automatische draadloze modus) Voordat u de draadloze instellingen configureert BELANGRIJK • Als u de draadloze instellingen van de machine reeds eerder hebt geconfigureerd, moet u eerst de LANinstellingen herstellen voordat u de draadloze instellingen opnieuw kunt configureren. Druk op Menu, a of b om Netwerk te selecteren en druk op OK. Druk op a of b om Netw.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma c Start het Brother-installatieprogramma. Windows® 1 Plaats de meegeleverde installatie-cd-rom in uw cd-romstation. Het eerste scherm wordt automatisch geopend. Als het scherm met de modelnaam wordt weergegeven, selecteert u uw machine. Als het scherm met de taalkeuze wordt weergegeven, selecteert u de gewenste taal. 2 Het hoofdmenu van de cd-rom wordt weergegeven. Klik op Geavanceerd.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma Macintosh 1 Plaats de meegeleverde installatie-cd-rom in uw cd-romstation. Dubbelklik op het pictogram MFL_PRO Suite op het bureaublad. 2 Dubbelklik op Hulpprogramma’s. 4 3 Dubbelklik op Setup Wizard voor draadloze apparaten.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma d Kies Ja, mijn toegangspoort ondersteunt WPS of AOSS en ik wil deze functie gebruiken. en klik op Volgende. 4 e Lees de Belangrijke boodschap. Schakel het selectievakje in nadat u hebt gecontroleerd of de draadloze instelling is geactiveerd en klik op Volgende. f Druk op Menu, a of b om Netwerk te selecteren en druk op OK. (Voor DCP-J715W en MFC-J615W) Druk op a of b om WLAN te selecteren en druk vervolgens op OK.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma i Als Verbonden wordt weergegeven op het LCD-scherm, is de machine met succes aangesloten op de router of de toegangspoort. U kunt de machine nu op het draadloze netwerk gebruiken. Als Verbindingsfout wordt weergegeven op het LCD-scherm, is een dubbele sessie gedetecteerd. De machine heeft meer dan één toegangspoort of router in het netwerk gedetecteerd waarop de Wi-Fi Protected Setup-modus of AOSS™-modus is ingeschakeld.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma j Klik op Volgende. 4 k Schakel het selectievakje in nadat u hebt gecontroleerd of u de draadloze instellingen hebt voltooid en klik vervolgens op Voltooien. (Windows®) De installatie van het draadloze netwerk is nu voltooid. Als u door wilt gaan met het installeren van de benodigde drivers en software voor uw apparaat, kiest u MFL-Pro Suite installeren uit het menu van de installatiecd-rom.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma Configureren in Ad-hocmodus Voordat u de draadloze instellingen configureert BELANGRIJK • Als u de draadloze instellingen van de machine reeds eerder hebt geconfigureerd, moet u eerst de LANinstellingen herstellen, pas dan kunt u de draadloze instellingen opnieuw configureren. Druk op Menu, a of b om Netwerk te selecteren en druk op OK. Druk op a of b om Netw. resetten te selecteren en druk op OK.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma c Start het Brother-installatieprogramma. Windows® 1 Plaats de meegeleverde installatie-cd-rom in uw cd-romstation. Het eerste scherm wordt automatisch geopend. Als het scherm met de modelnaam wordt weergegeven, selecteert u uw machine. Als het scherm met de taalkeuze wordt weergegeven, selecteert u de gewenste taal. 2 Het hoofdmenu van de cd-rom wordt weergegeven. Klik op Geavanceerd.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma Macintosh 1 Plaats de meegeleverde installatie-cd-rom in uw cd-romstation. Dubbelklik op het pictogram MFL_PRO Suite op het bureaublad. 2 Dubbelklik op Hulpprogramma’s. 4 3 Dubbelklik op Setup Wizard voor draadloze apparaten.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma d Selecteer Nee en klik op de knop Volgende. 4 e Lees de Belangrijke boodschap. Schakel het selectievakje in nadat u de SSID en netwerksleutel hebt bevestigd en klik op Volgende. f Selecteer Geavanceerde methode en klik op Volgende.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma g Lees de Belangrijke boodschap. Schakel het selectievakje in nadat u hebt gecontroleerd of de draadloze instelling is geactiveerd en klik op Volgende. 4 h U moet de draadloze instellingen van de computer tijdelijk wijzigen. Volg de instructies op uw computerscherm.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma i Om te kunnen communiceren met de niet-geconfigureerde draadloze machine, moet u de draadloze instellingen van deze computer tijdelijk wijzigen in de standaardinstellingen van de machine die op het scherm worden weergegeven. Schakel het selectievakje in nadat u de draadloze instelling hebt bevestigd en klik op Volgende.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma • Windows® XP SP2 of recenter: Volg de onderstaande stappen voor het tijdelijk wijzigen van de draadloze instellingen op de pc: 1 Klik op start en vervolgens op Configuratiescherm. 2 Klik op het pictogram Netwerkverbindingen. 3 Klik met de rechtermuisknop op Draadloze netwerkverbinding. Klik op Beschikbare draadloze netwerken weergeven. 4 De draadloze machine van Brother wordt weergegeven in de lijst.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma k De wizard zoekt naar draadloze netwerken die voor de machine beschikbaar zijn. Selecteer het ad-hocnetwerk waaraan u de machine wilt koppelen en klik op Volgende. 4 Opmerking • Als de lijst leeg is, moet u controleren of de machine zich binnen het bereik van draadloze communicatie bevindt. Klik vervolgens op Vernieuwen.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma m Geef vervolgens de instellingen op bij Netwerksleutel en Netwerksleutel bevestigen en klik op Volgende. 4 n Klik op Volgende. De instellingen worden naar de machine verzonden. Opmerking • De instellingen blijven ongewijzigd als u op Annuleren klikt. • Als u het IP-adres van de machine handmatig wilt wijzigen, klikt u op IP-adres wijzigen en geeft u de benodigde IP-instellingen voor uw netwerk op.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma o Er wordt automatisch een rapport van het draadloze LAN afgedrukt. Kies de status die wordt weergegeven bij Connection op het draadloze LAN-rapport. Klik op Volgende. Als de status "Connection:OK" is, gaat u naar stap q. Als de status "Connection:Failed" is, gaat u naar stap p. 4 Opmerking Als u WEP gebruikt en de status "Connection:OK" is, maar de machine niet wordt gevonden, controleert u of u de WEP-sleutel correct hebt ingevoerd.
Draadloze configuratie met het Brother-installatieprogramma q Om te communiceren met het geconfigureerde draadloze apparaat, moet u de computer met dezelfde draadloze instellingen configureren. Wijzig de draadloze instellingen op de computer, zodat deze hetzelfde zijn als de draadloze instellingen van de machine die worden weergegeven op het afgedrukte draadloze LAN-rapport dat u in stap n hebt afgedrukt. Schakel het selectievakje in nadat u deze instellingen hebt bevestigd en klik op Volgende.
5 Configuratie van het bedieningspaneel Netwerk-menu U moet eerst de correcte TCP/IP-instellingen configureren, pas dan kunt u het product van Brother in een netwerkomgeving gebruiken. In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de netwerkinstellingen kunt configureren via het bedieningspaneel aan de voorzijde van de machine. U kunt de machine van Brother via het Netwerk-menu van het bedieningspaneel voor uw netwerk configureren. Druk op Menu en vervolgens op a of b om Netwerk te selecteren.
Configuratie van het bedieningspaneel a b Druk op Menu. c Voor DCP-J715W en MFC-J615W (Voor bedraad) Druk op a of b om LAN met kabel te selecteren en druk op OK. (Voor draadloos) Druk op a of b om WLAN te selecteren en druk op OK. d Druk op a of b om TCP/IP te selecteren. Druk op OK. e Druk op a of b om BOOT Method te selecteren. Druk op OK. f Druk op a of b om Netwerk te selecteren. Druk op OK.
Configuratie van het bedieningspaneel IP-adres In dit veld verschijnt het huidige IP-adres van de machine. Als u Statisch hebt gekozen als BOOT Method, voert u nu het IP-adres in dat u aan de machine wilt toewijzen (vraag uw netwerkbeheerder welk IP-adres u mag gebruiken). Als u een andere opstartmethode hebt gekozen, zal de machine proberen om het IP-adres te bepalen via het DHCP- of BOOTP-protocol. Het standaard IP-adres van de machine is wellicht niet compatibel met de IP-adresnummering van uw netwerk.
Configuratie van het bedieningspaneel Subnetmasker In dit veld verschijnt het huidige subnetmasker van de machine. Als u DHCP of BOOTP niet gebruikt om het subnetmasker op te vragen, kunt u het gewenste subnetmasker zelf opgeven. Vraag uw netwerkbeheerder welk subnetmasker u mag gebruiken. a b Druk op Menu. c Voor DCP-J715W en MFC-J615W (Voor bedraad) Druk op a of b om LAN met kabel te selecteren en druk op OK. (Voor draadloos) Druk op a of b om WLAN te selecteren en druk op OK.
Configuratie van het bedieningspaneel Gateway In dit veld verschijnt het adres van de huidige gateway of router van de machine. Als u DHCP of BOOTP niet gebruikt om het gateway of routeradres op te vragen, kunt u het gewenste adres zelf opgeven. Als u geen gateway of router hebt, mag u in dit veld niets invullen. Vraag uw netwerkbeheerder als u niet zeker bent. a b Druk op Menu. c Voor DCP-J715W en MFC-J615W (Voor bedraad) Druk op a of b om LAN met kabel te selecteren en druk op OK.
Configuratie van het bedieningspaneel Knooppunt naam U kunt de naam van de machine op het netwerk registreren. Deze naam wordt vaak de NetBIOS-naam genoemd, het is de naam die is geregistreerd bij de WINS-server op uw netwerk. Brother raadt aan de naam BRNxxxxxxxxxxxx te gebruiken voor een bedraad netwerk of BRWxxxxxxxxxxxx voor een draadloos netwerk (waarbij xxxxxxxxxxxx het Ethernet-adres van de machine is) (maximaal 15 tekens). a b Druk op Menu.
Configuratie van het bedieningspaneel WINS Config De selectie in dit veld bepaalt hoe de machine het IP-adres van de WINS-server krijgt. a b Druk op Menu. c Voor DCP-J715W en MFC-J615W (Voor bedraad) Druk op a of b om LAN met kabel te selecteren en druk op OK. (Voor draadloos) Druk op a of b om WLAN te selecteren en druk op OK. d Druk op a of b om TCP/IP te selecteren. Druk op OK. e Druk op a of b om WINS Config te selecteren. Druk op OK.
Configuratie van het bedieningspaneel WINS Server IP-adres van primaire WINS-server In dit veld verschijnt het IP-adres van de primaire WINS-server (Windows® Internet Name Service). Als er een waarde anders dan nul is ingesteld, neemt de machine contact op met deze server om de naam te registreren bij de Windows® Internet Name Service. IP-adres van secundaire WINS-server Dit veld specificeert het IP-adres van de secundaire WINS-server.
Configuratie van het bedieningspaneel DNS Server IP-adres van primaire DNS-server Dit veld toont het IP-adres van de primaire DNS-server (DNS = Domein Naam System). IP-adres van secundaire DNS-server Dit veld toont het IP-adres van de secundaire DNS-server. Dit wordt gebruikt als een back-up voor het adres van de primaire DNS-server. Als de primaire server niet beschikbaar is, zal de machine contact opnemen met de secundaire DNS-server. a b Druk op Menu.
Configuratie van het bedieningspaneel APIPA Wanneer de optie Aan is ingeschakeld, zal de afdrukserver automatisch een Link-Local IP-adres toewijzen in het bereik van (169.254.1.0 - 169.254.254.255) wanneer de afdrukserver geen IP-adres kan krijgen via de BOOT Method die u hebt ingesteld (zie BOOT Method op pagina 68). Als u Uit kiest, wordt het IP-adres niet gewijzigd als de afdrukserver geen IP-adres kan krijgen via de BOOT Method die u hebt ingesteld. a b Druk op Menu.
Configuratie van het bedieningspaneel WPS w/Pincode Als de draadloze toegangspoort Wi-Fi Protected Setup (pinmethode) ondersteunt, kunt u de machine eenvoudig zonder computer configureren. De pinmethode (persoonlijk identificatienummer) is een van de verbindingsmethoden die door de Wi-Fi Alliance® is ontwikkeld.
Configuratie van het bedieningspaneel Signaal In dit veld wordt huidige signaalsterkte van het draadloze netwerk getoond: Signaal:Sterk, Signaal:Medium, Signaal:Zwak of Signaal:Geen. a b Druk op Menu. c Voor DCP-J715W en MFC-J615W Druk op a of b om WLAN te selecteren. Druk op OK. d Druk op a of b om Status WLAN te selecteren. Druk op OK. e Druk op a of b om Signaal te selecteren. Druk op OK.
Configuratie van het bedieningspaneel Comm. Modus In dit veld wordt de huidige communicatiemodus van het draadloze netwerk getoond: Ad-hoc of Infrastructuur. a b Druk op Menu. c Voor DCP-J715W en MFC-J615W Druk op a of b om WLAN te selecteren. Druk op OK. d Druk op a of b om Status WLAN te selecteren. Druk op OK. e Druk op a of b om Comm. Modus (Comm. modus) te selecteren. Druk op OK. f De huidige communicatiemodus van het draadloze netwerk wordt weergegeven: Ad-hoc of Infrastructuur.
Configuratie van het bedieningspaneel Ethernet (alleen DCP-J715W en MFC-J615W) Ethernet-verbindingsmodus. Met de optie Auto kan de afdrukserver middels automatische onderhandelingen in 100BaseTX full of half duplex of in 10BaseT full of half duplex werken. U kunt de verbindingsmodus van de server vast instellen op 100BASE-TX Full Duplex (100B-FD) of Half Duplex (100B-HD) en 10BASE-T Full Duplex (10B-FD) of Half Duplex (10B-HD).
Configuratie van het bedieningspaneel Netwerkinterface (Voor DCP-J715W en MFC-J615W) U kunt het netwerkverbindingstype kiezen: bedrade of draadloze verbinding. Als u gebruik wilt maken van de bedrade verbinding, kiest u LAN met kabel, en als u gebruik wilt maken van de draadloze verbinding kiest u WLAN. Er kan slechts één netwerkverbindingstype tegelijk actief zijn. a b Druk op Menu. c Druk op a of b om Netwerk I/F te selecteren. Druk op OK. d Druk op a of b om LAN met kabel of WLAN te selecteren.
Configuratie van het bedieningspaneel De netwerkinstellingen terugzetten naar de fabrieksinstellingen Als u de standaardinstellingen van de afdrukserver wilt herstellen (alle informatie wordt teruggezet, zoals het wachtwoord en de gegevens m.b.t. het IP-adres), volgt u de onderstaande stappen: Opmerking Deze functie herstelt alle standaardinstellingen van het bedrade en draadloze netwerk. a b Druk op Menu. c Druk op a of b om Netw. resetten te selecteren. Druk op OK. d e Druk op 1 voor Herstel.
Configuratie van het bedieningspaneel De netwerkconfiguratielijst afdrukken Opmerking Knooppuntnaam: de knooppuntnaam wordt weergegeven in de netwerkconfiguratielijst. De standaardnaam is “BRNxxxxxxxxxxxx” voor een bedraad netwerk of “BRWxxxxxxxxxxxx” voor een draadloos netwerk (“xxxxxxxxxxxx” is het MAC-adres/Ethernet-adres van de machine). De netwerkconfiguratielijst is een afgedrukt rapport met een lijst van de huidige netwerkconfiguratie, inclusief de netwerkinstellingen van de afdrukserver.
Configuratie van het bedieningspaneel Het WLAN-rapport afdrukken Op het WLAN-rapport wordt de status van de draadloze verbinding, OK of Failed, weergegeven. Daarnaast wordt aangegeven waarom de verbindingsfout is opgetreden en worden methoden gegeven om het probleem op te lossen. a b Druk op Menu. c Druk op a of b om WLAN-rapport te selecteren. Druk op OK. d Druk op Mono Start of Kleur Start (Colour Start). Druk op a of b om Print lijsten te selecteren. Druk op OK.
6 Wizard Driver installeren (alleen Windows®) Overzicht De wizard Driver installeren kan worden gebruikt om de installatie van op een netwerk aangesloten printers te vereenvoudigen of zelfs geheel automatisch uit te voeren. De wizard Driver installeren kan tevens worden gebruikt voor het maken van zichzelf uitpakkende uitvoerbare bestanden die, indien uitgevoerd op een externe pc, de installatie van een printerdriver geheel automatisch zullen uitvoeren.
Wizard Driver installeren (alleen Windows®) Op een netwerk gedeeld Het apparaat is aangesloten op een netwerk en voor het beheren van afdruktaken wordt een centrale wachtrij gebruikt.
Wizard Driver installeren (alleen Windows®) Gebruik van de wizard Driver installeren a Plaats de meegeleverde installatie-cd-rom in uw cd-romstation. Als het scherm met de modelnaam wordt weergegeven, selecteert u uw machine. Als het scherm met de taalkeuze wordt weergegeven, selecteert u de gewenste taal. b Het hoofdmenu van de cd-rom wordt weergegeven. Klik op Geavanceerd en vervolgens op Netwerkhulpprogramma’s. c Selecteer het installatieprogramma De Driver Deployment Wizard installeren.
Wizard Driver installeren (alleen Windows®) De wizard Driver installeren gebruiken a Wanneer u de wizard Driver installeren voor de eerste keer gebruikt, wordt er een welkomstscherm weergegeven. Klik op Volgende. b c d Selecteer MFC en klik op de knop Volgende. Kies het aansluitingstype voor de machine waarop u wilt afdrukken. Selecteer de gewenste optie en volg de instructies op uw scherm. Als u de Brother Peer-to-Peer netwerkprinter hebt gekozen, wordt het volgende scherm weergegeven.
Wizard Driver installeren (alleen Windows®) e Selecteer de machine die u wilt installeren. Als de printerdriver die u wilt gebruiken op de computer is geïnstalleerd: Schakel het selectievakje Geïnstalleerde drivers in, selecteer de machine die u wilt installeren en klik op Volgende. Als de driver die u wilt gebruiken niet op de computer is geïnstalleerd: Klik op Diskette en geef het pad op voor de printerdriver. 6 f g Klik op Volgende nadat u de juiste driver hebt geselecteerd.
Wizard Driver installeren (alleen Windows®) Een uitvoerbaar bestand maken De wizard Driver installeren kan ook worden gebruikt voor het maken van zichzelf uitpakkende .EXEbestanden. Deze zichzelf uitpakkende .EXE-bestanden kunnen op het netwerk worden opgeslagen, naar een cd-rom of diskette worden gekopieerd en kunnen zelfs naar andere gebruikers worden ge-e-maild.
7 Afdrukken in een netwerk onder Windows® via peer-to-peer TCP/IP Overzicht Als u de machine op een netwerk wilt aansluiten, volgt u de stappen in de Installatiehandleiding. We raden u aan gebruik te maken van het Brother-installatieprogramma op de installatie-cd-rom die u bij de machine hebt ontvangen.
Afdrukken in een netwerk onder Windows® via peer-to-peer TCP/IP De standaard TCP/IP-poort configureren Printerdriver is nog niet geïnstalleerd a Plaats de meegeleverde installatie-cd-rom in uw cd-romstation. Als het scherm met de modelnaam wordt weergegeven, selecteert u uw machine. Als het scherm met de taalkeuze wordt weergegeven, selecteert u de gewenste taal. b c d e f Het hoofdmenu van de cd-rom wordt weergegeven. Klik op Geavanceerd. Klik op Alleen printerdriver (bij gebruik van netwerk).
Afdrukken in een netwerk onder Windows® via peer-to-peer TCP/IP Printerdriver is al geïnstalleerd Als u al een printerdriver hebt geïnstalleerd en deze wilt configureren om af te drukken via een netwerk, volgt u deze procedure: a (Windows® 7) Klik op de knop en achtereenvolgens op Configuratiescherm, Hardware en geluiden en Apparaten en printers. (Windows Vista®) Klik op de knop en achtereenvolgens op Configuratiescherm, Hardware en geluiden en Printers.
8 Vanaf een Macintosh afdrukken via het netwerk Overzicht In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u kunt afdrukken vanaf een Macintosh in een netwerk met behulp van de eenvoudige netwerkconfiguratie van Mac OS X 10.4.11 - 10.6.x. Ga voor recente informatie over het afdrukken vanaf een Macintosh naar het Brother Solutions Center op: http://solutions.brother.com/ De afdrukserver (TCP/IP) selecteren Voor Mac OS X 10.4.11 a b c d e f Zet de machine aan door de stekker in het stopcontact te steken.
Vanaf een Macintosh afdrukken via het netwerk Voor Mac OS X 10.5.x, 10.6.x a b c d Zet de machine aan door de stekker in het stopcontact te steken. Kies Systeemvoorkeuren uit het Apple-menu. Klik op Afdrukken en faxen. Klik op de knop met het plusteken (+) om de machine toe te voegen. 8 e Selecteer Brother MFC-XXXXXX (XXXX is de modelnaam) en klik op Voeg toe. f Kies uw printermodel uit de keuzelijst Standaardprinter om deze als standaardprinter in te stellen. De printer is nu gereed.
Vanaf een Macintosh afdrukken via het netwerk De instellingen van de afdrukserver wijzigen De configuratie wijzigen met Remote Setup (alleen MFC-J615W) Vanaf een Macintosh kunt u de parameters van de machine of afdrukserver wijzigen met de toepassing Remote Setup. (Zie De instellingen van de afdrukserver wijzigen met Remote Setup (alleen MFC-J615W) (niet beschikbaar voor Windows Server® 2003/2008) op pagina 18.
9 Problemen oplossen Overzicht In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe algemene netwerkproblemen met de machine kunnen worden opgelost. Kunt u de oplossing voor het probleem niet in dit hoofdstuk vinden, ga dan naar het Brother Solutions Center op: http://solutions.brother.com/ Controleer of de volgende onderdelen zijn geconfigureerd voordat u dit hoofdstuk leest. Controleer eerst het volgende: Het netsnoer is goed aangesloten en het apparaat is ingeschakeld.
Problemen oplossen Het lukt niet om de configuratie van het draadloze netwerk te voltooien. Vraag Interface Oplossing Is uw SSID correct? draadloos Bevestig opnieuw en selecteer de juiste SSID. • De standaard-SSID bevindt zich mogelijk op een label op de draadloze toegangspoort of router. Het kan ook zijn dat de naam van de fabrikant of het modelnummer van de draadloze toegangspoort of router als de standaard-SSID wordt gebruikt.
Problemen oplossen Het apparaat wordt niet aangetroffen in het netwerk tijdens de installatie van MFL-Pro Suite. Vraag Interface Oplossing Gebruikt u beveiligingssoftware? bedraad/ Bevestig uw instellingen in het installatievenster. draadloos Sta netwerktoegang toe aan de volgende programma's als tijdens de installatie van MFL-Pro Suite een waarschuwing wordt weergeven door uw beveiligingssoftware. BrC3Rgin.
Problemen oplossen Het apparaat kan niet afdrukken of scannen via het netwerk. Het apparaat is niet aangetroffen in het netwerk, zelfs niet nadat het succesvol is geïnstalleerd. Vraag Interface Oplossing Gebruikt u beveiligingssoftware? bedraad/ Zie Ik gebruik beveiligingssoftware. op pagina 104.
Problemen oplossen Het apparaat kan niet afdrukken of scannen via het netwerk. Het apparaat is niet aangetroffen in het netwerk, zelfs niet nadat het succesvol is geïnstalleerd. (Vervolg) Vraag Interface Oplossing (Windows®) Het IP-adres en het subnetmasker bevestigen met het hulpprogramma voor het herstellen van de netwerkverbinding. Gebruik het hulpprogramma voor het herstellen van de netwerkverbinding om de netwerkinstellingen van het apparaat te herstellen.
Problemen oplossen Het apparaat kan niet afdrukken of scannen via het netwerk. Het apparaat is niet aangetroffen in het netwerk, zelfs niet nadat het succesvol is geïnstalleerd. (Vervolg) Vraag Interface Oplossing Is de vorige afdrukopdracht mislukt? bedraad/ Als de mislukte afdruktaak nog steeds in de afdrukwachtrij van uw draadloos computer staat, verwijdert u deze.
Problemen oplossen Ik gebruik beveiligingssoftware. Vraag Interface Oplossing Hebt u de beveiligingswaarschuwing geaccepteerd tijdens de installatie van MFL-Pro Suite of BRAdmin Light of tijdens het gebruik van de afdruk- of scanfuncties? bedraad/ Als u de beveiligingswaarschuwing niet hebt geaccepteerd, verhindert de draadloos firewallfunctie van uw beveiligingssoftware mogelijk de toegang. Sommige beveiligingssoftware blokkeren mogelijk de toegang zonder een beveiligingswaarschuwing weer te geven.
Problemen oplossen Ik wil controleren of mijn netwerkapparaten naar behoren werken. Vraag Interface Oplossing Is uw Brother-apparaat, toegangspoort/router of netwerkhub ingeschakeld? bedraad/ Controleer of u alle instructies in het gedeelte Controleer of de volgende draadloos onderdelen zijn geconfigureerd voordat u dit hoofdstuk leest. op pagina 98 hebt opgevolgd. Waar kan ik de netwerkinstellingen van het apparaat, zoals het IP-adres, vinden? bedraad/ Druk de netwerkconfiguratielijst af.
A Appendix A Services gebruiken Een service is een bron die beschikbaar is voor computers die willen afdrukken op de afdrukserver van Brother. De afdrukserver van Brother biedt de volgende voorgedefinieerde services. Service (voorbeeld) Definitie BINARY_P1 TCP/IP binair, NetBIOS-service TEXT_P1 Tekstservice van TCP/IP (voegt aan het einde van elke regel een regelterugloop toe) BRNxxxxxxxxxxxx TCP/IP binair Waarbij xxxxxxxxxxxx het MAC-adres/Ethernet-adres van de machine is.
Appendix A Andere manieren om het IP-adres in te stellen (voor geavanceerde gebruikers en beheerders) Zie Het IP-adres en subnetmasker instellen op pagina 13 om uit te vinden hoe u de machine met BRAdmin Light voor een netwerk kunt configureren. DHCP gebruiken voor het configureren van het IP-adres Dynamic Host Configuration Protocol (DHCP) is een van de geautomatiseerde mechanismen die gebruikt worden voor het toewijzen van een IP-adres.
Appendix A BOOTP gebruiken voor het configureren van het IP-adres BOOTP is een alternatief op RARP. Het voordeel van BOOTP is, dat ook het subnetmasker en de gateway geconfigureerd kunnen worden.
Appendix A ARP gebruiken voor het configureren van het IP-adres Als u BRAdmin niet kunt gebruiken en het netwerk geen DHCP-server gebruikt, kunt u ook de opdracht ARP gebruiken. De ARP-opdracht is beschikbaar op Windows®-systemen waarop TCP/IP is geïnstalleerd, en op UNIX®-systemen. Als u ARP wilt gebruiken, voert u de onderstaande opdracht in: arp -s ipaddress ethernetaddress waarbij ethernetaddress het Ethernet-adres (MAC-adres) van de afdrukserver is en ipaddress het IPadres van de afdrukserver.
Appendix A Installeren met gebruik van een op het netwerk gedeelde wachtrij of Share (alleen printerdriver) Opmerking Als u een gedeelde printer op het netwerk wilt aansluiten, raden we u aan de systeembeheerder te vragen naar de wachtrijnaam of gedeelde naam van de printer voordat u aan de installatie begint. a b c d e f Start het installatieprogramma op de cd-rom en volg de instructies in de Installatiehandleiding. Selecteer de modelnaam en uw taal (indien nodig) en klik op Geavanceerd.
Appendix A Installatie bij gebruik van Web Services (Windows Vista® en Windows® 7) Opmerking • Zorg dat u een IP-adres op de machine hebt geconfigureerd alvorens u de instructies in dit hoofdstuk uitvoert. Zie De machine configureren voor een netwerk met een Ethernet-kabelverbinding (alleen DCP-J715W en MFC-J615W) op pagina 9 als u het IP-adres nog niet hebt geconfigureerd.
B Appendix B Specificaties van de afdrukserver Bedraad netwerk (alleen DCP-J715W en MFC-J615W) Modelnaam netwerkkaart LAN NC-210h Ondersteuning voor Windows® 2000 Professional, Windows® XP, U kunt de machine aansluiten op een netwerk voor afdrukken en scannen via het netwerk, PC-Fax verzenden 1, PC-Fax ontvangen 1 (alleen Windows®) en Remote Setup 1. De machine wordt bovendien geleverd met de netwerkbeheersoftware Brother BRAdmin Light 2.
Appendix B Draadloos netwerk Modelnaam netwerkkaart LAN NC-220w U kunt de machine aansluiten op een netwerk voor afdrukken en scannen via het netwerk, PC-Fax verzenden 1, PC-Fax ontvangen 2 (alleen Windows®) en Remote Setup 2. De machine wordt bovendien geleverd met de netwerkbeheersoftware Brother BRAdmin Light 3.
Appendix B 5 Ga voor de meest recente driverupdates voor Mac OS X naar http://solutions.brother.com/ 6 U kunt BRAdmin en BRAdmin Professional 3 downloaden via http://solutions.brother.
Appendix B Functietabel en standaardinstellingen Voor DCP-J315W, DCP-J515W, MFC-J265W en MFC-J415W Niveau1 Netwerk Niveau2 TCP/IP Niveau3 BOOT Method Opties IP Address [000-255].[000-255].[000-255].[000-255]. Automatisch/Statisch/RARP/BOOTP/DHCP [000].[000].[000].[000] 1 Subnet Mask [000-255].[000-255].[000-255].[000-255]. [000].[000].[000].[000] 1 Gateway [000-255].[000-255].[000-255].[000-255]. [000].[000].[000].
Appendix B Voor DCP-J715W en MFC-J615W Niveau1 Netwerk Niveau2 Niveau3 LAN met kabel TCP/IP Opties1 BOOT Method IP Address Opties2 Automatisch/Statisch/RARP/BOOTP/ DHCP [000-255].[000-255]. [000-255].[000-255]. [000].[000].[000].[000] 1 Subnet Mask [000-255].[000-255]. [000-255].[000-255]. [000].[000].[000].[000] 1 Gateway [000-255].[000-255]. [000-255].[000-255]. [000].[000].[000].
Appendix B Niveau1 Netwerk Niveau2 WLAN Niveau3 TCP/IP (Vervolg) (Vervolg) (Vervolg) Opties1 Knooppuntnaam Opties2 BRWXXXXXXXXXXXX= (het Ethernet-adres van de machine) (maximaal 15 tekens) WINS Config Automatisch/Statisch WINS Server Primary/Secondary [000-255].[000-255]. [000-255].[000-255]. [000].[000].[000].[000] DNS Server Primary/Secondary [000-255].[000-255]. [000-255].[000-255]. [000].[000].[000].[000] APIPA Inst.
Appendix B Tekst invoeren Voor MFC-modellen Voor het instellen van bepaalde menuopties moet u mogelijk tekst in de machine invoeren. Op de meeste cijfertoetsen zijn drie of vier letters afgebeeld. Op de toetsen 0, # en l staan geen letters omdat deze toetsen een speciale functie hebben. U kunt de juiste letter intoetsen door herhaaldelijk op de betreffende cijfertoets te drukken.
Appendix B Speciale tekens en symbolen Druk herhaaldelijk op l, # of 0 totdat het speciale karakter of symbool dat u wilt invoeren, wordt weergegeven. Druk op l voor Druk op # voor Druk op 0 voor Voor DCP-modellen Druk op a, b, d of c om een letter te selecteren en druk op OK. Selecteer wisselen tussen hoofdletters, kleine letters en speciale tekens.
C Index A Accessoires en verbruiksgoederen ............................. iii AES ........................................................................... 21 Afdrukken in een netwerk .......................................... 92 Afdrukken vanaf een Macintosh ................................ 95 Afdrukken via TCP/IP ................................................ 92 AOSS™ ................................................... 26, 34, 51, 77 APIPA ............................................................
Index T TCP/IP ................................................................... 7, 68 Tekst invoeren ............................................................... 118 speciale tekens .................................................... 119 TEXT_P1 ................................................................. 106 TKIP .......................................................................... 21 V Verificatie .................................................................. 21 Versleuteling ......