Operation Manual
Een fax verzenden
7
3
c Druk op a of b om de gewenste resolutie
te selecteren.
Druk op OK.
Opmerking
U kunt kiezen uit vier verschillende
resoluties voor zwart-witfaxen en twee
voor kleurfaxen.
Als u Superfijn of Foto kiest en
vervolgens de Kleur Start-toets gebruikt
om een fax te verzenden, dan wordt de fax
met de instelling Fijn verzonden.
Uw wijzigingen instellen als
nieuwe standaardinstellingen 3
U kunt de faxinstellingen voor
Faxresolutie, Contrast,
Direct Verzend en Scanformaat glas
die u het vaakst gebruikt, opslaan door ze als
de standaard in te stellen. Deze instellingen
blijven van kracht totdat u ze weer wijzigt.
a Druk op (FAX).
b Druk op a of b om de menuoptie die u
wilt wijzigen te kiezen en druk op OK.
Druk vervolgens op a of b om de nieuwe
optie te selecteren.
Druk op OK.
Herhaal deze stap voor elke instelling
die u wilt wijzigen.
c Als u de laatste instelling hebt gewijzigd,
drukt u op a of b om
Nieuwe standaard te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op 1 om Ja te selecteren.
e Druk op Stop/Eindigen.
Faxinstellingen terugzetten
naar de fabrieksinstellingen 3
U kunt de gewijzigde faxinstellingen
Faxresolutie, Contrast,
Direct Verzend en Scanformaat glas
terugzetten naar de fabrieksinstellingen.
a Druk op (FAX).
b Druk op a of b om Fabrieksinstell.
te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op 1 om Ja te selecteren.
d Druk op Stop/Eindigen.
Monochroom
Standaard Geschikt voor de meeste
getypte documenten.
Fijn Geschikt voor documenten
met een klein lettertype. De
transmissiesnelheid is iets
lager dan bij de
standaardresolutie.
Superfijn Geschikt voor kleine lettertjes
of artwork. De
transmissiesnelheid is lager
dan bij de fijne resolutie.
Foto Gebruik deze instelling
wanneer het document
verschillende grijstinten heeft
of een foto is. De instelling
Foto heeft de laagste
transmissiesnelheid.
Kleur
Standaard Geschikt voor de meeste
getypte documenten.
Fijn Gebruik deze instelling
wanneer het document een
foto is. De transmissiesnelheid
is lager dan bij de
standaardresolutie.










