Softwarehandleiding Voor gebruikers van een DCP-model: deze documentatie is bedoeld voor zowel MFC- als DCP-modellen. Als in deze gebruikershandleiding wordt verwezen naar 'MFC', kunt u 'MFC' lezen als 'DCP'. De namen van toetsen op het bedieningspaneel en berichten in het LCD-scherm voor België worden tussen haakjes weergegeven. Niet alle modellen zijn in alle landen verkrijgbaar.
Modellen Deze gebruikershandleiding is van toepassing op de volgende modellen: DCP-J4110DW, MFC-J4310DW/J4410DW/J4510DW/J4610DW/J4710DW Definities van opmerkingen In deze handleiding gebruiken we de volgende aanduidingen: BELANGRIJK OPMERKING BELANGRIJK geeft een mogelijk gevaarlijke situatie aan die, indien genegeerd, schade aan eigendommen of verminderde functionaliteit van het product tot gevolg kan hebben.
In deze handleiding worden de meldingen op het LCD-scherm van de MFC-J4510DW gebruikt, tenzij anders aangegeven.
Inhoudsopgave Paragraaf I 1 Afdrukken Windows® 2 De Brother-printerdriver gebruiken .......................................................................................................... 2 Functies ................................................................................................................................................... 2 Het juiste type papier kiezen ....................................................................................................................
2 Scannen 37 Een document scannen met de TWAIN-driver ...................................................................................... 37 Een document naar de computer scannen ...................................................................................... 37 Vooraf scannen om een gedeelte bij te snijden ............................................................................... 39 Automatisch bijsnijden .....................................................................................
Het tabblad PC-FAX (Voor MFC-modellen) ........................................................................................... 71 Een afbeeldingsbestand vanaf uw computer verzenden ................................................................. 72 Een gescande afbeelding verzenden .............................................................................................. 72 Ontvangen PC-FAX-gegevens weergeven en afdrukken ................................................................
5 Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) 99 PC-FAX verzenden ................................................................................................................................ 99 Een bestand als een PC-FAX verzenden ........................................................................................ 99 Gebruikersinformatie instellen ....................................................................................................... 100 Verzenden instellen .......................
Afdrukinstellingen ................................................................................................................................ 137 Mediatype ...................................................................................................................................... 137 Afdrukkwaliteit ............................................................................................................................... 138 Kleur/Grijstinten .............................................
11 Remote Setup & PhotoCapture Center™ 185 Remote Setup (Voor MFC-modellen) .................................................................................................. 185 PhotoCapture Center™ ....................................................................................................................... 187 Voor gebruikers van een USB-kabel ............................................................................................. 187 Voor netwerkgebruikers ..............................
Paragraaf I ® Windows Afdrukken Scannen ControlCenter4 Remote Setup (Voor MFC-modellen) Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) PhotoCapture Center™ Firewallinstellingen (voor netwerkgebruikers) 2 37 60 97 99 116 118
1 Afdrukken 1 OPMERKING • De schermen in dit gedeelte zijn afkomstig van Windows® 7. De schermen op uw computer kunnen hiervan afwijken, afhankelijk van uw besturingssysteem. • Als uw computer wordt beschermd door een firewall en u niet via het netwerk kunt afdrukken of scannen, of via de pc kunt faxen, moet u mogelijk de instellingen van de firewall aanpassen. Als u de Windows® Firewall gebruikt en MFL-Pro Suite vanaf de cd-rom hebt geïnstalleerd, zijn de benodigde firewallinstellingen al ingevoerd.
Afdrukken De draadloze LAN-functionaliteit zorgt ervoor dat uw apparaat met andere draadloze apparaten kan communiceren met de standaard IEEE802.11b/g/n in infrastructuur- en ad-hocmodus. uu Netwerkhandleiding. 1 Het juiste type papier kiezen Voor afdrukken van een hoge kwaliteit is het belangrijk dat u het juiste type papier kiest. Lees Papier laden en Documenten laden in de Basis gebruikershandleiding voordat u papier koopt en om het afdrukgebied voor de instellingen van de printerdriver te bepalen.
Afdrukken U kunt de status van het apparaat op elk moment controleren door op het pictogram op de taakbalk te dubbelklikken of door Status Monitor te kiezen via /Alle programma’s/Brother/MFC-XXXX op uw 1 computer. Er is ook een koppeling naar de website Originele Verbruiksartikelen van Brother. Klik op Bezoek de website Originele Verbruiksartikelen voor meer informatie over originele verbruiksartikelen van Brother.
Afdrukken b Klik opnieuw met de rechtermuisknop en klik vervolgens op Exit. OPMERKING Zelfs als Pop up voor fout is uitgeschakeld kunt u de status op elk gewenst moment controleren door de Status Monitor weer te geven.
Afdrukken Instellingen van de printerdriver 1 Als u via uw computer afdrukt, kunt u de volgende printerinstellingen wijzigen: Mediatype Afdrukkwaliteit Papierformaat Afdrukstand Tweezijdig/boekje Kleur / Grijstinten Inktbespaarstand Scaling De instellingen van de printerdriver weergeven a In een toepassing, bijvoorbeeld Microsoft® Notepad, klikt u op Bestand en dan op Afdrukken in die toepassing.
Afdrukken 1 Keuzelijst Mediatype 2 Selectievakje Langzaam drogend papier 1 3 Keuzelijst Afdrukkwaliteit 4 Keuzelijst Papierformaat 5 Selectievakje Zonder marges 6 Optie Kleurmodus 7 Optie Afdrukstand 8 Optie Aantal 9 Selectievakje Sorteren 10 Selectievakje Omgekeerde volgorde 11 Keuzelijst Meerdere pag.
Afdrukken Mediatype 1 Voor de beste afdrukresultaten moet u het soort papier waarop wordt afgedrukt selecteren in de driver. De manier van afdrukken wordt door de machine aangepast op basis van het geselecteerde soort papier. Normaal papier Inkjetpapier Brother BP71-fotopapier Brother BP60 mat papier Ander fotopapier Transparanten Afdrukkwaliteit Via de selectie Afdrukkwaliteit kunt u de afdrukresolutie kiezen. De afdrukkwaliteit is van invloed op de afdruksnelheid.
Afdrukken Papierformaat 1 De keuzelijst Papierformaat bevat een groot aantal standaardpapierformaten. U kunt desgewenst een aangepast papierformaat opgeven variërend van 88,9 × 127,0 mm tot 287 × 431,8 mm. Selecteer in de keuzelijst het Papierformaat dat u gebruikt. OPMERKING • U kunt alleen afdrukken op papier van het formaat A3, Legal en Ledger via de sleuf voor handmatige invoer.
Afdrukken Kleurmodus 1 De kleur wordt aangepast om zo goed mogelijk overeen te komen met de kleur op het scherm van uw computer. Natuurlijk: Gebruik deze optie voor foto's. De kleur wordt aangepast om meer natuurlijke kleuren af te drukken. Levendig: Gebruik deze optie voor zakelijke afbeeldingen, zoals diagrammen, grafische afbeeldingen en tekst. De kleur wordt aangepast om levendigere kleuren af te drukken.
Afdrukken Omgekeerde volgorde Met Omgekeerde volgorde worden de pagina's van het document in omgekeerde volgorde afgedrukt. De laatste pagina van het document wordt als eerste afgedrukt. Meerdere pag. afdrukken Met de optie Meerdere pag. afdrukken kunt u de opties N-op-1 of 1-op-N kiezen. Met de optie N-op-1 worden 2, 4, 9 of 16 pagina's van een document afgedrukt op 1 vel papier. Met de optie 1-op-N wordt het afdrukformaat vergroot en wordt het document afgedrukt in de afdrukmodus voor posters.
Afdrukken Folder Gebruik deze optie om een document in een folderopmaak af te drukken met 2-zijdig afdrukken. Het document wordt in de juiste paginanummering geordend en u kunt de afgedrukte pagina's in het midden vouwen zonder de volgorde van de paginanummering te wijzigen. Folder Hiermee wordt automatisch op beide zijden van het papier afgedrukt. Wanneer u Folder kiest, kunt u ook de knop Instellingen voor tweezijdig gebruiken.
Afdrukken Afdrukvoorbeeld 1 U kunt een voorbeeld van uw document bekijken voordat het wordt afgedrukt. Als u het selectievakje Voorbeeldweergave inschakelt, wordt het venster met de voorbeeldweergave geopend voordat met afdrukken wordt begonnen. 1 2 1 Lijst met pagina's De lijst met pagina's bevat het paginanummer van de pagina's die zullen worden afgedrukt. Als u in deze lijst een pagina kiest, wordt voor die pagina een afdrukvoorbeeld weergegeven.
Afdrukken Het tabblad Geavanceerd 1 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 1 Optie Kleur / Grijstinten 2 Knop Kleurinstellingen 3 Selectievakje Inktbespaarstand 4 Optie Scaling 5 Selectievakje In spiegelbeeld afdrukken 6 Selectievakje Ondersteboven afdrukken 7 Selectievakje Watermerk gebruiken 8 Selectievakje Kop/Voetregel printen 9 Knop Andere afdrukopties 10 Knop Standaard 11 Knop OK a b c Kies de gewenste instelling voor Kleur / Grijstinten. Kies Inktbespaarstand voor een zuiniger inktverbruik.
Afdrukken d U kunt de omkeeropties voor afdrukken kiezen. Selecteer In spiegelbeeld afdrukken om de data van links naar rechts te verplaatsen. 1 Selecteer Ondersteboven afdrukken om de data van boven naar beneden te verplaatsen. OPMERKING In spiegelbeeld afdrukken is niet beschikbaar als u Transparanten als Mediatype kiest. e U kunt een logo of tekst als een watermerk afdrukken op uw document.
Afdrukken Kleurinstellingen 1 Klik op Kleurinstellingen op het tabblad Geavanceerd om de opties voor de geavanceerde afdrukinstellingen te bekijken. Kleurverbetering Met deze functie wordt de afbeelding geanalyseerd om de scherpte, de witbalans en de kleurinstelling te verbeteren. Dit proces kan enkele minuten duren, afhankelijk van de grootte van de afbeelding en de specificaties van uw computer. Kleurinstelling Hiermee kunt u de totale hoeveelheid kleur in de afbeelding aanpassen.
Afdrukken Groen Hiermee verhoogt u de intensiteit van Groen in de afbeelding om de afbeelding groener te maken. 1 Blauw Hiermee verhoogt u de intensiteit van Blauw in de afbeelding om de afbeelding blauwer te maken. Bi-directioneel afdrukken Wanneer Bi-directioneel afdrukken is ingeschakeld, drukt de printkop in twee richtingen af, waardoor de afdruksnelheid wordt verhoogd.
Afdrukken Watermerkinstellingen 1 Kies bij Watermerk selecteren een watermerk dat u wilt gebruiken of bewerken. Transparant Selecteer Transparant als u de watermerkafbeelding op de achtergrond van het document wilt afdrukken. Als deze functie niet is ingeschakeld, wordt het watermerk op de voorzijde van uw document afgedrukt. In contourtekst Selecteer In contourtekst als u alleen een contour van het watermerk wilt afdrukken. Deze functie is beschikbaar als u een tekstwatermerk kiest.
Afdrukken U kunt de watermerkinstellingen wijzigen en een nieuw watermerk toevoegen. Klik op Instellingen om de instellingen te wijzigen of op Toevoegen om een nieuw watermerk toe te voegen. Met deze functie kunt u de watermerkinstellingen wijzigen. Als u een nieuw watermerk wilt toevoegen, voert u de Titel in en kiest u Tekst gebruiken of Bitmapbestand gebruiken bij Stijl van watermerk. Titel Voeg een geschikte titel in het veld in wanneer u een nieuw watermerk wilt toevoegen.
Afdrukken Kop- en voetregels afdrukken U kunt de datum en tijd van de systeemklok van uw computer, de gebruikersnaam om aan te melden op uw computer of uw ingevoerde tekst in uw document afdrukken. Klik op Instellingen op het tabblad Geavanceerd om de instellingen aan te passen.
Afdrukken Andere afdrukopties 1 Klik op Andere afdrukopties op het tabblad Geavanceerd om meer printerfuncties in te stellen. OPMERKING De vensters die in dit gedeelte worden weergegeven, zijn afhankelijk van uw machine. Overdrachtsmodus wijzigen Bij Overdrachtsmodus wijzigen kunt u opgeven op welke wijze afdrukgegevens naar de printer worden overgedragen om de afdrukkwaliteit of afdruksnelheid te verbeteren. Aanbevolen instelling Kies Aanbevolen instelling voor algemeen gebruik.
Afdrukken Geavanceerde kleurinstellingen U kunt Halftoon patroon en Pas op monitor aan selecteren voor extra aanpassing van de kleur. 1 Halftoon patroon Het apparaat kan twee methoden (Diffusie of Dither) gebruiken om stippen te rangschikken voor de weergave van halftonen. Er zijn verschillende vooraf gedefinieerde patronen en u kunt kiezen welk patroon u wilt gebruiken voor uw document. • Diffusie Punten worden willekeurig geplaatst om de halftonen te maken.
Afdrukken Geavanceerde instellingen voor tweezijdig Sommige typen afdrukmedia hebben een langere droogtijd nodig wanneer de functie voor 2-zijdig afdrukken wordt gebruikt. Pas de Geavanceerde instellingen voor tweezijdig aan als uw 2-zijdige afdrukken vlekken krijgen of het papier vastloopt. Normaal Kies Normaal om af te drukken met een normale afdruksnelheid waarbij een normale hoeveelheid inkt wordt gebruikt.
Afdrukken Kleurgegevens van printer opvragen Met deze instelling kunt u de afdrukkwaliteit optimaliseren door kleurgegevens van uw apparaat op te vragen. Gebruik deze optie als u het apparaat vervangt of een ander apparaat op het netwerk aansluit. Kleurgegevens van printer gebruiken Schakel dit selectievakje in als u de kleurgegevens van de printer wilt gebruiken. Verwijder het vinkje als u deze informatie niet wilt gebruiken.
Afdrukken Kies Brother MFC-XXXX Printer (waarbij XXXX de naam van uw model is) via / Apparaten en printers. Klik met de rechtermuisknop op de printer en kies vervolgens Voorkeursinstellingen voor afdrukken. 1 • Als er een foutmelding wordt weergegeven, controleert u of uw computer en Brother-machine correct zijn aangesloten en probeert u het opnieuw. • Nadat de kleurgegevens van de printer zijn opgehaald, worden deze op de computer opgeslagen en bij het afdrukken toegepast.
Afdrukken Het tabblad Afdrukprofielen Afdrukprofielen zijn bewerkbare, vooraf ingestelde profielen waarmee u snel toegang hebt tot regelmatig gebruikte afdrukconfiguraties. 6 1 2 5 3 4 1 Lijst met afdrukprofielen 2 Knop Profiel verwijderen 3 Selectievakje Tabblad Afdrukprofielen altijd eerst tonen 4 Knop OK 5 Knop Profiel toevoegen 6 Overzicht van het huidige afdrukprofiel a b Kies in de lijst met afdrukprofielen het gewenste profiel. c Klik op OK om het door u gekozen profiel toe te passen.
Afdrukken Profiel toevoegen Het dialoogvenster Profiel toevoegen wordt weergegeven als u op Profiel toevoegen klikt. U kunt 20 nieuwe profielen toevoegen met uw voorkeursinstellingen. a b c Typ de gewenste titel in het veld Naam. Kies het gewenste pictogram uit de pictogrammenlijst en klik vervolgens op OK. De huidige instellingen links van het venster van de printerdriver worden opgeslagen. Profiel verwijderen Het dialoogvenster Profiel verwijderen wordt weergegeven als u op Profiel verwijderen klikt.
Afdrukken Het tabblad Onderhoud Om een goede afdrukkwaliteit te behouden wordt de printkop automatisch gereinigd wanneer dat nodig is. U kunt de reiniging ook handmatig uitvoeren als u een probleem met de afdrukkwaliteit opmerkt. Testafdruk Hiermee kunt u de testpagina afdrukken en de afdrukkwaliteit controleren. Standaardreiniging Hiermee kunt u de printkop van de machine handmatig reinigen.
Afdrukken Ondersteuning In het venster Ondersteuning wordt informatie weergegeven over de versie en de instellingen van de driver. Hier vindt u ook koppelingen naar de website Brother Solutions Center en de Website Originele Verbruiksartikelen.
Afdrukken Foto's afdrukken met FaceFilter Studio van REALLUSION FaceFilter Studio is een gebruiksvriendelijke toepassing voor het afdrukken van foto's zonder rand. U kunt met FaceFilter Studio ook uw fotodata bewerken. U kunt foto-effecten toevoegen, zoals reductie van rode ogen of verbetering van huidtint. Als u FaceFilter Studio wilt gebruiken, moet u de toepassing FaceFilter Studio installeren vanaf de cd-rom die bij uw apparaat is geleverd.
Afdrukken FaceFilter Studio starten terwijl uw Brother-apparaat is ingeschakeld 1 a Wanneer u FaceFilter Studio de eerste keer start en het Brother-apparaat is ingeschakeld en is aangesloten op uw computer, wordt het Brother-apparaat automatisch gedetecteerd door FaceFilter Studio. b Nadat u op Doorgaan hebt geklikt in stap a, wordt het volgende scherm weergegeven. FaceFilter Studio is nu klaar voor gebruik met volledige functionaliteit.
Afdrukken FaceFilter Studio starten wanneer uw Brother-machine is uitgeschakeld 1 a Wanneer u FaceFilter Studio de eerste keer start, wordt het volgende scherm weergegeven als uw Brother-machine is uitgeschakeld of niet is aangesloten op de computer. b Klik op Detecteren in stap a en het volgende scherm wordt weergegeven. Schakel de Brother-machinein, controleer of de machine is aangesloten op uw computer en klik vervolgens op Ja.
Afdrukken e Nadat u in stap d op het vinkje hebt geklikt, wordt FaceFilter Studio met beperkte functionaliteit gestart. Het pictogram Afdrukken bovenaan wordt dan grijs weergegeven en u kunt de functie Afdrukken niet gebruiken. OPMERKING • Wanneer FaceFilter Studio met beperkte functionaliteit wordt gestart, wordt het afbeeldingsbestand met een watermerk opgeslagen.
Afdrukken b Klik op het pictogram Afdrukken in de bovenste menubalk om naar het afdrukscherm te gaan. 1 c Klik op het pictogram Afdrukken aan de linkerkant om het dialoogvenster met afdrukinstellingen te openen. d Kies Papierformaat, Papierbron, Afdrukstand, Aantal, Schaal en Afdrukgebied. OPMERKING Als u een foto zonder rand wilt afdrukken, kiest u Paginavullende foto bij Schaal.
Afdrukken e Klik op Afdrukinstellingen en kies uw Brother-machine. Klik op OK. 1 OPMERKING Als u fotopapier wilt gebruiken, klikt u op Eigenschappen en geeft u in het dialoogvenster van de printerdriver de gewenste waarden op bij Mediatype en Afdrukkwaliteit. f Klik in het dialoogvenster met afdrukinstellingen op Afdrukken om de foto af te drukken.
Afdrukken Lijst met uitdrukkingen afdrukken U kunt in FaceFilter Studio een gezichtsuitdrukking aanpassen door er een sjabloon op toe te passen of door de uitdrukking handmatig aan te passen. In de stap Uitdrukking selecteren kunt u de gewenste lijst met uitdrukkingen bekijken of afdrukken. De installatie van FaceFilter Studio ongedaan maken Als u de installatie van FaceFilter Studio ongedaan wilt maken, kiest u /Alle programma’s/Reallusion/ FaceFilter Studio/FaceFilter Studio verwijderen.
2 Scannen Welke scanfuncties en drivers precies worden gebruikt, hangt af van uw besturingssysteem of scantoepassing. Er zijn twee scannerdrivers geïnstalleerd. Een TWAIN-compatibele scannerdriver (zie Een document scannen met de TWAIN-driver uu pagina 37) en een WIA-driver (Windows® Image Acquisition) (zie Een document scannen met de WIA-driver uu pagina 46). Gebruikers van Windows® XP/Windows Vista®/Windows® 7 kunnen een van beide drivers selecteren voor het scannen van documenten.
Scannen c Klik op Scaninstellingen op het tabblad Bureaublad. Het deelvenster Scannen of foto ophalen wordt aan de linkerkant van het scherm weergegeven. d e Klik op Selecteren. f Schakel in het deelvenster Scannerdialoogvenster weergeven het selectievakje Scannen of foto ophalen in. g Klik op Scannen. Het dialoogvenster Kleur instellen verschijnt.
Scannen i Klik op Starten. Nadat het scannen is voltooid, klikt u op Annuleren om terug te keren naar het venster PaperPort™ 12SE. OPMERKING • Als u een documentgrootte hebt gekozen, kunt u het te scannen gedeelte bijsnijden door er met de linkermuisknop op te klikken en het te verslepen. Dit is vereist wanneer u een afbeelding bijsnijdt om te worden gescand. • Over 2-zijdig scannen (Voor MFC-J4710DW): U kunt het scangebied niet aanpassen.
Scannen d Sleep de muis met de linkermuisknop ingedrukt over het gedeelte dat u wilt scannen. 2 1 1 Te scannen gedeelte OPMERKING U kunt het beeld vergroten door middel van het pictogram en met het pictogram de oorspronkelijke grootte van de afbeelding weer herstellen. e Laad het document opnieuw. OPMERKING Sla deze stap over als u het document op de glasplaat hebt geplaatst in stap a. f Klik op Starten.
Scannen Automatisch bijsnijden U kunt meerdere documenten op de glasplaat scannen door Automatisch bijsnijden in te schakelen. Als u Automatisch bijsnijden gebruikt, wordt van elk document een scan en een afzonderlijk bestand gemaakt. Als u bijvoorbeeld drie documenten op de glasplaat plaatst, zal de machine de documenten scannen en drie afzonderlijke bestanden aanmaken. Als u een bestand van drie pagina's wilt maken, scant u de documenten als PDF.
Scannen Instellingen in het dialoogvenster voor het instellen van de scanner Scan (beeldtype) Selecteer het type uitvoerbeeld uit Foto, Web of Tekst. Resolutie en Type scan worden automatisch aangepast voor elke standaardinstelling.
Scannen Ware grijstinten Gebruiken voor fotografische beelden of grafische afbeeldingen. Deze modus is nauwkeuriger omdat er maximaal 256 tinten grijs worden gebruikt. 256 kleuren 2 Gebruikt tot 256 kleuren om het beeld te scannen. 24bit kleur Gebruikt tot 16,8 miljoen kleuren om het beeld te scannen.
Scannen Als u foto’s of andere beelden scant die u in een tekstverwerker of een andere grafische toepassing wilt gebruiken, probeer dan verschillende instellingen uit voor Resolutie, Type scan, Helderheid en Contrast om te zien welke instelling het best voldoet. Documentgrootte 2 Kies een van de volgende formaten: Automatisch U kunt een document van standaardformaat scannen zonder Documentgrootte verder aan te passen.
Scannen OPMERKING Het door u gespecificeerde papierformaat wordt op het scherm weergegeven. 2 • Breedte: toont de breedte van het te scannen gedeelte. • Hoogte: toont de hoogte van het te scannen gedeelte. • Data grootte: geeft bij benadering aan hoe groot de gegevens in bitmapindeling zijn. De werkelijke grootte is afhankelijk van het type bestand, de resolutie en het aantal gebruikte kleuren.
Scannen Een document scannen met de WIA-driver WIA-compatibel Bij gebruik van Windows® XP/Windows Vista®/Windows® 7 kunt u Windows® Image Acquisition (WIA) gebruiken om afbeeldingen te scannen. U kunt afbeeldingen rechtstreeks naar de PaperPort™ 12SE-viewer scannen die door Brother bij uw machine is geleverd of u kunt afbeeldingen rechtstreeks naar een andere applicatie scannen die WIA of TWAIN ondersteunt. OPMERKING (Voor MFC-J4710DW) Windows® XP ondersteunt 2-zijdig scannen niet in de WIA-driver.
Scannen f Schakel in het deelvenster Scannerdialoogvenster weergeven het selectievakje Scannen of foto ophalen in. g Klik op Scannen. Het scandialoogvenster verschijnt. h Kies, indien nodig, de volgende instellingen in het dialoogvenster voor het instellen van de scanner: 2 1 2 3 4 5 6 1 Papierinvoer 2 Type foto 3 De kwaliteit van de gescande foto aanpassen 4 Paginaformaat 5 Voorbeeld 6 Scannen i Kies Documentinvoer of Flatbed in de keuzelijst Papierinvoer.
Scannen l Als u geavanceerde instellingen wilt wijzigen, klikt u op De kwaliteit van de gescande foto aanpassen. U kunt Helderheid, Contrast, Resolutie en Type afbeelding kiezen uit het menu Geavanceerde eigenschappen. Klik op OK nadat u de instellingen hebt gekozen. 2 OPMERKING De scanresolutie kan standaard op maximaal 1.200 dpi worden ingesteld. Gebruik de Scannertoepassing als u met een hogere resolutie wilt scannen. (Zie Scannertoepassing uu pagina 49.
Scannen e Sleep de muis met de linkermuisknop ingedrukt over het gedeelte dat u wilt scannen. 2 f Als u geavanceerde instellingen wilt maken, klikt u op De kwaliteit van de gescande foto aanpassen. U kunt Helderheid, Contrast, Resolutie en Type afbeelding kiezen uit het menu Geavanceerde eigenschappen. Klik op OK nadat u de instellingen hebt gekozen. g Klik op Scannen in het scandialoogvenster. De machine begint het document te scannen.
Scannen Het hulpprogramma uitvoeren Als u het hulpprogramma wilt gebruiken, klikt u op Scanner Toepassing in /Alle programma’s/ Brother/MFC-XXXX (waarbij XXXX de naam van uw model is)/Instellingen Scanner. De schermen op uw computer kunnen hiervan afwijken, afhankelijk van uw besturingssysteem of het model van uw apparaat. OPMERKING (Windows Vista® en Windows® 7) Als het venster Gebruikersaccountbeheer verschijnt, voert u de volgende stappen uit.
Scannen Een document scannen met de WIA-driver (Windows® Fotogalerie en Windows® Faxen en scannen) Een document naar de computer scannen 2 U kunt op twee manieren een hele pagina scannen. U kunt de ADF (automatische documentinvoer) of de glasplaat gebruiken. Wanneer u een deel van een pagina wilt scannen en vervolgens wilt bijsnijden nadat u het document snel vooraf hebt gescand, moet u de glasplaat gebruiken. (Zie Vooraf scannen en een gedeelte bijsnijden via de glasplaat uu pagina 54.
Scannen f Kies, indien nodig, de volgende instellingen in het dialoogvenster voor het instellen van de scanner: 1 2 3 4 2 5 6 7 10 8 9 11 12 1 Scanner 2 Profiel 3 Bron 4 Papierformaat 5 Kleurenindeling 6 Bestandstype 7 Resolutie 8 Helderheid 9 Contrast 10 Te scannen gedeelte 11 Voorbeeld 12 Zoeken OPMERKING • De scanresolutie kan standaard op maximaal 1.200 dpi worden ingesteld. Gebruik de Scannertoepassing als u met een hogere resolutie wilt scannen. (Zie Scannertoepassing uu pagina 49.
Scannen g Klik op Zoeken in het scandialoogvenster. De machine begint het document te scannen.
Scannen Vooraf scannen en een gedeelte bijsnijden via de glasplaat De toets Voorbeeld wordt gebruikt om een voorbeeld van een afbeelding te bekijken, zodat u alle ongewenste delen kunt bijsnijden. Wanneer u tevreden bent met het getoonde voorbeeld, klikt u op de knop Zoeken in het scandialoogvenster om het beeld te scannen. a b Leg het document met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. c Kies Flatbed in de keuzelijst Bron.
Scannen PaperPort™ 12SE bevat een geraffineerd maar gebruiksvriendelijk beheersysteem om u te helpen bij het archiveren van uw grafisch werk en tekstdocumenten. U kunt documenten met verschillende formaten combineren of ‘stapelen’, waarna u deze kunt afdrukken, faxen of archiveren. Dit gedeelte geeft slechts een introductie van de basisfuncties van de software. Zie de Nuance™ PaperPort™ 12SE Startgids voor meer informatie.
Scannen Als u op uw computer beschikt over de juiste toepassing voor de weergave, kunt u een item dat niet in PaperPort™ 12SE is gemaakt openen door erop te dubbelklikken. 2 Uw items in mappen rangschikken PaperPort™ 12SE bevat een gebruiksvriendelijk systeem voor het archiveren en ordenen van uw items. Het beheersysteem bestaat uit mappen en items die u kunt selecteren en in Bureaublad-weergave kunt bekijken.
Scannen Met Nuance™ PaperPort™ 12SE kunt u tekst uit een beeld converteren naar tekst die u kunt bewerken Nuance™ PaperPort™ 12SE kan een afbeelding van een tekstdocument snel converteren naar een tekst die u kunt bewerken met een tekstverwerkingsprogramma. PaperPort™ 12SE gebruikt hiervoor de software met optische tekenherkenning (OCR) die samen met PaperPort™ 12SE wordt geleverd. PaperPort™ 12SE kan desgewenst de reeds op uw computer geïnstalleerde OCR-toepassing gebruiken.
Scannen b Kies Nuance PaperPort 12 in de lijst en klik op Wijzigen of Verwijderen. (Windows Vista® en Windows® 7) a Klik op de knop b Kies Nuance PaperPort 12 in de lijst en klik op Verwijderen. 2 , Configuratiescherm, Programma’s en Programma’s en onderdelen.
Scannen BookScan Enhancer en Whiteboard Enhancer van REALLUSION gebruiken BookScan Enhancer en Whiteboard Enhancer zijn beeldbewerkingsprogramma's. Met het programma BookScan Enhancer kunt u afbeeldingen uit gescande boeken automatisch corrigeren. Met het programma Whiteboard Enhancer verbetert u tekst en afbeeldingen van foto's die u van een whiteboard hebt gemaakt. BookScan Enhancer en Whiteboard Enhancer installeren a b c Plaats de meegeleverde cd-rom in het cd-romstation.
3 ControlCenter4 Overzicht ControlCenter4 is een softwareprogramma waarmee u snel en eenvoudig toegang hebt tot uw meest gebruikte programma’s. Met ControlCenter4 worden specifieke toepassingen automatisch geladen. 3 Daarnaast kunt u met ControlCenter4 de instellingen voor de knop Scannen op uw Brother-machine configureren.
ControlCenter4 ControlCenter4 in de Startmodus gebruiken Dit gedeelte geeft een korte introductie van ControlCenter4 in de Startmodus. Klik op informatie over elke functie. 1 2 3 4 5 6 7 (Help) voor meer 8 3 9 1 Afbeeldingen afdrukken of bewerken, afbeeldingen als bestand toevoegen aan e-mail, afbeeldingen openen met een toepassing en afbeeldingen van een geheugenkaart of USB-flashstation kopiëren.
ControlCenter4 Functies van ControlCenter4 voor gebruikers van de Startmodus Foto (Zie Het tabblad Foto uu pagina 63.) Zie Afbeeldingen van een geheugenkaart of USB-flashgeheugenstation kopiëren uu pagina 63. Zie De mapstructuur van ControlCenter4 openen uu pagina 63. Zie De mapstructuur openen uu pagina 64. 3 Zie Afbeeldingen afdrukken uu pagina 64. Zie Afbeeldingen bewerken uu pagina 64. Zie Afbeeldingen toevoegen aan e-mail uu pagina 65.
ControlCenter4 Het tabblad Foto Er zijn vijf functies: Afdrukken, Bewerken, Openen met toepassing, E-mail verzenden en Photo Capture. Dit gedeelte geeft een korte introductie van deze functies. Klik op (Help) voor meer informatie over elke functie.
ControlCenter4 De mapstructuur openen Met de knop Bureaublad kunt u de mapstructuur vanuit het bureaublad openen zodat u de afbeeldingen kunt kiezen die u wilt afdrukken, bewerken, als bestand aan een e-mail wilt toevoegen of direct wilt openen met een specifieke toepassing. Afbeeldingen afdrukken Met de knop 3 (Afdrukken) kunt u afbeeldingen afdrukken.
ControlCenter4 Afbeeldingen toevoegen aan e-mail Met de knop (E-mail verzenden) kunt u afbeeldingen als bestand toevoegen aan uw standaard-e- mailtoepassing. a Kies in de viewer de afbeeldingen die u wilt toevoegen aan e-mail. b Klik op 3 (E-mail verzenden) en uw standaard-e-mailtoepassing wordt gestart met daarin een nieuwe e-mail met bijlagen. OPMERKING Webmail wordt niet ondersteund door de functie E-mail verzenden.
ControlCenter4 Het tabblad Scan Er zijn vijf scanopties: Opslaan, Afdrukken, Openen met toepassing, E-mail verzenden en OCR. Dit gedeelte geeft een korte introductie van het tabblad Scan. Klik op elke functie.
ControlCenter4 Bestandstypen Voor het opslaan van gescande afbeeldingen kunt u een bestandstype kiezen uit de volgende lijst. Voor Opslaan en E-mail verzenden Windows® Bitmap (*.bmp) 3 JPEG (*.jpg) TIFF (*.tif) TIFF Multi-page (*.tif) Portable Network Graphics (*.png) PDF (*.pdf) PDF met extra sterke compressie (*.pdf) Beveiligde PDF (*.pdf) Doorzoekbare PDF (*.pdf) XML Paper Specification (*.xps) Voor OCR HTML (*.htm) Excel (*.xls) Rich Text Format (*.rtf) WordPerfect (*.
ControlCenter4 Het is ook mogelijk om geavanceerde instellingen te configureren door te klikken op de knop Geavanceerde inst. in het dialoogvenster met scaninstellingen. 3 Achtergrondkleur verwijderen Hiermee verwijdert u de basiskleur van documenten, zodat de gescande gegevens beter worden herkend. Wanneer u deze functie gebruikt, kunt u kiezen uit 3 niveaus: laag, middel en hoog. Blanco pagina overslaan (Voor MFC-J4710DW) Hiermee verwijdert u blanco pagina's van het document uit de scanresultaten.
ControlCenter4 b Configureer de instellingen in het instelgedeelte voor pc-scannen. c Klik op d Controleer en bewerk (indien nodig) de gescande afbeelding in de viewer. e Klik op f Configureer de afdrukinstellingen en klik vervolgens op (Scan). (Afdrukken). 3 (Afdrukken starten). De gescande afbeelding in een toepassing openen Met de knop (Openen met toepassing) kunt u een afbeelding direct in uw grafische toepassing scannen en vervolgens bewerken. a b Selecteer het tabblad Scan.
ControlCenter4 g Uw standaard-e-mailtoepassing wordt geopend en de afbeelding wordt als bijlage toegevoegd aan een nieuwe, lege e-mail. OPMERKING Webmail wordt niet ondersteund door de functie E-mail verzenden. 3 De OCR-functie gebruiken Met de knop (OCR) kunt u een document scannen en omzetten in tekst. Deze tekst kan met een tekstverwerkingsprogramma naar keuze worden bewerkt. a b Selecteer het tabblad Scan. c Klik op d Controleer en bewerk (indien nodig) de gescande afbeelding in de viewer.
ControlCenter4 Het tabblad PC-FAX (Voor MFC-modellen) Dit gedeelte geeft een korte introductie van het tabblad PC-FAX. Klik op elke functie. (Help) voor meer informatie over OPMERKING Met de PC-FAX-software kunnen alleen faxdocumenten in zwart-wit worden verzonden. 3 5 1 2 3 6 4 1 Knop Afb.
ControlCenter4 Een afbeeldingsbestand vanaf uw computer verzenden Met de knop Afb.bestand verz kunt u een afbeeldingsbestand als fax via de computer verzenden met Brother PC-FAX-software. a b c Selecteer het tabblad PC-FAX. d Klik op e Het dialoogvenster PC-FAX verzenden wordt weergegeven. Voer een faxnummer in en klik op Start. Klik op Afb.bestand verz. Klik op de mapstructuur om de map op te zoeken waarin de afbeelding is opgeslagen die u wilt verzenden.
ControlCenter4 c De functie PC-FAX ontvangen is geactiveerd en begint met het ontvangen van faxgegevens van uw machine. De ontvangen gegevens worden weergegeven. Klik op (Weergeven) om de gegevens te bekijken. d Als u de ontvangen gegevens wilt afdrukken, selecteert u de gegevens en klikt u op e Configureer de afdrukinstellingen en klik vervolgens op (Afdrukken). 3 (Afdrukken starten).
ControlCenter4 Het tabblad Apparaatinstellingen Dit gedeelte geeft een korte introductie van het tabblad Apparaatinstellingen. Klik op informatie over elke functie. (Help) voor meer 3 1 2 3 4 1 Knop Remote Setup (Voor MFC-modellen) 2 Knop Adresboek (Voor MFC-modellen) 3 Knop Scaninstellingen apparaat 4 Knop BRAdmin Remote Setup configureren (Voor MFC-modellen) Met de knop Remote Setup opent u het venster Remote Setup waarin u de meeste instelmenu's van het apparaat en het netwerk kunt configureren.
ControlCenter4 De instellingen van de scanknop configureren Met de knop Scaninstellingen apparaat kunt u de instellingen van de knop Scannen van de machine configureren. OPMERKING U kunt de instellingen voor de knop Scannen aanpassen met behulp van uw Brother-machine, maar deze wijzigingen zijn slechts tijdelijk. Als u de aanpassingen permanent wilt maken, klikt u op Scaninstellingen apparaat en geeft u daar de gewenste instellingen op.
ControlCenter4 Als u Beveiligde PDF kiest uit de keuzelijst Type Bestand, klikt u op de knop (PDF-wachtwoord instellen). Het dialoogvenster PDF-wachtwoord instellen verschijnt. Voer uw wachtwoord in het vak Wachtwoord en Wachtwoord opnieuw in en klik op OK. OPMERKING • Beveiligde PDF is ook beschikbaar voor Scannen naar e-mail en Scannen naar bestand. • Bij Bestandsgrootte kunt u de datacompressie van de gescande afbeelding wijzigen.
ControlCenter4 BRAdmin Light is ontworpen voor de voorbereidende installatie van Brother-apparaten op het netwerk. Het programma kan ook zoeken naar Brother-producten in een TCP/IP-omgeving, de status daarvan bekijken en standaard netwerkinstellingen, zoals het IP-adres, configureren. Zie Netwerkhandleiding voor meer informatie. Als u de machine op een meer geavanceerde wijze wilt beheren, kunt u de meest recente versie van BRAdmin Professional 3 gebruiken die u kunt downloaden via http://solutions.
ControlCenter4 Het tabblad Ondersteuning Dit gedeelte geeft een korte introductie van het tabblad Ondersteuning. Klik op informatie over elke functie. (Help) voor meer ControlCenter Help openen 3 Met Help ControlCenter kunt u het Help-bestand openen voor meer informatie over ControlCenter. a b c Selecteer het tabblad Ondersteuning. Klik op Help ControlCenter. De hoofdpagina van Help ControlCenter wordt weergegeven.
ControlCenter4 ControlCenter4 in de Geavanceerde modus gebruiken Dit gedeelte geeft een korte introductie van ControlCenter4 in de Geavanceerde modus. Klik op voor meer informatie over elke functie. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 (Help) 10 3 11 1 Rechtstreeks scannen naar een bestand, e-mail, tekstverwerker of grafische toepassing van uw keuze. 2 Toegang tot de functie PC-kopie via uw computer.
ControlCenter4 Functies van ControlCenter4 voor gebruikers van de Geavanceerde modus Scannen (Zie Het tabblad Scan uu pagina 81.) Zie Bestandstypen uu pagina 82. Zie Documentgrootte uu pagina 82. Zie Geavanceerde instellingen uu pagina 82. 3 Zie De gescande afbeelding in een toepassing openen uu pagina 82. Zie De OCR-functie gebruiken uu pagina 82. Zie Gescande gegevens toevoegen aan e-mail uu pagina 83. Zie De gescande afbeelding opslaan uu pagina 83.
ControlCenter4 Het tabblad Scan Er zijn vier scanopties: Afbeelding, OCR, E-mail en Bestand. Dit gedeelte geeft een korte introductie van het tabblad Scan. Klik op elke functie.
ControlCenter4 Bestandstypen U kunt zelf het bestandstype kiezen waarin u de gescande afbeeldingen wilt opslaan. Zie Bestandstypen uu pagina 67 voor meer informatie. Documentgrootte U kunt in de keuzelijst Documentgrootte de documentgrootte kiezen. Als u een documentgrootte van het type 1 naar 2 kiest, zoals 1 - 2 (A4), wordt de gescande afbeelding verdeeld in twee documenten van A5formaat. Geavanceerde instellingen U kunt geavanceerde instellingen configureren.
ControlCenter4 Gescande gegevens toevoegen aan e-mail Met de knop (E-mail) kunt u een document naar uw standaard-e-mailprogramma scannen, zodat u het gescande document als bijlage kunt versturen. a Selecteer het tabblad Scan. b Klik op c In dit dialoogvenster geeft u de scaninstellingen op. Als u een gescande afbeelding wilt bekijken en configureren, schakelt u Vooraf scannen in. d Klik op Scan.
ControlCenter4 OPMERKING • Als u een voorbeeld van de gescande afbeelding wilt bekijken en configureren, selecteert u Vooraf scannen in het dialoogvenster met de instellingen. • U kunt Automatisch bijsnijden niet gebruiken bij het scannen naar OCR.
ControlCenter4 Het tabblad PC-kopie De gescande afbeelding afdrukken U kunt een pagina op de machine scannen en kopieën afdrukken met de functies van de printerdriver van de Brother-machine die door ControlCenter4 worden ondersteund. a b c d 3 Selecteer het tabblad PC-kopie. Als u de scaninstellingen wilt wijzigen, klikt u met de rechtermuisknop op de knop die u wilt aanpassen en wijzigt u de instellingen. Als u een gescande afbeelding wilt bekijken en configureren, schakelt u Vooraf scannen in.
ControlCenter4 b Kies de afbeeldingen die u wilt afdrukken door op de afbeelding in de viewer te klikken, selecteer het selectievakje onder de afbeelding en voer vervolgens het aantal kopieën in dat u wilt afdrukken (1 t/ m 99). c Klik op d e Configureer de instellingen voor Papierformaat, Mediatype en Lay-out. (Afdrukken) om het venster Foto’s afdrukken weer te geven. 3 Klik op Eigenschappen om Afdrukkwaliteit, Kleur / Grijstinten en Kleurmodus te configureren, indien gewenst.
ControlCenter4 Bestanden van PCC folder kopiëren Met de knop (Kopiëren uit PCC) kunt u bestanden van een geheugenkaart of USB-flashstation naar uw harde schijf kopiëren. U kunt de instellingen voor Doelmap, Kopieer folder en Bestanden kopiëren uit het menu configureren door op Configuratie te klikken.
ControlCenter4 Het tabblad PC-FAX (Voor MFC-modellen) Dit gedeelte geeft een korte introductie van het tabblad PC-FAX. Klik op elke functie. (Help) voor meer informatie over OPMERKING Met de PC-FAX-software kunnen alleen faxdocumenten in zwart-wit worden verzonden. 3 Een afbeeldingsbestand vanaf uw computer verzenden Met de knop (Afb.bestand verz.) kunt u een afbeeldingsbestand als fax via de pc verzenden met Brother PC-FAX-software. a Selecteer het tabblad PC-FAX.
ControlCenter4 OPMERKING Voordat u de functie PC-FAX ontvangen gebruikt, moet u de optie PC-FAX ontvangen selecteren via het menu op het bedieningspaneel van uw Brother-machine. (Zie De software PC-FAX Ontvangen op het apparaat inschakelen uu pagina 111.) a Selecteer het tabblad PC-FAX. b Klik op c De functie PC-FAX ontvangen is geactiveerd en begint met het ontvangen van faxgegevens van uw 3 (Weergave ontvangen pc-fax). machine. De ontvangen gegevens worden weergegeven.
ControlCenter4 Het tabblad Apparaatinstellingen Dit gedeelte geeft een korte introductie van het tabblad Apparaatinstellingen. Klik op informatie over elke functie. (Help) voor meer Remote Setup configureren (Voor MFC-modellen) Met de knop (Remote Setup) opent u het venster Remote Setup waarin u de meeste instelmenu's van het apparaat en het netwerk kunt configureren. a Selecteer het tabblad Apparaatinstellingen.
ControlCenter4 De instellingen van de scanknop configureren Met de knop (Scaninstellingen apparaat) kunt u de instellingen van de knop Scannen van de machine configureren. OPMERKING U kunt de instellingen voor de knop Scannen aanpassen met behulp van uw Brother-machine, maar deze wijzigingen zijn slechts tijdelijk. Als u de aanpassingen permanent wilt maken, klikt u op Scaninstellingen apparaat en geeft u daar de gewenste instellingen op.
ControlCenter4 Als u Beveiligde PDF kiest uit de keuzelijst Type Bestand, klikt u op de knop (PDF-wachtwoord instellen). Het dialoogvenster PDF-wachtwoord instellen verschijnt. Voer uw wachtwoord in het vak Wachtwoord en Wachtwoord opnieuw in en klik op OK. OPMERKING • Beveiligde PDF is ook beschikbaar voor Scannen naar e-mail en Scannen naar bestand. • Bij Bestandsgrootte kunt u de datacompressie van de gescande afbeelding wijzigen.
ControlCenter4 BRAdmin Light is ontworpen voor de voorbereidende installatie van Brother-apparaten op het netwerk. Het programma kan ook zoeken naar Brother-producten in een TCP/IP-omgeving, de status daarvan bekijken en standaard netwerkinstellingen, zoals het IP-adres, configureren. Zie Netwerkhandleiding voor meer informatie. Als u de machine op een meer geavanceerde wijze wilt beheren, kunt u de meest recente versie van BRAdmin Professional 3 gebruiken die u kunt downloaden via http://solutions.
ControlCenter4 Het tabblad Ondersteuning Dit gedeelte geeft een korte introductie van het tabblad Ondersteuning. Klik op informatie over elke functie. (Help) voor meer ControlCenter Help openen Met de toets 3 (Help ControlCenter) kunt u het Help-bestand openen voor meer informatie over ControlCenter. a Selecteer het tabblad Ondersteuning. b Klik op c De hoofdpagina van Help ControlCenter wordt weergegeven. (Help ControlCenter).
ControlCenter4 Aangepast tabblad Dit gedeelte geeft een korte introductie over het toevoegen van de tabbladen Aangepast. Klik op (Help) voor meer informatie. Aangepast tabblad maken 3 U kunt maximaal drie aangepaste tabbladen maken, inclusief maximaal vijf aangepaste knoppen met uw voorkeursinstellingen. a Klik op Configuratie en selecteer vervolgens Aangepast tabblad maken. Aangepaste knop maken a Klik op Configuratie en selecteer vervolgens Aangepaste knop maken.
ControlCenter4 b Voer de naam van de knop in en wijzig indien nodig de instellingen. Klik op OK. (De instelopties verschillen afhankelijk van de gemaakte knop.) 3 OPMERKING U kunt gemaakte tabbladen, knoppen of instellingen wijzigen of verwijderen. Klik op Configuratie en volg het menu.
4 Remote Setup (Voor MFC-modellen) Remote Setup Met het programma Remote Setup kunt u een groot aantal apparaatinstellingen configureren vanuit een Windows®-toepassing. Wanneer u deze toepassing start, worden de instellingen van de machine automatisch overgebracht naar uw computer en op het beeldscherm weergegeven. Als u de instellingen wijzigt, kunt u deze direct naar de machine overbrengen. Klik achtereenvolgens op de knop 4 , Alle programma’s, Brother, MFC-XXXX en Remote Setup.
Remote Setup (Voor MFC-modellen) Exporteren Hiermee slaat u de huidige configuratie-instellingen in een bestand op. Importeren Hiermee kunt u de instellingen in het bestand lezen. OPMERKING • Met de knop Exporteren kunt u alle instellingen voor uw machine opslaan. • Als uw computer door een firewall wordt beschermd en het gebruik van Remote Setup niet mogelijk is, moet u de firewallinstellingen zo configureren dat communicatie via poortnummer 137 mogelijk wordt.
5 Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) PC-FAX verzenden Met Brother PC-Fax kunt u vanuit een toepassing op uw computer een documentbestand verzenden als een standaardfax. U kunt ook een voorblad toevoegen. U hoeft alleen de ontvangende partijen in te voeren als leden of groepen in uw PC-FAX-adresboek, of u voert het adres of faxnummer van de contactpersoon in de gebruikersinterface in. Met de zoekfunctie in het adresboek kunt u snel de personen vinden aan wie u de fax wilt verzenden.
Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) c Kies Brother PC-FAX als printer en klik vervolgens op Afdrukken. Het dialoogvenster PC-FAX verzenden wordt weergegeven: d Voer een faxnummer op een van de volgende manieren in: 5 Gebruik de kiestoetsen om het nummer in te voeren. OPMERKING Als u het selectievakje Verboden nummers inschakelt, wordt u in een dialoogvenster gevraagd om het faxnummer nog een keer in te voeren met de kiestoetsen. Deze functie voorkomt dat u naar de verkeerde bestemming faxt.
Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) a Klik achtereenvolgens op de knop , Alle programma’s, Brother, MFC-XXXX (waarbij XXXX de naam van uw model is), PC-FAX verzenden en PC-FAX Setup. Het dialoogvenster PC-FAX instelling verschijnt: 5 b c Voer deze informatie in om de koptekst en het voorblad van de fax te creëren. Klik op OK om de Gebruikersinformatie op te slaan. OPMERKING U kunt de Gebruikersinformatie voor elke Windows®-account apart instellen.
Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) Kop opnemen Als u de koptekst met informatie die u hebt ingevoerd op het tabblad Gebruikersinformatie wilt toevoegen aan de bovenzijde van uw verzonden faxen, schakelt u het selectievakje Kop opnemen in. Zie Gebruikersinformatie instellen uu pagina 100. Voorblad instellen Klik in het dialoogvenster PC-FAX op het pictogram openen.
Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) Klik op Bladeren om het BMP-bestand te kiezen en kies dan de uitlijnstijl. Tel het Voorblad Wanneer u Tel het Voorblad inschakelt, wordt het voorblad opgenomen in de paginanummering. Wanneer Tel het Voorblad niet is ingeschakeld, wordt het voorblad niet meegeteld.
Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) Adresboek Als Outlook, Outlook Express of Windows Mail is geïnstalleerd op uw computer, kunt u in de keuzelijst Adressenlijst selecteren kiezen welk adresboek u wilt gebruiken voor PC-FAX verzenden. Er zijn vijf types: Brother-adresboek, Outlook, Outlook Express, Windows Mail en Windows Contactpersonen. Voer voor het adresboekbestand het pad en de bestandsnaam in van de database waarin de adresboekinformatie staat.
Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) Het Brother-adresboek a Klik achtereenvolgens op de knop , Alle programma’s, Brother, MFC-XXXX (waarbij XXXX de naam van uw model is), PC-FAX verzenden en PC-FAX Adresboek. Het dialoogvenster Adresboek wordt weergegeven: 5 Iemand in het adresboek opnemen In het dialoogvenster Adresboek kunt u namen en groepen toevoegen, bewerken of verwijderen. a Klik in het dialoogvenster Adresboek op het pictogram om een naam toe te voegen.
Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) a Klik in het dialoogvenster Adresboek op het pictogram om een groep te maken. Het dialoogvenster Adresboek Groepen Setup wordt weergegeven: 5 b c d Voer de naam van de nieuwe groep in het veld Groepsnaam in. Selecteer in het venster Beschikbare Namen alle namen die u in de groep wilt opnemen en klik vervolgens op Toevoegen >>. De aan de groep toegevoegde namen verschijnen in het venster Groepsleden. Als alle leden aan de groep zijn toegevoegd, klikt u op OK.
Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) Het adresboek exporteren U kunt het volledige adresboek exporteren als ASCII-tekstbestand (*.csv). U kunt ook een vCard maken voor een persoon in het adresboek die u bij uitgaande e-mail kunt voegen (een vCard is een elektronisch visitekaartje dat de contactgegevens van de afzender bevat). U kunt het adresboek ook exporteren als Remote Setup-kiesgegevens die door het programma Remote Setup van de machine kunnen worden gebruikt.
Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) e Voer de bestandsnaam in en klik op Opslaan. In het adresboek importeren U kunt ASCII-tekstbestanden (*.csv), vCards (elektronische visitekaartjes) of Kiesgegevens externe setup in uw adresboek importeren. a Ga op een van de volgende manieren te werk: Klik in het adresboek op Bestand, Importeren en vervolgens op Tekst. Klik in het adresboek op Bestand, Importeren, klik vervolgens op vCard en ga naar stap e.
Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) e Voer de bestandsnaam in en klik op Openen. 5 OPMERKING Als u Tekst hebt gekozen in stap a, wordt Bestandstypen: ingesteld op Tekstbestanden (*.txt;*.csv).
Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) PC-FAX ontvangen Met de software Brother PC-FAX Ontvangen kunt u faxen weergeven en opslaan op uw pc. Dit programma wordt automatisch geïnstalleerd wanneer u MFL-Pro Suite installeert en werkt op lokale of via het netwerk aangesloten apparaten. Als dit programma is geactiveerd, worden faxen in het geheugen van de machine ontvangen. Zodra een fax in het geheugen is ontvangen, wordt deze automatisch naar uw computer verzonden.
Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) • (Voor MFC-J4710DW) Als u een fax ontvangt die uit verschillende papierformaten bestaat (bijvoorbeeld een pagina met Letterof A4-gegevens en een pagina met Ledger- of A3-gegevens) maakt de machine steeds een nieuw bestand aan voor elk nieuw papierformaat. Wanneer uw computer is uitgeschakeld, worden de bestanden in het geheugen van de machine opgeslagen. Op het LCD-scherm wordt dan weergegeven dat er meer dan één fax is ontvangen.
Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) (Voor MFC-J4310DW/J4410DW/J4610DW) a b Druk op Instell. c Druk op s of t om Ontvangstmenu weer te geven. Druk op Ontvangstmenu. d Druk op s of t om Geheugenontv. weer te geven. Druk op Geheugenontv. e Druk op s of t om PC-Fax ontv. weer te geven. Druk op PC-Fax ontv. Druk op OK. f g Druk op s of t om of de naam van uw computer te kiezen als deze deel uitmaakt van een netwerk. h Druk op s of t om Fax weer te geven. Druk op Fax.
Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) Uw computer instellen a Klik met de rechtermuisknop op het pictogram PC-FAX op de taakbalk van het computerscherm en klik vervolgens op PC-Fax RX Setup. Het dialoogvenster PC-Fax RX Setup verschijnt: 5 b Klik in Bestand opslaan als op Bladeren als u het pad waar de PC-FAX-bestanden worden opgeslagen wilt wijzigen. c Kies in Bestandsformaat .tif of .pdf als indeling voor ontvangen documenten. De standaardindeling is .tif. d Als u een Wave-bestand (.
Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) Instellingen voor PC-FAX Ontvangen configureren De instellingen om ontvangen faxen naar uw computer te zenden zijn automatisch geconfigureerd tijdens de installatie van MFL-Pro Suite. uu Installatiehandleiding. Als u niet de machine gebruikt die tijdens de installatie van MFL-Pro Suite voor uw computer is geregistreerd, voert u de volgende stappen uit. a Klik in het dialoogvenster PC-Fax RX Setup op Netwerkinstellingen.
Brother PC-FAX-software (Voor MFC-modellen) Nieuwe PC-FAX-berichten weergeven Wanneer uw computer bezig is met het ontvangen van een PC-FAX, wordt het pictogram afwisselend als en weergegeven. Zodra de fax ontvangen is, verandert het pictogram in verandert in . Het pictogram zodra de ontvangen fax is weergegeven. a Dubbelklik op b c Open de map met ontvangen faxen. om Nuance™ PaperPort™ 12SE uit te voeren. Dubbelklik op alle nieuwe faxberichten die u wilt openen en bekijken.
6 PhotoCapture Center™ BELANGRIJK Start uw computer niet terwijl er een geheugenkaart of USB-flashstation is geïnstalleerd in het mediastation van de machine. Als u dit toch doet, kunnen er gegevens verloren gaan of kan het medium beschadigd raken. OPMERKING • PhotoCapture Center™ leest alleen het medium dat het eerst is geplaatst. • Tijdens het afdrukken vanuit PhotoCapture Center™ kunt u via de computer geen andere bewerkingen uitvoeren met PhotoCapture Center™.
PhotoCapture Center™ Voor netwerkgebruikers a b c Open het klepje van de mediasleuf. d Klik op de naam van het bestand dat u wilt weergeven. Plaats een geheugenkaart of USB-flashstation in de machine. Start een webbrowser die FTP ondersteunt. De browsersoftware gebruikt FTP als protocol en de hostnaam van de machine in het netwerk om toegang te krijgen tot het medium. U kunt ook ftp:// XXX.XXX.XXX.XXX (waarbij XXX.XXX.XXX.
7 Firewallinstellingen (voor netwerkgebruikers) Voordat u de software van Brother gebruikt Door de instellingen van de firewall op uw computer kan de benodigde netwerkaansluiting voor printen via het netwerk, netwerkscannen en faxen via de pc mogelijk niet tot stand worden gebracht. Als u Windows® Firewall gebruikt en MFL-Pro Suite vanaf de cd-rom hebt geïnstalleerd, zijn de benodigde firewallinstellingen al ingevoerd.
Firewallinstellingen (voor netwerkgebruikers) 2 Geef bij Naam of IP-adres (bijvoorbeeld 192.168.0.12) van de computer die als host voor deze service optreedt: “Localhost” op. 3 Geef bij Nummer van de externe poort voor deze service: “54925” op. 4 Geef bij Nummer van de interne poort voor deze service: “54925” op. 5 Controleer of UDP is geselecteerd. 6 Klik op OK. 1 2 3 5 4 e f 7 Klik op Toevoegen.
Firewallinstellingen (voor netwerkgebruikers) i Controleer of de nieuwe instelling is toegevoegd en geselecteerd, en klik vervolgens op OK. Gebruikers van Windows Vista® a Klik op de knop , Configuratiescherm, Netwerk en internet, Windows Firewall en vervolgens op Instellingen wijzigen. b Als het venster Gebruikersaccountbeheer verschijnt, gaat u als volgt te werk: Als u beheerdersrechten hebt, klikt u op Doorgaan.
Firewallinstellingen (voor netwerkgebruikers) d Kies het tabblad Uitzonderingen. e f Klik op Poort toevoegen. 7 Om poort 54925 voor netwerkscannen toe te voegen, voert u de onderstaande informatie in: 1 Voer bij Naam: een willekeurige beschrijving in, bijvoorbeeld “Brother Scanner”. 2 Geef bij Poortnummer: “54925” op. 3 Controleer of UDP is geselecteerd. Klik vervolgens op OK. 1 2 3 g h Klik op Poort toevoegen.
Firewallinstellingen (voor netwerkgebruikers) j Als u daarna nog steeds problemen met uw netwerkverbinding hebt, bijvoorbeeld bij het scannen of afdrukken via het netwerk, controleert u of het selectievakje Bestands- en printerdeling is ingeschakeld op het tabblad Uitzonderingen en klikt u vervolgens op OK. 7 Gebruikers van a Windows® 7 Klik achtereenvolgens op de knop , Configuratiescherm, Systeem en beveiliging en Windows Firewall. Controleer of Status van Windows Firewall op Ingeschakeld staat.
Firewallinstellingen (voor netwerkgebruikers) d Klik op Nieuwe regel. 7 e f Selecteer Poort en klik op Volgende. Voer de onderstaande informatie in om een poort toe te voegen: Voor netwerkscannen Selecteer UDP en voer “54925” in het veld Specifieke lokale in. Klik op Volgende. Voor Netwerk PC-Fax Selecteer UDP en voer “54926” in het veld Specifieke lokale in. Klik op Volgende.
Firewallinstellingen (voor netwerkgebruikers) g h i Selecteer De verbinding toestaan en klik op Volgende. Schakel de gewenste onderdelen in en klik op Volgende. Voer een beschrijving in bij Naam: (bijvoorbeeld “Brother-scanner” of “Brother PC-Fax”) en klik op Voltooien. 7 j k Controleer of de nieuwe instelling is toegevoegd en ingeschakeld. Klik op Regels voor uitgaande verbindingen.
Firewallinstellingen (voor netwerkgebruikers) l Klik op Nieuwe regel. m n Selecteer Poort en klik op Volgende. 7 Voer de onderstaande informatie in om een poort toe te voegen: Voor netwerkscannen Selecteer UDP en voer “54925” in het veld Specifieke poorten in. Klik op Volgende. Voor Netwerk PC-Fax Selecteer UDP en voer “54926” in het veld Specifieke poorten in. Klik op Volgende. o Selecteer De verbinding toestaan en klik op Volgende.
Firewallinstellingen (voor netwerkgebruikers) p q Schakel de gewenste onderdelen in en klik op Volgende. Voer een beschrijving in bij Naam: (bijvoorbeeld “Brother-scanner” of “Brother PC-Fax”) en klik op Voltooien. 7 r Controleer of de nieuwe instelling is toegevoegd en ingeschakeld.
Paragraaf II Apple Macintosh Afdrukken en faxen Scannen ControlCenter2 Remote Setup & PhotoCapture Center™ 128 148 163 185
8 Afdrukken en faxen Uw computer instellen OPMERKING De schermen die in dit gedeelte worden weergegeven, zijn voornamelijk afkomstig van Mac OS X v10.7.x. De schermen op uw computer kunnen hiervan afwijken, afhankelijk van uw besturingssysteem en toepassing. Het juiste type papier kiezen Voor afdrukken van een hoge kwaliteit is het belangrijk dat u het juiste type papier kiest.
Afdrukken en faxen Status Monitor Het hulpprogramma Status Monitor is een softwareprogramma dat u zelf kunt configureren en waarmee u de status van de machine kunt controleren. U kunt hiermee foutmeldingen bekijken, bijvoorbeeld wanneer het papier op is, het papier is vastgelopen of de inkt moet worden vervangen. Voordat u het hulpprogramma kunt gebruiken, selecteert u uw machine bij Model in ControlCenter2. U kunt de apparaatstatus controleren door Brother Status Monitor te starten. (Mac OS X v10.5.
Afdrukken en faxen Foutmeldingen De inkt is bijna op. De inktcartridge is leeg. Er is een probleem met de inktcartridge. U kunt instellen met welk interval de software de statusinformatie van de machine bijwerkt. Ga naar de menubalk, Brother Status Monitor en kies Voorkeuren. Het venster weergeven of verbergen Na het opstarten van de Status Monitor kunt u het venster verbergen of weergeven.
Afdrukken en faxen De Brother-printerdriver gebruiken Opties kiezen voor de pagina-instelling a Klik in een toepassing als Apple TextEdit op Archief en vervolgens op Pagina-instelling. Zorg ervoor dat Brother MFC-XXXX (waarbij XXXX de naam is van uw model) is geselecteerd in de keuzelijst Stel in voor. Wijzig desgewenst de instellingen bij Papierformaat, Richting en Vergroot/verklein. Klik vervolgens op OK. 8 OPMERKING • De printerdriver ondersteunt niet het afdrukken van watermerken.
Afdrukken en faxen (Mac OS X v10.5.8 tot 10.6.x) Klik op het driehoekje naast het menu Printer voor meer opties voor de pagina-instelling. 8 OPMERKING U kunt de huidige instellingen als voorinstelling opslaan door Bewaar als te kiezen in het menu Instellingen.
Afdrukken en faxen (Mac OS X v10.7.x) Klik voor meer opties voor de pagina-instelling op Toon details. 8 OPMERKING U kunt de huidige instellingen als voorinstelling opslaan door Bewaar huidige instellingen als voorinstelling te kiezen in het menu Instellingen.
Afdrukken en faxen Afdrukken zonder marges Kies in het menu Formaat het papierformaat waarop u wilt afdrukken, zoals A4 zonder rand of A3 zonder rand.
Afdrukken en faxen 2-zijdig afdrukken a b Selecteer Lay-out. Kies Lange kant binden of Korte kant binden in Dubbelzijdig. 8 OPMERKING • De functie zonder rand is niet beschikbaar voor 2-zijdig afdrukken. • U kunt niet 2-zijdig afdrukken op papier van het formaat A3, Legal of Ledger.
Afdrukken en faxen Afdrukopties kiezen Als u speciale afdrukfuncties wilt gebruiken, kiest u Afdrukinstellingen of Kleurinstellingen in het dialoogvenster Afdrukken.
Afdrukken en faxen Afdrukinstellingen U kunt de instellingen Mediatype, Langzaam drogend papier, Afdrukkwaliteit en Kleur/Grijstinten opgeven. (Voor MFC-J4610DW/J4710DW) U kunt ook de instelling bij Papierbron configureren. OPMERKING Schakel Langzaam drogend papier in wanneer u afdrukt op normaal papier waarop de inkt langzaam droogt. Tekst kan enigszins vervagen met deze instelling. Mediatype Voor de beste afdrukresultaten moet u het soort papier waarop wordt afgedrukt selecteren in de driver.
Afdrukken en faxen Afdrukkwaliteit Met de instelling voor de kwaliteit kunt u de gewenste afdrukresolutie voor het document kiezen. De afdrukkwaliteit is van invloed op de afdruksnelheid. Hoe hoger de kwaliteit, hoe langer het duurt om het document af te drukken. Welke kwaliteitsopties beschikbaar zijn, hangt af van het soort papier dat u hebt gekozen. Snel De snelste afdrukmodus en het laagste inktverbruik. Gebruik deze modus voor het afdrukken van grote documenten of voor proefversies van documenten.
Afdrukken en faxen • Wanneer u A3-, Legal- of Ledger-papier invoert in de sleuf voor handmatige invoer, houdt de machine het papier na het afdrukken vast zodat het niet valt. Trek de pagina na het afdrukken naar buiten en druk op OK. • (Voor MFC-J4710DW) U kunt ook afdrukken op A3-, Legal- en Ledger-papier uit Lade2. Lay-out Als u Keer paginarichting om of Spiegel horizontaal wilt gebruiken, selecteert u eerst Lay-out.
Afdrukken en faxen OPMERKING (Voor gebruikers van Mac OS X v10.5.8) • Spiegel horizontaal wordt weergegeven als In spiegelbeeld afdrukken in het menu Geavanceerd. • In spiegelbeeld afdrukken is niet beschikbaar als u Transparanten als Mediatype kiest. 8 Geavanceerde instellingen Klik op Geavanceerd om de instellingen te configureren voor Overdrachtsmodus wijzigen, Geavanceerde instellingen voor tweezijdig en Andere afdrukopties.
Afdrukken en faxen Betere afdrukkwaliteit Kies Betere afdrukkwaliteit voor een hogere afdrukkwaliteit. De afdruksnelheid kan hierdoor enigszins afnemen, afhankelijk van de afdrukgegevens. Betere afdruksnelheid Kies Betere afdruksnelheid voor een hogere afdruksnelheid. Geavanceerde instellingen voor 2-zijdig Sommige typen afdrukmedia hebben een langere droogtijd nodig wanneer de functie voor 2-zijdig afdrukken wordt gebruikt.
Afdrukken en faxen Kleurinstellingen De kleur wordt aangepast om zo goed mogelijk overeen te komen met de kleur op het scherm van uw computer. Natuurlijk: Gebruik deze optie voor foto's. De kleur wordt aangepast om meer natuurlijke kleuren af te drukken. Levendig: Gebruik deze optie voor zakelijke afbeeldingen, zoals diagrammen, grafische afbeeldingen en tekst. De kleur wordt aangepast om levendigere kleuren af te drukken.
Afdrukken en faxen Contrast Hiermee kunt u het contrast van een afbeelding aanpassen. Verhoog het contrast wanneer u een afbeelding helderder wilt maken. Verlaag het contrast wanneer u een afbeelding wilt verzachten. Rood Hiermee verhoogt u de intensiteit van Rood in de afbeelding. Groen Hiermee verhoogt u de intensiteit van Groen in de afbeelding. Blauw Hiermee verhoogt u de intensiteit van Blauw in de afbeelding.
Afdrukken en faxen Een fax verzenden (Voor MFC-modellen) U kunt rechtstreeks vanuit een toepassing een fax verzenden. a b Maak een document in een toepassing. Klik in een toepassing zoals Apple TextEdit op Archief en vervolgens op Druk af. (Mac OS X v10.5.8 tot 10.6.x) Klik op het driehoekje naast het menu Printer.
Afdrukken en faxen (Voor Mac OS X v10.7.x) Klik voor meer opties voor de pagina-instelling op Toon details.
Afdrukken en faxen c Kies Fax verzenden in het menu. d Kies Fax in het menu Uitvoer. 8 e Voer een faxnummer in het vak Invoer Faxnummer in en klik op Druk af om de fax te verzenden.
Afdrukken en faxen OPMERKING • Als u het selectievakje Verboden nummers inschakelt, wordt u in een dialoogvenster gevraagd om het faxnummer nog een keer in te voeren met de kiestoetsen. Deze functie voorkomt dat u naar de verkeerde bestemming faxt. • Als u een fax naar meerdere nummers wilt verzenden, klikt u op Toevoegen nadat u het eerste faxnummer hebt ingevoerd. De bestemmingsfaxnummers worden weergegeven in het veld Bestemming Faxnummers.
9 Scannen Een document scannen met de TWAIN-driver De software van de Brother-machine wordt geleverd met een TWAIN-scannerdriver voor Macintosh. U kunt deze TWAIN-scannerdriver gebruiken met alle toepassingen die de TWAIN-specificaties ondersteunen. Om een document te scannen kunt u de ADF (automatische documentinvoer) of de glasplaat gebruiken. Raadpleeg de onderstaande handleiding voor meer informatie over het laden van documenten. uu Basis gebruikershandleiding: De ADF gebruiken.
Scannen Een afbeelding scannen naar uw computer U kunt een hele pagina of een deel ervan scannen door het document vooraf te scannen. Een hele pagina scannen a b Plaats uw document. Kies, indien nodig, de volgende instellingen in het dialoogvenster voor het instellen van de scanner: Resolutie Type scan Te scannen gedeelte Documentgrootte beeld aanpassen • Helderheid • Contrast c Klik op Starten. Nadat het scannen is voltooid, wordt het beeld in uw grafische toepassing weergegeven.
Scannen OPMERKING Sla deze stap over als u het document op de glasplaat hebt geplaatst in stap a. e Pas de instellingen voor Resolutie, Type scan, Helderheid en Contrast naar wens aan in het dialoogvenster voor het instellen van de scanner. f Klik op Starten. Nu wordt alleen het geselecteerde gedeelte van het document weergegeven in het venster van de toepassing. g U kunt het beeld met uw bewerkingssoftware verbeteren.
Scannen d Klik op Starten. OPMERKING • U kunt het scangebied niet aanpassen. • 2-zijdig scannen is alleen mogelijk wanneer u de ADF gebruikt.
Scannen Instellingen in het scannervenster Resolutie U kunt de scanresolutie wijzigen via het menu Resolutie. Hogere resoluties nemen meer geheugen in beslag en de overdracht duur langer, maar leveren een preciezer gescand beeld. In de onderstaande tabel wordt aangegeven welke resoluties u kunt selecteren en welke kleuren beschikbaar zijn.
Scannen Documentgrootte Kies een van de volgende formaten: Automatisch U kunt een document van standaardformaat scannen zonder Documentgrootte verder aan te passen.
Scannen U kunt de Helderheid instellen door de schuifbalk naar rechts of naar links te slepen om het beeld lichter of donkerder te maken. U kunt ook een waarde in het vakje invoeren om het niveau in te stellen. Als het gescande beeld te licht is, moet u voor de Helderheid een lagere waarde opgeven en het document nogmaals scannen. Als het gescande beeld te donker is, moet u voor de Helderheid een hogere waarde opgeven en het beeld nogmaals scannen.
Scannen Documenten scannen met de ICA-driver (Mac OS X v10.6.x, 10.7.x) U kunt documenten scannen met de ICA-driver. Als u MFL-Pro Suite hebt geïnstalleerd vanaf de installatiecd-rom, is de ICA-driver al op uw Macintosh geïnstalleerd. U kunt ook rechtstreeks scannen met de toepassing Image Capture. OPMERKING De schermen in dit gedeelte zijn voornamelijk afkomstig van Mac OS X v10.7.x. De schermen op uw Macintosh kunnen hiervan afwijken, afhankelijk van uw besturingssysteem.
Scannen OPMERKING (Voor Mac OS X v10.7.x) Als de machine niet in het gedeelte APPARATEN of GEDEELD wordt weergegeven, plaatst u de cursor in het gedeelte en klikt u op Toon. d Plaats uw document in de ADF of op de glasplaat. Als u het document in de ADF plaatst, selecteert u Documentlade bij Modus en de grootte van uw document bij Scangrootte.
Scannen Als u het document op de glasplaat plaatst, selecteert u Flatbed bij Modus. OPMERKING • Als uw Brother-machine niet over een ADF beschikt, wordt de optie Modus niet weergegeven. • (Voor Mac OS X v10.6.x) Als het selectievakje Detecteer aparte onderdelen is uitgeschakeld, wordt het document als één geheel gescand en als één bestand opgeslagen.
Scannen In het dialoogvenster dat u opent door op Toon details te klikken, kunt u desgewenst de volgende instellingen aanpassen. De scanopties en instellingen kunnen afhankelijk van de machine variëren. Scanmodus: Kies Documentlade of Flatbed. Soort: Kies Kleur, Zwart-wit of Tekst. Resolutie: Kies de resolutie waarmee u het document wilt scannen. Gebruik aangepaste grootte (Use Custom Size) (Mac OS X v10.7.x): Schakel dit selectievakje in om de documentgrootte aan te passen.
Scannen Uw machine selecteren in het menu Afdrukken en faxen of Afdrukken en scannen a Sluit uw Brother-machine via een USB-kabel op de computer aan. Of verbind de Brother-machine met hetzelfde (al dan niet draadloze) netwerk als de computer. b c d Selecteer Systeemvoorkeuren in het Apple-menu. Klik op Afdrukken en faxen of Afdrukken en scannen (Print & Scan). Selecteer de machine in de linkerzijde van het scherm en klik op Open afdrukwachtrij.
Scannen Presto! PageManager gebruiken Presto! PageManager is een toepassing voor het beheren van documenten in uw computer. Omdat het compatibel is met de meeste beeld- en tekstbewerkingprogramma's, biedt Presto! PageManager u ongekende controle over uw bestanden. U kunt eenvoudig uw documenten beheren, en uw e-mail en bestanden lezen met de ingebouwde OCR-software van Presto! PageManager. Als u de machine als scanner gebruikt, adviseren wij u Presto! PageManager te installeren.
Scannen Technische ondersteuning Verenigde Staten Bedrijfsnaam: Adres: Telefoon: Fax: E-mailadres: URL: NewSoft America Inc. 47102 Mission Falls Court, Suite 202 Fremont CA 94539 510-770-8900 510-770-8980 contactus@newsoftinc.com http://www.newsoftinc.com/ Canada E-mailadres: contactus@newsoftinc.com Duitsland Bedrijfsnaam: Adres: Telefoon: E-mailadres: URL: SoftBay GmbH Carlstraße 50, D-52531, Übach-Palenberg, Duitsland 0900 1 409640 de.nsc@newsoft.eu.com http://de.newsoft.eu.
Scannen Italië (Vervolg) E-mailadres: URL: it.nsc@newsoft.eu.com http://it.newsoft.eu.com/ Spanje Bedrijfsnaam: Telefoon: E-mailadres: 5CA 0807505598 sp.nsc@newsoft.eu.com Overige landen E-mailadres: tech@newsoft.eu.
10 ControlCenter2 OPMERKING • De schermen die in dit gedeelte worden weergegeven, zijn voornamelijk afkomstig van Mac OS X v10.7.x. De schermen op uw computer kunnen hiervan afwijken, afhankelijk van uw besturingssysteem en toepassing. • De functies die tot uw beschikking staan in ControlCenter2 kunnen variëren, al naar gelang het modelnummer van uw machine. ControlCenter2 gebruiken ControlCenter2 is een softwarehulpprogramma waarmee u snel en eenvoudig toegang hebt tot uw meest gebruikte programma’s.
ControlCenter2 a Klik op het pictogram van ControlCenter2 in de menubalk en kies Voorkeuren. Het voorkeurvenster van ControlCenter2 verschijnt. b c Schakel het selectievakje Start het ControlCenter op de computer startup uit. Klik op OK om het venster te sluiten. OPMERKING Het pictogram van de toepassing ControlCenter2 kunt u vinden via Macintosh HD/Programma’s/ Brother.
ControlCenter2 SCANNEN Er zijn vier scanknoppen voor de toepassingen Scannen naar Afbeelding, Scannen naar OCR, Scannen naar E-mail en Scannen naar Bestand. Afbeelding (Standaard: Apple Preview) Hiermee kunt u een pagina rechtstreeks naar een grafische viewer/bewerkingstoepassing scannen. U kunt selecteren naar welke toepassing de scan wordt overgebracht, zoals Adobe® Photoshop® of een andere beeldbewerkingstoepassing op uw computer.
ControlCenter2 Bestandstypen Kies in het menu het type bestand waarin u de gescande afbeeldingen wilt opslaan. Voor Afbeelding, E-mail en Bestand Windows® Bitmap (*.bmp) JPEG (*.jpg) TIFF (*.tif) TIFF Multi-Page (*.tif) Portable Network Graphics (*.png) PDF (*.pdf) PDF met extra sterke compressie (*.pdf) Beveiligde PDF (*.pdf) Doorzoekbare PDF (*.pdf) Voor OCR Doorzoekbare PDF (*.pdf) Text (*.txt) Rich Text Format (*.rtf) HTML (*.htm) 10 Excel 97 (*.
ControlCenter2 Geavanceerde instellingen U kunt geavanceerde instellingen configureren. Klik op de knop Geavanceerde Instellingen in het dialoogvenster met scaninstellingen. Achtergrondkleur verwijderen Hiermee verwijdert u de basiskleur van documenten, zodat de gescande gegevens beter worden herkend. Wanneer u deze functie gebruikt, kunt u kiezen uit 3 niveaus: laag, middel en hoog. Blanco pagina overslaan (Voor MFC-J4710DW) Hiermee verwijdert u blanco pagina's van het document uit de scanresultaten.
ControlCenter2 b Klik op (Afbeelding). Het dialoogvenster Scannen naar Afbeelding wordt weergegeven. c U kunt scaninstellingen configureren. Als u een deel van een pagina wilt scannen en vervolgens wilt bijsnijden nadat u het document vooraf hebt gescand, schakelt u het selectievakje Scannerinterface weergeven in. (Voor MFC-J4710DW) Als u een 2-zijdig document wilt scannen, schakelt u het selectievakje Tweezijdig scannen in en kiest u Inbinden aan de lange kant of Inbinden aan de korte kant.
ControlCenter2 OCR (tekstverwerkingsprogramma) Met Scannen naar OCR kunt u gegevens van het grafische beeld converteren naar tekst die in een tekstverwerkingstoepassing kan worden bewerkt. U kunt de standaard tekstverwerkingstoepassing wijzigen. a Selecteer het tabblad SCAN. b Klik op (OCR). Het dialoogvenster Scannen naar OCR wordt weergegeven. 10 c U kunt scaninstellingen configureren.
ControlCenter2 E-mail Met de functie Scannen naar E-mail kunt u een document naar uw standaard-e-mailprogramma scannen, zodat u het gescande document als bijlage kunt versturen. a Selecteer het tabblad SCAN. b Klik op (E-mail). Het dialoogvenster Scannen naar E-mail wordt weergegeven. c 10 U kunt scaninstellingen configureren.
ControlCenter2 OPMERKING Webmail wordt niet ondersteund door de functie Scannen naar e-mail. Gebruik de functie Scannen naar afbeelding of Scannen naar bestand om een document of afbeelding te scannen en het bestand met de scan vervolgens als bijlage toe te voegen aan een e-mailbericht.
ControlCenter2 Bestand Met de knop Scannen naar Bestand kunt u een afbeelding naar een map op uw harde schijf scannen en in een bepaalde bestandsindeling opslaan. Zo kunt u uw papieren documenten op eenvoudige wijze archiveren. a Selecteer het tabblad SCAN. b Klik op (Bestand). Het dialoogvenster Scannen naar Bestand wordt weergegeven. 10 c U kunt scaninstellingen configureren.
ControlCenter2 De standaardinstellingen van een knop wijzigen U kunt de standaardinstellingen van de knop (Afbeelding), (OCR), (E-mail) en (Bestand) wijzigen. a Klik op de knop terwijl u de Ctrl-toets ingedrukt houdt en kies Bedieningsknop Software. Het dialoogvenster met instellingen wordt weergegeven. b Kies de gewenste instellingen voor Type Bestand, Scannerinterface weergeven, Resolutie, Type Scan, Documentgrootte, Helderheid, Contrast en Continu scannen (Continuous Scanning).
ControlCenter2 OPMERKING U kunt de instellingen voor de knop Scannen aanpassen met behulp van uw Brother-machine, maar deze wijzigingen zijn slechts tijdelijk.
ControlCenter2 CUSTOM SCAN Er zijn vier knoppen die u kunt configureren om aan uw scaneisen te voldoen. Als u een knop wilt aanpassen, klikt u op de knop terwijl u de Ctrl-toets ingedrukt houdt. Het configuratievenster verschijnt. Er zijn vier scanfuncties: Scannen naar Afbeelding, Scannen naar OCR, Scannen naar E-mail en Scannen naar Bestand. Scannen naar Afbeelding Hiermee kunt u een pagina rechtstreeks naar een viewer/bewerkingssoftware scannen.
ControlCenter2 Bestandstypen U kunt zelf het bestandstype kiezen waarin u de gescande afbeeldingen wilt opslaan. Zie Bestandstypen uu pagina 166 voor meer informatie. Documentgrootte U kunt de documentgrootte uit de keuzelijst kiezen. Als u een documentgrootte van het type 1 naar 2 kiest, zoals 1 - 2 (A4), wordt de gescande afbeelding verdeeld in twee documenten van A5-formaat. Geavanceerde instellingen U kunt geavanceerde instellingen configureren.
ControlCenter2 Scannen naar Afbeelding/OCR/E-mail/Bestand Het tabblad Algemeen Voer een naam in bij Naam voor Custom (max. 30 tekens) om de knopnaam te creëren. Selecteer het type scan onder Scanactie. Het tabblad Instellingen (Scannen naar Afbeelding/OCR/E-mail) Kies de instellingen voor Doelprogramma, Type Bestand, Resolutie, Type Scan, Documentgrootte, Tweezijdig scannen 1, Scannerinterface weergeven, Helderheid en Contrast.
ControlCenter2 OPMERKING Webmail wordt niet ondersteund door de functie Scannen naar e-mail. Gebruik de functie Scannen naar afbeelding of Scannen naar bestand om een document of afbeelding te scannen en het bestand met de scan vervolgens als bijlage toe te voegen aan een e-mailbericht. Als u Beveiligde PDF kiest uit de lijst Type Bestand, verschijnt het dialoogvenster PDF-wachtwoord instellen. Voer uw wachtwoord in het vak Wachtwoord en Wachtwoord opnieuw in en klik op OK.
ControlCenter2 Als u een deel van een pagina wilt scannen en vervolgens wilt bijsnijden nadat u het document vooraf hebt gescand, schakelt u het selectievakje Scannerinterface weergeven in.
ControlCenter2 KOPIE / PC-FAX (PC-FAX voor MFC-modellen) (Mac OS X v10.5.8, 10.6.x) KOPIE - Hiermee kunt u uw computer en een printerdriver gebruiken voor geavanceerde kopieerbewerkingen. U kunt een pagina op de machine scannen en de kopieën afdrukken met een van de functies van de printerdriver voor de machine of u kunt de kopieën naar een standaardprinterdriver verzenden die op uw computer is geïnstalleerd (ook netwerkprinters).
ControlCenter2 Voor meer opties klikt u op het driehoekje naast het menu Printer. Om te kopiëren klikt u op de knop Druk af. Om te faxen klikt u op het driehoekje naast het menu Printer en kiest u vervolgens Fax verzenden in het menu. (Zie Een fax verzenden (Voor MFC-modellen) uu pagina 144.
ControlCenter2 INSTELLINGEN APPARAAT Hiermee kunt u de instellingen van de machine configureren of de aanwezige hoeveelheid inkt controleren door op een knop te klikken. Remote Setup (Voor MFC-modellen) Hiermee opent u het programma Remote Setup. (Zie Remote Setup (Voor MFC-modellen) uu pagina 185.) Adresboek (Voor MFC-modellen) Hiermee opent u het adresboek van Remote Setup. (Zie Remote Setup (Voor MFC-modellen) uu pagina 185.
ControlCenter2 Remote Setup (Voor MFC-modellen) Met de knop Remote Setup opent u het venster van Remote Setup waarin u de instellingenmenu's van het apparaat kunt configureren. OPMERKING Zie Remote Setup (Voor MFC-modellen) uu pagina 185 voor meer informatie.
ControlCenter2 Adresboek (Voor MFC-modellen) Met de knop Adresboek opent u het venster Adresboek van het programma Remote Setup, zodat u de kiesnummers eenvoudig kunt vastleggen of wijzigen vanaf uw computer. Ink Level 10 Met de knop Ink Level opent u het venster Status Monitor, waarin het inktniveau van de cartridges wordt weergegeven.
11 Remote Setup & PhotoCapture Center™ Remote Setup (Voor MFC-modellen) Met het programma Remote Setup kunt u een groot aantal instellingen voor uw machine configureren vanuit een toepassing. Als u deze toepassing opent, worden de instellingen van het apparaat automatisch naar uw computer overgebracht en weergegeven op het scherm van uw Macintosh. Als u de instellingen wijzigt, kunt u deze direct naar de machine overbrengen.
Remote Setup & PhotoCapture Center™ Exporteren Hiermee slaat u de huidige configuratie in een bestand op. Importeren Hiermee kunt u de instellingen in het bestand lezen. OPMERKING • Met de knop Exporteren kunt u alle instellingen voor uw machine opslaan. • Wanneer u de machine wilt wijzigen die bij het installeren van MFL-Pro Suite op uw computer is geregistreerd (uu Installatiehandleiding) of als de netwerkomgeving is gewijzigd, moet u een andere machine opgeven.
Remote Setup & PhotoCapture Center™ PhotoCapture Center™ Vanaf de computer kunt u toegang krijgen tot een geheugenkaart of USB-flashstation dat op de machine is geïnstalleerd. BELANGRIJK Start uw computer niet terwijl er een geheugenkaart of USB-flashstation is geïnstalleerd in het mediastation van het machine. Als u dit toch doet, kunnen er gegevens verloren gaan of kan het medium beschadigd raken. OPMERKING • PhotoCapture Center™ leest alleen het medium dat het eerst is geplaatst.
Remote Setup & PhotoCapture Center™ Voor netwerkgebruikers a b c Open het klepje van de mediasleuf. d Klik op de naam van het bestand dat u wilt weergeven. Plaats een geheugenkaart of USB-flashstation in de machine. Start een FTP-programma of een webbrowser die FTP ondersteunt. De browsersoftware gebruikt het FTP-protocol en de hostnaam van de machine in het netwerk om toegang te krijgen tot de geheugenkaart of het USB-flashstation. Voer ftp://XXX.XXX.XXX.XXX in op de adresbalk (waarbij XXX.XXX.XXX.
Paragraaf III De scanknop gebruiken Scannen via de USB-kabel Netwerkscannen 190 205
12 Scannen via de USB-kabel De scanknop gebruiken via een USB-kabelverbinding OPMERKING Zie Netwerkscannen uu pagina 205 als u de knop Scannen in een netwerk wilt gebruiken. U kunt de knop Scannen op het aanraakscherm gebruiken om documenten rechtstreeks te scannen naar een tekstverwerker, grafisch programma, e-mailtoepassing of een map op de computer, of naar een geheugenkaart of een USB-flashstation.
Scannen via de USB-kabel Scannen naar E-mail U kunt een document in zwart-wit of kleur als een bijlage naar uw e-mailtoepassing scannen. OPMERKING Webmail wordt niet ondersteund door de functie Scannen naar e-mail. Gebruik de functie Scannen naar afbeelding of Scannen naar bestand om een document of afbeelding te scannen en het bestand met de scan vervolgens als bijlage toe te voegen aan een e-mailbericht. Voor MFC-J4510DW/J4710DW a Plaats uw document.
Scannen via de USB-kabel k Druk op Start. De machine begint met het scannen van het document, creëert een bijlage en start uw e-mailtoepassing met daarin een nieuw e-mailbericht. Voor DCP-J4110DW, MFC-J4310DW/J4410DW/J4610DW a b c d Plaats uw document. Druk op Scannen. Druk op s of t om Scan nr mail weer te geven. Druk op Scan nr mail. Ga op een van de volgende manieren te werk: Ga naar i als u de standaardinstellingen wilt gebruiken. Ga naar e als u de standaardinstellingen wilt aanpassen.
Scannen via de USB-kabel Voor MFC-J4510DW/J4710DW a Plaats uw document. b Druk op c Veeg naar links of rechts om d Druk op (Scannen). (naar afbeelding) weer te geven. (naar afbeelding). Het pictogram gaat naar het midden en wordt blauw gemarkeerd. e Druk op OK. Ga op een van de volgende manieren te werk: Ga naar k als u de standaardinstellingen wilt gebruiken. Ga naar f als u de standaardinstellingen wilt aanpassen. f g Druk op Opties. h Druk op Ingesteld op aanraakscherm. Druk op Aan.
Scannen via de USB-kabel d Druk op Scan nr afb. Ga op een van de volgende manieren te werk: Ga naar i als u de standaardinstellingen wilt gebruiken. Ga naar e als u de standaardinstellingen wilt aanpassen. e f Druk op Opties. Druk op Instel.met touchscr. Druk op Aan. OPMERKING Voor het gebruik van Instel.met touchscr moet u ControlCenter hebben geïnstalleerd op de computer die op de machine is aangesloten. g h i Kies de instellingen voor Scantype, Resolutie, Bestandstype en Verwijder achtergr.
Scannen via de USB-kabel e Druk op OK. Ga op een van de volgende manieren te werk: Ga naar k als u de standaardinstellingen wilt gebruiken. Ga naar f als u de standaardinstellingen wilt aanpassen. f g Druk op Opties. h Druk op Ingesteld op aanraakscherm. Druk op Aan. (Voor MFC-J4710DW) Druk op 2-zijdige scan als u 2-zijdig wilt scannen. Druk op 2-zijdige scan: lange zijde of 2-zijdige scan: korte zijde.
Scannen via de USB-kabel g h i Kies de instellingen voor Scantype, Resolutie en Bestandstype. Druk op OK. Druk op Start. De machine begint het document te scannen. OPMERKING • U kunt de instellingen voor de knop Scannen aanpassen met behulp van uw Brother-machine, maar deze wijzigingen zijn slechts tijdelijk. Als u de aanpassingen permanent wilt maken, gebruik dan ControlCenter.
Scannen via de USB-kabel e Druk op OK. Ga op een van de volgende manieren te werk: Ga naar k als u de standaardinstellingen wilt gebruiken. Ga naar f als u de standaardinstellingen wilt aanpassen. f g Druk op Opties. h Druk op Ingesteld op aanraakscherm. Druk op Aan. (Voor MFC-J4710DW) Druk op 2-zijdige scan als u 2-zijdig wilt scannen. Druk op 2-zijdige scan: lange zijde of 2-zijdige scan: korte zijde.
Scannen via de USB-kabel OPMERKING Voor het gebruik van Instel.met touchscr moet u ControlCenter hebben geïnstalleerd op de computer die op de machine is aangesloten. g h i Kies de instellingen voor Scantype, Resolutie, Bestandstype en Verwijder achtergr. Druk op OK. Druk op Start. De machine begint het document te scannen. OPMERKING U kunt de instellingen voor de knop Scannen aanpassen met behulp van uw Brother-machine, maar deze wijzigingen zijn slechts tijdelijk.
Scannen via de USB-kabel Scannen naar media U kunt documenten in zwart-wit en kleur rechtstreeks naar een geheugenkaart of USB-flashstation scannen. Zwart-witdocumenten worden opgeslagen in de bestandsindeling PDF (*.PDF) of TIFF (*.TIF). Documenten in kleur kunnen worden opgeslagen in de bestandsindeling PDF (*.PDF) of JPEG (*.JPG). Bestandsnamen worden gebaseerd op de huidige datum. De vijfde afbeelding die op 1 juli 2012 wordt gescand, krijgt bijvoorbeeld de naam 01071205.PDF.
Scannen via de USB-kabel OPMERKING De functie Automatisch bijsnijden wordt ondersteund door technologie van Reallusion, Inc. Richtlijnen voor automatisch bijsnijden Deze instelling is alleen beschikbaar voor rechthoekige of vierkante documenten. Als uw document te lang of te breed is, werkt deze instelling niet goed. Houd bij het plaatsen van documenten de randen van de glasplaat vrij, zoals in de illustratie getoond.
Scannen via de USB-kabel f Kies de instellingen voor 2-zijdige scan 1, Scantype, Resolutie, Bestandstype, Bestandsnaam, Automatisch bijsnijden, Geen lege pagina’s 1 en Achtergrondkleur verwijderen. 1 (Voor MFC-J4710DW) OPMERKING • Als u kleur kiest bij de instelling van de kwaliteit, kunt u TIFF niet kiezen. • Als u zwart-wit kiest bij de instelling van de kwaliteit, kunt u JPEG niet kiezen. g De bestandsnaam wordt automatisch ingesteld.
Scannen via de USB-kabel f Druk op Scan nr media. Ga op een van de volgende manieren te werk: Ga naar k als u de standaardinstellingen wilt gebruiken. Ga naar g als u de standaardinstellingen wilt aanpassen. g h Druk op Opties. Kies de instellingen voor Scantype, Resolutie, Bestandstype en Verwijder achtergr. OPMERKING • Als u kleur kiest bij de instelling van de kwaliteit, kunt u TIFF niet kiezen. • Als u zwart-wit kiest bij de instelling van de kwaliteit, kunt u JPEG niet kiezen.
Scannen via de USB-kabel Fabrieksinstellingen herstellen (Voor MFC-J4510DW/J4710DW) a b Open het klepje van de mediasleuf. c d Druk op Opties. e Druk ter bevestiging op Ja. f Druk op Plaats een geheugenkaart of USB-flashstation in de machine. Het LCD-scherm verandert automatisch. Druk op Scannen naar media. Veeg omhoog of omlaag of druk op a of b om Fabrieksinstell. te kiezen. Druk op Fabrieksinstell. .
Scannen via de USB-kabel d Druk op s of t om Fabrieksinstell. weer te geven. Druk op Fabrieksinstell. e Druk op Ja. f Druk op .
13 Netwerkscannen Als u de machine wilt gebruiken als netwerkscanner, moet de machine geconfigureerd zijn met een TCP/IPadres. U kunt de adresinstellingen instellen of wijzigen vanaf het bedieningspaneel (uu Netwerkhandleiding: Configuratie van het bedieningspaneel) of met behulp van het programma BRAdmin Light. Als u de machine hebt geïnstalleerd volgens de instructies voor een netwerkgebruiker in de Installatiehandleiding, zou de machine al voor uw netwerk geconfigureerd moeten zijn.
Netwerkscannen a (Windows® XP) Klik op start, Configuratiescherm, Printers en andere hardware en vervolgens op Scanners en camera’s (of Configuratiescherm, Scanners en camera’s). (Windows Vista®) Klik op de knop , Configuratiescherm, Hardware en geluiden en vervolgens op Scanners en camera’s. (Windows® 7) Klik op de knop , Alle programma’s, Brother, MFC-XXXX, Instellingen Scanner en vervolgens op Scanners en camera’s.
Netwerkscannen c Klik op het tabblad Netwerk instellingen en kies de gewenste verbindingsmethode. Specificeer uw machine per adres Voer het IP-adres van de machine bij IP-adres in en klik vervolgens op Toepassen of op OK. Specificeer uw machine per naam d 1 Voer de naam van het knooppunt van de machine in bij Naam van knooppunt of klik op Bladeren en selecteer de machine die u wilt gebruiken. 2 Klik op OK.
Netwerkscannen e Als u het ontvangen van ongewenste documenten wilt vermijden, geeft u een pincode van 4 cijfers op in de velden Pin code en Voer de Pin code opnieuw in. Om gegevens te verzenden naar een computer die is beveiligd met een pincode, wordt u via het LCD-scherm gevraagd de pincode in te voeren voordat het document kan worden gescand en naar de computer wordt verzonden. (Zie De scanknop gebruiken in een netwerk uu pagina 210.
Netwerkscannen OPMERKING • Als u de functies van de knop Scannen op de machine wilt gebruiken, schakelt u het selectievakje Registreer uw computer met de "Scan naar" functies op de machine in. Voer vervolgens de naam in die moet worden weergegeven op het LCD-scherm van de machine voor uw computer. U kunt maximaal 15 tekens gebruiken. • U kunt het ontvangen van ongewenste documenten vermijden door een pincode van 4 cijfers in te stellen. Voer uw pincode in in het veld PINcode en Voer de PINcode opnieuw in.
Netwerkscannen De scanknop gebruiken in een netwerk OPMERKING Zie Scannen via de USB-kabel uu pagina 190 als het apparaat is aangesloten via USB. Scannen naar e-mail (PC) Wanneer u Scannen naar e-mail (PC) selecteert, wordt uw document gescand en direct naar de computer verzonden die u in het netwerk hebt ingesteld. ControlCenter start de standaard-e-mailtoepassing op de betreffende computer. U kunt een document in zwart-wit of kleur scannen en verzenden als e-mailbijlage vanaf de computer.
Netwerkscannen OPMERKING Druk op Opslaan als snelkoppeling als u de computer wilt opslaan als snelkoppeling. h i Druk op Opties. j Druk op Ingesteld op aanraakscherm. Druk op Aan. (Voor MFC-J4710DW) Druk op 2-zijdige scan als u 2-zijdig wilt scannen. Druk op 2-zijdige scan: lange zijde of 2-zijdige scan: korte zijde. OPMERKING Voor het gebruik van Ingesteld op aanraakscherm moet u ControlCenter hebben geïnstalleerd op een computer die op de machine is aangesloten.
Netwerkscannen h Druk op Instel.met touchscr. Druk op Aan. OPMERKING Voor het gebruik van Instel.met touchscr moet u ControlCenter hebben geïnstalleerd op een computer die op de machine is aangesloten. i j k Kies de instellingen voor Scantype, Resolutie, Bestandstype en Verwijder achtergr. Druk op OK. Druk op Start. De machine begint met het scannen van het document, creëert een bijlage en start uw e-mailtoepassing met daarin een nieuw e-mailbericht.
Netwerkscannen f Druk op Adresboek of Handmatig om het e-mailadres in te voeren. Selecteer het e-mailadres als u Adresboek kiest. Druk op OK. Als u Handmatig kiest, moet u het e-mailadres invoeren met de letterknoppen op het LCD-scherm. Druk op OK. g h Druk op OK. Ga op een van de volgende manieren te werk: Ga naar l als u de standaardinstellingen wilt gebruiken. Ga naar i als u de standaardinstellingen wilt aanpassen. i Druk op Opties.
Netwerkscannen i j Druk op OK. Druk op Start. De machine begint het document te scannen. Nieuwe standaardinstellingen opgeven voor Scannen naar e-mailserver De nieuwe standaard instellen (Voor MFC-J4510DW/J4710DW) a Volg de stappen b tot en met g in het gedeelte Scannen naar e-mailserver (Voor MFC-modellen) uu pagina 212. b c d Druk op Opties. e Druk ter bevestiging op Ja. f Druk op Kies de instellingen voor Scantype, Resolutie en Bestandstype.
Netwerkscannen e Druk op Ja. f Druk op . Fabrieksinstellingen herstellen (Voor MFC-J4310DW/J4410DW/J4610DW) a Volg de stappen b tot en met e in het gedeelte Scannen naar e-mailserver (Voor MFC-modellen) uu pagina 212. b c Druk op Opties. Druk op s of t om Fabrieksinstell. weer te geven. Druk op Fabrieksinstell. d Druk op Ja. e Druk op .
Netwerkscannen OPMERKING Druk op Opslaan als snelkoppeling als u de computer wilt opslaan als snelkoppeling. h i Druk op Opties. j Druk op Ingesteld op aanraakscherm. Druk op Aan. (Voor MFC-J4710DW) Druk op 2-zijdige scan als u 2-zijdig wilt scannen. Druk op 2-zijdige scan: lange zijde of 2-zijdige scan: korte zijde. OPMERKING Voor het gebruik van Ingesteld op aanraakscherm moet u ControlCenter hebben geïnstalleerd op een computer die op de machine is aangesloten.
Netwerkscannen h Druk op Instel.met touchscr. Druk op Aan. OPMERKING Voor het gebruik van Instel.met touchscr moet u ControlCenter hebben geïnstalleerd op een computer die op de machine is aangesloten. i j k Kies de instellingen voor Scantype, Resolutie, Bestandstype en Verwijder achtergr. Druk op OK. Druk op Start. De machine begint het document te scannen. OPMERKING U kunt de instellingen voor de knop Scannen aanpassen met behulp van uw Brother-machine, maar deze wijzigingen zijn slechts tijdelijk.
Netwerkscannen g Druk op de naam van de computer. Wanneer u via het LCD-scherm wordt gevraagd om een pincode in te voeren, voert u via het LCD-scherm de 4 cijfers van de pincode voor de computer in. Druk op OK. Ga op een van de volgende manieren te werk: Ga naar m als u de standaardinstellingen wilt gebruiken. Ga naar h als u de standaardinstellingen wilt aanpassen. OPMERKING Druk op Opslaan als snelkoppeling als u de computer wilt opslaan als snelkoppeling. h i Druk op Opties.
Netwerkscannen f Druk op de naam van de computer. Wanneer u via het LCD-scherm wordt gevraagd om een pincode in te voeren, voert u via het LCD-scherm de 4 cijfers van de pincode voor de computer in. Druk op OK. Ga op een van de volgende manieren te werk: Ga naar k als u de standaardinstellingen wilt gebruiken. Ga naar g als u de standaardinstellingen wilt aanpassen. g h Druk op Opties. Druk op Instel.met touchscr. Druk op Aan. OPMERKING Voor het gebruik van Instel.
Netwerkscannen Scannen naar Bestand Wanneer u Scannen naar bestand selecteert, kunt u een document in zwart-wit of kleur scannen en dit direct naar een aangewezen computer in uw netwerk verzenden. Het bestand wordt opgeslagen in de map en krijgt de bestandsindeling die u hebt geconfigureerd in ControlCenter. Voor MFC-J4510DW/J4710DW a Plaats uw document. b Druk op c Veeg naar links of rechts om d Druk op (Scannen). (naar bestand) weer te geven. (naar bestand).
Netwerkscannen k Kies de instellingen voor Scantype, Resolutie, Bestandstype, Geen lege pagina’s 1 en Achtergrondkleur verwijderen. 1 l m (Voor MFC-J4710DW) Druk op OK. Druk op Start. De machine begint het document te scannen. Voor DCP-J4110DW, MFC-J4310DW/J4410DW/J4610DW a b c d e f Plaats uw document. Druk op Scannen. Druk op s of t om Scan nr best. weer te geven. Druk op Scan nr best. Druk op s of t om de gewenste computer weer te geven. Druk op de naam van de computer.
Netwerkscannen OPMERKING U kunt de instellingen voor de knop Scannen aanpassen met behulp van uw Brother-machine, maar deze wijzigingen zijn slechts tijdelijk. Als u de aanpassingen permanent wilt maken, gebruik dan ControlCenter. (Voor Windows®: zie De instellingen van de scanknop configureren uu pagina 75 wanneer u de Startmodus kiest en zie De instellingen van de scanknop configureren uu pagina 91 wanneer u de Geavanceerde modus kiest.
Netwerkscannen Scannen naar FTP Als u Scannen naar FTP kiest, kunt u documenten in zwart-wit of kleur direct naar een FTP-server op uw lokale netwerk of op internet scannen. De vereiste gegevens om Scannen naar FTP te kunnen gebruiken, kunt u invoeren via Beheer via een webbrowser. U stelt de configuratie dan vooraf in en slaat de gegevens op in een FTP-profiel. OPMERKING • Scannen naar FTP is beschikbaar als FTP-profielen zijn geconfigureerd met Beheer via een webbrowser.
Netwerkscannen OPMERKING Gebruik geen ongeschikte tekens in de bestandsnaam (bijvoorbeeld ?, /, \, of *). Deze tekens kunnen een verzendfout veroorzaken bij Scannen naar FTP. Standaard-FTP-instellingen configureren U kunt de Passieve modus instellen op Uit of Aan, afhankelijk van de configuratie van uw FTP-server en de firewall van het netwerk. Standaard staat deze instelling op Aan. U kunt ook het poortnummer wijzigen van de poort die wordt gebruikt om toegang te krijgen tot de FTP-server.
Netwerkscannen k Klik op Indienen. Scannen naar FTP met FTP-serverprofielen Voor MFC-J4510DW/J4710DW a Plaats uw document. b Druk op c Veeg naar links of rechts om d Druk op (Scannen). (naar FTP) weer te geven. (naar FTP). Het pictogram gaat naar het midden en wordt blauw gemarkeerd. Druk op OK. e Veeg omhoog of omlaag of druk op a of b om een van de geregistreerde FTP-serverprofielen te kiezen.
Netwerkscannen c d e Druk op s of t om Scan nr FTP te kiezen. Druk op Scan nr FTP. Druk op s of t om een van de geregistreerde FTP-serverprofielen te kiezen. Als het profiel voor scannen naar FTP is voltooid, gaat u naar f. Als het profiel voor scannen naar FTP niet is voltooid, wordt u op het LCD-scherm gevraagd de ontbrekende gegevens in te voeren. Wanneer u klaar bent met de instellingen, gaat u naar f. f Druk op Start. Op het LCD-scherm wordt Aansluiten bezig weergegeven.
Netwerkscannen Kies Scannen naar FTP/netwerk in Beheer via een webbrowser. Onder Creëer DoorGebr Gedef Bestnaam voert u in een van de twee door de gebruiker gedefinieerde velden een bestandsnaam in en klikt u op Indienen. In elk door de gebruiker gedefinieerde naamveld kunt u maximaal 15 tekens invoeren. OPMERKING Gebruik geen ongeschikte tekens in de bestandsnaam (bijvoorbeeld ?, /, \, of *). Deze tekens kunnen een verzendfout veroorzaken bij Scannen naar Netwerk.
Netwerkscannen e Voer de bestemmingsmap op de CIFS-server in waarin uw document wordt opgeslagen (bijvoorbeeld brother\abc) (max. 60 tekens). f Kies de bestandsnaam die u voor het gescande document wilt gebruiken. U kunt kiezen uit zeven vooraf ingestelde en twee door de gebruiker gedefinieerde bestandsnamen.
Netwerkscannen e Veeg omhoog of omlaag of druk op a of b om een van de geregistreerde netwerkserverprofielen te kiezen. Wanneer u via het LCD-scherm wordt gevraagd om een pincode in te voeren, voert u via het LCD-scherm de 4 cijfers van de pincode voor het profiel in. Druk op OK. Ga op een van de volgende manieren te werk: Als het profiel voor Scannen naar Netwerk is voltooid, gaat u naar i.
Netwerkscannen f Druk op Start. Op het LCD-scherm wordt Aansluiten bezig weergegeven. Als de verbinding met het netwerk tot stand is gekomen, begint de machine met het scannen van het document. Als u de glasplaat gebruikt, wordt Volgende Pagina? (Volgende pagina?) weergegeven op het LCD-scherm. Druk op Ja of Nee.
Netwerkscannen Met Webservices scannen op uw netwerk (Windows Vista® SP2 of recenter en Windows® 7) Als u met Windows Vista® (SP2 of recenter) of Windows® 7 werkt, kunt u het Webservices-protocol gebruiken om met een Brother-machine op het netwerk te scannen. Hiervoor moet u de driver installeren via Webservices. Raadpleeg de Netwerkhandleiding (zie hierna) voor informatie over het installeren van Webservices.
Netwerkscannen c Ga op een van de volgende manieren te werk: Windows® Fotogalerie Klik op Bestand en vervolgens op Van camera of scanner importeren. Windows® Faxen en scannen Klik op Bestand, Nieuw en vervolgens op Scan. d e Kies de scanner die u wilt gebruiken. Ga op een van de volgende manieren te werk: Windows® Fotogalerie Klik op Importeren. Windows® Faxen en scannen Klik op OK. Het scandialoogvenster verschijnt.
Netwerkscannen 9 Contrast 10 Te scannen gedeelte 11 Voorbeeld 12 Zoeken g Klik op Zoeken in het scandialoogvenster. De machine begint het document te scannen. OPMERKING Als Geheugen vol op het LCD-scherm wordt weergegeven, geeft u een kleiner Papierformaat of lagere Resolutie op. Zie Scaninstellingen configureren uu pagina 234 voor meer informatie.
Netwerkscannen f Veeg omhoog of omlaag of druk op a of b om de computer weer te geven waarnaar u wilt verzenden. Druk op de naam van de computer. g Druk op Start. De machine begint het document te scannen. Voor DCP-J4110DW, MFC-J4310DW/J4410DW/J4610DW a b c Plaats uw document. d Druk op s of t om het gewenste type scan weer te geven. Druk op het type scan. e Druk op s of t om de gewenste computer weer te geven. Druk op de naam van de computer. f Druk op Start.
Netwerkscannen f Klik op Profiel opslaan. De instellingen worden toegepast tijdens het scannen met behulp van het Webservices-protocol. OPMERKING Als u wordt gevraagd een softwaretoepassing te kiezen om te scannen, kiest u Windows® Fax & Scan of Windows® Photo Gallery uit de lijst.
A Index A Afdrukken Macintosh 2-zijdig afdrukken .............................................. 135 Brother-printerdriver .......................................... 131 Windows® 2-zijdig afdrukken ................................................ 11 Brother-printerdriver .............................................. 6 Folder afdrukken ................................................. 12 PhotoCapture Center™ Macintosh ............................................................ 187 Windows® ..............
Bezoek ons op het world wide web http://www.brother.com/ Dit product is enkel goedgekeurd voor gebruik in het land van aankoop. Plaatselijke Brother-bedrijven of hun dealers verlenen alleen service voor machines die in hun eigen land zijn aangekocht. www.brotherearth.