Operation Manual

Algemene informatie
17
1
i Wanneer u de naam wilt bewerken,
houdt u ingedrukt om de huidige
naam te verwijderen en geeft u een
nieuwe naam op via het toetsenbord op
het touchscreen. (Zie Tekst invoeren
uu pagina 187 voor informatie over het
invoeren van letters.)
Druk op OK.
j Druk ter bevestiging op OK.
De naam van snelkoppelingen
bewerken 1
U kunt de naam van snelkoppelingen
bewerken.
a Druk op (Snelkopp.).
b Druk op d of c om de snelkoppeling
weer te geven die u wilt bewerken.
c Houd de snelkoppeling ingedrukt totdat
de opties worden weergegeven.
OPMERKING
U kunt ook op Bew./verw. drukken en
dan op de gewenste snelkoppeling
drukken.
d Druk op Naam snelk. bewerken
(Naam snelkoppeling bewerken).
e Wanneer u de naam wilt bewerken,
houdt u ingedrukt om de huidige
naam te verwijderen en geeft u een
nieuwe naam op via het toetsenbord op
het touchscreen. (Zie Tekst invoeren
uu pagina 187 voor informatie over het
invoeren van letters.)
Druk op OK.
f Druk op .
Snelkoppelingen verwijderen 1
U kunt een snelkoppeling verwijderen.
a Druk op (Snelkopp.).
b Druk op d of c om de snelkoppeling
weer te geven die u wilt wissen.
c Houd de snelkoppeling ingedrukt totdat
de opties worden weergegeven.
OPMERKING
U kunt ook op Bew./verw. drukken en
dan op de gewenste snelkoppeling
drukken.
d Druk op Verwijder om de in stap c
gekozen snelkoppeling te verwijderen.
Druk ter bevestiging op Ja.
e Druk op .
Snelkoppelingen oproepen 1
De snelkoppelingsinstellingen worden
weergegeven op het scherm
Snelkoppelingen. Wanneer u een
snelkoppeling wilt oproepen, drukt u
eenvoudigweg op de desbetreffende naam.
a Druk op (Snelkopp.).
b Druk op d of c om de snelkoppeling
weer te geven die u wilt oproepen.
c Druk op de snelkoppeling.