Operation Manual

Hoofdstuk 4
28
Faxberichten opvragen
U kunt vanaf iedere toetstelefoon toegang
krijgen tot uw machine en uw faxberichten
naar een andere faxmachine laten sturen.
Voordat u deze functie kunt gebruiken, moet
u Fax opslaan of Faxvoorbeeld inschakelen.
(Raadpleeg Fax opslaan uu pagina 22 of
uu Basis gebruikershandleiding:
Faxvoorbeeld (alleen zwart-wit).)
a Kies het nummer van uw faxmachine.
b Zodra u de toon van uw machine hoort,
toetst u uw toegangscode in (3 cijfers
gevolgd door
). Als u een lange toon
hoort, zijn er berichten voor u.
c Als u twee korte piepjes hoort, drukt u op
9 6 2.
d Wacht op de lange toon en toets
vervolgens met de kiestoetsen het
nummer (maximaal 20 cijfers) in van de
faxmachine waarheen de faxberichten
moeten worden doorgezonden, gevolgd
door # #.
OPMERKING
U kunt l en # niet als kiesnummers
gebruiken. U kunt # echter wel gebruiken
om een pauze in een nummer in te lassen.
e Wacht totdat u het piepje van de
machine hoort en hang op. Uw machine
belt het andere apparaat en dit apparaat
drukt uw faxberichten af.
Het nummer wijzigen
waarnaar faxberichten
worden doorgestuurd
U kunt vanaf een andere telefoon of
faxmachine met toetstonen de
standaardinstellingen voor het nummer voor
Fax doorzenden wijzigen.
a Kies het nummer van uw faxmachine.
b Zodra u de toon van uw machine hoort,
toetst u uw toegangscode in (3 cijfers
gevolgd door
). Als u een lange toon
hoort, zijn er berichten voor u.
c Als u twee korte piepjes hoort, drukt u op
9 5 4.
d Wacht op de lange toon en toets
vervolgens met de kiestoetsen het
nieuwe nummer (maximaal 20 cijfers) in
van de faxmachine waarheen de
faxberichten moeten worden
doorgezonden, gevolgd door # #.
OPMERKING
U kunt l en # niet als kiesnummers
gebruiken. U kunt # echter wel gebruiken
om een pauze in een nummer in te lassen.
e Als u klaar bent, drukt u op 9 0 om
toegang op afstand stop te zetten.
f Wacht totdat u het piepje van de
machine hoort en hang op.