Operation Manual

34
1 Druk op g en vervolgens op de cijfertoets waaraan de sjabloon die u wilt
gebruiken is toegewezen.
2
Druk op
n
. Het eerste veld van de geselecteerde sjabloon wordt weergegeven.
3 Druk op u of d om elk veld weer te geven en typ de tekst.
4 Als u één exemplaar wilt afdrukken, drukt u op p.
Als u meerdere exemplaren wilt afdrukken, of diverse exemplaren waarbij de
waarden van bepaalde tekens worden opgehoogd, of een spiegelbeeldweergave
van de tekst, drukt u op g en vervolgens op a. (Zie Speciale
afdrukfuncties gebruiken op pagina 35 voor meer informatie.)
Labels afdrukken
Voorbeeld van labellay-out weergeven
Met de voorbeeldfunctie kunt u een voorbeeld van de lay-out van de tekst weergeven.
Als u een afdrukvoorbeeld wilt weergeven, drukt u op g en vervolgens op p.
De lengte van het huidige label wordt linksonder in het scherm aangegeven.
7
SIGN
24 mm
×
101 mm
1 SYMBOOL?
2 TEKST1?
3 TEKST2?
8
NAAMPL
18 mm
×
101 mm
1 NAAM?
2 BEDRIJF?
9
FILING 12 mm × 88 mm
1 TITEL?
2 ONDERTITEL?
0
IC CHIP 9 mm × 25 mm 1 TEKST1? 2 TEKST2?
U kunt samengestelde tekens (pagina 22), symbolen (pagina 25) en streepjescodes
(pagina 23) invoeren in de sjabloonvelden.
Als u het gebruik van de sjablonen wilt afsluiten, geeft u het laatste veld weer en drukt
u vervolgens op
n
. Het menu Auto Format wordt weergegeven. Druk op
u
of
d
totdat
AFSLUITEN
wordt weergegeven. Druk vervolgens op
n
.
Druk op l of r om de afdrukweergave naar links of naar rechts te verschuiven.
Druk op
n of b om terug te keren naar de tekst.
Toets Sjabloonnaam
Lintbreedte ×
labellengte
Sjabloonvelden Voorbeeld