GEBRUIKERSHANDLEIDING FAX-T104 Series FAX-T106 Series
Als u de Klantenservice moet bellen A.u.b. de volgende gegevens invullen voor toekomstige referentie: Modelnummer: FAX-T104, FAX-T106 Serienummer:* Aankoopdatum: Aankoopplaats: * Het serienummer staat op de achterkant van het toestel. Bewaar deze Gebruikershandleiding samen met uw kassabon als bewijs van uw aankoop, in geval van diefstal, brand of service in geval van garantie. Registreer uw product online op http://www.brother.
DEZE APPARATUUR IS ONTWORPEN VOOR GEBRUIK MET EEN DUBBELDRAADS ANALOOG PSTN-SNOER, VOORZIEN VAN DE PASSENDE CONNECTOR. INFORMATIE OVER GOEDKEURING Brother wijst erop dat dit product mogelijk niet goed functioneert in een ander land dan dat waarin het oorspronkelijk werd aangekocht, en biedt geen garantie indien dit product wordt gebruikt op openbare telecommunicatielijnen in een ander land.
II
EG Conformiteitsverklaring onder de richtlijn R & TTE Producent Brother Industries, Ltd., 15-1, Naeshiro-cho, Mizuho-ku, Nagoya 467-8561, Japan Fabriek Brother Industries Technology (M) Sdn Bhd Factory 2 No.
Veiligheidsmaatregelen Veilig gebruik van de faxmachine Bewaar deze voorschriften a.u.b., zodat u ze later kunt naslaan. Raadpleeg ze altijd voordat u probeert enig onderhoud te verrichten. WAARSCHUWING Binnenin de faxmachine bevinden zich hoogspanningselektroden. Controleer voordat u de faxmachine reinigt of u de telefoonlijn eerst hebt ontkoppeld en daarna het voedingssnoer uit het stopcontact hebt verwijderd. Hanteer de stekker nooit met natte handen. U kunt dan namelijk een elektrische schok krijgen.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Volg bij het gebruiken van uw telefoonapparatuur belangrijke veiligheidsvoorschriften (bijvoorbeeld de volgende) altijd op, teneinde het risico van brand, stroomstoot of lichamelijk letsel te verminderen. 1. Gebruik dit product niet in de buurt van water, bijvoorbeeld bij een badkuip, wasbak, aanrecht of wasmachine, in een natte kelder of in de buurt van een zwembad. 2. Vermijd het gebruik van dit product (met uitzondering van draadloze telefoons) tijdens onweer.
VI
Beknopt overzicht Faxen verzenden 5 Automatisch verzenden 1 2 3 Plaats het document met de bedrukte zijde naar beneden in de ADF (max. 10 pagina's). Toets het gewenste faxnummer in. Druk op Fax Start. 6 Snelkiesnummers opslaan 1 2 Faxen ontvangen Ontvangstmodus selecteren 1 Op FAX-T104, drukt u op Ontvangst Stand om ALLEEN FAX, FAX/TEL, ANT:ANTWOORDAPP. of HANDMATIG te selecteren. Op FAX-T106, drukt u op Ontvangst Stand om ALLEEN FAX, FAX/TEL, of HANDMATIG te selecteren. Druk op om ANT:BER.CENTR.
Zoeken gebruiken 2 4 Uitgaand Bericht opnemen 1 2 3 ▲ 3 Plaats het document met de bedrukte zijde naar beneden in de ADF. Druk op Zoeken/wacht en voer met de kiestoetsen de eerste letter in van de naam die u zoekt. Druk op of om in het geheugen te zoeken. Druk op Fax Start, wanneer op het LCD-scherm de naam die u wilt bellen wordt weergegeven. ▲ 1 Kopiëren 4 5 Voicemail afspelen 1 2 Eén kopie maken 1 2 Plaats het document met de bedrukte zijde naar beneden in de ADF.
Inhoudsopgave 1 Inleiding..................................................................1-1 Gebruik van deze Handleiding........................................ 1-1 Informatie opzoeken .................................................. 1-1 De symbolen die in deze handleiding worden gebruikt ................................................................... 1-1 Namen onderdelen .................................................... 1-2 FAX-T104 overzicht van bedieningspaneel ....................
De F/T-Beltijd instellen (alleen in de stand FAX/TEL) .................................. 5-3 Fax/Tel Uitgaand Bericht Opnemen (F/T BERICHT) (alleen FAX-T106) ......................... 5-3 Fax Waarnemen ........................................................ 5-4 Een verkleinde afdruk van een inkomend document maken (Automatische Verkleining) ......................... 5-4 Ontvangen in het geheugen ...................................... 5-5 Een fax ontvangen aan het einde van een gesprek .....................
Verzend Pollen instellen (Standaard) ...................... 6-11 Verzend Pollen met Beveiligingscode instellen ....... 6-11 Beveiligd Pollen ....................................................... 6-12 Verzenden vanuit het Geheugen ............................. 6-12 De melding Geheugen vol ....................................... 6-13 Een Uitgestelde Fax en Pollingtaken onderbreken .......................................................... 6-13 Verzendslot-systeem ............................................
Een Faxbericht afdrukken.......................................... 9-5 Optie Reserveafdruk maken ...................................... 9-5 Berichten wissen........................................................ 9-6 De maximale lengte van voicemail instellen .............. 9-6 Bespaarstand instellen .............................................. 9-7 Luidspreker voor Voicemail ...................................... 9-7 Een Gesprek opnemen.............................................. 9-7 Afstandsbediening .
I Index ........................................................................I-1 L Lijst van Toebehoren ...........................................
1 Inleiding Gebruik van deze Handleiding Dank u voor de aanschaf van een Brother faxmachine. Deze faxmachine is eenvoudig te gebruiken, met een LCD-scherm waarop aanwijzingen verschijnen die u helpen bij het programmeren van de machine. Neemt u een paar minuten de tijd om deze Handleiding te lezen, zodat u optimaal gebruik kunt maken van de faxmachine. Informatie opzoeken De titels en subtitels van alle hoofdstukken staan in de Inhoudsopgave.
Namen onderdelen ■ Vooraanzicht 5 Documentsteun 1 Netsnoer 6 Papiersteun 2 Telefoonsnoer 7 Papierlade 3 Hoorn 8 Papiergeleiders 9 Bedieningspaneel 4 Gekruld Snoer voor Hoorn 10 Hendel voor openen Deksel Nr. Naam Omschrijving 1 Netsnoer Gebruiken om de faxmachine aan te sluiten op het stopcontact. 2 Telefoonsnoer Om de faxmachine aan te sluiten op een telefoonwandcontact. 3 Hoorn Gebruiken om telefoongesprekken te ontvangen of te maken.
FAX-T104 overzicht van bedieningspaneel 1 13 2 12 11 3 4 5 6 7 8 9 10 1 LCD (Liquid Crystal Display) Op het LCD-scherm verschijnen prompts die u helpen bij het instellen en gebruiken van uw faxmachine. 2 Kiestoetsen Gebruik deze toetsen om telefoon- en faxnummers te kiezen. Deze toetsen worden tevens gebruikt als toetsenbord om informatie in de faxmachine in te voeren. Met de # toets kunt u tijdens een telefoongesprek de kiesmodus tijdelijk veranderen van "PULS" naar "TOON".
9 Stop/Eindigen Met een druk op deze toets wordt een faxtransmissie gestopt, een bewerking geannuleerd of de programmeermodus afgesloten. : Fax Start Begint een bewerking, bijvoorbeeld het sturen van een fax. A Kopie/Rapport Met document in de automatische documentinvoer: Maakt een kopie. Zonder document in de automatische documentinvoer: Geeft toegang tot het Menu Rapporten. B Eéntoetsnummers Deze toetsen geven u direct toegang tot vooraf opgeslagen Snelkiesnummers.
FAX-T106 overzicht van bedieningspaneel 17 15 16 1 14 2 13 3 12 4 5 6 7 8 9 10 11 1 LCD (Liquid Crystal Display) Op het LCD-scherm verschijnen prompts die u helpen bij het instellen en gebruiken van uw faxmachine. 2 Afspelen/Opnemen Voor het beluisteren van de voicemail en het afdrukken van faxen die in het geheugen zijn opgeslagen. Hiermee kunt u tevens telefoongesprekken opnemen. 3 Kiestoetsen Gebruik deze toetsen om telefoon- en faxnummers te kiezen.
8 Ontvangst Stand Met deze toets kunt u selecteren hoe uw faxmachine op inkomende telefoontjes reageert. 9 Resolutie Hiermee past u de faxresolutie aan, wanneer u een fax verstuurt of een kopie maakt. : Stop/Eindigen Met een druk op deze toets wordt een faxtransmissie gestopt, een bewerking geannuleerd of de programmeermodus afgesloten. A Fax Start Begint een bewerking, bijvoorbeeld het sturen van een fax. B Kopie/Rapport Met een document in de automatische documentinvoer: Maakt een kopie.
Over faxmachines Faxtonen en aansluitbevestiging Wanneer iemand u een fax stuurt, zendt hun faxmachine faxtonen (CNG-tonen) naar uw apparaat. Dit zijn zachte, onderbroken geluidssignalen met een tussenpauze van 4 seconden. U hoort deze tonen als u na het kiezen op Fax Start drukt. Ze houden tot ongeveer 60 seconden na het kiezen aan. Tijdens deze 60 seconden begint de verzendende machine de aansluitbevestiging met het ontvangende apparaat.
Aansluitingen Een extern toestel aansluiten U kunt een apart toestel aansluiten, zie onderstaande afbeelding. . Tweede Toestel Extern Toestel Wanneer een tweede toestel in gebruik is, wordt op het LCD-scherm de melding EXT.TEL IN GEBR. weergegeven en gaat er een alarm af. Neem de hoorn op en druk op Telefoon (alleen FAX-T104) of Luidspreker (alleen FAX-T106) om het gesprek van het externe toestel over te zetten naar de fax. Een extern antwoordapparaat (ANTW.APP.
U mag geen ANTW.APP. op een andere plaats op dezelfde telefoonlijn aansluiten. ANTW.APP. ANTW.APP. Aansluitingen Het externe ANTW.APP. moet zijn aangesloten zoals boven aangegeven. 1 2 3 4 Stel uw ANTW.APP. in op één of twee belsignalen. (De instelling voor de Belvertraging van de faxmachine is niet van toepassing.) Het uitgaand bericht op uw extern ANTW.APP. opnemen. Activeer het ANTW.APP. Voor FAX-T104 de Ontvangstmodus instellen op ANT:ANTWOORDAPP..
Aansluiting op meerdere Lijnen (PABX) De meeste kantoren gebruiken een centraal telefoonsysteem. Hoewel het vaak relatief eenvoudig is om de faxmachine aan te sluiten op een PABX-systeem (Private Automatic Branch Exchange), raden wij u toch aan om contact op te nemen met het bedrijf dat uw telefoonsysteem heeft geïnstalleerd en hen te vragen de faxmachine voor u aan te sluiten. We adviseren u de faxmachine op een aparte lijn aan te sluiten.
2 Papier Over papier Omgaan met normaal papier Bewaar papier in de originele verpakking en zorg dat deze gesloten blijft. Bewaar het papier plat en verwijderd van vocht, direct zonlicht en warmte. Papierspecificaties voor de papierlade Formaat: Gewicht: Dikte: Capaciteit: A4 64 tot 90 g/m2 0,08 tot 0,12 mm max. 30 vel De faxmachine kan een beeld van max. 208 mm breed scannen, ongeacht de breedte van het papier. Gebruik geen karton, krantenpapier of stof.
Papier laden Papier plaatsen Al het papier uit de uitvoerlade verwijderen, voordat u meer papier plaatst. 1 Blader de stapel papier goed door om te voorkomen dat papier vastloopt of scheef wordt ingevoerd. Tik de stapel papier tegen een hard oppervlak om de stapel recht te maken. 2 Plaats het papier voorzichtig. De te bedrukken zijde moet naar beneden liggen.
3 Programmeren op het Scherm Gebruikersvriendelijk programmeren De faxmachine is zodanig ontworpen dat zij eenvoudig te gebruiken is voor programmering op het LCD-scherm, met behulp van de navigatietoetsen. Programmeren op het scherm is uiterst eenvoudig en helpt u alle functies van de faxmachine optimaal te benutten. Aangezien de programmering op het LCD-scherm plaatsvindt, hebben wij stap voor stap meldingen op het scherm gecreëerd om u te helpen de faxmachine te programmeren.
Navigatietoetsen Menu openen Naar volgende menuniveau Optie accepteren Door huidige menuniveau bladeren Terug naar vorige menuniveau Naar volgende menuniveau Menu afsluiten U opent de programmeermodus door op Menu/Set te drukken. Als u de programmeermodus hebt KIES ↑ ↓ & SET geopend, geeft het LCD-scherm het volgende weer: Druk op 1 voor de Voorbereidende 1.STAND.INSTEL. Instelling —OF— Druk op 2 voor Instelling van het 2.ONTVANGST MENU Ontvangstmenu —OF— Druk op 3 voor Instelling van het 3.
Druk op de nummers van het menu. (bijvoorbeeld: Druk op 1, 1 voor Datum/Tijd) —OF— selectie selectie 1.STAND.INSTEL. Hoofdmenu Menuselecties Opties keuze Omschrijvingen om af te sluiten Pagina 1. DATUM/TIJD — De datum en de tijd komen op het LCD-scherm en op de kopteksten van de verzonden faxen te staan. 4-1 2. AUT. AAN ZOMERTIJD UIT De Zomertijd wordt automatisch ingesteld. 4-1 3. STATIONS ID — Voer uw naam en het faxnummer in die op elke faxpagina moeten worden afgedrukt. 4-2 4. WAARSCH.
Druk op de nummers van het Menu. (bijvoorbeeld: Druk op 1, 1 voor Datum/Tijd) —OF— selectie selectie 3.VERZEND MENU 2.ONTVANGST MENU (Vervolg) Hoofdmenu Menuselecties Opties keuze om af te sluiten Omschrijvingen Pagina 4. CODE OP AFST. AAN ( 51, #51, 81) UIT U kunt telefoontjes op een extern of tweede toestel aannemen en codes gebruiken om de faxmachine te activeren of deactiveren. Kunt u ook een telefoongesprek van uw draadloze telefoon naar uw faxmachine overzetten.
Druk op de nummers van het Menu. (bijvoorbeeld: Druk op 1, 1 voor Datum/Tijd) —OF— selectie selectie 5.ONDERBREEK 4.WIS OPDRACHT 3.VERZEND MENU (Vervolg) Hoofdmenu Menuselecties Opties 6.KIESGEHEUGEN Omschrijvingen om af te sluiten Pagina 7. TIJDKLOK — Instellen in 24-uursformaat van de tijd van de dag, waarop de uitgestelde faxberichten moeten worden verzonden. 6-10 8. VERZEND POLLEN STAND.
Druk op de nummers van het Menu. (bijvoorbeeld: Druk op 1, 1 voor Datum/Tijd) —OF— selectie selectie Hoofdmenu Menuselecties 8.AFSTAND OPTIES (alleen FAX-T104) 1.DRZENDEN/ OPSLN Opties keuze om af te sluiten Omschrijvingen Pagina UIT Hiermee kunt u de FAX DOORZENDEN faxmachine instellen om FAX OPSLAAN faxberichten door te zenden of binnenkomende faxen in het geheugen op te slaan, zodat u ze kunt opvragen wanneer u niet bij uw faxmachine bent. 2. AFST.
Druk op de nummers van het Menu. (bijvoorbeeld: Druk op 1, 1 voor Datum/Tijd) —OF— selectie selectie Hoofdmenu Menuselecties 9.SETUP MELODIE (alleen FAX-T106) 0.DIVERSEN om af te sluiten Omschrijvingen Pagina SIGNAAL MELODIE1 MELODIE2 MELODIE3 MELODIE4 Hier kunt u het belsignaal selecteren. 4-6 2. WACHTMUZIEK UIT MELODIE1 MELODIE2 MELODIE3 MELODIE4 Hier selecteert u het muziekje voor de wachtstand of schakelt u dit uit. 4-6 1. BEL TOON Opties keuze 1.
4 Eerste Instellingen Aan de slag De Datum en Tijd instellen Als de faxmachine niet in gebruik is, wordt de datum en de tijd weergegeven. Als u het stationsnummer instelt, worden de datum en de tijd die door uw faxmachine worden weergegeven op elke verzonden fax afgedrukt. Als de stroom uitvalt, moet u de datum en de tijd waarschijnlijk opnieuw instellen. 1 2 3 4 5 6 Druk op Menu/Set, 1, 1. 1.DATUM/TIJD Toets de laatste twee cijfers van het jaartal in. Druk op Menu/Set.
De Stations-ID instellen U kunt uw naam of de naam van uw bedrijf en het faxnummer opslaan, zodat deze worden afgedrukt op alle faxpagina's die u verzendt. Het telefoonnummer verschijnt alleen op het voorblad en op de terug te bellen berichten (call back). Het is uiterst belangrijk dat de fax- en telefoonnummers in internationaal standaardformaat worden ingevoerd, m.a.w. precies in onderstaande volgorde: ■ Het “+” (plus) teken (druk op toets) ■ Uw Landnummer (bv.
Tekst invoeren Bij het instellen van bepaalde menuselecties, zoals de Stations-ID, moet u wellicht tekst in de faxmachine invoeren. Op de meeste cijfertoetsen staan drie of vier letters. Op de toetsen 0, # en staan geen letters, omdat deze toetsen een speciale functie hebben. Door meerdere malen op de desbetreffende kiestoets te drukken, kunt u het gewenste teken kiezen.
Het Volume van de Waarschuwingstoon instellen U kunt het volume van de waarschuwingstoon wijzigen. De standaard (fabrieks) instelling is LAAG. Wanneer de waarschuwingstoon aanstaat zal de faxmachine een geluidssignaal geven, wanneer u een toets indrukt, een vergissing maakt of een fax verzendt of ontvangt. 1 2 3 Druk op Menu/Set, 1, 4. 4.WAARSCH. TOON (LAAG, HOOG of UIT) Druk op ▲ of ▼ om uw optie te selecteren. Druk op Menu/Set. Druk op Stop/Eindigen.
Het Belvolume instellen U kunt het belvolume uitzetten of selecteren hoe luid de bel van de machine overgaat, wanneer uw machine inactief is (niet wordt gebruikt). Druk op of om het volume aan te passen. Telkens wanneer u op deze toetsen drukt, gaat de bel over, zodat u hoort hoe luid de bel met de huidige instelling, op het LCD-scherm getoond, klinkt. Telkens wanneer u op één van deze toetsen drukt, wordt het volume gewijzigd. De nieuwe instelling blijft van kracht totdat u deze wijzigt.
De Muziek instellen (alleen FAX-T106) Het Belpatroon instellen U kunt voor het belpatroon “signaal” (normaal belpatroon) of één van de vier verschillende muziekjes selecteren. De standaardinstelling is SIGNAAL. 1 2 3 Druk op Menu/Set, 9, 1. 1.BEL TOON Druk op ▲ of ▼ om SIGNAAL, MELODIE1, MELODIE2, MELODIE3 of MELODIE4 te selecteren en druk op Menu/Set. Druk op Stop/Eindigen. Hiermee kunt u een melodie voor het eerste belsignaal selecteren. Het belsignaal voor de F/T-stand zal niet gewijzigd worden.
5 De Ontvangststand instellen Basishandelingen bij het ontvangen De Ontvangstmodus kiezen Er zijn vier verschillende Ontvangstmodi voor de faxmachine. Kies de stand die het beste aan uw eisen voldoet. LCD-scherm Hoe dit werkt Wanneer te gebruiken ALLEEN FAX (automatisch ontvangen) De faxmachine beantwoordt elk telefoontje automatisch alsof het een faxbericht betreft. Voor aparte faxlijnen. FAX/TEL* (fax en telefoon) De faxmachine beheert de lijn en beantwoordt automatisch elke oproep.
Huidige Ontvangstmodus 09/06 15:25 FAX HND: HANDMATIG FAX: ALLEEN FAX F/T: FAX/TEL ANT:ANTWOORDAPP. (alleen FAX-T104) ANT:BER.CENTR. (alleen FAX-T106) Uw Ontvangstmodus kiezen of wijzigen 1 Druk op Ontvangst Stand. Op het LCD-scherm wordt uw huidige selectie weergegeven. De opties op FAX-T104 zijn: ALLEEN FAX FAX/TEL ANT:ANTWOORDAPP. HANDMATIG De opties op FAX-T106 zijn: ALLEEN FAX FAX/TEL HANDMATIG 2 Of, als het ANTW.APP. op ANT:BER.CENTR.
De F/T-Beltijd instellen (alleen in de stand FAX/TEL) Als u de Ontvangstmodus instelt op FAX/TEL, dient u te specificeren hoe lang de faxmachine met een dubbele bel moet overgaan om u te laten weten dat iemand u probeert te bellen (als het een inkomend faxbericht is, print de faxmachine de fax) Deze dubbele bel hoort u pas na de belvertraging. Alleen de bel van de faxmachine gaat over, de andere toestellen op dezelfde lijn gaan met het dubbele belsignaal over.
Fax Waarnemen Als u deze functie gebruikt, is het niet nodig de Fax Start of de Faxontvangstcode 5 1 in te toetsen wanneer u de telefoon aanneemt en faxtonen hoort. Houd de hoorn even vast en wacht een paar seconden. Als u AAN selecteert, kan de faxmachine faxberichten automatisch ontvangen, zelfs als u de hoorn van de machine of van een tweede of extern toestel hebt opgenomen.
Ontvangen in het geheugen Zodra de papierlade leeg is tijdens het ontvangen van een fax, verschijnt op het scherm KIJK PAPIER NA; plaats papier in de papierlade. (Raadpleeg de Installatiehandleiding.) Als de Ontvangst in het Geheugen is ingeschakeld… Als er voldoende geheugen beschikbaar is, dan gaat de machine gewoon door met het ontvangen van de fax.
Geavanceerde ontvangsthandelingen Werken met een tweede toestel Als u een faxoproep aanneemt op een tweede toestel of op een extern toestel dat is aangesloten op de juiste ingang op de machine, kunt u de oproep door de faxmachine laten aannemen door de Faxontvangstcode te gebruiken. Als u de Faxontvangstcode 5 1 intoetst, zal de fax op de faxmachine worden ontvangen. (Raadpleeg Fax Waarnemen op pagina 5-4.
Een telefoontje naar de faxmachine doorschakelen Wanneer u het telefoongesprek op de draadloze telefoon aanneemt en dit wilt doorschakelen naar de faxmachine, 1 2 3 toets dan de Code voor het Activeren van Spraak 8 1 in op de draadloze telefoon. De faxmachine gaat over (met hetzelfde dubbel belsignaal) en op het LCD-scherm wordt de melding “PAK TELEFOON OP” weergegeven. Neem de hoorn op en druk op Telefoon (alleen FAX-T104).
Een fax uit het geheugen afdrukken (alleen FAX-T104) Als u Fax Doorzenden of Fax Opslaan hebt geselecteerd (Menu/Set, 8, 1) kunt u nog altijd een fax uit het geheugen afdrukken wanneer u zich bij de faxmachine bevindt. (Raadpleeg Fax Opslaan instellen op pagina 8-2.) 1 2 3 Druk op Menu/Set, 8, 3. 3.PRINT DOCUMENT Druk op Fax Start. Druk na het afdrukken op Stop/Eindigen. Pollen Pollen is het opvragen van faxberichten van een andere faxmachine.
Uitgesteld Ontvangen Pollen instellen U kunt de machine zo instellen, dat deze op een later tijdstip met Ontvang Pollen begint. 1 2 3 4 5 6 7 Druk op Menu/Set, 2, 7. Druk op ▲ of ▼ om TIJDKLOK te selecteren. Druk op Menu/Set. U wordt gevraagd in te voeren om hoe laat het pollen moet worden uitgevoerd. Voer in om hoe laat u het pollen wilt starten (in 24-uursformaat). Bijvoorbeeld, voor 09:45 PM voert u 21:45 in. Druk op Menu/Set. Toets het te pollen faxnummer in. Druk op Fax Start.
Telefoondiensten Uw faxmachine ondersteunt nummerweergave, een dienst die sommige telefoonbedrijven aanbieden. Nummerweergave Nummerweergave is een functie die de abonnee het telefoonnummer van de beller laat zien wanneer de telefoon gaat. Het is een snelle manier om te bepalen wie er belt. U kunt snel reageren op telefoontjes die u gemist hebt, want deze functie slaat de ontvangen nummers in het geheugen van uw machine op.
Hoe werkt Nummerweergave? Het nummer van de beller wordt weergegeven op het LCD-scherm wanneer uw telefoon overgaat Wanneer de telefoon gaat, wordt het nummer van de beller op het LCD-scherm weergegeven. Als de naam van de beller in uw machine is opgeslagen als een Snelkiesnummer of Eéntoetsnummer, wordt de naam van de beller weergegeven. De naam van de beller verdwijnt zodra u de hoorn opneemt. ■ Als NR. ONBEKEND in uw display komt betekend dit dat er geen I.D. nummer is ontvangen.
Een Nummer in het Geheugen selecteren om dit terug te bellen U kunt de in het geheugen opgeslagen nummers weergeven, en selecteren welk nummer uw machine moet terugbellen. Dit is een handige functie waarmee de faxmachine van Brother een in het geheugen opgeslagen nummer (telefoon/fax) met de hoorn op de haak kan terugbellen. U hoeft dat nummer dan niet te noteren en handmatig te kiezen. 1 2 Druk op Menu/Set, 0, 3. Druk op ▲ of ▼ om TOON TEL.NUMMERS TOON TEL.NUMMERS te selecteren, en druk op Menu/Set.
Tijdens het Terugbellen bepaalde Netwerkdiensten activeren U kunt een speciale prefix laten kiezen vóór het nummer dat u gaat terugbellen, bijvoorbeeld om bepaalde netwerkdiensten te activeren ten opzichte van het nummer dat u terugbelt.
6 Het Verzenden instellen Nummers kiezen U kunt op alle volgende manieren nummers kiezen. Handmatig kiezen Toets alle nummers van het telefoon- of faxnummer in. Eéntoetsnummers gebruiken Druk op het Eéntoetsnummer dat u wilt bellen. (Raadpleeg Eéntoetsnummers opslaan op pagina 7-1.) Snel-kiezen Druk op Zoeken/wacht, #, en toets vervolgens het Snelkiesnummer van twee cijfers in. (Raadpleeg Snelkiesnummers opslaan op pagina 7-2.
Faxnummer opnieuw kiezen Als u handmatig een fax verzendt en het nummer in gesprek is, kunt u op Herkies/Pauze drukken en vervolgens op Fax Start om het nummer nogmaals te kiezen. Als u het laatst gekozen nummer opnieuw wilt bellen, kunt u tijd besparen door op Herkies/Pauze en Fax Start te drukken. Herkies/Pauze werkt uitsluitend wanneer u vanaf het bedieningspaneel koos.
Handmatig verzenden Als u faxen handmatig verzendt, hoort u de kiestoon, de beltonen en de faxontvangsttonen. 1 2 3 4 5 Plaats het document met de bedrukte zijde naar beneden in de ADF. Neem de hoorn van de haak en wacht totdat u de kiestoon hoort. —OF— Druk op Luidspreker (alleen FAX-T106) en wacht totdat u de kiestoon hoort. Toets het gewenste faxnummer in (u kunt hiervoor de kiestoetsen, de Eéntoetsnummers of de Snelkiestoetsen gebruiken, of u kunt kiezen door Zoeken/wacht te gebruiken).
Contrast Als uw document erg licht of erg donker is, wilt u het contrast wellicht aanpassen. Gebruik LICHT om het document donkerder te maken. Gebruik DONKER om het document lichter te maken. 1 2 3 4 5 6 Plaats het document met de bedrukte zijde naar beneden in de ADF. Druk op Menu/Set, 3, 3. 3.CONTRAST Druk op ▲ of ▼ om AUTO, LICHT of DONKER te selecteren. Druk op Menu/Set. Druk op 1 als u nog andere GEACCEPTEERD instellingen wilt maken. Op het VOLGENDE LCD-scherm wordt opnieuw het VERZENDMENU 1.JA 2.
Verzenden met meerdere Resoluties Gebruik deze functie als u een faxbericht van meerdere pagina's wilt verzenden met verschillende resoluties. Dit komt vooral van pas wanneer u een fax wilt verzenden met foto’s en tekst, of enkele pagina's met kleine en andere met grote letters. Nadat de fax is verzonden wordt de Resolutie automatisch teruggesteld naar STAND.. 1 2 3 4 5 6 Plaats het document met de bedrukte zijde naar beneden in de ADF. Druk op Menu/Set, 3, 4.
Geavanceerde verzendopties Het elektronische Voorblad samenstellen Dit voorblad wordt naar de machine van de ontvangende partij verzonden. Op uw voorblad staat de naam of het nummer die in het Eéntoets- of Snelkiesgeheugen is opgeslagen. Als u handmatig kiest, wordt er geen naam vermeld. Op dit voorblad staan uw Stations-ID en het aantal pagina's dat u verzendt. Als u VOORBLAD INST. heeft ingesteld op AAN (Raadpleeg Met elke fax een voorblad verzenden op pagina 6-7), wordt het aantal pagina’s niet vermeld.
Voorblad voor alleen de volgende fax Deze functie werkt niet, tenzij u de Stations-ID hebt ingesteld. (Raadpleeg De Stations-ID instellen op pagina 4-2.) Als u het voorblad alleen met een bepaalde fax wilt verzenden, wordt op dit voorblad vermeld uit hoeveel pagina's uw document bestaat. 1 2 3 4 5 ▲ 6 7 Plaats het document met de bedrukte zijde naar beneden in de ADF. Druk op Menu/Set, 3, 1. 1.VOORBLAD INST. Wanneer op het LCD-scherm ALLEEN DEZE FAX wordt weergegeven, druk op Menu/Set.
Een afgedrukt Voorblad gebruiken Als u er de voorkeur aan geeft om een voorblad te gebruiken waarop u bijvoorbeeld zelf nog informatie kunt schrijven, kunt u een voorblad eerst afdrukken en aan uw faxbericht toevoegen. 1 2 Druk op Menu/Set, 3, 1. 1.VOORBLAD INST. Druk op ▲ of ▼ om PRINT VOORBEELD te selecteren. Druk op Menu/Set.
4 5 6 Druk op 1 als u nog andere instellingen wilt maken. Op het LCD-scherm wordt opnieuw het VERZEND MENU weergegeven. —OF— Druk op 2, als u verder geen instellingen meer wilt selecteren en ga vervolgens naar Stap 5. Voer het faxnummer in. Druk op Fax Start. Oproep Reserveren U kunt een fax verzenden en de andere persoon laten weten dat u met hem/haar wilt spreken nadat de fax verzonden is. De bel van de andere faxmachine gaat dan over en zodra de andere persoon opneemt, gaat de bel van uw machine over.
Uitgestelde Fax U kunt deze instelling gebruiken om, afhankelijk van de omvang van de gegevens, maximaal 3 faxen te verzenden in de komende 24 uur. 1 2 3 4 5 6 7 Plaats het document met de bedrukte zijde naar beneden in de ADF. Druk op Menu/Set, 3, 7. 7.TIJDKLOK Voer in op welke tijd de fax moet worden verzonden (in 24 uur-formaat). Druk op Menu/Set. (toets bijvoorbeeld 19:45 in voor 07:45 PM) Druk op 1 om het document in 1.DOC 2.GEHEUGEN de ADF te laten liggen.
Verzend Pollen instellen (Standaard) Verzend Pollen betekent dat de faxmachine met een document in de invoer wacht, totdat ze door een ander faxapparaat wordt gebeld om dit document op te vragen. 1 2 3 4 5 6 Plaats het document met de bedrukte zijde naar beneden in de ADF. Druk op Menu/Set, 3, 8. 8.VERZEND POLLEN Druk op ▲ of ▼ om STAND. te POLLING:STAND. kiezen. Druk op Menu/Set. Druk op 1 om het document in 1.DOC 2.GEHEUGEN de automatische documentinvoer te laten liggen.
6 7 Druk op 1 als u verder nog instellingen wilt selecteren. Op het LCD-scherm wordt weer het VERZENDMENU weergegeven. —OF— Druk op 2, als u verder geen instellingen meer wilt maken en ga naar Stap 7. Druk op Fax Start en wacht totdat de fax wordt gepolld. Beveiligd Pollen Met Beveiligd Pollen kunt u voorkomen dat uw documenten en andere informatie in verkeerde handen terechtkomen wanneer de faxmachine in de pollingwachtstand staat.
De melding Geheugen vol Als u tijdens het scannen van de eerste pagina van een fax de melding GEHEUGEN VOL ziet, moet u op Stop/Eindigen drukken om de scan te stoppen. Als de melding GEHEUGEN VOL wordt weergegeven tijdens het scannen van een volgende pagina, kunt u ofwel op Fax Start drukken om de gescande pagina's te zenden, of op Stop/Eindigen drukken om de handeling te annuleren.
Wachtwoord instellen Als u het wachtwoord bent vergeten waarmee u het verzenden hebt geblokkeerd, moet u contact opnemen met uw Brother-leverancier of met Brother. 1 2 3 Druk op Menu/Set, 0, 1. Toets een viercijferig nummer in voor het wachtwoord. Druk op Menu/Set. Als het LCD-scherm NOGMAALS: toont, voert u het wachtwoord opnieuw in. Druk op Menu/Set. Het wachtwoord voor het verzendslot wijzigen 1 2 3 4 5 Druk op Menu/Set, 0, 1. Druk op ▲ of ▼ om WACHTWOORD te selecteren. Druk op Menu/Set.
7 Snelkiesnummers en kiesopties Nummers opslaan om snel te kiezen U kunt de faxmachine instellen om op de volgende manieren snel te kiezen: met Eéntoetsnummers, Snelkiesnummers en met Groepsnummers voor het Groepsverzenden van faxberichten. Wanneer u op een snelkiestoets drukt, geeft het LCD-scherm de naam (indien u deze hebt opgeslagen) of het nummer weer. De snelkiesnummers die in het geheugen zijn opgeslagen, gaan niet verloren als de stroom uitvalt.
Snelkiesnummers opslaan U kunt snelkiesnummers opslaan, die dan met een druk op slechts een paar toetsen kunnen worden gekozen (Zoeken/Wacht, #, het tweecijferig nummer, en Fax Start). Er kunnen 100 Snelkiesnummers in de faxmachine worden opgeslagen. 1 2 3 4 5 Druk op Menu/Set, 6, 2. 2.SNELKIES Voer met behulp van de #05: kiestoetsen een tweecijferige VOER IN & SET locatie voor het Snelkiesnummer in (00-99). (druk bijvoorbeeld op 0 5) Druk op Menu/Set. Toets het telefoon- of faxnummer in (max.
2 3 Toets een nieuw nummer in. Druk op Menu/Set. Volg de aanwijzingen vanaf Stap 4 voor het Opslaan van Eéntoetsnummers en het Opslaan van Snelkiesnummers. Groepen voor het Groepsverzenden instellen Met Groepen, die kunnen worden opgeslagen onder een Eéntoetsnummer, kunt u hetzelfde faxbericht naar meerdere faxnummers verzenden. U drukt op het Eéntoetsnummer en Fax Start. Eerst moet elk faxnummer als een Eéntoetsnummer of Snelkiesnummer worden opgeslagen.
Kiesopties U kunt de faxmachine voor telefoongesprekken gebruiken door handmatig te kiezen of door het geheugen van Zoeken, Eéntoetskiezen of Snelkiezen te gebruiken. U gebruikt de hoorn voor het voeren en ontvangen van telefoongesprekken. Als u een Snelkiesnummer kiest, wordt op het LCD-scherm de naam die u hebt opgeslagen weergegeven; als er geen naam is opgeslagen, wordt het faxnummer weergegeven. Handmatig kiezen Handmatig kiezen betekent gewoon dat u alle cijfers van het telefoonnummer intoetst.
Eéntoetskiezen 1 2 3 De hoorn opnemen. —OF— Druk op Luidspreker (alleen FAX-T106). Druk op het Eéntoetsnummer van de locatie die u wilt bellen wanneer u een kiestoon hoort. Leg de hoorn neer om op te hangen. —OF— Druk op Luidspreker (alleen FAX-T106). Wanneer u een Eéntoetsnummer probeert te gebruiken waaronder geen nummer is opgeslagen, hoort u een waarschuwingstoon. Op het LCD-scherm wordt NIET OPGESLAGEN weergegeven. Op het LCD-scherm wordt na 2 seconden weer de normale weergave getoond.
Zoeken U kunt zoeken naar de namen die in het geheugen voor Eéntoetsnummers en Snelkiesnummers zijn opgeslagen. (Raadpleeg Eéntoetsnummers opslaan op pagina 7-1 en Snelkiesnummers opslaan op pagina 7-2.) 2 4 5 ▲ 3 De hoorn opnemen. —OF— Druk op Luidspreker (alleen FAX-T106). Druk op Zoeken/wacht en toets vervolgens de eerste letter in van de naam die u zoekt, met behulp van de kiestoetsen. Druk op of om op alfabetische volgorde naar de naam te zoeken.
Opnieuw kiezen (Telefoon) Als u iemand opbelt en de lijn bezet is, kunt u het nummer opnieuw kiezen door op Herkies/Pauze te drukken. 1 2 3 De hoorn opnemen. —OF— Druk op Luidspreker (alleen FAX-T106). Druk op Herkies/Pauze. Leg de hoorn neer om op te hangen. —OF— Druk op Luidspreker (alleen FAX-T106). Opnieuw kiezen (Fax) Als u een fax verzendt en het nummer is in gesprek, kunt u op Herkies/Pauze drukken om het nummer nogmaals te kiezen.
8 Opties voor Afstandsbediening (alleen FAX-T104) Dit hoofdstuk is van toepassing op Model FAX-T104. Als u model FAX-T106 gebruikt, worden de opties voor afstandsbediening beheerd door de berichtencentrale Message Manager Fax Doorzenden Fax Doorzenden instellen Als u Fax Doorzenden selecteert, slaat uw faxmachine de ontvangen fax op in het geheugen. Vervolgens zal de faxmachine het faxnummer dat u geprogrammeerd hebt kiezen en het faxbericht doorzenden. 1 2 3 4 Druk op Menu/Set, 8, 1. 1.
Fax Opslaan instellen Als u Fax Opslaan selecteert, slaat uw faxmachine de ontvangen fax op in het geheugen. U kunt faxberichten op een andere locatie ophalen met de functies voor Afstandsbediening. 1 2 3 Druk op Menu/Set, 8, 1. Druk op ▲ of ▼ om FAX OPSLAAN te selecteren. Druk op Menu/Set. Druk op Stop/Eindigen. 1.DRZENDEN/OPSLN Als u Fax Opslaan hebt ingesteld, wordt er automatisch een reservekopie op de faxmachine afgedrukt.
Afstandsbediening U kunt uw faxmachine bellen vanaf ieder willekeurige toetstelefoon of faxmachine, waarna u uw Toegangscode moet invoeren en een aantal andere toetsen moet indrukken om uw faxberichten op te vragen. Knip op de laatste pagina de Toegangscodes voor het opvragen van uw faxberichten uit, en houdt deze altijd bij u. Gebruik van de toegangscode 1 2 3 4 5 6 Kies het faxnummer op een toetstelefoon of op een andere faxmachine.
Opdrachten op Afstand U kunt de faxmachine vanaf een ander toestel bedienen met behulp van de onderstaande opdrachten. Wanneer u de faxmachine opbelt en de Toegangscode (3 cijfers gevolgd door invoert, hoort u twee korte piepjes om aan te geven dat u een opdracht moet invoeren. Opdrachten op Afstand ) Wat u moet doen 95 Fax Doorzenden wijzigen 1 UIT U kunt UIT selecteren, nadat u alle faxberichten hebt opgevraagd of gewist. 2 Fax Doorzenden Als u één lange toon hoort, is de wijziging geaccepteerd.
Faxberichten opvragen 1 2 3 4 5 Kies het nummer van uw faxmachine. Zodra u de toon van uw faxmachine hoort, toetst u onmiddellijk uw Toegangscode in (3 cijfers gevolgd door ). Als u één lange toon hoort, zijn er berichten voor u. Zodra u twee korte piepjes hoort, toetst u met de kiestoetsen 9 6 2 in. Wacht op de lange toon en toets vervolgens met de kiestoetsen het nummer in van de faxmachine waar de faxberichten naartoe moeten worden gestuurd, gevolgd door ## (max. 20 cijfers).
9 Message Manager (alleen FAX-T106) Dit gedeelte is voor FAX-T106 (als u over FAX-T104 beschikt, raadpleeg a.u.b. hoofdstuk 8 voor uw opties voor afstandsbediening). De Message Manager In het berichtencentrum Message Manager kunnen inkomende faxen en voicemail in een flexibel geheugen worden opgeslagen. In dit geheugen kunnen 15 minuten voicemail worden opgeslagen, of maximaal 20 gefaxte pagina’s.
1 2 3 Druk op Menu/Set, 8, 1. U wordt gevraagd een instelling voor het opslaan van voicemail te kiezen. Druk op ▲ of ▼ om BER.:AAN, (of BEANTW. of UIT) te selecteren. Selecteer BEANTW., als u voicemail op het extern antwoordapparaat wilt opslaan. Druk op Menu/Set. Druk op Stop/Eindigen. Fax Doorzenden/Fax Opslaan instellen U kunt zowel Fax Doorzenden als Fax Opslaan gebruiken.
Het Uitgaande Bericht voor Message Manager opnemen (BEANTW. BERICHT) Het opnemen van het Uitgaande Bericht voor Message Manager (BEANTW. BERICHT) is de tweede stap die u moet volgen, voordat u de Message Manager kunt activeren. Uw BEANTW. BERICHT (Uitgaand Bericht) mag niet langer zijn dan 20 seconden. 1 2 Druk op Menu/Set, 8, 4. U wordt gevraagd een BEANTW. BERICHT te kiezen. Druk op ▲ of ▼ om BEANTW. BERICHT (niet F/T BERICHT) te selecteren. Druk op Menu/Set.
De Stand Message Manager activeren Houd ingedrukt totdat het lampje brandt en op het LCD-scherm de melding ANT:BER.CENTR. wordt weergegeven. Wanneer het lampje van uit is, is Message Manager uitgeschakeld. (Raadpleeg Message Manager instellen op pagina 9-1.) Berichtenindicator Het lampje knippert als er nieuwe voicemail of faxen voor u zijn. Op het LCD-scherm wordt het BER.
Voicemail afspelen Volg de onderstaande stappen om uw voicemail te beluisteren. Druk op Afspelen/Opnemen. Pas het volume aan door op of te drukken. Alle nieuwe berichten worden afgespeeld in de volgorde waarin ze waren ingesproken. Op het LCD-scherm wordt het nummer van het huidige bericht en het totale aantal berichten weergegeven. Als de naam of het nummer van de beller was ontvangen, geeft de faxmachine tijdens het afspelen een piepje en wordt een seconde lang de identificatie van de beller weergegeven.
Berichten wissen Als u alle faxberichten wilt wissen, zal de faxmachine faxen die nog niet zijn afgedrukt eerst afdrukken, pas dan worden ze uit het geheugen gewist. Faxen kunnen niet apart worden gewist, u wist ze allemaal of u wist er geen. U kunt elk bericht één voor één wissen, of al uw voicemail in één keer wissen. Voicemail één voor één wissen 1 2 3 4 Druk op Afspelen/Opnemen. De faxmachine geeft een piepje en begint uw voicemail af te spelen.
Bespaarstand instellen Als u de functie Bespaarstand instelt, neemt de faxmachine na vijf keer overgaan op als er geen voicemail is, en na drie keer overgaan als er wel berichten zijn. Als u de faxmachine dus opbelt en deze vier keer overgaat, weet u dat er geen berichten zijn en kunt u ophangen zonder dat het u iets heeft gekost. Wanneer de Bespaarstand op AAN staat, heeft deze stand voorrang op de door u ingestelde Belvertraging.
Afstandsbediening U kunt uw faxmachine bellen vanaf ieder willekeurige toetstelefoon of faxmachine, waarna u een Toegangscode moet invoeren en een aantal andere toetsen moet indrukken om uw voicemail (en faxberichten) op te vragen. Verder kunt u ook een aantal instellingen van uw Message Manager programmeren en wijzigen. De Toegangscode voor Afstandsbediening gebruiken 1 2 3 4 5 6 Kies op een toetstelefoon of op een andere faxmachine uw faxnummer.
Opdrachten op Afstand U kunt de faxmachine vanaf een ander toestel bedienen met behulp van de onderstaande opdrachten. Wanneer u de faxmachine opbelt en de Toegangscode (3 cijfers gevolgd door invoert, hoort u twee korte piepjes om aan te geven dat u een opdracht moet invoeren. ) Opdrachten op Afstand Wat u moet doen 91 Voicemail afspelen Na één lange toon speelt de faxmachine uw voicemail af. 1 Herhaal of Terugwaarts Druk tijdens het afspelen op 1 om het bericht nogmaals te beluisteren.
Opdrachten op Afstand Wat u moet doen 98 Ontvangstmodus wijzigen Als u één lange toon hoort, kunt u de ontvangststand wijzigen. Als u drie korte piepjes hoort, is dit niet mogelijk. (Voorbeeld: er is geen BEANTW. BERICHT opgenomen, als u naar dit apparaat wilt overschakelen). 1 ANTW.APP. 2 FAX/TEL 3 FAX 90 Afsluiten Na één lange toon kunt u de Afstandsbediening afsluiten.
Het Nummer voor Fax Doorzenden wijzigen U kunt vanaf een andere telefoon of faxmachine met toetsen de standaardinstellingen voor het nummer voor Fax Doorzenden wijzigen. 1 2 3 4 5 6 7 8 Kies het nummer van uw faxmachine. Zodra u de toon van uw faxmachine hoort, toetst u onmiddellijk uw Toegangscode in (3 cijfers gevolgd door ). Als u één lange toon hoort, zijn er berichten voor u. Zodra u twee korte piepjes hoort, toetst u met de kiestoetsen 9 5 4 in.
10 Rapporten afdrukken FAX instellingen en activiteiten Uw faxmachine kan een Verzendrapport afdrukken na iedere verzonden fax. Ook kan het journaal voor verzonden en ontvangen faxen met bepaalde intervallen worden afgedrukt. Het Verzendrapport aanpassen U kunt het Verzendrapport gebruiken als bewijs dat u een fax hebt verzonden. In dit rapport staan de datum en de tijd waarop het bericht werd verzonden, en wordt tevens aangegeven of de transmissie geslaagd was (OK).
Rapporten afdrukken De volgende rapporten zijn beschikbaar: 1.VERZENDRAPPORT Drukt een Verzendrapport af van uw laatste transmissie. Deze informatie wordt bewaard tot u de hoorn opneemt of op Luidspreker drukt (alleen FAX-T106). Drukt de Helplijst af, zodat u in een 2.HELP oogopslag kunt zien hoe u uw faxmachine kunt programmeren. Een lijst van namen en nummers die zijn 3.KIESLIJST opgeslagen in het geheugen voor Eéntoetsnummers en Snelkiesnummers. De nummers staan in numerieke volgorde in de lijst.
11 Kopiëren De faxmachine als een kopieerapparaat gebruiken U kunt deze faxmachine als een kopieerapparaat gebruiken. Controleer voordat u gaat kopiëren altijd of er papier in de papierlade zit. Kopieertoets Als de faxmachine bezig is met kopiëren, kunnen er geen inkomende faxen op papier of in het geheugen worden ontvangen. Kopieerfuncties Als u slechts één kopie wilt maken die niet verkleind, vergroot of gesorteerd hoeft te worden, hoeft u slechts één toets in te drukken.
Kopieeropties: Eén of Meerdere kopieën, Sorteren/Stapelen, Vergroten/Verkleinen U kunt ook andere kopieeropties kiezen. Eerst moet u aangeven hoeveel kopieën u wilt maken. Daarna kunt u aangeven of meerdere kopieën GESTAPELD (eerst alle kopieën van pagina 1, dan alle kopieën van pagina 2, etc.) of GESORTEERD moeten worden. Tot slot kunt u een vergrotings-/verkleiningspercentage kiezen.
12 Belangrijke informatie Belangrijke veiligheidsinstructies 1 Lees alle instructies door. 2 Bewaar ze, zodat u ze later nog kunt naslaan. 3 Volg alle waarschuwingen en instructies die op het product 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 worden aangegeven. Haal de stekker van dit product uit het stopcontact alvorens u het gaat reinigen. Gebruik geen vloeibare reinigingsmiddelen of aërosols. Gebruik een vochtige doek om het apparaat schoon te maken. Gebruik dit product niet in de buurt van water.
14 15 16 Probeer nooit om dit apparaat zelf te repareren. Wanneer u het apparaat opent of bepaalde onderdelen verwijdert, kunt u namelijk worden blootgesteld aan gevaarlijke spanningspunten of aan andere gevaren, en kan de garantie vervallen. Neem voor reparaties en onderhoud altijd contact op met de servicedienst. Trek de stekker van dit product uit het stopcontact en neem contact op met een bevoegde servicemonteur wanneer het volgende zich voordoet: ■ Wanneer het netsnoer defect of uitgerafeld is.
oplossen en 13 Problemen routineonderhoud Problemen oplossen BELANGRIJK Voor technische hulp dient u contact op te nemen met een centrum in het land waar u de faxmachine hebt gekocht. Er dient vanuit het betreffende land te worden gebeld. Foutmeldingen Zoals met alle verfijnde kantoorproducten het geval is, kunnen er fouten optreden. In dergelijke gevallen kan uw faxmachine het probleem doorgaans zelf identificeren en wordt een foutmelding weergegeven.
FOUTMELDINGEN FOUTMELDING OORZAAK KAP OPEN SLUIT KAP KIJK PAPIER NA VOER PAPIER IN DRUK OP STOP WAT TE DOEN Het deksel is niet goed gesloten. Sluit het deksel. De faxmachine heeft geen papier meer of het papier is niet goed in de papierlade geplaatst. Vul het papier aan, of verwijder het papier en leg het opnieuw in de lade. Als deze foutmelding verschijnt tijdens het ontvangen van een fax, laad dan het papier om opnieuw met afdrukken te beginnen.
FOUTMELDINGEN FOUTMELDING OORZAAK GEHEUGEN UIT (Fax-T106) FOUT ANTW.APP. KAN NIET INIT. KAN NIET PRINTEN KAN NIET SCANNEN De faxmachine heeft een mechanisch probleem. —OF— Er bevindt zich een voorwerp dat er niet hoort, zoals een paperclip of afgescheurd papier, in de faxmachine. WAT TE DOEN Open het bovendeksel en verwijder het voorwerp uit de faxmachine. Als de foutmelding niet verdwijnt, haalt u de stekker van de faxmachine enkele minuten uit het contact en sluit u hem daarna weer aan.
Compatibiliteit Als u problemen met het verzenden of ontvangen van een fax hebt door mogelijke storing op de telefoonlijn, raden wij u aan om te proberen de compatibiliteit op MINIMAAL te zetten. 1 2 3 Druk op Menu/Set, 0, 2. Druk op ▲ of ▼ om MINIMAAL (of NORMAAL) te selecteren. Druk op Menu/Set. Druk op Stop/Eindigen. 2.COMPATIBEL alleen FAX-T106 ■ MINIMAAL verlaagt de standaard modemsnelheid naar 9600 bps.
Vastgelopen Papier Het papier is vastgelopen in uw faxmachine. 1 Verwijder het papier dat niet is vastgelopen. 2 Trek aan de hendel aan de rechterkant van het bovendeksel om deze te openen. Bovendeksel 3 Trek het vastgelopen papier voorzichtig uit de papier doorvoer in de richting van de voorkant van de faxmachine, zoals aangegeven in schema A. Als dit niet lukt, trek het vastgelopen papier dan in de richting van de achterkant en verwijder het zoals aangegeven in schema B.
Als u problemen met de faxmachine hebt Als u denkt dat uw faxen er slecht uitzien of dat er problemen zijn met uw faxmachine, raden wij u aan om eerst een kopie te maken. Als de kopie er goed uitziet, heeft het probleem waarschijnlijk niet met de faxmachine te maken. Controleer onderstaande tabel en volg de instructies.
PROBLEEM Slechte verzendkwaliteit. SUGGESTIES Probeer de resolutie te wijzigen in FIJN of SUPER FIJN. Maak een kopie om te controleren of de scanner van de faxmachine goed werkt. Het apparaat kan Controleer alle aangesloten snoeren. geen nummer Controleer of de stroom goed is aangesloten. kiezen Probeer een fax handmatig te verzenden door te drukken op Luidspreker (alleen op FAX T-106) of door de hoorn op te nemen en het nummer te kiezen. Wacht tot u de faxontvangsttonen hoort en druk pas dan op Fax Start.
Routineonderhoud De printkop reinigen Reinig de printkop wanneer u de afdrukkwaliteit wilt verbeteren, en ook als onderdeel van uw routineonderhoud. Wanneer u de faxmachine pas hebt gebruikt, zijn sommige onderdelen in de faxmachine erg HEET! Wees dus voorzichtig. 1 2 3 Haal voor alle zekerheid het telefoonsnoer en de stekker uit het stopcontact. Trek aan de hendel aan de rechterkant van het bovendeksel om deze te openen. Verwijder de tonercartridge.
De scanner reinigen 1 2 3 Haal voor alle zekerheid het telefoonsnoer en de stekker uit het stopcontact. Trek aan de hendel aan de rechterkant van het bovendeksel om deze te openen. Reinig de witte en de glazen strook met behulp van een pluisvrije doek met isopropylalcohol. Witte strook Glazen Strook Zorg ervoor dat u de witte strook niet ombuigt of iets in de faxmachine laat vallen. 4 Sluit het bovendeksel. Duw op beide kanten van het bovendeksel, totdat het op zijn plaats klikt.
3 Neem het oude lint uit de cartridge: 1 Maak de bovenste en onderste witte spoeltjes los. 2 Schuif de rol van het blauwe wieltje en laat het witte spoeltje dalen. (verwijder het blauwe wieltje en laat het witte spoeltje dalen).
7 Draai het witte spoeltje rechtsboven met de klok mee om het lint te spannen, zoals afgebeeld. 8 Draai de cartridge om en installeer deze weer in uw faxmachine: Steek de cartridge met de uitsparing eerst in de vier houders. 9 Duw op beide kanten van het bovendeksel, totdat deze veilig gesloten is.
Wanneer u de machine wegdoet (alleen FAX-T106) Uw machine bevat een Ni-MH (nickel metaalhybrid)-batterij voor back-up van de gegevens in het geheugen. Als plaatselijk geldende voorschriften bepalen dat u de batterij moet verwijderen voordat u de machine wegdoet, dient u deze eruit te halen. Ruim de batterij op conform de plaatselijk geldende voorschriften. 1 2 3 4 5 Haal eerst het telefoonsnoer en vervolgens de stekker uit het stopcontact.
V Verklarende woordenlijst ADF (automatische documentinvoer) Het document kan in de ADF worden geplaatst, waarbij iedere pagina om beurten automatisch wordt gescand. ANTW.APP. (antwoordapparaat) U kunt een extern antwoordapparaat op uw faxmachine aansluiten. Autom. Verkleinen Met deze functie wordt een inkomend faxbericht verkleind afgedrukt. Automatisch een fax verzenden Een fax verzenden zonder de hoorn op te nemen of te drukken op Luidspreker (alleen FAX-T106).
Faxontvangstcode Toets deze code in ( 5 1) als u een faxoproep aanneemt op een tweede of extern toestel. Faxtonen De speciale tonen (geluidssignalen) die een faxmachine tijdens automatische transmissies uitzendt om de ontvangende machine te laten weten dat het een faxtransmissie betreft. Faxtonen De tonen die tijdens het verzenden en ontvangen van faxen door de faxmachines worden uitgezonden. Fijne resolutie Resolutie is 203 x 196 dpi. Wordt gebruikt voor afdrukken met kleine lettertjes en diagrammen.
Pulse Een kiesmethode met traditionele kiesschijf voor een telefoonlijn. Reserveafdruk Laat de faxmachine alle faxen die in het geheugen worden ontvangen ook afdrukken. Dit is voor alle zekerheid, zodat u geen berichten verliest als de stroom zou uitvallen. Resolutie Het aantal verticale en horizontale lijnen per inch. Zie ook: Standaard, Fijn, Superfijn en Foto. Snelkieslijst Een lijst van namen en nummers die zijn opgeslagen in het geheugen voor Eéntoets- en Snelkiesnummers.
S Specificaties Algemeen Type Desktop faxtoestel Geheugencapaciteit 512 KB Papierlade 64 g/m2 – 90 g/m2: Max. 30 pagina’s Papieruitvoer 64 g/m2 – 90 g/m2: Max. 20 pagina’s Printertype Thermische Regelprinter met Lint LCD 16 tekens x 1 Regel (Liquid Crystal Display) Werkomgeving Temperatuur:10-35 °C Vochtigheid: 20-80% Beste Afdrukkwaliteit 20-30 °C Stroombron 220-240 volt wisselstroom 50/60 Hz Stroomverbruik Stand-by: FAX-T104 minder dan 4.4 watt FAX-T106 minder dan 4.
Fax Compatibiliteit ITU-T Groep 3 Coderingssysteem Modified Huffman (MH) Modemsnelheid 9600/7200/4800/2400 bps; Automatic Fallback (FAX-T104) 14400/12000/9600/7200/4800/2400 bps; Automatic Fallback (FAX-T106) Documentgrootte Invoerbreedte Document 148 mm tot 216 mm Papierformaat A4 Automatische Max.
I Index De items in hoofdletters zijn meldingen die op het LCD-scherm worden weergegeven. A F Aansluiten extern ANTW.APP. ..............1-8 extern toestel .......................1-8 ADF (automatische documentinvoer) ....................6-2 Afdrukken fax uit geheugen .......... 5-8, 9-5 problemen ..........................13-6 vastgelopen document/papier ..........................................13-5 Voorblad ...............................6-8 Afstandsbediening ............ 8-3, 9-8 faxen opvragen ......
Faxcodes Code voor het Aannemen van de Telefoon .................5-6 Faxontvangstcode ................5-6 Toegangscode ............. 8-2, 9-8 wijzigen ........................ 8-2, 9-8 Faxjournaal .............................10-2 Faxontvangstcode ..... 5-3, 5-6, 5-7 Foutmeldingen op het LCD-scherm .................................... 13-1–13-3 G Grijstinten ................................ S-2 Groepen, instellen ....................7-3 Groepsverzenden .....................6-8 Groepen instellen ...........
Resolutie alleen voor de volgende fax ............................................6-4 fax (Standaard, Fijn, Superfijn, Foto) ................. S-2 kopiëren .............................11-2 meerdere ..............................6-5 S Snelkieslijst .............................10-2 Snelkiezen ................. 1-4, 1-6, 7-5 Eéntoetskiezen instellen ...........................7-1 met behulp van ................7-5 wijzigen ............................7-2 Groepskiezen Groepen voor Groepsverzenden instellen .
te stellen. Ontvangststatus controleren Druk op 9 7. Vervolgens Faxberichten, druk op 1. Voicemail, druk op 2. 1 lange piep - Bericht(en) ontvangen 3 korte piepjes - Geen berichten 5 Druk op 9 0. Afstandsbediening afsluiten Druk op 9 8. Vervolgens ANT:BER.CENTR., druk op 1. FAX/TEL, druk op 2. ALLEEN FAX, press 3.
Afstandsbedieningsopdrachten Nummer voor Fax Doorzenden wijzigen Druk op 9 5. Vervolgens Functie uitschakelen druk op 1. Fax Doorzenden selecteren druk op 2. Nummer voor Fax Doorzenden programmeren druk op 4. Toets het nieuwe faxnummer in waar uw faxen naar moeten worden doorgestuurd, gevolgd door # #. Druk na twee korte piepjes op 9 6 1, toets het nummer van de andere faxmachine in en druk op # # om de geheugenstatuslijst op te vragen. 2 Een fax opvragen Druk op 9 6.
OPMERKING Dit apparaat bevat een Ni-MH batterij voor memory back-up. Raadpleeg uw leverancier over de verwijdering van de batterij op het moment dat u het apparaat bij einde levensduur afdankt. Gooi de batterij niet weg, maar lever hem in als Klein Chemisch Afval. Bij dit produkt zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA.
Deze machine is alleen goedgekeurd voor gebruik in het land waarin ze is gekocht. Plaatselijke Brother-kantoren of hun wederverkopers ondersteunen uitsluitend machines die in hun eigen land gekocht zijn.