Netwerkhandleiding TD-2125N TD-2135N TD-2125NWB TD-2135NWB In deze Netwerkhandleiding staat handige informatie voor het configureren van netwerkinstellingen bij draadloos en bedraad gebruik van de Brother printer. U kunt er ook informatie over ondersteunde protocollen en gedetailleerde tips voor het oplossen van problemen in opzoeken. Ga voor het downloaden van de nieuwste handleidingen, software en stuurprogramma’s of veelgestelde vragen en probleemoplossing naar de Brother support website op support.
Toepasselijke modellen Deze gebruikershandleiding is van toepassing op de volgende modellen. TD-2125N TD-2135N TD-2125NWB TD-2135NWB Definitie van opmerkingen Opmerkingen in deze Gebruikershandleiding zijn als volgt herkenbaar. OPMERKING In deze opmerkingen wordt verteld hoe u kunt reageren op een situatie die kan ontstaan of worden tips gegeven over de samenwerking met andere functies.
BELANGRIJKE OPMERKING Dit product is uitsluitend goedgekeurd voor gebruik in het land van aankoop. Gebruik dit product niet buiten het land van aankoop, omdat het mogelijk de regelgeving voor draadloze communicatie en energie van dat land overtreedt. Niet alle modellen zijn in alle landen verkrijgbaar. Handelsmerken Safari is een handelsmerk van Apple Inc., gedeponeerd in de Verenigde Staten en andere landen.
Inhoudsopgave 1 Inleiding 1 Netwerkeigenschappen .............................................................................................................................1 2 De netwerkinstellingen van de printer wijzigen 2 De netwerkinstellingen van de printer wijzigen: IP-adres, subnetmasker en gateway ..............................2 Met het hulpprogramma BRAdmin Light .............................................................................................2 Andere beheerhulpprogramma’s ....
Overige manieren om het IP-adres in te stellen (voor geavanceerde gebruikers en administrators)......32 DHCP gebruiken om het IP-adres te configureren ............................................................................32 RARP gebruiken om het IP-adres te configureren ............................................................................32 BOOTP gebruiken om het IP-adres te configureren..........................................................................
1 Inleiding 1 1 Netwerkeigenschappen 1 De Brother printer kan worden gedeeld in een 10/100 Mbps bedraad 1 of een IEEE 802.11b/g/n draadloos netwerk 2 met behulp van de interne netwerkprintserver. De printserver werkt met verschillende functies en verbindingsmethoden in een netwerk dat TCP/IP ondersteunt, afhankelijk van het besturingssysteem dat wordt uitgevoerd. Onderstaande tabel bevat de netwerkfuncties en verbindingen die door de verschillende besturingssystemen worden ondersteund.
2 De netwerkinstellingen van de printer wijzigen 2 De netwerkinstellingen van de printer wijzigen: IP-adres, subnetmasker en gateway 2 Met het hulpprogramma BRAdmin Light 2 Het hulpprogramma BRAdmin Light is ontworpen voor het instellen van Brother apparaten die met een netwerk kunnen worden verbonden. Met dit programma kunt u ook zoeken naar producten van Brother in een TCP/IP-omgeving, de status van elk apparaat afzonderlijk weergeven en de basisnetwerkinstellingen configureren.
De netwerkinstellingen van de printer wijzigen c Dubbelklik op het niet-geconfigureerde apparaat. 2 2 OPMERKING • Als u geen DHCP-/BOOTP-/RARP-server gebruikt, zal het apparaat op het scherm van BRAdmin Light als [Niet geconfigureerd] worden weergegeven. • U kunt de naam van het knooppunt en het MAC-adres vinden door de pagina met printerinstellingen af te drukken. (Zie De printerinstellingen afdrukken op pagina 10.
De netwerkinstellingen van de printer wijzigen d Selecteer "STATIC" als opstartmethode. Voer indien nodig het IP-adres, het subnetmasker en de gateway van uw afdrukserver in. 2 2 e f Klik op [OK]. Nadat het IP-adres is opgeslagen, verschijnt de Brother-afdrukserver in de lijst met apparaten.
De netwerkinstellingen van de printer wijzigen Andere beheerhulpprogramma’s 2 Naast BRAdmin Light kunt u de volgende hulpprogramma’s gebruiken om de printer te beheren en de netwerkinstellingen te wijzigen. 2 Met beheer via een webbrowser 2 Gebruik een standaard webbrowser om de instellingen van de afdrukserver te wijzigen met behulp van het HTTP-protocol (Hyper Text Transfer Protocol). Zie De printerinstellingen wijzigen met Beheer via een webbrowser op pagina 12 voor meer informatie.
3 De printer configureren voor een draadloos netwerk (alleen TD-2125NWB/TD-2135NWB) 3 Overzicht 3 Voer de procedure in de Gebruikershandleiding van uw model uit om uw apparaat aan te sluiten op uw draadloos netwerk. 3 Dit hoofdstuk bevat gedetailleerde informatie over het configureren van de draadloze netwerkinstellingen. Zie De netwerkinstellingen van de printer wijzigen: IP-adres, subnetmasker en gateway op pagina 2 voor meer informatie over de TCP/IP-instellingen.
De printer configureren voor een draadloos netwerk (alleen TD-2125NWB/TD-2135NWB) Bepaal uw netwerkomgeving 3 Verbonden met een computer via een draadloze router op het netwerk (infrastructuurmodus) 3 3 5 1 4 2 3 1 Draadloze router 2 Draadloze netwerkprinter (uw printer) 3 Een computer met draadloze functionaliteit verbonden met de draadloze router 4 Een computer met een vaste verbinding (zonder draadloze functionaliteit) met een Ethernet-kabel verbonden met de draadloze router 5 Smartphone Installa
De printer configureren voor een draadloos netwerk (alleen TD-2125NWB/TD-2135NWB) Draadloze configuratie met tijdelijk gebruik van een USB-kabel (aanbevolen voor Windows-gebruikers) 3 Het is raadzaam bij gebruik van deze methode te werken met een pc die draadloos is verbonden met het netwerk. U kunt de printer op afstand configureren vanaf de computer in het netwerk met een USB-kabel (A) 1.
De printer configureren voor een draadloos netwerk (alleen TD-2125NWB/TD-2135NWB) One-push configuratie met Wi-Fi Protected Setup™ 3 U kunt de draadloze netwerkinstellingen eenvoudig met WPS configureren als de draadloze router (A) Wi-Fi Protected Setup™ (PBC 1) ondersteunt. A 3 1 Push Button Configuration (Configuratie met een druk op de knop). Raadpleeg de installatieprocedure in de Gebruikershandleiding.
4 De printerinstellingen afdrukken 4 De printerinstellingen afdrukken 4 De pagina Printerinstellingen is een rapport met de netwerkinstellingen. U kunt de pagina met printerinstellingen afdrukken met de knop (Afdrukken) op de printer.
De printerinstellingen afdrukken OPMERKING Voer de onderstaande procedure uit om de netwerkinstellingen te resetten en het automatic private IP address (APIPA) in te stellen: • De netwerkinstellingen resetten en APIPA inschakelen a b c d Houd de knop (Aan-/uitknop) ingedrukt om de printer uit te schakelen. Houd de knoppen (Doorvoeren) en (Aan-/uitknop) ingedrukt tot het POWER-lampje (Aan-/uitlampje) oranje gaat branden en het STATUS-lampje (Statuslampje) groen gaat knipperen.
5 Beheer via een webbrowser 5 De printerinstellingen wijzigen met Beheer via een webbrowser 5 U kunt een standaard webbrowser gebruiken om de instellingen van de printer te wijzigen met behulp van het HTTP-protocol (Hyper Text Transfer Protocol) of het HTTPS-protocol (Hyper Text Transfer Protocol over Secure Socket Layer).
Beheer via een webbrowser c d Typ indien vereist het wachtwoord in het veld Log in en klik vervolgens op Log in. Wijzig zo nodig de printerinstellingen. Typ telkens wanneer u Beheer via een webbrowser start het wachtwoord in het veld Log in en klik vervolgens op Log in. Klik nadat u de instellingen hebt geconfigureerd op Uitloggen.
Beheer via een webbrowser e Volg de aanwijzingen op het scherm voor Wachtwoord voor inloggen en voer het nieuwe wachtwoord in het veld Invoeren: nieuw wachtwoord in. f g Typ het wachtwoord nogmaals in het veld Bevestigen: nieuw wachtwoord. Klik op Indienen. OPMERKING In het menu Wachtwoord voor inloggen kunt u ook de blokkeerinstellingen instellen.
6 Problemen oplossen 6 Overzicht 6 In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u typische netwerkproblemen kunt oplossen die u tegen kunt komen tijdens het gebruik van de Brother netwerkprinter. Ga, als u na het lezen van dit hoofdstuk het probleem niet hebt kunnen oplossen, voor meer ondersteuning naar de Brother support website op: support.brother.com. Controleer het volgende: Het netsnoer is correct aangesloten en de Brother printer is ingeschakeld.
Problemen oplossen Tijdens de installatie van de printer wordt de Brother printer niet gevonden in het netwerk. Vraag Interface Oplossing Gebruikt u beveiligingssoftware? bedraad/ draadloos Staat de Brother-printer te ver af van de draadloze router? draadloos Plaats tijdens het configureren van de instellingen voor het draadloze netwerk de Brother-printer op maximaal 1 meter van de draadloze router.
Problemen oplossen De Brother printer kan niet afdrukken via het netwerk. Zelfs na een met succes voltooide installatie wordt de Brother printer niet gevonden in het netwerk. Vraag Interface Oplossing Gebruikt u beveiligingssoftware? bedraad/ Zie Ik gebruik beveiligingssoftware. op pagina 17. draadloos Is de Brother-printer toegewezen aan een beschikbaar IP-adres? bedraad/ Controleer het IP-adres en het subnetmasker.
Problemen oplossen Ik gebruik beveiligingssoftware. (vervolg) Vraag Interface Oplossing Welke poortnummers zijn vereist voor de netwerkfuncties van Brother? bedraad/ Voor de netwerkfuncties van Brother worden de volgende poortnummers draadloos gebruikt: BRAdmin Light i Poortnummer 161/Protocol UDP. Voor meer informatie over het openen van de poort raadpleegt u de instructies van de beveiligingssoftware of neemt u contact op met de fabrikant van de software.
A Bijlage A A Ondersteunde protocollen en beveiligingsfuncties Interface Ethernet 10BASE-T/100BASE-TX Draadloos IEEE 802.11a/b/g/n (infrastructuurmodus) IEEE 802.
B Bijlage B B In dit gedeelte staat basisinformatie over de geavanceerde netwerkfuncties van de Brother printer, naast algemene netwerktermen. De ondersteunde protocollen en netwerkfuncties verschillen per model printer. Soorten netwerkverbindingen en protocollen B Soorten netwerkverbindingen B Voorbeeld vaste netwerkverbinding B Peer-to-peer printen met behulp van TCP/IP B In een peer-to-peer-omgeving verzendt en ontvangt elke computer rechtstreeks gegevens naar en van elk apparaat.
Bijlage B Printen in gedeeld netwerk B In een omgeving met een gedeeld netwerk verzendt elke computer gegevens via een centrale computer. Deze computer wordt vaak een server of een printserver genoemd. De taak van de server is het afdrukken van alle afdruktaken te beheren. Netwerkprinter (uw printer) B 1 Clientcomputer 2 Ook bekend als server of printserver 3 TCP/IP of USB In een groter netwerk wordt aangeraden gebruik te maken van een gedeeld netwerk-printomgeving.
Bijlage B Protocollen B TCP/IP-protocollen en functies B Protocollen zijn de gestandaardiseerde sets met regels voor het overdragen van gegevens in een netwerk. Met protocollen kunnen gebruikers toegang krijgen tot netwerkbronnen. De printserver die wordt gebruikt voor deze Brother printer ondersteunt het TCP/IP (Transmission Control Protocol/Internet Protocol)-protocol. TCP/IP is de meest populaire set protocollen die gebruikt wordt voor communicatie via bijvoorbeeld internet en bij e-mail.
Bijlage B WINS B Windows Internet Name Service is een service die informatie verzorgt voor NetBIOS-naamherleiding door een IP-adres en een NetBIOS-naam te koppelen in het lokale netwerk. LPR/LPD B Vaak gebruikte printprotocollen in een TCP/IP-netwerk. Custom Raw Port (Standaard is poort 9100) B Een ander vaak gebruikt printprotocol in een TCP/IP-netwerk. Het maakt interactieve gegevensoverdracht mogelijk.
Bijlage B De printer configureren voor een netwerk B IP-adressen, subnetmaskers en gateways B Om de machine te gebruiken in een netwerkomgeving met TCP/IP, moet u het IP-adres en het subnetmasker configureren. Het IP-adres dat u aan de printserver toewijst moet zich in hetzelfde logische netwerk bevinden als uw hostcomputers. Als dit niet het geval is, moet u het subnetmasker en het gateway-adres op de juiste manier configureren.
Bijlage B Subnetmasker B Subnetmaskers beperken de netwerkcommunicatie. Computer 1 kan bijvoorbeeld met Computer 2 communiceren. • Computer 1 IP-adres: 192.168.1.2 Subnetmasker: 255.255.255.0 • Computer 2 IP-adres: 192.168.1.3 Subnetmasker: 255.255.255.0 De 0 in het subnetmasker betekent dat er geen beperking is met betrekking tot de communicatie aan deze zijde van het adres.
Bijlage B Termen en principes van draadloze netwerken B Het netwerk specificeren B SSID (Service Set Identifier) en kanalen B U dient de SSID en een kanaal op te geven om het draadloze netwerk te specificeren waarmee u verbinding wilt maken. SSID Elk draadloos netwerk heeft een unieke netwerknaam die wordt aangeduid met SSID of ESSID (Extended Service Set Identifier). De SSID is een waarde van 32 bytes of minder die wordt toegewezen aan het toegangspunt.
Bijlage B Verificatie- en encryptiemethoden voor een persoonlijk draadloos netwerk B Een persoonlijk draadloos netwerk is een klein netwerk, waarin bijvoorbeeld de machine in een draadloos netwerk thuis wordt gebruikt, zonder ondersteuning voor IEEE 802.1x. Zie Verificatie- en encryptiemethoden voor een draadloos bedrijfsnetwerk op pagina 29 als u uw machine wilt gebruiken in een netwerk met ondersteuning voor IEEE 802.1x.
Bijlage B Bij de instelling [Infrastructuur] voor [Communicatiemodus] Verificatiemethode Coderingsmodus Open systeem Geen WEP Verificatie met publieke sleutel WEP WPA/WPA2-PSK/WPA3-SAE TKIP+AES AES WPA3-SAE AES Netwerksleutel B Open systeem/Gedeelde sleutel met WEP Deze sleutel is een 64-bits of een 128-bits waarde die moet worden ingevoerd in ASCII-indeling of hexadecimale indeling. • 64-(40-)bits ASCII: maakt gebruik van 5 teksttekens, bijv. "WSLAN" (hoofdlettergevoelig).
Bijlage B Verificatie- en encryptiemethoden voor een draadloos bedrijfsnetwerk B Een draadloos bedrijfsnetwerk is een groot netwerk, waarin de machine bijvoorbeeld wordt gebruikt in een draadloos bedrijfsnetwerk, met ondersteuning voor IEEE 802.1x. Als u uw machine configureert in een draadloos bedrijfsnetwerk dat IEEE 802.1x ondersteunt, kunt u gebruikmaken van de volgende methoden voor verificatie en encryptie.
Bijlage B Encryptiemethoden B TKIP TKIP (Temporal Key Integrity Protocol) biedt key mixing per pakket, een integriteitscontrole voor berichten en een mechanisme voor vervanging van sleutels. AES AES (Advanced Encryption Standard) is de krachtige encryptiestandaard voor Wi-Fi ®.
Bijlage B Gebruikers-ID en wachtwoord B De volgende beveiligingsmethoden ondersteunen een gebruikers-ID met minder dan 64 tekens en een wachtwoord met minder dan 32 tekens.
Bijlage B Overige manieren om het IP-adres in te stellen (voor geavanceerde gebruikers en administrators) B DHCP gebruiken om het IP-adres te configureren B Het Dynamic Host Configuration Protocol (DHCP) is een van meerdere geautomatiseerde mechanismen voor het toewijzen van IP-adressen. Als u een DHCP-server in uw netwerk hebt, verkrijgt de printserver automatisch het IP-adres van de DHCP-server en wordt de naam ervan geregistreerd bij eventuele RFC 1001 en 1002-compliante dynamische naamservices.
Bijlage B BOOTP gebruiken om het IP-adres te configureren B BOOTP is een alternatief voor RARP met het voordeel dat het subnetmasker en de gateway kunnen worden geconfigureerd. Om BOOTP te kunnen gebruiken voor de configuratie van het IP-adres moet u ervoor zorgen dat BOOTP is geïnstalleerd en wordt uitgevoerd op de hostcomputer (het moet verschijnen in het bestand /etc/services op de host als een werkelijke service; typ man bootpd of raadpleeg uw systeemdocumentatie voor meer informatie).
Bijlage B ARP gebruiken om het IP-adres te configureren B Als u de toepassing BRAdmin niet kunt gebruiken en uw netwerk geen DHCP-server gebruikt, kunt u ook de ARP-opdracht gebruiken. De ARP-opdracht is beschikbaar op Windows-systemen waarop TCP/IP is geïnstalleerd. Om ARP te gebruiken, voert u de volgende opdracht in de opdrachtprompt in: arp -s ipadres ethernetadres ping ipadres Waarbij ethernetadres het MAC-adres/Ethernet-adres van de printserver is en ipadres het IP-adres is van de printserver.